Portefeuille update!
De komende tijd
zal ik me extra gaan richten op: Turkije! Namens de liberale groep in het
Europees Parlement, Renew Europe, ben ik de onderhandelaar op het jaarlijkse
rapport over de EU-Turkije relaties.
Waarom is
Turkije belangrijk voor Nederland en de Europese Unie?
Allereerst is Turkije
lid van de NAVO en heeft het land het tweede grootste leger in het
bondgenootschap. Ten tweede is de Turkse geografische ligging, op de grens van
Europa en Azië, van groot belang voor de bescherming van de Europese Zuidoostflank.
Ook de Turkse controle over de Bosporus is geostrategisch van groot belang, omdat
die nauwe waterdoorgang het maritieme verkeer naar en van de Zwarte Zee bepaalt.
Onlangs verbood Turkije Russische oorlogsschepen om door de Bosporus de Zwarte
Zee op te gaan. Daarnaast wordt het belang van Turkije op diplomatiek gebied nu
extra duidelijk in de crisis rondom de Russische invasie van Oekraïne. Het land
heeft de juiste papieren om zich op te werpen als bemiddelaar in dit conflict
en probeert een wapenstilstand tussen beide partijen te realiseren. Deze zaken
bij elkaar opgeteld maken Turkije dus op geostrategisch en diplomatiek gebied
een (enorm) belangrijke partner voor Europa.
De samenwerking
op het gebied van migratie is sinds de EU-Turkije verklaring van 2016 sterk
toegenomen, met een geplande voortzetting voor de komende jaren. Turkije
herbergt momenteel bijna 4 miljoen vluchtelingen, waarvan ruim 3,5 miljoen
Syriërs. Het is cruciaal dat we deze grote groep vluchtelingen blijven
ondersteunen in Turkije. Ook op het gebied van terrorismebestrijding, economie
en handel, energie en klimaat werken de EU en Turkije intensief samen. Op
handelsgebied is Turkije de zesde handelspartner van de EU en de EU is de
grootste handelspartner van Turkije. Nederland is de tweede (!) buitenlandse
investeerder in Turkije. De Europese en Nederlandse economische belangen in
Turkije zijn dus groot te noemen.
De banden tussen
het Turkse maatschappelijk middenveld en pro-democratische krachten en de EU
blijven sterk omdat de EU voluit democratische normen en waarden blijft ondersteunen
in Turkije. Voor vele Turken die de rechtstaat en democratie willen bevorderen,
is de Europese steun van cruciaal belang. Tot slot, veel Europese landen, waaronder
Nederland en Duitsland, hebben grote groepen burgers van Turkse komaf. We
hebben in het verleden gezien dat spanningen in Turkije over kunnen slaan naar
Europese landen.
Welke
geschiedenis delen Turkije en Europa?
De afgelopen
jaren zijn er vele moeilijke momenten geweest in de relatie tussen Europa en
Turkije. Toch realiseren beide partijen zich dat vanuit historisch perspectief
en gedeelde belangen, er voldoende ruimte en potentieel is om de samenwerking
te intensiveren. Het recente bezoek van premier Rutte aan President Erdoğan
laat zien dat er mogelijkheden en openingen zijn tot een strategische en
realistische relatie.
De betrekkingen
tussen de Europese Unie, haar lidstaten en de Turkse republiek gaan ver terug.
Ver vóór de geboorte van de Turkse Republiek in 1923, maakte diens voorganger,
het Ottomaanse Rijk, al eeuwenlang deel uit van het Europese machtsevenwicht en
speelde het een belangrijke rol bij het vormgeven van het continent.
Historische, culturele, politieke en economische banden tussen Turkije en
Europa waren en zullen sterk met elkaar verweven blijven. Sinds het einde van
de Tweede Wereldoorlog en in de context van de Koude Oorlog werkten Turkije en
Europa gestaag samen om hun banden verder te verdiepen. De deelname van Turkije
aan multilaterale organisaties zoals de NAVO, WHO, OESO, G20, de Raad van
Europa en haar kandidaat-status voor EU-lidmaatschap, zijn het bewijs van de sterk
verweven relaties en gedeelde ambities.
Turkije is sinds
1964 door een associatieovereenkomst en sinds 1995 door een (gedeeltelijke)
douane-unie nauw met de EU verbonden. De Europese Raad heeft Turkije in
december 1999 de status van kandidaat-lidstaat verleend en in oktober 2005 zijn
de toetredingsonderhandelingen geopend. In het begin boekte Turkije vooruitgang,
tot aan de Gezi-protesten van 2013. Vanaf dat moment dreef de Turkse regering
steeds verder af van het pad naar EU-lidmaatschap. De mislukte couppoging in
2016 heeft dit proces in een stroomversnelling gebracht, wat nu heeft geresulteerd
in een zeer grote afstand tussen het huidige Turkije en de Europese eisen tot
toetreding.
