Nieuws van politieke partijen in Nederland over D66 inzichtelijk

13 documenten

Kiezen voor het goede leven

ChristenUnie ChristenUnie D66 Nederland 18-09-2019 19:57

Door Gert-Jan Segers op 18 september 2019 om 20:58

We staan op een kruispunt. En de Raad van State heeft ons er hardhandig midden op gezet. We kunnen even geen kant meer op. Dat is het moment om na te denken over wat we echt belangrijk vinden. Over wat het goede leven is. We stoten teveel stikstof uit, zo oordeelde de Raad van State, en daarom liggen nu duizenden bouwprojecten stil. Komt er geen nieuwe wijk in Roermond, geen windmolens in zee, geen nieuwbouw voor bedrijven. Dit verhaal van ons stikstofprobleem is eigenlijk ook het verhaal van Nederland. Het verhaal van ons allemaal.

Lees hier de bijdrage aan de Algemene Politieke Beschouwingen 2019.

We willen alles. We willen het nu. En we willen het allemaal tegelijk op dat hele kleine stukje aarde. Terwijl de dingen die het leven waarde geven onder druk staan. De weg vooruit is dan niet om de uitspraak van de Raad van State de schuld te geven, de weg vooruit is niet om de natuurgebieden de schuld te geven dat ze zo ongelegen pal naast onze huizen en wegen zijn liggen, hoe brutaal. De weg vooruit is niet om te zoeken naar nieuwe juridische trucs.

Nee, de weg vooruit is erkennen dat onze manier van leven onszelf en de schepping uitput. We staan nu op het kruispunt waarop we na kunnen denken over het goede leven dat we als samenleving willen leiden.

Dat geldt niet alleen voor de omgang met de schepping, maar ook voor de omgang met elkaar.

Begin deze zomer waren we als ChristenUnie-fractie op bezoek bij Taste. Dit is een woongemeenschap in een moeilijke wijk Delft. Gezinnen en singles leven daar samen hun leven. Hun prachtige tuin is een buurttuin geworden in één van de dichtstbevolkte wijken in Nederland. Iedereen kan daar binnenlopen. Op vrijdag organiseren zij het buurtcafé. Een plek waar mensen er voor anderen zijn. Ik vond dat heel bijzonder.

Een prachtig hoopvol voorbeeld, waar het goede leven geleefd én gedeeld wordt. Waar mensen keuzes maken waarmee ze echt aandacht hebben voor elkaar.

De uitspraak van de Raad van State over de PAS herinnerde me aan de keuzes die daar worden gemaakt.

Laten we dit moment aangrijpen om na te gaan wat het goede leven is en wat onze prioriteiten zijn.

Ik zal maar duidelijk maken waar onze prioriteiten liggen. Die liggen niet bij verhoging van de maximumsnelheid en niet bij ongebreidelde groei van het vliegverkeer. Onze prioriteit ligt wel bij de omslag die onder de bezielende leiding van de minister van Landbouw is ingezet naar kringlooplandbouw. Maar dan wel met boeren. Niet over de boeren en zonder hen, maar met hen. En willen we ons leven leefbaar houden, dan zullen we allemaal moeten inschikken.

Ons antwoord op de uitspraak van de Raad van State moet uiteindelijk een keus zijn voor het goede leven.

Coalitie-Y

Zo kom ik als vanzelf te spreken over Coalitie-Y, over de hunkering van jongeren naar het goede leven. Een leven met minder schulden, met uitzicht en perspectief op een goede toekomst en een leven met meer rust en meer aandacht voor elkaar.

De inzet van Coalitie-Y heeft alles te maken met de hoognodige omslag van een gehaaste, neoliberale samenleving, naar een samenleving met aandacht.

Dat verlangen naar zo’n samenleving hoorde ik toen ik in gesprek ging met jongeren op Hogeschool Windesheim in Zwolle. Jongere, na jongere die zei dat ze dromen hebben. Maar steeds hoorde ik van hen hoe deze generatie onder druk staat door schulden, door prestatiedruk. Het leidt ertoe dat de uitval hoog is, dat steeds meer studenten er somber van worden en soms uitvallen met burn-outs en de vraag naar psychologen toeneemt.

De dag voor Prinsjesdag heeft Coalitie-Y haar manifest aan de minister-president aangeboden. Eerder hebben we met hem al gesproken in het Catshuis. Dank voor dat luisterend oor. Coalitie-Y is een brede coalitie met 36 jongerenorganisaties, inmiddels al acht politieke partijen en programmamaker Tim Hofman. En inmiddels duizenden mensen die zich online hebben aangemeld. En we maken ons sterk voor jongeren.

Dat doen we omdat we af moeten van de onbarmhartige mythe dat als jij maar investeert in jezelf, als jij maar alle kansen pakt, dat succes dan een keus is. Maar dus ook dat falen je eigen schuld is. Het is een neoliberaal sprookje waar volgens mij ook liberalen niet meer in geloven.

Het manifest van Coalitie-Y vraagt om stappen waardoor getalenteerde jongeren meer kansen krijgen op een huis. Het kabinet zet goede stappen op de woningmarkt. Ik wil het kabinet aanmoedigen daarbij starters wél een kans te geven. Wanneer krijgen we inzicht in de haalbaarheid van een vurige wens van de ChristenUnie om de overdrachtsbelasting voor starters naar nul te brengen en die voor investeerders vanaf hun derde huis te verhogen? Want een woning is geen winstfabriek.

