Nieuws van CDA in Lansingerland over PvdA inzichtelijk

2 documenten

Ministerraad

CDA CDA PvdA Lansingerland 31-05-2023 07:52

Het geklaag van de buitenwereld, media en oppositie is niet van de lucht. De voornaamste klacht is dat de overheid het vertrouwen van de burgers heeft verspeeld. Grote dossiers van Rutte IV lopen vast of zijn bevroren. Geen van de coalitiegenoten buigt voor de ander, of het zijn derde partijen zoals rechters en de Europese Unie die een sta-in-de-weg vormen. Dat is in elk geval het beeld. Door een miljardenrekening voor zich uit te schuiven, dreigt Rutte IV de vangrail in te rijden, zegt de Raad van State. En volgens de Algemene Rekenkamer schaatst het kabinet op dun ijs, door tekortkomingen in het financieel beheer. De twee Hoge Colleges van Staat kritiseerden in één en dezelfde week in niet mis te verstane beeldspraak het begrotings- en financiële beleid van Rutte IV. Waarschuwingen die de hele politiek zich ter harte moet nemen. Uitvoerbaarheid Soms lijken problemen te complex voor het kabinet, zoals de stikstofmaterie. Het almaar nijpender gebrek aan ruimte in het land, in combinatie met de voortdenderende bevolkingsgroei, helpt ook niet. Veelzeggend is dat in tijden van woningtekort moet worden geleurd met flexibele woningen omdat er geen bouwvergunningen loskomen. Frustratie alom. Maar die vrijdagse ministerraad, hoe ingewikkeld de problemen ook zijn, is blijkbaar ongeschikt om er met elkaar eens goed voor te gaan zitten en de boel op te lossen. De ministers komen om tien uur bij elkaar en zij vertrekken na de lunch om één uur vaak alweer naar hun departement. Wat stelt de vrijdagse ministerraad nog voor? Alles lijkt al voorgekookt. Politici moeten eindelijk eens oog hebben voor de uitvoerbaarheid van hun plannen; dat een democratie niet kan zonder actieve burgers en dat topambtenaren vakkennis moeten hebben van hun ministerie. De ABD, de Algemene Bestuursdienst, die uit ‘managers’ bestaat, kan dan ook volgens Herman Tjeenk Willink, oud-voorzitter van de Tweede Kamer en voormalige vicepresident van de Raad van State, beter worden afgeschaft. Trêveszaal. De vergaderingen van het kabinet vinden plaats in de zeventiende-eeuwse Trêveszaal. ‘Trêves’ betekent wapenstilstand. De zaal werd zo genoemd omdat in de zaal gedurende de Tachtigjarige Oorlog tussen Nederland en Spanje (1568-1648) besprekingen werden gehouden die leidden tot het Twaalfjarig Bestand (1609-1621). Welke ruimte is idealer voor het sluiten van compromissen? Ministers komen daar al sinds 1823 bij elkaar om te vergaderen. Eerst als adviesorgaan van de Koning. Na 1840 werd grondwettelijk vastgelegd dat ze besluiten van de Koning mede moesten ondertekenen, waarmee ze verantwoordelijk werden. De Grondwet van Thorbecke uit 1848 gaf de aanzet tot een Reglement van Orde voor de Raad van Ministers in 1850. De raad bestond uit de hoofden van departementen die bij meerderheid besloten over het algemeen regeringsbeleid. Sinds 1848 is het in principe gedaan met de koninklijke macht in de Grondwet. Koning Willem III ging nog wat bokkig om met die vervelende ‘ministeriële verantwoordelijkheid’ die onder zijn vader was ingesteld – en ook zijn dochter Wilhelmina kon zich best een grondwet voorstellen die haar als staatshoofd meer bevoegdheden zou geven. Maar prinses Juliana had hier al niets meer mee en noemde haar moeder plagerig een ‘ouwe Romanov’, ter herinnering aan hun autocratische, Russische voorouders. Koning is onschendbaar De term ‘ministerraad’ staat pas sinds 1983 in de Grondwet. ‘De ministerraad beraadslaagt en besluit over het algemeen ­regeringsbeleid en bevordert de ­eenheid van dat beleid.’ Vanaf 1983 is de Grondwet nog duidelijker over de principieel niet-politieke rol van het staatshoofd. In de Grondwet (art. 42), staat: ‘De Koning is onschendbaar en de ministers zijn verantwoordelijk’ waarmee het staatshoofd is ontdaan van zelfstandige staatsrechtelijke bevoegdheden. Binnen deze beperking kon koningin Beatrix zich laten leiden door haar ‘rechten om te adviseren, aan te sporen en vermanen’, zoals de Britse schrijver Walter Bagehot in de negentiende eeuw de rol van de moderne koning omschreef. Oranjetraditie Koning Willem-Alexander is nog altijd de verbinder in lijn met de Oranjetraditie. Het erfelijk koningschap vloeit niet voort uit de logica van de moderne democratie. Maar hoe richtinggevend het democratische uitgangspunt in de staatkunde ook behoort te zijn en hoe rationeel we ook te werk willen gaan, een gezonde democratie behoeft ook een culturele en historische inbedding. Zo is in de koninkrijken in Noordwest-Europa het constitutionele koningschap al lange tijd, en op stabiele wijze, verweven met de parlementaire democratie. Hoewel het koningschap qua vorm in de loop der tijd enorm is veranderd, hechten de burgers nog altijd aan hun vorstenhuizen. In een toespraak over het Oranjekoningschap en de democratie zei oud-premier Willem Drees (PvdA, Amsterdam,5 juli1886–Den Haag,14 mei1988), dat gevoelens zoals Oranjeliefde nu eenmaal deel uitmaken van de werkelijkheid en daarin ook hun betekenis hebben. Historisch gezien heeft juist Oranje een bijzondere plaats in de Nederlandse geschiedenis.