De spanningen liepen
nog verder op door het assertieve Turkse buitenlandbeleid in conflictgebieden
zoals Syrië, Libië en in de Kaukasus. Ook op andere terreinen is sprake geweest
van achteruitgang. Er is bijvoorbeeld geen vooruitgang geboekt in de Cyprus
kwestie, waar de twee partijen op het eiland alleen maar verder van elkaar
verwijderd zijn geraakt. Ook heeft de Turkse maritieme boringen naar gas in de
buurt van Cyprus en Griekenland leidde meermaals bijna tot een militaire
confrontatie tussen Turkije en een aantal EU-lidstaten. Het jaar 2020 was hiermee
een absoluut dieptepunt in de betrekkingen tussen de EU en Turkije.
In 2021 kwam de
relatie in iets rustiger vaarwater terecht. Meerdere diplomatieke kanalen werden
weer hervat en op meerdere terreinen is het gesprek weer aangegaan. Bijvoorbeeld
over de klimaattransitie, migratie en de coronapandemie. Turkije heeft in 2021 de
klimaatafspraken van Parijs geratificeerd. Helaas waren er ook tegenslagen: de
rechtstaat en de democratie in Turkije zijn verder achteruitgegaan en Turkije
heeft zich teruggetrokken uit de Istanboel (!) Conventie, waarin geweld tegen
vrouwen wordt tegengegaan.
Turkije: een kandidaat-lidstaat
van de EU?
De rechtstaat en de
democratie in Turkije staan er op dit moment zeer beroerd voor. In reactie op
de traumatische mislukte staatsgreep in 2016, onderging Turkije in 2018 een
drastische grondwetshervorming van een parlementair democratisch stelsel naar
een meer presidentieel georiënteerd systeem. Deze grondige en verregaande hervorming
leidde ertoe dat de president meer macht kreeg en dat ging ten koste van de parlementaire
bevoegdheden. Hierdoor vervaagde de scheiding der machten nog verder en
verminderde de parlementaire en rechterlijke controle op de uitvoerende macht. Deze
terugval in de scheiding der machten en de rechtsstaat heeft de Turkse
democratie ernstig verzwakt.
De
oppositiepartijen, met name de People
Democratic Party (HDP) worden onderdrukt. Momenteel zitten ongeveer 4.000
leden van de HDP in de gevangenis, waaronder burgemeesters en parlementariërs. Turkije
staat op nummer 117 (van de 139) in de World
Justice Index van 2021, een beoordeling die vergelijkbaar is met landen als
Soedan en de Democratische Republiek Congo. In 2021 stond Turkije volgens het Committee to Protect Journalists (CPJ)
op de beschamende zesde plaats van een wereldwijde lijst van regeringen die
journalisten achter tralies hebben gezet. Het maatschappelijk middenveld staat
onder zware druk in Turkije, aangezien deze organisaties steeds minder ruimte krijgen
van de Turkse overheid.
Door te kijken
naar de huidige stand van zaken in Turkije, concludeer ik dat Turkije
erg ver verwijderd is van het voldoen aan criteria (ook wel de
Copenhagen criteria genoemd) voor toetreding tot de Europese Unie. Daar
verwacht ik op de korte en middellange termijn geen positieve verandering in. Deze
status-quo heeft een negatieve invloed op de betrekkingen tussen de EU en Turkije,
omdat het veel wrijving veroorzaakt en vooruitgang in de relatie belemmert.
Bovendien neemt de geloofwaardigheid van het uitbreidingsinstrument van de EU steeds
verder af door deze onderhandelingen. Kort gezegd: EU-lidmaatschap voor Turkije
is momenteel niet haalbaar.
Een nieuwe
route vooruit
Om de impasse te
doorbreken moeten de EU en Turkije met een frisse blik gaan kijken naar hun
relatie. Een nieuw momentum is nodig. Dit kan worden bereikt door de huidige
associatieovereenkomst (uit 1964) te moderniseren. Dit moet gekoppeld worden
aan specifieke eisen met betrekking tot goed nabuurschap en respect voor
democratische beginselen, de rechtsstaat, mensenrechten en fundamentele
vrijheden. Zo kan er vooruitgang worden geboekt in de richting van een dynamisch,
strategisch en een positief partnerschap dat gunstig is voor beide partijen. Het
streven moet zijn dat de betrekkingen tussen de EU en Turkije zo nauw mogelijk worden.
Wat zijn de
stappen?
Om een beter
beeld te krijgen van wat er allemaal speelt in deze complexe relatie heb ik gesproken
met Turkse NGO’s, denktanks, de Turkse overheid, de Europese instellingen en
met de Nederlandse overheid. Dit zal ik de komende tijd blijven doen. Daarnaast
ga ik volgende week op werkbezoek naar Turkije.
De afgelopen tijd
zijn er meerdere onderhandelingsrondes geweest, waarin alle politieke groepen
in het Europees Parlement probeerden om tot een gezamenlijke tekst voor het
rapport over de EU-Turkije relatie te komen. Zodra het rapport in de commissie
van Buitenlandse Zaken is behandeld kan (hopelijk) in juni het Europees
Parlement er plenair over stemmen.
Uiteraard houd ik
jullie graag op de hoogte van de verdere ontwikkelingen!