Ik vraag de minister-president ook om te reageren op een ander voorstel van Coalitie-Y, namelijk de invoering van een generatietoets. Ik doe dat voorstel vandaag samen met collega Jetten. Daarmee borgen we dat bij het sluiten van bijvoorbeeld een pensioenakkoord en het woonbeleid goed in kaart  wordt gebracht wat de gevolgen zijn voor elke generatie, van jong tot oud. Om daarmee te zorgen voor eerlijke en generatiebestendige keuzes. Is het kabinet bereid om zo’n generatietoets te ontwikkelen en te bezien welke rol de planbureaus hierin kunnen vervullen?

Omslag

Het verhaal van onze stikstofuitstoot en het verhaal van Coalitie-Y staan voor iets groters in Nederland. En voor de kans die we hebben om een omslag te maken. Om niet te zoeken naar het betere of het beste, maar gewoon naar het goede leven.

Het goede leven is voor mij een leven in verbondenheid met de Schepper, de schepping en met elkaar. Als ChristenUnie willen we ruimte bieden voor een samenleving met aandacht. Waarin mensen regie hebben over hun leven, ruimte krijgen om naar elkaar om te zien, om voor elkaar te zorgen. Waarin we oog hebben voor de volgende generaties en waarin we zorg dragen voor de schepping en de vrijheden koesteren waar ons land op gebouwd is.

Ik ben dan ook blij met de reflectie in de miljoenennota op het Brede Welvaartsbegrip waarbij verder wordt gekeken dan de koopkracht en de omvang van de staatsschuld. De kwaliteit van leven wordt niet daardoor bepaald, maar door de vraag of je toegang hebt tot goed onderwijs, goede zorg en of je in een schone leefomgeving woont. En door behoud van vrijheid, onze rechtstaat, onze democratie en door veiligheid.

De kabinet schept daar de voorwaarden voor.

Ik ben blij dat het kabinet opnieuw de lasten voor burgers verlicht, dit jaar met zo’n drie miljard. Het is voor de ChristenUnie-fractie een nieuwe stap in de goede richting. Ik vraag het kabinet wel om blijvend oog te houden voor de verhouding tussen gezinnen die van één inkomen moeten rondkomen en de zogenaamde tweeverdieners. Het is onrechtvaardig als eenzelfde gezinsinkomen bij eenverdieners veel zwaarder wordt belast dan dat van tweeverdieners. Graag een reactie op dat punt.

Ik ben blij met de verhoging van het Kindgebonden Budget. Dat verlicht de druk op jonge gezinnen en geeft drukbezette ouders weer iets meer lucht. Ook in gezinnen moet alles, nu en allemaal tegelijk. De ChristenUnie wil werken aan een samenleving met ademruimte voor gezinnen, juist in het spitsuur van het leven.

Tegelijk maak ik me grote zorgen over het groeiend beroep dat op de zorg in het sociaal domein wordt gedaan en de noodklok die gemeenten daarover luiden. Dan moeten we zo eerlijk zijn om te erkennen dat gemeenten bij het maken van hun plannen belemmerd worden door de veranderingen in de uitgaven van de landelijke overheid. Als wij geen JSF kopen, kunnen onze gemeenten minder doen voor mensen die zorg nodig hebben, kinderen die jeugdzorg nodig hebben en dak- en thuislozen. Dat is niet uit te leggen! Wil het kabinet daarom werken aan een andere meer trendmatige manier van financieren van het gemeentefonds? De ChristenUnie wil, samen met D66, dat de schommelingen eruit worden gehaald.

Investeringsfonds

Dan de zogenaamde investeringsagenda. Het fonds. Als er ooit een kans is om na te gaan wat we willen, wat goede, duurzame groei is, zodat we het goede leven kunnen leven, dan is het wel nu.

Het kabinet wil een investeringsagenda ontwikkelen en daar veel geld – ik heb gelezen tientallen miljarden zelfs – voor uittrekken. Het komt overeen met de Bijbelse wijsheid van Jozef die de ChristenUnie-fractie geregeld heeft gedeeld. Jozef koos als onderkoning van Egypte voor investeringen in goede tijden, zodat het land goed was voorbereid op slechtere tijden.

Ik las dat er verschillende geestelijke vaders zijn van dit idee. Maar het is nu duidelijk dat de echte geestelijke vader Jozef is. Wat mij betreft hebben we straks geen Hoekstra-fonds, geen Wiebes-fonds, maar een Jozef-fonds.

Dit biedt de kans om te investeren in de economie van de toekomst, in een economie die mensgericht is en rekening houdt met de draagkracht van de schepping. Dan kiest de ChristenUnie ervoor om te investeren in de omslag naar onze eigen, schone energie. Dan kiezen we voor snelle OV-verbindingen tussen de landsdelen, binnen stedelijke regio’s en met het buitenland. En kiezen we voor investeren in innovatie en onderwijs waarbij alle jongeren meetellen, van jong tot ouder, en alle talenten de ruimte moeten krijgen. Dus niet alleen investeren in knappe koppen, maar ook in vakmensen, in gouden handen.

