Nieuws van PvdA in Nederland over CDA inzichtelijk

16 documenten

Felle kritiek in Eerste Kamer op nieuwe wet arbeidsmarkt

PvdA PvdA VVD CDA Nederland 29-05-2019 09:41

Door Esther-Mirjam Sent op 29 mei 2019 Delen  

Fractievoorzitter Esther-Mirjam Sent stelde veel kritische vragen en liet ook het sociaaldemocratische alternatief zien. Op dinsdag 28 mei wordt er gestemd en gaan wij proberen deze wet tegen te houden.

Mensen willen zeker zijn van vast werk met een fatsoenlijk salaris. Goed werk is de basis voor een goed leven. Het is je inkomen en je toekomst. Het is erbij horen en plezier hebben met je collega’s. Goed werk met een vast salaris is daarom heel belangrijk.

Goed werk is de basis voor een goed leven.

Helaas is die zekerheid sinds de jaren negentig langzaamaan minder geworden. Inmiddels heeft Nederland een van de meest flexibele arbeidsmarkten van Europa. Veel mensen hoppen van baan naar baan, van nul-urencontract naar gedwongen zelfstandigheid. Dit biedt geen perspectief op een zeker inkomen. Bovendien bouw je geen pensioen op voor later.

Kortom, de arbeidsmarkt is uit balans. En daarbij is de flexibiliteit ook ongelijk verdeeld. Ben je jong, laagopgeleid, vrouw of heb je een migratieachtergrond, dan heb je meer kans op een flexibel contract. Waar flexibele arbeid een goede oplossing kan zijn voor bepaalde situaties, wordt het ingericht als structurele invulling van wat normale vaste banen horen te zijn. Zo ontstaat er onzeker werk, dat minder betaalt en waar minder in wordt geïnvesteerd.

Een wet die de broodnodige balans op de arbeidsmarkt zou herstellen, is dus hard nodig. Om zzp’ers te beschermen tegen ziekte en arbeidsongeschiktheid. Om schijnzelfstandigheid tegen te gaan en de belastingvoordelen voor zzp’ers aan te pakken. Maar de wet die het kabinet heeft gemaakt, doet hier allemaal niets aan. Onaf, onduidelijk en teleurstellend; dat was niet alleen mijn oordeel, maar ook het oordeel van bijna alle wetenschappers die we als Eerste Kamer hebben bevraagd.

https://www.pvda.nl/nieuws/felle-kritiek-in-eerste-kamer-op-nieuwe-wet-arbeidsmarkt/

Een wet die de broodnodige balans op de arbeidsmarkt zou herstellen, is dus hard nodig.

De wet zorgt namelijk voor meer onzekerheid. Allereerst wordt de ontslagbescherming uitgekleed. Het wordt makkelijker om mensen te ontslaan en de transitievergoeding wordt lager en gemaximeerd. Daarnaast wil het kabinet het weer mogelijk maken om drie jaar in tijdelijke dienst te zijn, waardoor werknemers minder snel een vast contract krijgen. Er zitten ook wel positieve kanten aan de wet, zoals dat het kabinet de premie voor vaste contracten wil verlagen om zo deze contracten aantrekkelijker te maken voor werkgevers en dat er strengere eisen komen voor oproepcontracten. Maar ook daar zouden wij liever nog wat ambitieuzer zijn en minder uitzonderingen toestaan.

De PvdA wil de flexibilisering van onze arbeidsmarkt tegengaan. Zekerheid moet weer de norm worden. Gijs van Dijk heeft in de Tweede Kamer al een aantal sociaaldemocratische voorstellen gedaan en wij hebben daar nog twee voorstellen aan toegevoegd.

Allereerst willen we dat alle zelfstandigen ook een minimumdekking moeten krijgen tegen ziekte en arbeidsongeschiktheid. Hiermee beschermen we zzp’ers en wordt het ook betaalbaarder om verzekerd te zijn. Zzp’ers zijn nu vaak 20 tot 25 procent goedkoper, wanneer ze geen pensioen opbouwen en de kosten daarvan niet in hun tarieven doorberekenen. Dat is oneerlijke concurrentie en drukt de lonen.

Zelfstandigen moeten ook een minimumdekking krijgen tegen ziekte en arbeidsongeschiktheid.

