Nieuws van politieke partijen in Bloemendaal over PvdA inzichtelijk

44 documenten

Haarlems Dagblad: 90 mille voor onderzoek uitglijders oud-bestuurders

Hart voor Bloemendaal Hart voor Bloemendaal VVD PvdA Bloemendaal 02-09-2019 19:09

Er bestaan diverse soorten integriteit. Ambtelijke, politieke en bestuurlijke integriteit. Hoe hiermee om te gaan? Wat is het wettelijk kader? Zie hierover onderstaande tekst uit de circulaire van de minister van 1 februari 2016. Op die datum werd artikel 170 lid 2 van kracht in de Gemeentewet. Hierin staat dat de burgemeester de bestuurlijke integriteit bewaakt. Ook de commissaris van de koning heeft een rol: indien verhoudingen in de gemeente zijn verstoord of de integriteit in het geding is, kan hij adviseren en/of bemiddelen. Voor ons heeft integriteit vooral te maken met moreel kompas, ethiek en vertrouwen. Maar er bestaat daarnaast een wettelijk kader wat dit onderwerp dat zo belangrijk is in onze maatschappij, handen en voeten geeft.

In Bloemendaal is sprake van een groot aantal integriteitsmeldingen. Deze zijn in de afgelopen twee jaar ingediend en liggen te wachten op behandeling. Er was toegezegd dat de meldingen zouden worden onderzocht door het forensisch accountantsbureau Integis. Dat onderzoek ligt momenteel stil als gevolg van de vele geheimhoudingen.

De burgemeester schakelde een jaar geleden het CAOP in, nl het steunpunt voor burgemeesters. Dat steunpunt gaat niet zelf aan de slag met meldingen maar kan een burgemeester wel adviseren. De adviezen die zijn verstrekt aan burgemeester Roest werden door hem echter geheim verklaard. Overige correspondentie tussen het steunpunt en de burgemeester was ook geheim. Dat schoot dus niet echt op.

Vervolgens kwam de heer Heijink, wethouder en locoburgemeester (VVD), met het voorstel een commissie te benoemen waarin twee raadsleden zitting zouden nemen: de heer Schell (PvdA) en de heer Doorn (vdb). Dit was een ondoordacht plan. Raadsleden horen niet te oordelen over de integriteit van politieke ambtsdragers. Het is bovendien in strijd met het duale stelsel en de Gemeentewet. Maak van integriteitskwesties geen politiek stuntwerk. Wij drongen bij de heer Heijink aan op een andere zakelijke oplossing.

Daarop werd het idee gelanceerd dat de bezwaarschriftencommissie zich met de integriteitsmeldingen zou gaan bemoeien. Ook dat leek ons een buitengewoon slecht idee. De bezwaarschriftencommissie beoordeelt bezwaarschriften en schrijft adviezen. Het behandelen van integriteitsklachten brengt de onafhankelijkheid van de commissie in gevaar. Gelukkig is ook dit voorstel in prullenbak beland. De commissie heeft het zelf afgewezen.

Het laatste idee is dat het bureau Berenschot zich gaat bezighouden met de meldingen.

Dat kost geld. Veel geld. We zijn straks tonnen kwijt. Is dat verantwoord? Wordt ons belastinggeld op de juiste wijze besteed?

Is Berenschot voldoende onafhankelijk? Voormalig fractievoorzitter Martijn Bolkestein, VVD, werkt bij deze organisatie. Hoe zorgt het bureau dan toch voor voldoende onafhankelijkheid. Daarbij speelt ook een rol dat Berenschot vaker is ingehuurd door Bloemendaal. Dat kan een voordeel zijn maar ook een nadeel;

Levert het onderzoek van Berenschot een openbaar rapport op of hebben we straks in Bloemendaal weer het zoveelste geheime of vertrouwelijke rapport? Wij zijn niet voor geheime rapportages;

Wie gaat het onderzoek leiden? Dwz: wie fungeert als opdrachtgever? Is dat de raad, het college of de locoburgemeester of de burgemeester? Hoe is diens staat van dienst? Is deze persoon van onbesproken gedrag?