Het  investeringsfonds biedt de kans om de grote opgaven op het gebied van mobiliteit, woningbouw, klimaat en energie gezamenlijk te bezien, om dan in samenhang de goede keuzes te maken.

Een overheid met aandacht

De Raad van State heeft ons hardhandig stilgezet en we staan op een kruispunt waarop we de weg moeten inslaan naar een samenleving waarin overbelaste mensen weer rust en ruimte krijgen. En waarin we het goede leven kunnen leven. Daar is een andere, een hervormde en mensgerichte overheid voor nodig. Een overheid met aandacht.

Laat ik één voorbeeld geven.

Vorig jaar vroeg ik naar een energieloket waarbij elke burger in elke gemeente kan aankloppen om te vragen wat hij kan doen aan de verduurzaming van zijn woning en hoe hij daarbij geholpen kan worden. Tot mijn verbazing bestaat nu 1 jaar later de ontmoedigende situatie dat  wanneer een inwoner van Rijswijk op zoek gaat naar dat loket,  hij verwezen wordt naar Rotterdam en 69 euro moet betalen voor hij een gesprekje van een uur krijgt. Ik vind dat waanzin.

Als we dat willen doorbreken moeten we afscheid nemen van een denken dat al te lang de toon heeft gezet. Het is neoliberaal denken waarin de markt domineert, ons land de BV Nederland heet en de overheid als een bedrijf wordt gerund en de burgers worden gereduceerd tot klanten.

DUO, de belastingdienst, NVWA, CBR, UWV, IND, SVB en wat de afkortingen ook mogen zijn. Als de uitvoerende diensten van de overheid inderdaad bedrijven waren, waren ze allemaal al lang failliet gegaan. Alleen kunnen mensen die er van afhankelijk zijn nergens anders heen.

De vraag is: hoe gaat het kabinet werken aan de omslag naar een dienstbare uitvoering waarin de menselijke maat weer centraal staan? Waarin mensen belangrijker zijn dan regels?

Maar het vraagt ook iets van onszelf, als Kamer. Het vraagt zelfreflectie. Met welke wetten hebben wij al die uitvoeringsorganisaties opgezadeld? Want de mensen doen hun werk bij al die organisaties wel naar eer en geweten. Hoe werkbaar zijn de instructies die wij ze hebben meegegeven?

Vandaar dat ik me aansluit bij collega Heerma en dat wij samen het voorstel doen om tot een parlementair onderzoek te komen waarbij we langer terugkijken en naar de breedte van de uitvoering door de overheid kijken en zeker ook naar de rol van de Tweede Kamer.

Het falen in de uitvoering wordt misschien nergens zo hard gevoeld als in Groningen. Dit jaar moest volgens minister Wiebes het jaar van de uitvoering worden. Een jaar waarin mensen eindelijk voortgang zien in hun dorp, wijk, straat en huis. Hoe staat het daarmee en kunt u verzekeren dat ook als de gaswinning stopt, de inspanningen onverminderd erop gericht zullen zijn om recht te doen aan de  mensen in Groningen die al jaren kampen met de gevolgen van de gaswinning?

Leven in vrijheid

Een goed leven is een leven in vrijheid. Ons gemeenschappelijke huis kan alleen vertrouwd zijn als het ook veilig is. We kunnen alleen het goede leven leven als we beschermd zijn. 75 jaar geleden is onze vrijheid duur bevochten. Dat geeft ons de plicht om die vrijheid te beschermen.

Net als veel anderen maak ik me grote zorgen over de invloed van het salafisme op jonge kinderen. Ook hier moet de overheid een schild voor zwakkeren zijn en bescherming bieden tegen een radicale versie van de islam die vrijheid gebruikt om vrijheid om zeep te helpen. En daar is vrijheid niet voor bedoeld. En om eerlijk te zijn, mis ik daar soms het gevoel van urgentie bij het kabinet.

En hoe staat het dan met het wetsvoorstel over het reguleren van buitenlandse financiering? Een wetsvoorstel waar ministers Blok, Koolmees en Dekker verantwoordelijk voor zijn. En hoe staat het met het eerder kunnen verbieden van antidemocratische organisaties?

Als een goed leven alleen in vrijheid geleefd kan worden, dan kan de overheid niet wegkijken bij het vreselijke onrecht van mensenhandel en gedwongen prostitutie. Er is te weinig politiecapaciteit om mensenhandel en gedwongen prostitutie aan te pakken. Ik vind dat onbestaanbaar. Daarom doe ik met collega Asscher het voorstel om structureel 10 miljoen euro extra vrij te maken voor politiecapaciteit om de strijd tegen mensenhandel en gedwongen prostitutie aan te pakken. Meer prioriteit is nodig. En ook hier is wetgeving nodig. Waar blijft de wet om de misstanden in de prostitutie tegen te gaan? Van mijn kant de aanmoediging om daar werk van te maken.

Als iets haaks staat op vrijheid en het goede leven, dan is dat wel drugsverslaving. We zien de impact op jongeren, we zien de impact op Brabant, op een stad als Amsterdam. We hebben het rapport ‘de achterkant van Amsterdam’ gelezen.

We hebben als ChristenUnie een kleine traditie van zelfkastijding. Vorig jaar spraken we hier over de meloen van de dividendbelasting. Dit jaar wil ik het hebben over de proeven met legale wietteelt.

