Nieuws van politieke partijen over Lokale Partij Grave inzichtelijk

112 documenten

MEER FINANCIEEL RISICO GEMEENTEN BIJ HULP ZELFSTANDIGEN

Lokale Partij Grave Lokale Partij Grave Grave 07-10-2019 07:39

Het financieel risico voor gemeenten wordt groter vanaf volgend jaar vanwege de wijzigingen van het Besluit bijstand zelfstandigen (Bbz). Het is een van de tien belangrijkste consequenties die Divosa op een rij zet over de financiële steun die zelfstandigen van gemeenten kunnen ontvangen.

Tijdelijke druk

Gemeenten moeten vanaf 1 januari eerst zelf de financiering uitkeren en het rijk betaalt dat geld een jaar na de verstrekking terug. ‘Als een gemeente grote bedragen verstrekt, kan deze voorfinanciering tijdelijk druk geven op de eigen middelen’, schrijft Divosa.

Steun en begeleiding

Gemeenten bieden in het kader van de Bbz financiële steun en begeleiding aan zelfstandigen die een bedrijf willen beginnen of door een moeilijke periode heen moeten. Ondernemers kunnen bijvoorbeeld starterskrediet, een renteloze lening of een aanvulling op het inkomen ontvangen.

Via gemeentefonds

De kosten voor het onderzoek naar de levensvatbaarheid van ondernemingen zullen voortaan voor de gemeente zelf zijn en ‘de middelen zijn toegevoegd aan het gemeentefonds en worden via de algemene uitkering, op basis van de maatstaven, verdeeld over de gemeenten.’ De verwachte kosten moeten opgenomen worden in de begroting.

Meer of minder voor gemeente

75 procent van het verstrekte krediet moet aan het rijk terugbetaald worden, ‘ongeacht welk deel van de lening de debiteur terugbetaalt’. Als de een debiteur meer of minder terugbetaalt, ‘is dit een resultaat voor de gemeente’.

Op orde

Het is daarom ‘belangrijk dat gemeenten de uitvoering van het Bbz op orde hebben en aanvragen inhoudelijk goed beoordelen’. Ze moeten debiteuren goed in beeld hebben en het terug- en invorderingsbeleid aanpassen. Samenwerken kan uitkomst bieden. Hier is een checklist te vinden met de verplichtingen en mogelijkheden.

Bestuurlijke toekomst Gemeente Grave

Lokale Partij Grave Lokale Partij Grave CDA Grave 05-10-2019 05:57

U heeft er ongetwijfeld al iets over gehoord of gelezen. Cuijk gaat in oktober beslissen of ze gaan herindelen met Boxmeer en St Anthonis. Grave werkt nu samen met Cuijk, Mill en St Hubert. We hebben één gezamenlijke ambtelijke organisatie (CGM). In het bestuursakkoord hebben de Lokale partij Grave en het CDA aangegeven hoe zij de bestuurlijke toekomst van Grave zien.

De afstand bestuur - inwoners

Wij denken dat Grave een overzichtelijke gemeente is, waarbij de lijnen tussen gemeente en burgers nog kort zijn. Eén gemeente Land van Cuijk zou 90.000 inwoners hebben, verdeeld over 33 dorpen en 1 stad. Het zal niet meer zijn zoals nu dat iedere kern door één of meerdere raadsleden vertegenwoordigd wordt.  Het bestuur komt dan veel verder van de inwoners af te staan. De burgerparticipatie zal dalen en de betrokkenheid van de bestuurder met zijn inwoners zal afnemen.

De financiën

Een veel gehoord argument van voorstanders voor herindeling is dat het financieel meer mogelijkheden zou bieden. Uit onderzoek (bron: Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden) blijkt echter dat het tegendeel waar is. Een herindeling leidt niet tot lastenverlichting van de inwoners of tot dalende ambtelijke kosten. Ook is er geen onderbouwing dat de dienstverlening beter zou worden. Dit wordt versterkt door een analyse van de Vereniging Nederlandse Gemeenten (bron: Magazine VNG, maart 2019) waaruit blijkt dat gemeenten tot en met 20:000 inwoners (zoals Grave) het best bij kas zitten en dat hoe groter de gemeente wordt, hoe hoger de gemiddelde uitgaven per inwoner worden.