Het CDA en zijn kernwaarden

CDA CDA GroenLinks VVD PvdA Partij voor de Vrijheid Lansingerland 09-09-2020 18:27

Het CDA en zijn kernwaarden Maakt het CDA zijn kernwaarden waar? Dat is de vraag toen de partij op 7 februari van dit jaar besloot met VVD en Forum voor Democratie het gesprek aan te gaan om te komen tot een nieuwe coalitie in Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant. Zij vonden in Lokaal Brabant een vierde partner. Er werd overeenstemming bereikt en een nieuwe cultuur van politiek bestuur gevonden. Het bestuursakkoord werd ingezet met de slogan Samen, Slagvaardig en Slim. Forum ziet de samenwerking met de VVD en het CDA in Noord-Brabant als een mijlpaal voor de partij. ‘Constructief samenwerken, verbinden’, liet hun partijleider weten. Strategische fout Een merkwaardige uitspraak voor iemand die CDA en VVD recent tot de linkse cultuur marxistische hoofdstroom rekende die uit is op de vernietiging van Nederland. Tien jaar geleden was er het geruchtmakende CDA-congres in de Rijnhal in Arnhem over het coalitieakkoord van het CDA en VVD met de PVV. Maxim Verhagen liet zich onlangs ontvallen dat hij niet aan het avontuur was begonnen, wanneer hij had geweten dat de gedoogcoalitie in de praktijk als een gewone coalitie zou worden uitgelegd. Hij blikt ook liever niet op deze episode terug. Dat is wel te begrijpen, want voor het CDA pakte de strategische fout van Verhagen rampzalig uit. Een electorale terugval naar dertien zetels en, nog veel erger, een zwaar verlies van politiek-morele geloofwaardigheid. Verhagen was niet de enige die weigerde om dit te zien. De partij moest deze geschiedenis verwerken, waardoor de episode een leerzame ervaring is geworden. Oud-premier Piet de Jong had op dat CDA-congres geen moeite de aard van de politicus Wilders te doorzien: ‘Laat die maar alleen marcheren’ werd een gevleugelde uitspraak. Verbindende middenpartij De faux pas veroorzaakt nog steeds bij de geringste beroering emoties en heeft het uitzetten van een bestendige koers in de weg gestaan. De partij heeft nog steeds de intentie de verbindende middenpartij te zijn die het was in de vorige eeuw en de verleiding mee te liften met populistisch rechts. Probleem van het eerste is dat het midden al lang niet meer het exclusieve domein is van de christendemocraten. Dat was het in de vorige eeuw, zolang VVD en PvdA elkaar uitsloten. Na de val van de Muur hebben deze partijen laten zien dat ze compromissen konden sluiten en het zonder CDA af konden. Het CDA maakt nu deel uit van een druk midden dat er, te midden van luidruchtige flanken, in slaagt het landbestuur draaiende te houden. Wat is gebleven is de Nolens-reflex: alleen in uiterste noodzaak samenwerking met links. De katholieke leider deed deze uitspraak in 1918 en had toen tot doel een opening naar samenwerking met niet-christelijke partijen (in die tijd links) te maken. Later is Nolens de sleutel geworden waarmee het CDA kabinetsformaties in ging: als het kan met rechts, als het moet met links. Het verklaart waarom Buma in de formatie van 2017 GroenLinks buiten werkte; het verklaart ook waarom het CDA in Brabant de voorkeur geeft aan samenwerking met Forum boven een college met GroenLinks. Het CDA is hiermee geen middenpartij, maar een partij rechts van het midden waarin zij moeten concurreren met de VVD, PVV en Forum. Verbindende rol Politiek-inhoudelijk heeft het CDA getracht een belangrijke rol te spelen in de splijtende sociale kwesties van deze eeuw: immigratie, integratie, duurzaamheid, energietransitie en de positie van de islam. Het CDA, een schoolvoorbeeld van culturele en religieuze integratie, had die kans in het eerste decennium van deze eeuw toen zij onder leiding van Balkenende de spilpositie in het krachtenveld heroverde. Oud-premier Lubbers, als katholiek geoefend in politiek bedrijven vanuit het midden, heeft daar een- en andermaal op aangedrongen, maar hij vond bij de gereformeerde Balkenende weinig of geen gehoor. Het CDA zal de komende tijd een offensieve koers moeten kiezen wil het zichzelf niet tot prooi maken van rivaliserende krachten. Het CDA gelooft in democratische waarden en laat zich inspireren en leiden door de Bijbelse boodschap van respect, liefde en omzien naar elkaar. Met de vier CDA-uitgangspunten: gespreide verantwoordelijkheid, gerechtigheid, solidariteit en rentmeesterschap wordt daaraan inhoud gegeven. Deze Kernwaarden én een strategische politieke ambitie moeten de partij weer het eigen vertrouwde gezicht geven.

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.