Er zit een merkwaardige dubbelhartigheid in het Nederlandse beleid rond drugs. We laten burgemeesters wietplantages oprollen, maar laten ze zelf ook wiet verbouwen. We rollen drugslaboratoria op, maar hebben ook twintig plekken in het land om pillen te laten testen. Dat is toch een tweeslachtigheid? Voor onze fractie is dit experiment met legale wietteelt absoluut geen opmaat tot legalisering. Sterker nog, voor ons is nu de kernvraag: Hoe voorkomt de regering dat er een verdergaande normalisering van drugsgebruik optreedt? Hoe voorkomen we dat we met dit experiment het onzalige signaal afgeven dat drugs oké zijn?

Tot slot

We staan op een kruispunt en we moeten nagaan wat een goed leven is met 17 miljoen mensen op een beperkt stukje van de wereld. Het is een leven met minder schulden, met meer rust, meer aandacht voor elkaar, betere zorg voor de schepping, met een dienstbare, mensgerichte overheid. Het is een leven in veiligheid en vrijheid.

Maar als dit het moment van reflectie is op het goede leven, dan moeten we ook nagaan wat wij hier elkaar aandoen. We lijden hier in de Tweede Kamer een intens leven waar we allemaal in sociaal opzicht een prijs voor betalen. En die is voor sommigen zo hoog dat zij vroegtijdig stoppen. Of noodgedwongen moeten stoppen of tijdelijk moeten stoppen.

En iedere keer als dat bij een collega gebeurt, raakt dat ons allemaal. Het raakt in ieder geval mij. Omdat we ons realiseren dat we zelf ook kwetsbare mensen zijn. Zelf ook moeite hebben om een goed leven te leiden met de geliefden om ons heen.

Ik heb niet de finale wijsheid om deze spanning die we allemaal voelen op te lossen. Maar het beetje wijsheid dat ik heb, deel ik graag. Ik gun ons graag:

Iets meer geld voor ondersteuning in ons werk hier.

Iets meer zondagsrust.

En bovenal: de zegen van onze goede God.

Een sterke democratie: jouw stem wordt belangrijker

D66 D66 Nederland 29-06-2019 20:49

Een sterke democratie: jouw stem wordt belangrijker

D66 wil dat mensen meer betrokken zijn bij de politiek. Het is dan ook goed dat het kabinet de analyse onderschrijft van de staatscommissie Remkes dat onze democratie moet worden versterkt.

Het kabinet neemt 11 concrete punten van Remkes over. Zeven andere punten van de commissie Remkes worden verder onderzocht en daar wordt later een standpunt over bepaald.

Ons Tweede Kamerlid Joost Sneller constateert dat er stappen worden gezet om onze democratie te vernieuwen en te versterken. Hij wil dat het kabinet nu vaart maakt: “Een deel van de bevolking voelt zich niet betrokken. Voor een gezonde democratie is het belangrijk dat we dit niet zomaar accepteren. Het doel is een democratie waarin iedereen mee kan doen. D66 vindt het goed dat het kabinet dit erkent en met verbeteringen komt. Nu moeten we doorpakken.”

Al sinds 1966 wil D66 dat de kiezer meer invloed heeft op de samenstelling van de Tweede Kamer. Het kabinet komt naar aanleiding van het rapport van de commissie Remkes met een nieuw kiesstelsel. Het kabinet gaat hiervoor drie varianten verder onderzoeken. Joost Sneller: “Dit wordt de grootste verandering van ons kiesstelsel sinds 1917. De kiezer krijgt meer te zeggen, bijvoorbeeld doordat kiezers kunnen stemmen op een partij of op een kandidaat. Dit leidt tot meer gekozenen met een eigen mandaat en geeft regionale kandidaten meer kans.”

Grondwet aanpassen in verenigde vergadering

Een voorstel om de Grondwet aan te passen moet nu twee keer door de Tweede en de Eerste Kamer worden aangenomen. De tweede keer is dat met tweederde meerderheid. Dat gaat veranderen. Sneller: “Het aanpassen van onze Grondwet verdient extra aandacht. Tegelijkertijd moet het wel mogelijk zijn om mee te groeien met een veranderende democratie.” Daarom wordt de tweede behandeling van het wetsvoorstel gedaan door de Tweede en Eerste Kamer samen, in de verenigde vergadering. Daarnaast wordt het toetsen van wetten aan de Grondwet door de rechter (constitutionele toetsing) onderzocht.

Verder wordt onder andere onderzocht:

Het terugzendrecht van de Eerste Kamer. Soms vindt de Eerste Kamer een wetsvoorstel in het algemeen goed, maar ziet ze wel enkele problemen. Op dit moment heeft de Eerste Kamer maar twee mogelijkheden: het wetsvoorstel toch overnemen, of omwille van één punt een heel wetsvoorstel wegstemmen. Met het terugzendrecht kan de Eerste Kamer het wetsvoorstel verbeteren en terugsturen naar de Tweede Kamer. Vervolgens beslist de Tweede Kamer of ze de verbeteringen accepteert.

Het kabinet gaat het correctief bindend referendum verder onderzoeken. Door een referendum bindend te maken wanneer een aantal drempels wordt gehaald, moet de uitslag worden overgenomen. Dat is het verschil met het raadgevend referendum waarbij de uitkomst niet overgenomen hoeft te worden. D66 is voorstander van het correctief bindend referendum.