De positie in de regio

Om de regionale positie te versterken is een herindeling tot één Land van Cuijk niet nodig. Met het SETA-concept (Samen En Toch Apart) is het mogelijk om op intergemeentelijk niveau samenwerkingsregelingen te ontwikkelen waardoor je op de gewenste gebieden samen sterker wordt. Onze gemeente heeft zo al bijna 30 samenwerkingsverbanden met andere gemeenten wat tot een toename van de bestuurskracht leidt. Uit recentelijk onderzoek (bron: Coelo, januari 2019) blijkt dat herindeling niet tot minder samenwerkingsverbanden leidt en daarmee dus ook geen effectief middel is om meer bestuurskracht als zelfstandige grotere gemeente te ontwikkelen. Het is zo dat de grote steden zelfs méér samenwerkingsverbanden hebben.

Het leefbaarheidsniveau

Als zelfstandige gemeente Grave mogen we trots zijn op het kwaliteitsniveau van onze lokale voorzieningen en de geboden ondersteuning aan het verenigingsleven. Door onze inwoners bij hun inzet te ondersteunen, te stimuleren en te faciliteren wordt de leefbaarheid in de straat, de wijk, het dorp en de stad verhoogd. Het is de vraag hoe dit leefbaarheidsniveau zich na een herindeling zal ontwikkelen, want als we naar het gemiddelde niveau van voorzieningen in het Land van Cuijk kijken, gaan we in onze gemeente er op achteruit.

De noodzaak

Voorstanders van herindeling gebruiken vaak het argument dat onze gemeente door provinciaal of landelijk bestuur tot herindeling gedwongen zal worden. Dit is niet waar. Zolang gemeenten aantonen hun bestuurlijke en financiële verantwoordelijkheden aan te kunnen is het aan het gemeentebestuur en haar inwoners zèlf om over de toekomst van hun gemeente te beslissen. Uit een analyse van PwC (bron: PricewaterhouseCoopers, maart 2019) blijkt dat een zelfstandige Gemeente Grave haalbaar is. Het besluit van de Gemeente Cuijk om uit de ambtelijke organisatie te stappen en te gaan herindelen met Boxmeer en St.Anthonis doet daar volgens deze analyse niets aan af. Wel zal door dit besluit een nieuwe opbouw van de ambtelijke organisatie moeten plaatsvinden waarbij nieuwe afspraken met de Gemeente Mill en St.Hubert gemaakt zullen worden.

Bij de gehouden opiniepeiling gaf 42,3% van de inwoners aan een zelfstandige gemeente te willen blijven. Bij deze peiling was er een duidelijke minderheid voor herindeling naar één Land van Cuijk (22,9%), waardoor deze herindeling geen optie is. Voor een herindeling met de gemeente Cuijk en Mill/St.Hubert had 33,3 % van de inwoners de voorkeur.

De uitslag van de gehouden opiniepeiling geeft aan dat wij in de raadsperiode 2018-2022 nader moeten onderzoeken welke optie (zelfstandig of CGM) het beste is voor de inwoners van de gemeente Grave, middels een objectief onderzoek/analyse. Hiervoor is het tevens belangrijk in de raadsperiode 2018 -2022 de inwoners van Grave goed te informeren over de effecten/consequenties van zelfstandig blijven of een evt. herindeling CGM. We hebben aangegeven dat de uiterlijke datum van deze raadpleging de gemeenteraadsverkiezingen 2022 zullen zijn.

Wij betreuren het dat de Gemeente Cuijk overweegt om de beslissing te nemen uit de ambtelijke organisatie CGM te stappen en tot herindeling met Boxmeer en St. Anthonis over te gaan.

De optie of ook een bestuurlijke fusie CGM mogelijk is, zal door dit besluit komen te vervallen. Wij roepen daarom de raadsleden van de gemeente Cuijk op om te heroverwegen of een herindeling CGM niet een betere keus zou zijn. De huidige realiteit dwingt ons om de keuze, zelfstandigheid of herindeling CGM, versneld voor te leggen aan onze inwoners.