Ten tweede willen we de platformeconomie meer aan banden leggen. Digitale werkplatformen, zoals Uber, Temper en Roamler, zouden ertoe kunnen leiden dat het aantal zzp’ers in Nederland de komende jaren enorm toeneemt. Niet alleen uitzendkrachten, maar ook werkenden in kortdurende en oproepcontracten kunnen op grote schaal op een zzp-platform terecht komen. Veel van deze mensen zouden veel liever een vast contract krijgen.

Het debat in de Eerste Kamer was helaas nog teleurstellender dan het wetsvoorstel zelf. Hoewel er forse kritiek was op het wetsvoorstel, werd het duidelijk dat de coalitiepartijen hadden afgesproken hiervoor te stemmen. De VVD en het CDA dienden een motie in om ‘voor de zomer van 2019’ (dat is dus binnen een maand!) alsnog met zzp-beleid te komen. Wat ons betreft had dat juist een belangrijk onderdeel moeten zijn van deze wet en kan dat niet achteraf nog gerepareerd worden. Als we deze wet kunnen tegenhouden, dan kan het kabinet gaan werken aan een wet die écht balans brengt op de arbeidsmarkt.

Vice-Fractievoorzitter

Tegenstellingen in Twente. Over macht en onmacht. (1)

PvdA PvdA VVD CDA Nederland 28-03-2019 12:30

In Almelo is de voorzitter van de landelijk VVD bestuurdersvereniging, Arjen Gerritsen burgemeester. Hij is verantwoordelijk voor onder andere de openbare orde en veiligheid in de voormalige textielstad. Hij zette in de voorbije herfst ’s nachts, een leger en politiemacht van 450 manschappen in om enkele drugshandelaren in de Nieuwstraat buurt op te pakken. Bij de acties kwamen moeders en kinderen in de knel met trauma’s tot gevolg, zo vertelde me een verontwaardigde schooldirecteur. Het maakte de burgemeester niets uit.

De jonge VVD wethouder Arjen Maathuis (daarvoor ‘programma-manager’ bij een naburige gemeente) is verantwoordelijk voor sociale zaken, werkgelegenheid en economie binnen een rechts college. De gemeente mag een jaarlijkse inkomenstoeslag vaststellen voor de armste inwoners. Voor die gezinnen stond die eenmalige jaarlijkse uitkering op 500 euro. Alleenstaanden konden rekenen op 350 euro. De VVD wethouder vond dat daar een eind aan moest komen. Hij verlaagde de inkomenstoeslag naar 100 euro voor gezinnen en 80 euro per jaar voor alleenstaanden. Op die manier zouden deze mensen gestimuleerd worden om vanuit de bijstand te gaan werken. Dat is Almelo en dat is het ware gezicht van rechts beleid, gesteund door het CDA en rechtse, lokale partijen. Het ergste is dat diezelfde kwetsbare groep armoede over draagt van generatie op generatie. Voor hen ontbreekt perspectief, zoals een voormalig raadslid uit Enschede me ooit eens toevertrouwde, “omdat de samenleving er nooit in zijn geslaagd voor deze groepen een zinvol alternatief te vinden na de sluiting van de textielfabrieken in de vorige eeuw.” Dat maakt dit harde rechtse besluit zo onaanvaardbaar: het is bedoeld om mensen te vernederen en uit te sluiten.

De kleine PvdA fractie, met Arjan de Vries en Jorien Geerdink, is  naast en tussen die mensen gaan staan en nam het voor hen op, in de gemeenteraad. Jorien Geerdink ging mee naar de rechtbank, toen juist deze kwetsbare mensen werden opgelicht door een bewindvoerder. Tweede Kamerlid Gijs van Dijk op zijn beurt, legde de kwestie voor in Den Haag, tijdens de debatten in het parlement. Het laat zien dat de sociaaldemocratie meer dan ooit een rol te spelen heeft.