Digitaal campagne voeren en het gebruik van microtargeting. Door de inzet van microtargeting kan de autonomie van de kiezer worden aangetast. Ook zijn er voorbeelden van buitenlandse inmenging in verkiezingen.

D66 heeft met haar leden de visie om de democratie te versterken vastgelegd in “Democratie van Nu”. Veel punten van Democratie van Nu en de staatscommissie Remkes komen overeen, waaronder het nieuwe kiesstelsel, een algoritme-waakhond, meer gebruik van burgerfora, het correctief referendum en het via internet raadplegen van mensen. Het kabinet onderschrijft de analyse van de commissie Remkes en gaat met bijna alle aanbevelingen aan de slag. Alleen de gekozen formateur staat wel in Democratie van Nu en werd ook aanbevolen door de commissie Remkes, maar wordt niet overgenomen door het kabinet.

In september wordt in de Tweede Kamer gesproken met de minister van Binnenlandse Zaken over dit onderwerp. Naast genoemde punten zijn er nog vele andere zaken waar het kabinet werk van maakt, zoals een jongerenparlement en beter burgerschapsonderwijs. D66 spoort het kabinet aan om ambitie te tonen en door te pakken.

Lees hier het interview met onze minister Kajsa Ollongren over de voorstellen.

Tweet dit artikel Deel dit artikel op Facebook

Tweet dit artikel Deel dit artikel op Facebook

Speech Rob Jetten op het zomercongres van de Jonge Democraten

D66 D66 GroenLinks VVD CDA Partij voor de Vrijheid Nederland 17-06-2019 16:01

Speech Rob Jetten op het zomercongres van de Jonge Democraten

Dit weekend speechte fractievoorzitter Rob Jetten op het zomercongres van de Jonge Democraten. Lees hier zijn toespraak over hoe radicale politiek verenigd kan worden met pragmatisme.

Het was een ijskoude zondagochtend in langzaam wegebbende jaar 2018. Ik stapte de auto uit en werd door Amsterdam getrakteerd op een Hollands doorkijkje. Alsof ik in het Rijksmuseum naar een schilderij van Pieter de Hoogh stond te kijken. Een donker steegje, te benauwd voor twee mensen tegelijk. Achter de betonnen poort danste het licht op bescheiden golfjes in de westelijke haven van de hoofdstad. Geduldig wiegende zeilboten moesten met deze temperatuur nog wat langer geduld hebben. Ik dacht aan Jacques Brel—‘dans le port d’Amsterdam’—probeerde de rest van de woorden voor de geest te halen, en neuriede het melodietje voor me uit. Alles om nog even niet te denken aan de snel naderende ontgroening door Jort Kelder in de nieuwe studio van het legendarische actualiteitsprogramma Buitenhof.

Toen ik werd overvallen door de lichtbak van de draaiende camera’s lachte Kelder mij opvallend mild toe. Zo mild, dat ik de ontstane ruimte kon benutten om te vertellen waarom ik nu precies doe wat ik doe. Wie ik ben. En vooral: welke radicale politiek mijn partij voorstaat.  „Ik zie er misschien wat netter uit,” zei ik, “maar ik voel wel dat radicalisme in me.”

Na het weekend kreeg ik twee giechelende medewerkers op bezoek met een cadeau. Een delfts blauw tegeltje met de tekst: ‘zoek de radicaal in jezelf’. Dat tegeltje staat sindsdien op de schouw in mijn werkkamer. Als ik er naar kijk denk ik aan de bron van dat radicale. Dan weet ik weer even waarom ik zei wat ik toen zei. Meer dan eens heb ik het gevoel éérst een Jonge Democraat en dan pas D66’er te zijn.

Nu ik het genoegen krijg terug te zijn op het oude nest, wil ik het met jullie hebben over wat ik zoek in mezelf en in mijn partij. Radicalisme.

Ik heb het dan niet over het radicalisme dat door de AIVD wordt gedefinieerd als “een gevaar voor de democratische rechtsorde”. Ook heb ik het niet over radicalisering onder jongeren, ook al zou het misschien nuttig zijn in dit gezelschap die materie nog eens door te nemen. Dan hadden we wellicht eerder signalen kunnen oppikken over een zekere scheidend JD-voorzitter .

Ik heb het over de radicaal-liberale politieke traditie geboren in de late negentiende eeuw. Een traditie geënt op de vernieuwing van het democratisch parlementair stelsel en het uitbouwen en beschermen van de rechten en vrijheden van het individu in verbondenheid met de gemeenschap.

In Nederland werd deze progressieve herijking voor het klassiek liberalisme belichaamd door de Radicale Bond. D66 kan haar inspiratie via de later opgerichte Vrijzinnig Democratische Bond herleiden naar precies die radicale voedingsbodem. Niet gek dus dat de huidige onderkoning van Nederland, Thom de Graaf, D66 wilde positioneren in wat hij noemde ‘het radicale midden’.

Dezelfde radicale geschiedenis behoort uw roemrijke organisatie toe. Al in 1916 werd in Utrecht besloten tot de oprichting van een organisatie voor vrijzinnige politieke jeugd. De enige serieuze twist was over de naamgeving. ‘Jonge Radicalen’ was lang favoriet, maar de oprichtingsvergadering besloot uiteindelijk tot ‘Jonge Democraten’. Het duurde nog 68 jaar voordat de échte Jonge Democraten opstonden in Café Eik en Linden hier in Amsterdam. Dat was drie jaar voor mijn geboorte.