Zoals opgenomen in het bestuursprogramma zullen de LPG en het CDA in de huidige periode (2018-2022) geen voorstellen steunen die betrekking hebben op de vorming/herindeling één Land van Cuijk

TEKORTEN ONTSLAAN GEMEENTEN NIET VAN ZORGPLICHT

Lokale Partij Grave Lokale Partij Grave PvdA Grave 05-10-2019 04:12

Tekorten of niet, gemeenten moeten mensen die zorg of ondersteuning nodig hebben in het kader van onder meer de Wmo 2015 en de Jeugdwet gewoon helpen. ‘Gemeenten dienen aan hun wettelijke verantwoordelijkheden te voldoen en elke inwoner dient door zijn/haar gemeente geholpen te worden indien dit onder de wettelijke verantwoordelijkheid van de gemeente valt.’

Peiling

Dat schrijft minister De Jonge (VWS) in antwoord op Kamervragen van John Kerstens (PvdA) over de gemeentelijke tekorten en de noodzaak om te bezuinigen. Dat doen gemeenten vooral binnen het sociaal domein, zo bleek onlangs uit een peiling van Binnenlands Bestuur en Frontin PAUW. Reden voor Kerstens om bij de minister aan de bel te trekken.

Daling accres

De teruglopende uitkering in het gemeentefonds is een van de oorzaken dat veel gemeenten een tekort op hun begroting hebben, zo bleek uit de peiling. Driekwart van de 86 aan de peiling deelnemende gemeenten kampt met een financieel tekort en moet flink bezuinigen. Naast een teruglopende uitkering uit het gemeentefonds zijn oplopende uitgaven in het sociaal domein, vooral in de jeugdzorg, oorzaak van de tekorten. Er wordt vooral op het sociaal domein bezuinigd.

‘Vervelend’

‘Het is voor gemeenten vervelend als lopende het begrotingsjaar sprake is van onzekerheid door accresbijstellingen’, schrijft De Jonge. Het kabinet is bereid om voor 2020 en 2021 te verkennen of schommelingen in het accres kunnen worden voorkomen of gedempt. Hiertoe was het kabinet via een motie tijdens de Algemene Beschouwingen opgeroepen.

Positief effect

Gemeenten krijgen dit jaar 218 miljoen euro minder uit het gemeentefonds dan verwacht, zo blijkt uit de vorige maand gepubliceerde septembercirculaire. Volgend jaar groeit het gemeentefonds met 1,2 miljard euro; 409 miljoen euro meer dan verwacht. ‘Ook voor 2021 en 2022 laten de accresramingen een positief effect zien’, aldus de minister in zijn antwoord op de Kamervragen van Kerstens.

Stabiliseren

Het kabinet wil samen met gemeenten kijken welke maatregelen genomen kunnen worden om het accres te stabiliseren. Ook wordt, zoals bekend, gewerkt aan een herijking van het gemeentefonds. Die moet in 2022 zijn beslag krijgen. Daarnaast blijven rijk en gemeenten met elkaar in gesprek of gemeenten hun wettelijke verantwoordelijkheden in het sociaal domein kunnen waarmaken met de budgetten die zij van het rijk krijgen, benadrukt De Jonge. Hij brengt daarbij het onafhankelijke onderzoek naar de jeugdhulp in herinnering. Op basis daarvan besluit een volgend kabinet of het jeugdbudget structureel moet worden verhoogd.

MINIMALE NORM VOOR GRIFFIE NODIG

Lokale Partij Grave Lokale Partij Grave Grave 05-10-2019 04:10

Door de toegenomen gemeentelijke taken en versplintering in de raad is de werkdruk van raadsleden gestegen en daarmee de behoefte aan ondersteuning en advisering toegnomen, stellen de griffiers. Er moet daarom een norm komen voor een minimale omvang van elke griffie.