Dat bleek ook tijdens mijn bezoek aan de gemeente ’Hof van Twente’. Dat is de omgeving van Diepenheim, Goor, Markelo en Delden. In het lichtglooiende coulissen landschap worden akkers en velden afgewisseld met houtwallen en percelen bos. De schaalvergroting in de landbouw heeft hier natuurlijk ook haar landschappelijks sporen nagelaten, maar in vergelijking met de streek boven Almelo, is het hier nog steeds liefelijk en aantrekkelijk. Alleen bij Diepenheim liggen al zes kastelen, het thuis voor de oude Gelderse landadel. Verderop ligt het landgoed Twickel bij Delden, met het grootse kasteel, het park, de tuinen en omringende bossen en landerijen. Dat is een geliefd oord, voor wandelaars en fietsers. Ik was te gast bij mijn oud collega Margot Gunderman en haar man en bij de leden en het bestuur van de lokale afdeling van de PvdA. Ze namen me mee naar Diepenheim, een dorp wat haar bekendheid ontleent aan de activiteiten van de Kunstvereniging. Marinus Aaftink, een van de bestuursleden van het eerste uur, van de Kunstvereniging leidt ons naar de expositiezaal van de Kunstvereniging, waar (inter) nationale moderne kunst wordt getoond. In de directe nabijheid zijn er bijzondere aangelegde tuinen (landart) en is er een centrum voor moderne tekenkunst.

Marinus Aaftink

Even verderop laat Marinus Aaftink trots het jongste project zien waarbij hij betrokken was, de lokale herberg de Pol die werd omgetoverd tot een groot multifunctioneel cultureel centrum met de schitterende theaterzaal, Er zijn mooie voorstellingen te zien en de verschillende (muziek) verenigingen hebben hier hun plaats en er is een café restaurant, en een bibliotheek natuurlijk, waar je net als elders, automatisch boeken kunt belenen en inleveren. Met een slimme ingreep is het prachtige vlakke vloer theater om te toveren tot een openlucht theater. Waar vind je zoiets? En ook al beperken bezuinigingen de mogelijkheden, en moeten de vrijwilligers van het eerste uur zachtjes aan het stokje overdragen aan een volgende generatie, de toekomst van Diepenheim lijkt tot in lengte van jaren verzekerd. Het is een geliefd oord voor (welgestelde) toeristen en het barst er van de B&B gelegenheden; de kunsten dragen de lokale economie. Later ontmoette ik twee oude PvdA-ers Wim Leetink (90) uit Goor, en de geboren Amsterdammer, in Delden woonachtige prof. em. Ger Boerlijst. De één, Wim Leetink, vertelde het verhaal van een arbeidersleven in Twente. Van thuis uit lid van de SDAP, later vanaf de start van de PvdA, de vakbond, de Vara… Hij werd opgeleid als banketbakker en oefende dat vak ook 17 jaar uit, maar zijn liefde lag er niet. Bovendien verdiende hij te weinig; in de fabriek kon je een derde meer loon krijgen. Toen de kans zich aanbood, was de overstap snel gemaakt. Wim ging werken bij de giertij Dikkers in Goor, werd daar een echte vakman maar een noodlottig ongeval met uraniumafval van de Urenco uit Almelo (die aan twee collega’s het leven kostte) kwam hij op 43 jarige leeftijd in de WAO. Einde carrière. Nu, op hoge leeftijd, is hij nog steeds intensief betrokken bij het wel en wee van de lokale PvdA. Hij maakt flyers (zijn advies: geef een duidelijke eenvoudige boodschap mee en gebruik grote letters) en slaat geen bijeenkomst over. Wim woont in een bejaardenhuis, fietst elke dag nog tien kilometer in de omgeving en is zo fit als een hoentje.

Het verhaal van Ger Boerlijst is als de klassieke roman over de opkomst van het arbeidersbeweging en volksverheffing. Het begint in de tweede helft van de negentiende eeuw in de Amsterdamse Jordaan, in de armste omstandigheden wanneer de grootvader van de nu 86 jarige Ger als diamantbewerker een gezin onderhoudt en daarnaast actief wordt zowel in de diamantbewerkersbond als in een vereniging die arbeiders een betere huisvesting garandeert. Zij zijn dan aanhangers van dominee Ferdinand Domela Nieuwenhuis, in Nederland de grondlegger van de socialistische beweging. Zijn zoon, de vader van Ger, werd drogist, een kleine middenstander in Nieuw Zuid. Ger vertelt over de deportaties door de Duitsers, de bezetters, van hun Joodse buren, vriendjes en vriendinnetjes van school. En hoe hij na de oorlog na het gymnasium kon gaan studeren. Hij kreeg het aanbod om te gaan werken bij Philips in Eindhoven, als bedrijfspsycholoog. Later stapte hij over naar de universiteit van Twente en werd er hoogleraar. Hij volgt de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt nog steeds en maakt zich zorgen over de flexibilisering, die de binding met het bedrijf en dus een gemeenschap ondermijnt. Aan de keukentafel, in het gezelschap van enkele bestuursleden van de lokale PvdA afdeling, zegt de geboren Amsterdammer: “Mensen denken nu gemakkelijk dat ze autonoom zijn en als zelfstandige heel makkelijk te kunnen switchen maar wanneer men boven de 45 jaar is en dan plotseling te maken krijgt met ingrijpende veranderingen in het leven en het werk, blijkt al gauw dat die enorme flexibiliteit een valkuil vormt, waar je niet gemakkelijk meer uit komt.” Ger Boerlijst constateert dat de binding met een bedrijf, en dus een gemeenschap, steeds minder wordt en dat het de grote opdracht is voor de politiek en de sociaaldemocratie om die binding tussen de burgers te herstellen.