Het is belangrijk dat er niet iemand aan het hoofd staat van dit onderzoek die zelf onderwerp van discussie is. Tegen de heer Heijink is aangifte gedaan wegens valsheid in geschrifte. Hoewel de heer Heijink dat ontkent, is deze aangifte niet op loze gronden gedaan en zal Justitie zich hierover nog moeten uitspreken. Of is het beter dat het onderzoek wordt gedaan onder regie van de Commissaris van de Koning of misschien zelfs de Minister? Hoe meer het huidige bestuur op afstand komt te staan, hoe beter dat is lijkt ons;

Mocht de conclusie zijn dat er toch iets goed fout zit in Bloemendaal, dan luidt de vervolgvraag: wat nu? Een onderzoek heeft geen enkele zin als je niet bereid bent maatregelen te treffen die pijn kunnen doen;

Strafrechtelijk: raadslid Roos heeft bij de heer Roest melding gedaan van vermoedens van het plegen van strafbare feiten door enkele oud-bestuurders. Die melding deed zij op 5 februari 2018 en op 7 maart 2018 in bijzijn van haar advocaat. Het onderzoek dat nu wordt voorgesteld heeft geen betrekking op strafbare feiten. Wat gebeurt daar dan mee? Berenschot is niet bevoegd. Waarom wordt dit doodgezwegen? Het is merkwaardig dat veel geld wordt uitgetrokken voor een onderzoek terwijl Justitie hierover gaat.

Vandaag in het Haarlems Dagblad een artikel hierover.

Laten we besluiten met onze eigen conclusie:

Er is meer dan voldoende duidelijk welke malversaties in het recente verleden hebben plaatsgevonden en door wie. Als deze informatie niet wordt gedeeld met onderzoekers, dan is een onderzoek bij voorbaat kansloos;

Als de bereidheid om maatregelen te treffen afwezig is dan heeft een onderzoek geen nut;

Openbaarheid is ver te zoeken. Alles is nog steeds geheim. Uiteraard dient het onderzoek zelf in alle rust en beslotenheid plaats te vinden. Maar het eindrapport dient openbaar te zijn met inachtneming van de wetgeving;

Personen wier handelen zelf ter discussie staat dienen niet betrokken te zijn bij het onderzoek;

De commissaris van de koning dient nu actief op te treden. Op afstand blijven is geen optie meer;

Geheimhoudingen is de oorzaak van veel problemen in Bloemendaal. Deze gemeente dient als eerste te streven naar openbaar bestuur. Met een onderzoek wordt deze problematiek niet opgelost;

Geld kun je maar 1 keer uitgeven: als je dat doet, doe het dan goed, eerlijk en openbaar.

Hoe kom ik zo snel mogelijk op de Zeeweg?

PvdA PvdA GroenLinks D66 VVD CDA Bloemendaal 11-07-2019 15:59

Stel, je woont in Amsterdam en je hebt zin in een dagje strand. Nee, niet in een simpele zandbak aan zee, het moet wel een terdege aangekleed strand zijn.  Met daarbij dus alle geneugten die horen bij het  leven van de hedendaagse stedeling. Even googlen op de zoektermen “Amsterdam” en ”strand”, en tot je plezierige verbijstering verschijnen de woorden “Amsterdam Beach” op je scherm. Wervende plaatjes van een lang strand en mondaine, goed gevulde strandtenten flitsen voor je ogen voorbij.  Kortom: je kunt niet wachten tot je het hele gezin in de auto hebt gestopt en je op je tomtom of met je google maps vanuit de etagewoning in hartje De Pijp op weg bent. Het is dan ook een fikse tegenvaller om mee te maken dat je eerst door Haarlem wordt geperst en – als je dat eenmaal ondergaan hebt – nog een keer door iets wat Overveen blijkt te heten. De maat is helemaal vol voor je als je jezelf in een file dient te plaatsen, traag en stapsgewijs op weg naar het wenkende strandparadijs.