Motie

Elke griffie moet in ieder geval een griffier, een plaatsvervangend griffer/raadsadviseur en een administratieve ondersteuner omvatten. Een motie van die strekking is vrijdag op het jaarcongres van de griffiers met ruim 80 procent aangenomen. ‘Een sterk lokaal bestuur en een vitale lokale democratie vragen om goed toegeruste griffiers, die investeren in de eigen ontwikkeling en professionalisering’, aldus de motie. En ‘goede ondersteuning van volksvertegenwoordigers wat mag kosten.’

2,85 fte

De gemiddelde bezetting op een griffie bedraagt nu 2,85 fte. Veel kleine en middelgrote gemeenten zitten daar onder, zoals Olst-Wijhe en Staphorst. Beide gemeenteraden tellen 17 zetels. Olst-Wijhe heeft een griffie met een bezetting van 1,38 fte en Staphorst kent een bezetting van 1,67 fte. De griffiers van deze gemeenten waren initiatiefnemer van de motie.

Bestuurlijke slagkracht

Omdat veel gemeenten een (te) krappe bezetting op de griffie hebben, komen veel griffiers onvoldoende toe aan hun adviserende en strategische taken. De geringe uitgaven aan de griffie kunnen leiden tot een mindere kennispositie van de raad en daarmee diens bestuurlijke slagkracht.

Drie functies

‘Je hebt verschillende mensen met verschillende kwaliteiten nodig’, verduidelijkt Hester Tjalma namens de griffiers. De leden wilden niet een in fte’s vertaald minimale norm vastleggen, maar de drie functies moeten in elke griffie vertegenwoordigd zijn, zo vinden de griffiers.

TOEGANKELIJKHEID VEEL OVERHEIDSWEBSITES SLECHT

Lokale Partij Grave Lokale Partij Grave Grave 04-10-2019 06:20

Websites en apps van Nederlandse gemeenten zijn vaak onduidelijk en slecht bereikbaar. Van alle 355 gemeentewebsites voldoet minder dan een kwart (23 procent) van de homepagina's aan de vastgestelde toegankelijkheidsrichtlijnen.

Gemeenten in Friesland en Limburg zijn het minst toegankelijk, de sites van gemeenten in Drenthe, Flevoland en Zeeland scoren het best, meldt bureau Stuurlui dat onderzoek doet naar de digitale toegankelijkheid van (semi)overheidsinstellingen.

Belemmeringen

‘Onduidelijke knoppen zonder beschrijving, complexe en drukke vormgeving, felle kleuren zonder contrast en het ontbreken van ondertitels kunnen het gebruik flink beïnvloeden’ aldus een woordvoerder. ‘Vooral mensen met een beperking lopen regelmatig tegen belemmeringen aan bij het gebruik van digitale middelen.’

Wettelijke verplichting

Voor (semi)overheidsinstellingen bestaat sinds vorig jaar juli de wettelijke verplichting websites toegankelijk te maken. Toegankelijkheid is essentieel omdat steeds meer zaken met de gemeente online worden geregeld, zoals bijvoorbeeld het doorgeven van een adreswijziging of het aanvragen van een parkeervergunning. (ANP)

GEMEENTEN EN RIJK WILLEN GROENE VUILNISWAGENS

Lokale Partij Grave Lokale Partij Grave Grave 04-10-2019 06:18

Gemeenten en het rijk gaan samenwerken in het vergroenen van vuilniswagens. Ze spreken af dat er vanaf 2030 geen nieuwe vervuilende vuilniswagens meer in hun gemeenten rondrijden. Uiteindelijk moeten de gemeenten stapsgewijs naar een geheel emissieloos wagenpark.

Aansluiten

Gemeenten als Amsterdam, Rotterdam en Tilburg maakten sloten al eerder met het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat een deal. Gemeenten als Leiden, Groningen, Den Haag en Breda sluiten zich daar nu bij aan. Ook een aantal partijen uit de reinigingsbranche doen mee.