Voormalig gemeentehuis Diepenheim

Een eindje verderop, in Markelo, is dat ook een zorg voor de gepensioneerde onderwijsman, Herman Wevers, een van de vier raadsleden van de PvdA in de gemeenteraad. Bij een kopje koffie schetste hij de geschiedenis van de streek, met de dominantie van de belangen van de landbouw en hun vertegenwoordigers bij de christendemocraten en liberalen. “De plankgasboeren wordt hier echt geen strobreed in de weggelegd,” zei hij. Plankgasboeren dacht ik, wat zijn dat nou weer? Herman legde het uit: bij ruilverkavelingen worden de houtwallen en kleine bosjes in het landschap weggenomen en het landschap geëgaliseerd, om zo de percelen voor grote zware en efficiënte trekkers toegankelijk te maken. Met die zware trekkers kun je vol gas over het land. Plankgasboeren… De maatschappelijke verhoudingen zijn in de loop der tijd niet wezenlijk veranderd. In Goor, bijvoorbeeld, vertelt Herman, is een honderd jaar oude wijk met arbeiderswoningen, het Tuindorp. De woningbouwstichting heeft weinig trek om juist deze woningen te renoveren en klimaatbestendig te maken. In plaats daarvan wordt er voor gekozen om de huurwoningen van beter gesitueerden op te knappen. Dat zijn stille maar heel politieke keuzes van woningbouwbestuurders. Herman verbijt zich.

De sociaaldemocratie had in Twente een sterke, krachtige positie. Die is de afgelopen jaren vrijwel volledig verdwenen, vooral in de belangrijkste Twentse steden, zoals Enschede, Hengelo, Almelo. In de gemeente ‘Hof van Twente’ gaat het relatief nog redelijk; de fractie in de gemeenteraad bestaat uit vier volksvertegenwoordigers. Maar ook hier blijft de macht in handen van de traditionele christendemocraten en liberalen. Tijdens mijn tocht, de voorbije maanden, hoorde ik van veel vrijwilligers in de afdelingen hoe moeilijk het is en wordt, om de plaatselijke sociaaldemocratie in stand te houden, terwijl we later dit jaar juist herdenken dat de sociaaldemocratische beweging 125 jaar geleden werd opgericht. Het ledenbestand wordt steeds maar ouder en de aanwas van jongeren blijft achter. Hoe het tij te keren? Het bestuur en de leden van de afdeling, benieuwd naar mijn verhalen, kwamen die avond bijeen in een café in Goor. We wisselden verhalen en ervaringen uit; het is een vrolijke, plezierige en optimistische avond, ook al is het nog maar een klein gezelschap. Annemieke Wissink, lijsttrekker voor de PvdA bij de provinciale verkiezingen in Overijssel is optimistisch. “We hebben straks een leuke ploeg,” zegt ze. “We komen er weer boven op.” We nemen afscheid op het plein voor het nieuwe, reusachtige gemeentehuis van in Goor. Het is koud, en donker, maar we hebben hoop, en vertrouwen.