Goed, de dag aan zee bevalt prima. En de strandtenten voor op gezette tijden een vloeibare versnapering worden hogelijk gewaardeerd. Maar bij de terugkeer naar je eigen habitat krijg je natuurlijk de al doorstane ellende in omgekeerde volgorde voor je kiezen. Daar moet wat op te vinden zijn, vind je. Hoe dingen lopen is soms een raadsel en niet altijd meer naspeurbaar. Maar ons voorbeeld van een Amsterdammer vindt uiteindelijk de weg naar de politiek. Niet geheel toevallig zijn net de strandgemeenten Zandvoort en Bloemendaal met Heemstede en Haarlem bezig een mobiliteitsregio op te zetten.  En omdat iedere gemeente elk jaar een bedrag in de pot lapt moet daar op een gegeven moment iets tegenover komen te staan. De Haarlemse delegatie heeft vernomen van de wens om zo snel mogelijk vanaf de grote aanvoerroutes het strand te bereiken. Tussen de oogharen wordt de kaart bekeken, en gezien dat dat er wel iets aan te doen is. Mits  daarbij voortvarend te werk wordt gegaan. Dus het Rottepolderplein moet op de schop om er voor te zorgen dat je van daaruit vlotjes op de westelijke randweg komt. Dat is één. Maar daarna is er nog een uitdaging, namelijk door zo min mogelijk bebouwing uiteindelijk op de Zeeweg uit komen.

Een beetje bestuurder recht dan zijn rug, duwt zijn borst vooruit en laat vergezichten toe in zijn brein. Gedachten aan een tunnel doemen op, misschien een verdiepte bak tussen wuivende palmbomen, of anders een Italiaanse boogbrug… Is me dát even genieten!

Enfin, hoe loopt het naderhand verder. De Haarlemse raad wordt eindelijk wakker en spreekt tegen zijn bestuurders  uit dat – hóe dan ook – een weg door het westelijk tuingebied er niet gaat komen. No way, wordt er voor de grap (goede vondst!) boven de motie gezet, die met een fikse meerderheid wordt aangenomen. Hoe het dan anders moet?  Niet ons probleem, moeten de Haarlemmers hebben gedacht. 

Dus blijft er dan nog een laatste mogelijkheid over. Bij de behandeling van jaarrekening en jaarverslag van de gemeenschappelijke regeling Bereikbaarheid zien we staan dat een nieuwe wegverbinding door het Dompvloedslaangebied nog serieus op de wensenlijst staat van de gezamenlijke gemeenten. En dat terwijl – we leven anno 2019 – innovaties binnen het openbaar vervoer zich nog niet eens in de fase van overwegingen bevinden van het samenwerkingsverband.

Hoog tijd dat dit in de mobiliteitsregio wordt opgepakt, hoog tijd ook dat dit naar een hoger niveau van samenwerking wordt getild. Dan heb ik het over de Metropoolregio Amsterdam waaraan ook de gemeenten in Zuid-Kennemerland deelnemen. Uit dit grote samenwerkingsverband is per slot van rekening nog niet zo heel lang geleden de term “Amsterdam Beach” geboren. 

Bij de motie die we vervolgens hierover indienen in de raad van 4 juli staken de stemmen.  De politieke conclusie is helder.  Van VVD,  D66 en VDB mag het Dompvloedslaangebied gerust op de schop. CDA, GroenLinks en Hart voor Bloemendaal steunen de motie. Eindstand:  9 – 9.

 In de raad van september hebben de tegenstemmers nog een kans. Maar dan moet het gezond verstand natuurlijk wél zijn ingedaald…

Henk Schell

Het bericht Hoe kom ik zo snel mogelijk op de Zeeweg? verscheen eerst op PvdA Bloemendaal.