Luchtkwaliteit

Schone reinigingsvoertuigen stoten geen CO2, stikstof en fijnstof uit tijdens het rijden, wat goed is voor de luchtkwaliteit. Bovendien zijn ze vaak aanmerkelijk stiller dan traditionele voertuigen. Veel gemeenten zijn al druk met het ‘vergroenen’ van hun wagenpark, maar wachten vaak het langst met het invoeren van schone vuilniswagens. De machines zijn relatief zwaar en duur. Een gemeente heeft vaak veel geïnvesteerd in de vuilniswagens, en ze hebben een langere afschrijving dan veel andere gemeentelijke voertuigen.

Batterij

In een aantal gemeente rijden al emissieloze reinigingsvoertuigen, maar dan gaat het vaak om elektrische voertuigen als kleine vrachtauto’s en bestelbussen. Grotere en zware vuilniswagens zijn lastiger om met een batterij uit te rusten, maar kunnen wel worden voorzien van een elektromotor op waterstof. In de regio Eindhoven is daar de afgelopen jaren al mee getest.

Klimaatakkoord

Volgens staatssecretaris Stientje van Veldhoven is het een stap in de uitvoering van het eerder gesloten klimaatakkoord: ‘De woorden ‘schoon’ en ‘vuilniswagen’ klinken misschien niet meteen als een logische combinatie. Maar als je bedenkt dat er zo’n 6000 reinigingsvoertuigen door onze straten rijden moet het dat wel worden. Straks stoten ze in elk geval geen uitlaatgassen meer uit en dat is goed nieuws voor het klimaat en de schone lucht in onze dorpen en steden.’

Ollongren in gesprek met CvdK’s na kwestie ‘Gennep’

Lokale Partij Grave Lokale Partij Grave Grave 30-09-2019 10:00

Bestuurlijke verhoudingen verstoord

Dat schrijft de minister in antwoord op Kamervragen van D66-Kamerleden Monica den Boer en Rens Raemakers. Op verzoek van de minister heeft de Limburgse commissaris van de Koning Theo Bovens haar via een ambtsbericht geïnformeerd over de aanleiding en achtergronden van het vertrek van de burgemeester. ‘De bestuurlijke verhoudingen binnen het college van burgemeester en wethouders zijn verstoord, zoveel is duidelijk. De burgemeester heeft uiteindelijk ook zelf hierin aanleiding gezien om ontslag te verzoeken’, schrijft Ollongren.

Geen rol of bevoegdheid vertrouwenscommissie

De minister wijst er ook op dat er in deze aangelegenheid geen formele rol of bevoegdheid van de vertrouwenscommissie is weggelegd. Die is er alleen bij de benoeming en herbenoeming van een burgemeester. ‘In de praktijk is in veel gemeenten, zo ook in Gennep, een semipermanente vertrouwenscommissie, belast met het voeren van periodieke klankbordgesprekken met de burgemeester. De wet biedt die ruimte.’ Van ontslag in de zin van artikel 61b van de Gemeentewet, verstoorde verhouding tussen de burgemeester en de raad, gevolgd door een aanbeveling tot ontslag van de burgemeester, is in dit geval geen sprake, concludeert Ollongren.

Stelsel bepaalt geheimhouding

Met het oog op het vertrouwen van de burger in het openbaar bestuur moet maximale duidelijkheid worden gegeven over het ontslag van een burgemeester, maar wel met inachtneming van die zaken waarbij op grond van artikel 61b van de Gemeentewet geheimhouding rust, doceert Ollongren. ‘Dat de gemeenteraad in die gevallen over meer informatie beschikt dan het publiek, vloeit logischerwijze voort uit het stelsel.’ De burgemeester opereert in een lokaal-politieke context. Hoewel hij een onafhankelijke en onpartijdige positie inneemt, is hij voor zijn functioneren feitelijk afhankelijk van de raad, en afgeleid het college, schrijft de minister. ‘Uiteindelijk moet een burgemeester ook zelf het gevoel hebben dat hij zijn functie met gezag kan vervullen. Dat was hier niet langer het geval, er was naar het oordeel van alle betrokkenen sprake van een onwerkbare situatie.’