Op weg naar de noordelijk gelegen gemeente Twenterand, breek in hoofd weer eens over de zorgen om de lokale democratie. Het is niet een probleem van de sociaaldemocratie; ook andere landelijke partijen kampen met een steeds teruglopend ledenaantal en steeds minder en steeds oudere actieve leden in de lokale afdelingen. Bovendien geldt dat zodra een partij verantwoordelijkheid neemt voor het bestuur, (gemeentelijk, provinciaal of landelijk) het vertrouwen van de burgers verliest. Wat zegt het dat een programma-manager sociaal domein van een gemeente, even later een politiek verantwoordelijk wethouder is voor datzelfde sociaal domein bij een andere gemeente? Wat is een bibliotheek zonder bibliothecaris? Stel je voor dat de bibliotheek van Gouda, de Chocoladefabriek, geen Erna Staal als directeur zou hebben, met haar een grenzeloze kennis van en liefde voor boeken? Zou de Chocoladefabriek ooit tot leven kunnen komen? Waarom zou je een bibliotheek organiseren met een computer maar zonder een bezielende geest? Anders gezegd, hoe leer de mensen kennen die niet naar de bibliotheek gaan en er wel plezier aan zouden kunnen beleven? Hoe zie je wie wel en niet kan lezen? En hoe zorg je er voor dat wie niet kan, maar wel wil lezen, daartoe de kans, de mogelijkheid krijgt? Sterker, wie opent je een boekenrij van ruggen tot een bron van tijd, van ruimte en kennis? Dan de woningbouwstichting, die zonder blikken of blozen de armste wijk in Goor veronachtzaamd? Anders gezegd, hoe kun je volkshuisvesting organiseren wanneer een woningbouwstichting niet om kijkt naar de slechtste woningen, naar de kwetsbaarste mensen? Of, hoe kun je volkshuisvesting organiseren wanneer door de Europese Commissie in Brussel wordt bepaald met welk inkomen wie wel en niet een sociale huurwoning mag betrekken? Wat kan de lokale politiek daaraan nog doen? Praten tot je een ons weegt of, in het gunstigste geval, de wensen van college en raad overbrengen bij de directeur van een woningbouwstichting en hopen, …hopen dat hij luistert? Hij is ten slotte directeur van een autonoom publiek bedrijf, zoals een school dat is, of een ziekenhuis. Landelijke regels beperken de grenzen van hun ‘speelruimte’, maar verder zijn deze publieke ondernemingen autonoom. Het zijn ’de professionals’, de managers en bestuurders die uitmaken wie, wat waar en waarom.  De lokale democratie staat even goed onder druk. Hoe het tij te keren?

Goede zorg zal de coalitie een zorg zijn

PvdA PvdA VVD D66 CDA Nederland 13-03-2019 13:41

Door John Kerstens op 13 maart 2019 Delen  

Deze week kon je daarvan weer een niet zo fraai staaltje zien. Want opnieuw werd een aantal moties dat ik indiende door de hele oppositie gesteund, maar stemden de coalitiepartijen (CDA, CU, D66 en VVD) tegen. Gevolg: telkens één stem te weinig, moties afgewezen.

En dus komt er geen concreet plan om een eind te maken aan de doorgeschoten marktwerking in de zorg.

En dus komt er geen concreet plan om een eind te maken aan de doorgeschoten marktwerking in de zorg, te beginnen in de wijkverpleging. Aanleiding voor die motie waren de grote woorden die minister De Jonge daarover vorige week in een kranteninterview gebruikte. Gisteren werd helder dat dat verkiezingspraatjes waren, of een sollicitatie naar de plek van Buma, en dat het CDA als het erop aankomt bij de VVD (die fel reageerde op het interview van De Jonge) onder de plak zit. En dat is jammer want als de minister z’n woorden meende en dus echt ‘het licht had gezien’, was een Kamermeerderheid om de uitwassen van die marktwerking nu echt aan te pakken binnen bereik geweest. Overigens zullen we als PvdA gewoon doorgaan met het indienen van goede pannen daarvoor.

Wat er ook niet komt, is extra geld voor betere salarissen voor zorgmedewerkers. Die zijn hard nodig om te voorkomen dat elk jaar opnieuw 80.000 mensen de sector verlaten. En dat terwijl er al een gigantisch tekort aan personeel is, met alle gevolgen van dien: van langere wachtlijsten en operatieafdelingen die sluiten tot overwerkte zorgmedewerkers. Vertrekkers uit de sector noemen vaak het te lage salaris als een van de redenen voor hun vertrek. Daar móet dus iets aan gebeuren. En dat kan ook, want er is geld. Dit jaar moeten de cao’s  van meer dan één miljoen mensen die in de zorg werken worden vernieuwd. Daar waar de onderhandelingen al zijn begonnen, zijn ze vastgelopen. Het kabinet, de coalitie dus, heeft hier de sleutel in handen: bij de voorjaarsnota kan extra geld worden uitgetrokken. Helaas dus. Niet belangrijk blijkbaar.

Wat er ook niet komt, is extra geld voor betere salarissen voor zorgmedewerkers.