Weigeren van duurzaamheidssubsidie in Vogelenzang

PvdA PvdA D66 VVD CDA Bloemendaal 11-07-2019 12:50

Bouwen voor de gewone man/vrouw

In de gemeente Bloemendaal is altijd interesse geweest om woningen te bouwen. Niet alleen voor de ‘elite’, maar ook voor de gewone man/vrouw. Dat dateert al vanaf de Woningwet in 1901. De oudste woningbouwvereniging in Bloemendaal is de Christelijke Nationale Werkmansbond, afdeling Bloemendaal. In 1905 bouwde die 18 woningen aan de Boslaan. In navolging daarvan zijn er nog 11 andere woningbouwvereniging opgericht. Bijzonder is de ontwikkeling geweest van het complex Tuindorp in het Ramplaankwartier in 1917 door de toenmalige woningbouwvereniging Bloemendaal. Het was de tijd waarin de gemeente Bloemendaal en de totale gemeenteraad zich verantwoordelijk voelde voor de bouw van woningen voor arbeiders en employees. 

Betrokkenheid van raadsleden en wethouders

Kenmerkend voor Tuindorp en ook voor latere volkshuisvestingprojecten was de directe betrokkenheid van raadsleden en wethouders van diverse politieke partijen. Niet alleen als raadslid, maar ook als initiatienemer of bestuurslid. Dat mis ik nu als ik in het Haarlems Dagblad van 6 juli 2019 lees dat een meerderheid van gemeenteraad het college niet wil volgen om een extra subsidie te geven om de te bouwen 21 sociale huurwoningen in Vogelenzang levensloopbestendig te maken. Dat zou vroeger niet zo gemotiveerd worden. Daarom een korte terugblik. 

Fonds sociale woningbouw

De geschiedenis van het fonds sociale woningbouw gaat terug tot de begrotingsvergadering van november 1979. Het idee is afkomstig van mevrouw Sanny Reestman, lid van D66 en fractievoorzitter van Progressief Bloemendaal. Zij stelde voor een fonds voor sociale huisvesting in het leven te roepen. De gemeente zou daarin een gedeelte van haar reserves moeten storten om de aankoop van grond en panden te kunnen bekostigen. PvdA fractievoorzitter de Korte ondersteunde haar voorstel. Hij noemde de noodzaak om bouwgrond te kopen en grote panden, die gesplits konden worden voor de bouw van sociale appartementen. (Haarlems Dagblad, 29 november 1979). De effectuering van het voorstel gebeurde op 17 april 1980. Daarmee hing samen de discussie over het plan om de aangekochte villa Buytentwist in Overveen te verbouwen tot 12 HAT woningen (Huishoudens Alleenstaanden en Tweepersoonshuisvesting). Dat is ook gebeurd, later gevolg door een veelheid van andere sociale projecten.

Vereveningsfonds

Het vereveningsfonds is in de Huisvestingsvisie van Bloemendaal geïntroduceerd als mogelijkheid om particuliere bouwers te laten betalen als zij geen sociale huurwoningen willen bouwen zoals in ieder (groter) bouwplan door de gemeente wordt verlangd. Met deze inkomsten zou de reserve sociale woningbouw dan gevoed kunnen worden. Los van het principiële bezwaar, kan worden getwijfeld aan het nut daarvan. Theoretisch wordt de reserve sociale woningbouw dan wel gevoed, maar zijn de mogelijkheden beperkter geworden voor de corporaties om nog sociale woningen te kunnen bouwen. De koppeling is immers alleen interessant bij een ruime bouwmarkt en die ontbreekt in Bloemendaal. Een aanvullende voeding van het vereveningsfonds vanuit de algemene middelen/ reserves is gezien de historie van de sociale woningbouw in de gemeente Bloemendaal dan ook logisch.