Gesprek met CvdK's

Over de rol van de commissaris van de Koning in dit soort situaties, als hoeder van de gemeentelijke integriteit, wijst Ollongren formeel op de wettelijke taak van de CvdK om toe te zien op een ordelijk verloop van de procedure met betrekking tot het ontslag van een burgemeester en dat deze kan adviseren en bemiddelen als er bestuurlijke problemen zijn en de bestuurlijke integriteit van een gemeente in het geding is. ‘Een en ander laat echter onverlet dat een burgemeester zelf de overtuiging moet hebben dat hij nog in voldoende mate kan functioneren.’ Ollongren ziet geen aanleiding voor nader onderzoek. ‘Wel zal ik naar aanleiding van de casus Gennep de thematiek met de commissarissen van de Koning bespreken.’

EEN LOKET VOOR IDEEËN VAN BURGERS

Lokale Partij Grave Lokale Partij Grave Grave 30-09-2019 05:43

. Gepost in Nieuws en actualiteiten

Eén loket waar alle burgerinitiatieven binnenkomen, met één contactpersoon vanuit de gemeente Tilburg die als 'maatje voor het initiatief' optreedt en waar nodig ook hulp en ondersteuning kan bieden bij de aanvraag en het vervolgproces. Dat zouden Tilburgers een goed idee vinden, zo blijkt uit onderzoek van de Rekenkamer Tilburg.

En de Rekenkamer gaat daar in zijn advies aan het college in mee. Nu hebben Tilburgers die iets in of voor de stad willen doen last van hiërarchie, beleid en regels. Die hinder begint bij de vele ingangen, die bovendien niet bij iedereen bekend zijn.

Successen van burgerparticipatie zijn niet altijd even zichtbaar en worden vaak weinig gevierd, concludeert de Rekenkamer verder. Ook wordt er weinig geëvalueerd en worden lessen ‘dus onvoldoende geborgd. Wat zijn nu 'good practices', de do’s en de don'ts?’, aldus de Rekenkamer. Dat moet beter. En: 'Leer ook van andere gemeenten.'

Invloed

De gemeente verwacht van inwoners grotere zelfredzaamheid en de inzet van eigen kracht. Dan mogen burgers van de gemeente verwachten dat zij invloed hebben op beslissingen van het lokaal bestuur, vindt de Rekenkamer. Inwoners moeten vroegtijdiger en intensiever worden betrokken, ‘met name bij aangelegenheden die de eigen wijk, buurt of dorp betreffen, en zorg daarbij steeds voor een representatieve afspiegeling van inwoners’. De inwoners moeten ook echt wezenlijke invloed krijgen. ‘Wek als gemeente niet de indruk dat slechts voor de vorm invulling gegeven wordt aan burgerparticipatie.'

/index.php/2183-vooral-sippe-smileys-bij-simulatie-omgevingswet

/index.php/2181-gemeentepagina-s-verhuizen-naar-de-maasdriehoek

‘MEER AANDACHT VOOR NAZORG BURGEMEESTERS’

Lokale Partij Grave Lokale Partij Grave Grave 27-09-2019 07:23

Een lichte vorm van georganiseerde nazorg is nodig voor burgemeester na een ramp, crisis of drama in hun gemeente. Het burgemeestersambt zou dan moeten worden aangemerkt als een ‘hoog risico beroep’. Die aanbeveling doet geestelijk verzorger Caroline Straathof in haar eindscriptie ‘Nazorg voor bestuurders bij rampen en crisis. Een lacune?’ na interviews met zeven burgemeesters.

‘Ten tijde van de ramp met de MH17 woonde ik in Hilversum, waar drie gezinnen waren omgekomen en ook het forensisch centrum was ingericht. Ik wilde daar mijn scriptieonderzoek naar doen. In een evaluatierapport over crisisbeheersing rond die ramp in juli 2014 werd de lacune in nazorg aan bestuurders geconstateerd. Ik vond het verbazend dat er geen nazorg voor bestuurders is. Dat vonden de door mij geïnterviewde burgemeesters ook opmerkelijk. De burgemeester is een sleutelfiguur in de tweede lijn rond de slachtoffers. Als er kinderen bij betrokken zijn, geldt dat bijvoorbeeld ook voor een schooldirecteur. Die mensen krijgen heel wat voor hun kiezen. Ik heb het Nederlands Genootschap van Burgemeesters (NGB) gebeld. Er was niets met de constatering in dat rapport gedaan. Geen nazorg betekent niet automatisch dat er een lacune is, luidde de reactie. Dat ben ik gaan onderzoeken.’