De oprichting van een politieke jongerenorganisatie kon niet direct op enthousiasme rekenen bij de toch al jonge moederbeweging van Hans van Mierlo. Ten eerste was het formaliseren van partijstructuren fundamenteel in strijd met zijn idee van een Beweging die zichzelf zou opheffen. Ten tweede vond hij het net als iedere partijvoorman verdomd lastig zo’n horzel bij zich in de tent te hebben.

Hij zei, in een vraaggesprek bij het tweede lustrum van de JD: ‘op een onverwacht moment, toen wij even niet keken, zijn jullie tegen onze zin ontstaan’. Het wantrouwen tussen partijleider en jongerentak werd al snel wederzijds. Mijn illustere voorganger Alexander Pechtold kan erover meepraten.

Sinds haar oprichting heeft de JD zich als radicale horzel bewezen. En hoewel zélfs ik na amper een jaar fractievoorzitterschap sympathie kan opbrengen voor Van Mierlo’s standpunt, weet ik als geen ander: dat gehorzel is maar goed ook. Het is zelfs een essentiële voorwaarde voor het succes en het voortbestaan van D66.

Zonder de politieke durf en het inlevingsvermogen van de JD was Paars er niet als vanzelfsprekend gekomen. Zonder Paars zaten we nu nog steeds onder de verstikkende, betuttelende plak van het CDA. Zonder Paars geen waardig levenseinde. En zonder Paars had ik niet in ieder geval de keuze gehad met mijn vriend te trouwen. Ik heb overigens geen plannen om dat ook daadwerkelijk te doen… Geheim tussen ons. Vertel maar niet aan hem.

Zonder de denkkracht van de JD had D66 nooit jongere generaties kunnen redden van de financiële last van de vergrijzing met de verhoging van de AOW-leeftijd en de afschaffing van de vervroegde uittreding. Zonder de inspiratie van de JD had D66 nooit jonge mensen een kans kunnen geven op de huizenmarkt met de afschaffing van de hypotheekrenteaftrek.

Toegegeven, de JD-motie voor afschaffing van ALLE luchtvaart in Europa was nog wat vergezocht in 1994, maar zonder de druk en steun van jonge mensen was D66 misschien nooit de enige serieuze klimaatpartij van Nederland geworden.

Zonder de schwung van de JD waren wij wellicht niet de enige echte onbeschroomd anti-populistische partij geworden. Het was JD-voorzitter Jan Paternotte die in de campagne voor de Europese grondwet twee weken lang met een caravan achter Geert Wilders. Hij kreeg daarmee net zoveel aandacht voor het pro-Europese verhaal in het NOS-journaal. Tot blinde woede van Wilders, die zich liet verleiden de telefoon te pakken, Hilversum te bellen, en verongelijkt door de hoorn te schreeuwen: ‘Zeg, zijn jullie allemaal lid van D66 daar?!’

Pechtold volgde snel met het moedige, radicaal-vrijzinnige antwoord op Wilders. Pas vijftien jaar later realiseerde VVD-leider Rutte zich dat meelachen met de nationaal-demagogen niet helpt. Maar toen hij direct na het trekken van die conclusie zendtijd opeiste van de publieke omroep voor een debat dat de keuze in het stemhokje vernauwde tot rechts en extreem-rechts, heb ik zelf de neiging moeten onderdrukken om Hilversum te bellen en verongelijkt door de hoorn te blaffen: ‘Zeg, zijn jullie nu allemaal lid van de VVD geworden daar?!’

Het was dezelfde Jan Paternotte die in zijn tijd constateerde dat bij de vakbonden eigenlijk iedereen oud was. In de Sociaal Economische Raad zat niemand van onder de 50. Zo konden jonge mensen natuurlijk niet vertegenwoordigd worden. En dus vond hij steeds nieuwe manieren om de discussie los te wrikken. De bezetting van het FNV gebouw in Sloterdijk liep nog wat stroef. Maar daarna kwam de machine op gang. Lodewijk de Waal werd uitgeroepen tot de irritantste man van Nederland. Jan poseerde voor de krant met een babyboomer op zijn rug. De last van het verleden goed in beeld gebracht.

En snel daarna ging de JD, in samenwerking met het CDJA, naar de SER om te eisen dat de toekomst aan tafel kwam zitten. Onder toeziend oog van de politie en de vaderlandse pers werd de oude stoel van Abraham Kuyper door JD’ers en CDJA’ers het gebouw in gedragen als jongerenzetel. De discussie barstte toen eindelijk los. Experts gaven de JD gelijk. En de CNV besloot in haar SER-delegatie dan eindelijk een jongerenvertegenwoordiger mee te nemen. En, dames en heren, wie was dat? Jawel, de oud-snuffelstagiair van Alexander Pechtold, Jesse Klaver. Zonder de JD dus geen kloeke carrièrestart voor Jesse Klaver.