Duurzaamheid en energieneutraliteit

Het gaat daarbij om de sociale huisvesting in al zijn facetten. Het betreft aankoop van panden en grond, nieuwbouw, renovatie en vernieuwbouw van sociale huurwoningen, maar ook om de vraag of de sociale huisvesting in deze tijd van klimaatbeleid voldoet aan de eisen van duurzaamheid en energieneutraliteit. Je bouwt nu geen woningen meer zonder te voldoen aan toekomstige klimaateisen. Het is kort geleden door de gemeenteraad zelfs vastgesteld in de Woonvisie Bloemendaal 2018. Maar het moet wel betaald worden. Door wie? In de lijn van het verleden is het een zaak van woningbouwcorporatie en gemeente samen. Dat is eerder gebeurd bij het complex op de Deken Zondaglaan/Teylingerweg in Vogelenzang. De verwarming van het complex vindt plaats via een warmte-koude systeem met behulp van grondwater. Voor dat voor die tijd innovatieve systeem is toen een extra subsidie door de gemeente Bloemendaal beschikbaar gesteld. Dat was op initiatief van wethouder Annemieke Schep van D66. Waarom is dan nu voor een soortgelijke vraag van Brederode Wonen voor het plan van 21 woningen aan de Vogelenzangseweg in Vogelenzang door een meerderheid van de gemeenteraad de subsidie geweigerd? 

Politieke motivatie in de Bloemendaalse raad

Bij een aantal politieke partijen in de huidige gemeenteraad van Bloemendaal bestaat niet meer de notie dat moderne volkshuisvesting voor een gemeenschap een noodzaak is. Dat was vroeger anders. Ik denk dan met enige weemoed  terug aan de opstelling van D66 en het CDA. Ook de koppeling van het huidige kabinetsbeleid van VVD, CDA en D66 over klimaatbeheersing aan energieneutraliteit van woningen is kennelijk aan de plaatselijke VVD, D66 en CDA voorbij gegaan. De plaatselijke partij VDB ziet helemaal geen noodzaak om je druk te maken over sociale woningbouw in Bloemendaal en energieneutraliteit; dat zoekt de woningbouwcorporatie Brederode  zelf maar uit! Terwijl de gemeente Haarlem de ambitie heeft om al in 2030 totaal gasloos te zijn, blijft de meerderheid van de Bloemendaalse gemeenteraad steken in een financiele angst voor de toekomst van het vereveningsfonds en in een formalistische houding jegens Brederode Wonen. Nota bene ondanks een positief voorstel van hun eigen college van B en W.  Wat dat betreft kunnen de coalitiepartijen nog wat leren van het gevoel voor het partnerschap van hun eigen college met Brederode Wonen. 

Al met al een buitengewoon teleurstellende besluitvorming over de mogelijkheid van de gemeente Bloemendaal om een energieneutraal woningbouwproject te kunnen realiseren als aanzet voor een toekomstig gemeentelijk klimaat- en energiebeleid.

Piet van der Ham

9 juli 2019

Het bericht Weigeren van duurzaamheidssubsidie in Vogelenzang verscheen eerst op PvdA Bloemendaal.

Elswoutshoek, een oplosbaar probleem?

PvdA PvdA Bloemendaal 23-06-2019 14:48

Inleiding

In zijn column van 10 mei 2019 bespreekt Henk Schell de vraag van een Bloemendaler: ‘’Of het ooit nog goed komt met Elswoutshoek.’’ Anderhalve maand verder is er al weer zo veel gebeurd, waardoor ik denk dat Elswoutshoek een moeilijk oplosbaar probleem is.  Hierna geef ik daarvoor de volgende argumentatie.