De coalitie stemde ook tegen mijn voorstel dat moet voorkomen dat voor de zorg bestemd geld opnieuw terugvloeit naar de staatskas. De afgelopen jaren ging dat al om een paar miljard. Geld voor de zorg moet naar de zorg. Logisch, zou je denken. Maar niet voor minister en coalitie. Een gemiste kans.

Tenslotte kreeg ik de handen van coalitiepartijen niet op elkaar voor het voorstel om in geval van een fusie of overname ook te toetsen wat de gevolgen daarvan zijn voor de kwaliteit en de betaalbaarheid van de zorg. Belangrijk, zeker ook tegen de achtergrond van buitenlandse ondernemingen (uit Engeland en Frankrijk bijvoorbeeld) die zich momenteel ‘inkopen’ in de Nederlandse zorgsector. Maar dat vinden CDA, CU, D66 en VVD dus blijkbaar niet.

De zekerheid van goede zorg dichtbij als je die nodig hebt komt steeds meer onder druk te staan.

De vechtende vier van de kibbelcoalitie gaan regelmatig ruziënd over straat. Maar als het gaat om het verbeteren van de zorg, iets wat wel een gevecht waard is zou je denken, houdt men zich koest. En dat is bizar. Want terwijl de economie draait als een tierelier en het geld zo links en rechts over de plinten klotst, komt de zekerheid van goede zorg dichtbij als je die nodig hebt steeds meer onder druk te staan.

De PvdA vindt dat onaanvaardbaar.

Tweede Kamerlid

Boter bij de vis: marktwerking in de zorg

PvdA PvdA D66 ChristenUnie VVD CDA Nederland 05-03-2019 15:05

Door John Kerstens op 5 maart 2019 Delen  

Op zich geen nieuws, zou je denken. Want zowel de PvdA als andere oppositiepartijen zeggen dat al een tijdje. En zowat iedereen in het land vindt dat al langer. Maar wat wel nieuws was, was dat de minister namens de vier coalitiepartijen had gesproken. Dat verzekerde althans een van de vele communicatiemedewerkers van het ministerie in dezelfde krant. Dàt nieuws bleef vervolgens welgeteld twee hele uren goed. Want terwijl CDA en ChristenUnie zich in stilzwijgen hulden (tot op de dag van vandaag), beschuldigde D66 de minister van ‘hoog-over-verhalen’ en meldde de VVD dat de minister wel iets beters te doen had dan (even samengevat) de zorg in de ellende te storten.

En zo kenden we de kibbelcoalitie weer: ruziënd over straat.

En zo kenden we de kibbelcoalitie weer: ruziënd over straat.

De Partij van de Arbeid was blij met de ommezwaai van de minister: wij stemden in 2006 tegen de Zorgverzekeringswet, waarmee marktwerking in de zorg werd geïntroduceerd en wijzen al een tijd op de nadelige effecten ervan. Maar De Jonge moet nu wel laten zien dat ’t hem menens is. Dat het om méér gaat dan een verkiezingspraatje of een sollicitatie naar de baan van partijleider van het CDA.

De Jonge moet nu wel laten zien dat ’t hem menens is.

Hij zal daarbij méér moeten doen ook dan ‘de acties’ die hij in bedoeld kranteninterview aankondigde.

Méér dan een nota bene al door het vorige kabinet ingediend wetsvoorstel (dat het toezicht op nieuwe toetreders verbetert) na het twee jaar in de la te hebben laten liggen daar nu uit te halen.

Méér dan het op aandringen van de oppositie naar Brussel af te reizen in verband met het krankzinnige aanbestedingscircus in de zorg.

Méér ook dan het en passant bij het oud vuil zetten van de vrijheid van mensen om zèlf te kiezen.

Het is vooral van belang of de minister bereid is werk te maken van voorstellen van de PvdA en andere partijen om die doorgeslagen marktwerking aan te pakken.

En daarbij is vooral ook van belang of de minister bereid is werk te maken van voorstellen van de PvdA en andere partijen om die doorgeslagen marktwerking aan te pakken. Of hij bereid is dat te doen via een meerderheid waarvan niet alle coalitiepartijen deel uitmaken. Een meerderheid zonder de VVD en/of D66 bijvoorbeeld.

The proof of the pudding is in the eating’, zoals de Engelsen zeggen.