Hoe selecteerde je de burgemeesters?

‘Als student heb ik mij gericht op burgemeesters die in de periode 2014-2019 met een ramp, crisis of heftige gebeurtenis in de lokale gemeenschap te maken hebben gehad.  Burgemeesters zijn goed voor onderzoek, want vergelijkbaar in rank. Ik heb acht burgemeesters aangeschreven en bij zeven was ik van harte welkom. Dat was een hele sterke respons, waardoor ik dacht: Hee, hier leeft iets. Het betrof onder anderen Jan van Zanen, burgemeester van Utrecht (tramaanslag), Wobine Buijs, burgemeester van Oss (Stint-ongeluk) en Pieter Broertjes, burgemeester van Hilversum (MH17). Buijs kaartte het onderwerp direct aan: waar is de nazorg voor de bestuurder? Dat werd toen nog niet opgepikt.’

‘Consulent kan zorg efficiënter maken’

Lokale Partij Grave Lokale Partij Grave Grave 26-09-2019 05:45

Volgens Berenschot gaat 25 tot 29 procent van de budgetten voor Wmo en jeugdhulp naar de ‘coördinatie’ van deze taken. Dit kan omlaag, denkt het adviesbureau, als de consulent een meer centrale rol krijgt in de gemeentelijke organisatie.

‘Consulenten worden vaak ondergewaardeerd en onvoldoende in staat gesteld om hulpvragen goed af te handelen. Ze hebben onvoldoende inspraak in beleid, te maken met hoge (tijds)druk, hebben vaak beperkt inzicht in de cijfers, beperkte bewegingsvrijheid om zelf keuzes te maken en er is doorgaans weinig aandacht voor coaching en ontwikkeling,’ somt consultant Wouter Poels op.

Consulenten brengen zorgbehoeften van cliënten in kaart en regelen wat daarvoor nodig is, zoals een maatwerkvoorziening. ‘Zij vormen de sleutel tot passende zorg én grip op de kosten,’ aldus Berenschot. Hun rol kan bijvoorbeeld meer gewicht in de schaal leggen als ze ‘opdrachtgever van de beleids- en inkoopafdeling’ worden en ‘meebepalen welke voorzieningen nodig zijn’. Berenschot verwijst naar de gemeenschappelijke organisatie Noaberkracht van Dinkelland en Tubbergen. ‘Die laat consulenten daadwerkelijk bepalend zijn in de coördinatie van zorg.’

De meeste organisatiekosten vallen niet direct aan gemeenten toe te schrijven, blijkt uit het onderzoek. Van de 29 procent in de jeugdzorg bijvoorbeeld, nemen lokale overheden 4,3 procentpunt voor hun rekening. Verreweg het grootste deel bestaat uit kosten van de zorgaanbieders. Maar dat is niet het hele verhaal, want: ‘Zorgaanbieders zouden ook lagere coördinatiekosten kunnen hebben, maar zijn hierbij afhankelijk van gemeenten.’

Vanuit het gemeentehuis dalen de plannen neer die de kosten veroorzaken. Berenschot doelt op ‘allerlei lokale beleidsprogramma’s, kwaliteitseisen en monitorings- en verantwoordingseisen’. Dat gaat zo ver dat het Rijk, gemeenten en aanbieders ‘verstrikt zijn geraakt in een web van onderlinge coördinatieprocessen’.

Berenschot merkt voor de volledigheid op dat de cijfers landelijke gemiddelden zijn. ‘De exacte procentuele verdeling verschil per gemeente, jeugdzorgaanbieder, subsector en type jeugdzorgtraject.’ Hoe de precieze verdeling eruit ziet, maakt het bureau niet bekend. Dat deed Berenschot ook niet bij een vergelijkbare doorlichting van de uitvoeringskosten van de bijstand. ‘Jammer,’ zegt onderzoeker Keimpe Anema.

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.