En dan nog even dit: de politieke actualiteit maakt dat ik hier vandaag ben in grote dankbaarheid. Want zonder het wikken, wegen, uitdenken, doorzetten en doordrukken van de Jonge Democraten had onze minister Koolmees nooit zijn meest indrukwekkende prestatie van zijn carrière kunnen leveren. Een opluchting, een doorbraak en een overwinning voor jonge mensen in het hele land: de grootste pensioenhervorming ooit!

Verantwoordelijkheid van traditie

De traditie waarin die hervorming tot stand kon komen, de JD-traditie van voorlopen en van vurig en radicaal agenderen is het waard te laten leven.

Toen ik bij de JD rondliep—dat was zo ongeveer in het prehistorisch tijdperk—deden we ook voorstellen die nu steeds vaker terugkeren in politieke debat.

De legalisering van soft en harddrugs. De veilige en vrije omgang met prostitutie. Thema’s waar politici in Den Haag zich liever niet aan branden.

Nu loop ik daar zelf rond. En ik zie dezelfde bekrompenheid om me heen. Maar niet bij onze eigen partij. Want welke koers D66 ook vaart, of we nu wel of niet in een kabinet zitten, wij staan altijd open voor discussies met de JD.

Niet omdat het zo leuk is. Als ik alleen maar leuke dingen zou willen doen zou ik de hele dag poppetjes tekenen op de posters van Forum voor Democratie. Nee we doen het omdat onze partij anders allang haar bestaansrecht was verloren. Als we niet al die taboes hadden doorbroken en al die hervormingen hadden doorgevoerd die hun oorsprong vonden op JD-congressen als deze waren we weg geweest. Electoraal weggevaagd. Irrelevant en onherkenbaar.

Tegenwoordig is de reactionaire kant van het politieke spectrum behoorlijk bedrijvig in het slechten van taboes.  Daar wordt het IQ van mensen langs een ethnische meetlat gelegd. Daar wordt het zelfbeschikkingsrecht van de vrouw een paar tandjes teruggeschroefd.

Als er dus ooit een reden is geweest vrijzinnige taboes af te stoffen is het de populariteit van radicaliserend rechts. Daarom ben ik hier vandaag. Om samen met jullie de strijdbijl op te pakken. Om jullie te zeggen dat ik altijd zal kiezen voor de jonge radicalen in deze zaal die taboes willen doorbreken.

Maar daarbij moet me nog wel iets van het hart. Als JD-voorzitter heb ik het zelf ook allemaal niet perfect gedaan. Als ik terug kon gaan in de tijd had ik heel veel anders gedaan. Ik had beter mijn best gedaan om ervoor te zorgen dat deze zaal een echte afspiegeling zou zijn van de samenleving. Minder speeltuin voor hoogopgeleiden, meer kweekvijver voor alle soorten vrijzinnige radicalen van goede wil.

We horen straks wie de nieuwe voorzitter wordt. Ik zou hem of haar willen vragen goed te maken wat ik niet adequaat heb gedaan. De NRC omschreef onze club in de jaren negentig als ‘een gemêleerd gezelschap, van leren jacks tot parelkettinkjes, jasjes-dasjes en vlotte sweaters.’ Als de krant weer een profiel maakt in de jaren twintig van deze eeuw, dan hoop ik op een gemêleerd gezelschap, van hoofddoekjes tot hotpants, jasjes-dasjes en boerenoveralls.

En dan nog iets. Ik snap dat de realiteit van de politiek soms lastig is. De compromissen. Het meel in de mond. De langzame voortgang. Wat dat betreft is het een bevrijding hier zonder beperking te kunnen filosoferen. Maar politiek is geen spel of vertier, zelfs niet in deze vrijblijvende omstandigheden. Wat je hier agendeert zegt iets over de essentie van de vereniging. De standpunten die je hier verkondigt zijn niet vrijblijvend. Ook niet als die gaan over kinderporno of kindereuthanasie.

Het is misschien hier ook verleidelijk om politicusje te spelen. Maar het heeft geen zin. Het draagt niets bij. Jullie hebben de kans Van Mierlo ongelijk te geven. Pak je rol. Werk geduldig aan voorstellen die geesten uit flessen rukken, revoluties ontketenen voordat die uitbreken, de macht verbeelden en een spiegel voorhouden.

Ik zie de rol van de Jonge Democraten als radicale aanjager, als maker van de toekomst. De volgende verkiezingen zijn alweer bijna over twee jaar. En dus vraag ik jullie: ga met andere organisaties in gesprek. Geef opvolging aan het duurzaamheidsmanifest dat jullie samen met negen andere politieke jongerenorganisaties sloten. Denk na over de volgende formatie. Wat moet er in het coalitieakkoord staan? Hoe ziet een akkoord eruit #voordetoekomst? Mensen moeten het kunnen inbeelden voordat ze ermee instemmen. Dat vergt de inspanning van jonge radicalen, creatieve denkers, grootaandeelhouders in de toekomst.

En vergeet daarbij dan ook niet te praten met radicaal-andersdenkenden. Jonge JFVD’ers. Jullie leeftijdsgenoten kunnen makkelijk nog worden gered uit de klauwen van de boreale uil.

De verantwoordelijkheid van traditie II

Voor D66 zijn de afgelopen twee jaar vaak een oefening in geduld geweest. Een constante onderhandeling met andersdenkenden om onze radicale voorstellen dichterbij te brengen. Wij leven met religieuze toewijding bij het refrein van het lustrumlied van de JD uit 1994: ‘pragmatisch en heel radicaal’. Voor ons gaat radicalisme hand in hand met gematigd handelen.