Tweede Kamerlid

Seksuele intimidatie vernedert mensen

PvdA PvdA CDA Nederland 28-02-2019 15:07

Door Lodewijk Asscher op 28 februari 2019 Delen  

In grote steden zoals Amsterdam en Rotterdam kunnen acht op de tien vrouwen erover meepraten. Ik kan daar echt boos over worden. Dit beperkt mensen in hun vrijheid. Je moet gewoon zeker kunnen zijn dat je veilig over straat kunt.

Je moet gewoon zeker kunnen zijn dat je veilig over straat kunt.

Negentig procent van de slachtoffers geeft toe uiteindelijk toch andere kleding aan te doen. Of in het donker niet meer de straat op te gaan. Of bewust een andere route te nemen. Seksuele intimidatie gaat in je hoofd zitten. Langzaam maar zeker tast het je vrijheid aan. Niet voor niks was het de minister van emancipatie die onlangs in Frankrijk vergelijkbare wetgeving invoerde. Je moet gewoon vrij zijn om je te kleden zoals je zelf wilt. Die vrijheid is het verdedigen waard.

Daarom dien ik vandaag met mijn CDA-collega Madeleine van Toorenburg het wetsvoorstel Seksuele Straatintimidatie in.

Daarom dien ik vandaag met mijn CDA-collega Madeleine van Toorenburg het wetsvoorstel Seksuele Straatintimidatie in. Een wet die een norm stelt. Onlangs was er een man in Rotterdam die kusgebaren maakte naar vrouwen en vroeg waar ze heen gingen. Voor die vrouwen voelde het ontzettend intimiderend, maar de rechtbank kon hem niet straffen voor die teksten. Dergelijk intimiderend gedrag is namelijk niet verboden. Daarom is het zo belangrijk dat deze wetgeving er komt.

Met deze wet laten we de daders duidelijk weten dat hun gedrag niet normaal is.

We mogen hier niet te licht over denken. Seksuele intimidatie vernedert mensen. Het reduceert ze tot een lustobject. Ontdoet hen van hun menselijkheid. Daarom komt het bij de slachtoffers vaak zo hard aan. Met deze wet laten we de daders duidelijk weten dat hun gedrag niet normaal is. Dat het niet langer is toegestaan. Dat we elkaar in dit land met respect behandelen.

Tweede Kamerlid

We moeten allemaal ons recht kunnen halen

PvdA PvdA VVD ChristenUnie D66 CDA Nederland 23-01-2019 11:31

Door Attje Kuiken op 23 januari 2019 Delen  

En nu wil de VVD – met hulp van D66, CDA en ChristenUnie – de rechtsbijstand voor mensen die zelf geen advocaat kunnen betalen ernstig inperken. Een maatregel die zorgt voor rechtsongelijkheid. En dat in een rijk land als Nederland.

Je wil zeker zijn dat je je recht kan halen. Dat als je in een conflict verwikkeld raakt met je energieleverancier, je huisbaas of de telefoonprovider uiteindelijk het recht zegeviert. Ook tegenover zo’n overmacht moet je als burger zonder dikke portemonnee naar de rechter kunnen. Nu is het nog zo dat mensen met een inkomen onder de 27.300 euro een beroep kunnen doen op rechtsbijstand. De Raad voor Rechtsbijstand beoordeelt hun aanvragen en eventueel krijgen zij dan op kosten van de staat een advocaat.

De plannen van minister Dekker draaien uit op een walhalla voor de grote bedrijven en rechteloosheid voor gewone Nederlanders.

Maar van VVD-minister Dekker moeten mensen die zelf geen advocaat kunnen betalen maar op een andere manier hun conflict oplossen. Bijvoorbeeld door te onderhandelen. Maar als de tegenpartij klaar staat met een leger advocaten is dat moeilijk onderhandelen. En in de meeste gevallen is het nota bene de overheid zelf waar je tegen moet procederen! Minister: zorg liever dat  er geen conflicten met de overheid ontstaan.

Samen met de advocaten en andere linkse partijen blijven wij ons daartegen verzetten.

De plannen van minister Dekker draaien uit op een walhalla voor de grote bedrijven en rechteloosheid voor gewone Nederlanders. Samen met de advocaten en andere linkse partijen blijven wij ons daartegen verzetten. Want dit gaat over wat voor een land we zijn. Of uiteindelijk het recht zegeviert, of dat het recht er alleen is voor diegene met de grootste bek en het meeste geld.

Tweede Kamerlid

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.