Ik weet dat dat vaak tot onbegrip heeft geleid, zeker ook in dit gezelschap. We hadden veel dingen liever anders gezien, ik ben de eerste om dat toe te geven. Het intrekken van het raadgevend referendum zonder duidelijk alternatief. De dividendbelasting. Maar denk je eens in. Een pro-Europees klimaatkabinet dat haar grootste investering doet in het onderwijs. Is dat niet precies wat we willen, democraten jong en oud? Is dat niet een ongelofelijke prestatie in een land met een meerderheid aan rechtse en extreemrechtse zetels?

Ik knok er iedere dag met mijn collega’s keihard voor, want voor niets gaat de zon op. Als het lukt in de komende weken na het succes van een Pensioenakkoord ook een Klimaatakkoord te sluiten dan hebben wij onze anderhalf miljoen kiezers kunnen geven waar ze om vroegen en wat zij verdienen: verandering en vooruitgang.

Bovenal is onze kabinetsdeelname het waard omdat deze ongewone samenwerking de laatste hoop is voor het samenwerkende midden. Omdat regeren, ook in deze samenstelling, ons radicalisme met ons pragmatisme verknoopt.

Partijen en mensen die tot elkaar komen en niet blijven steken in het dienen van één enkel belang. Consensuspolitiek. Dat is stroperig, soms zelfs vuil en vunzig, maar een stuk succesvoller recept voor stabiel en progressief bestuur dan het winner-takes-all geharrewar in de Angelsaksische wereld.

De beslissing om na onze historische zetelwinst in 2017 wel aan tafel te gaan zitten wordt ook ingegeven door de harde realiteit van de Tweede Kamer. Nederland heeft een conservatieve meerderheid. Dankzij de dysfunctionele zetels van de nationaal-populisten konden wij progressief beleid maken met partijen die daar eigenlijk helemaal geen zin in hebben. Daar hadden we graag hulp bij gehad van andere partijen, maar die waren te bang om moeilijke concessies te doen.

Wie komt bij de volgende ronde wel serieus aan tafel zitten? Ik maak me zorgen. Forum heeft op rechts wel al gezegd te willen regeren. De VVD en het CDA willen best hun ziel verkopen. Luister naar Hugo de Jonge als hij zegt dat samenwerking met de PVV best mogelijk is. En neem hem daarin serieus. Luister naar Klaas Dijkhoff die samenwerking met Forum niet uitsluit. En neem hem daarin serieus. Een herhaling van het on-Nederlandse rampkabinet Rutte-I is een serieus gevaar.

Wat gaan wij progressieven daartegenover stellen? Loopt GroenLinks na twee keer nog een derde keer weg? D66 zal het progressieve motorblok bij elkaar proberen te houden. Dat is de verantwoordelijkheid van onze radicaal-pragmatische traditie. Dat is wie wij zijn.

We doen dit op voorwaarde dat de progressieve democratische politiek niet steunt op blinde loyaliteit of identiteit. Dan zijn we geen haar beter dan de PVV. Wij bedrijven ideeënpolitiek. Niet vanuit de tijdloze starheid van ideologie, maar steunend op een analyse van de wereld zoals die is in het hier en nu.

Het gaat uitstekend met Nederland, maar de afgelopen decennia zijn ook nieuwe muren ontstaan in onze samenleving.

Muren tussen mensen met en mensen zonder zekerheid.

Tussen mensen met wortels in Nederland en mensen met wortels elders.

En tussen mensen met macht en mensen zonder macht.

Als ik vandaag iets van jullie wil vragen is het dit: help ons de sloophamer op te pakken! Wat vinden jullie? Wat moeten we doen? Welke oplossingen zijn rechtvaardig voor jonge mensen? Ik sluit niet uit dat we het af en toe oneens zullen zijn. En ik waarschuw maar alvast dat het JD-kroonjuweel van de opheffing van het verbod op openbaar dronkenschap, kan moeilijk het antwoord op alles zijn.

De taak voor radicalen, jong en oud, is om de rustige vijver van de politiek in beweging brengen. Roeren in stilstaand water.

Ik kan niet voor jullie bepalen wat radicaal is. Radicalisme wordt op verschillende golflengten uitgezonden. Is het de verhoging van de vermogensbelasting? De afschaffing van privé-onderwijs? Het verlagen van de stemgerechtigde leeftijd naar zestien?

Ik weet wel: dat jullie hier zijn is een radicale daad op zich. Leg maar eens uit in de bus waarin jullie hiernaartoe gekomen zijn dat meer dan tweehonderd jonge mensen hier in een oververhitte kerk in Amsterdam een weekend lang debatteren over de vrijzinnige politiek.

En als JD’er én D66’er weet ik zeker: jullie slaan de golven waar D66 op surft. Of die vrijzinnige golf ooit tegen de deur van het Torentje aan zal slaan is voor een belangrijk deel afhankelijk van jullie enthousiasme en van onze samenwerking.

Het kan als wij het willen. Zoek de radicaal in jezelf!

Tweet dit artikel Deel dit artikel op Facebook

Tweet dit artikel Deel dit artikel op Facebook

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.