Kern van het probleem

Inhoudelijk gaat het vooral om de manier waarop de gemeente Bloemendaal sinds 2014 is omgegaan met de wens van de eigenaren van Elswoutshoek, de broers Slewe, om het landgoed te mogen uitbreiden met een tweede landhuis. Dat is door de gemeente steeds afgewezen op grond van planologische en juridische argumenten. Het wordt echter door de aanvragers beleefd als bewuste tegenwerking, vooral door een aantal raadsleden, collegeleden en ambtenaren. Dat is te vinden in het boek Niet ons soort mensen, geschreven door een van eigenaren van Elswoutshoek, Rob Slewe. De ondertitel Intimidatie, machtsmisbruik en leugens  in miljonairsdorp Bloemendaal zegt genoeg over de gevoelens van de eigenaren van Elswoutshoek jegens de gemeente. In het boek Dorpspolitiek van Martijn Bolkestein en Meindert Fennema wijzen de auteurs op het overdadige gebruik door de eigenaren van Elswoutshoek van telefoon en email richting de gemeente, het permanente gebruik van Facebook en het veelvuldig starten van juridische procedures als bron van de langslepende discussie over de ontwikkeling van Elswoutshoek.[1]

Drie elementen van het conflict

Daarmee is Elswoutshoek niet alleen een ruimtelijke vraagstuk, maar tegelijk een communicatief probleem en een zaak van goed bestuur. Objectief gezien valt er aan beide zijden wel wat af te dingen.  In essentie is er een levensgroot verschil tussen de vertragende systematiek van de gemeentelijk overheid vanwege de noodzaak om zorgvuldig te handelen, zeker bij een Rijksmonument, tegenover de snelheidsdrang  van ondernemende burgers, die gewend zijn om snel zaken te doen en niet belemmerd willen worden door ingewikkelde en vaak langlopende procedures. Dat is op zich al een lastige tegenstelling, maar wordt extra bemoeilijkt door het verschil van inzicht hoe men dat communicatief overbrugt. Tegelijk hebben de broers Slewe, gesteund door de politieke partij Hart voor Bloemendaal, voortdurend geageerd tegen het in het verleden en heden gevoerd gemeentelijke beleid dat zij aanduiden met niet-integer. Door de koppeling van verschil van inzicht over de ruimtelijke mogelijkheid van een tweede landhuis, de overdadige wijze van communiceren door de Slewes en de reactie daarop van de gemeente  en de discussie over de integriteit, ontstond een onwerkbare sfeer met consequenties voor beide partijen. 

Integriteit

Omdat het voor het huidige college van Bloemendaal moeilijk valt in te schatten hoe de gang van zaken in het verleden is geweest, of er integer is gehandeld, heeft zij de raad voorgesteld om een en ander door het onafhankelijke onderzoeksbureau Integis te laten onderzoeken. Vooruitlopend op de resultaten van het onderzoek  hebben de eigenaren van Elswoutshoek een schadeclaim op de tafel van de gemeente gelegd.[2]  In de daaropvolgende tijd stond de integriteit vrijwel iedere raadsvergadering op de agenda. Het Bloemendaals Nieuwsblad spreekt zelfs van het luiden van de noodklok vanwege de ‘tsunami van integriteitsmeldingen’.[3] Gericht aan het adres van oud burgemeester Bernt Schneiders en de huidige burgemeester Elbert Roest.[4] Maar het klapstuk is het feit dat Integis afziet van verder onderzoek vanwege belemmeringen, zoals geheimhouding en het niet willen meewerken van een aantal te interviewen sleutelpersonen. 

Rechtszaal of raadszaal?

De gemeenteraad moet nu beslissen hoe het verder moet met Elswoutshoek.[5] Het integriteitsdebat lijkt vooralsnog de gemoederen in Bloemendaal sterk bezig te houden.  Evenals de vraag waarom er zo veel geheimzinnigheid bestaat over deze zaak, die zelfs in een besloten vergadering van de gemeenteraad besproken moet worden.[6] Wat weer heeft geleid tot het betrekken van de onafhankelijke rechter in de zaak Elswoutshoek, via een kort geding, aangespannen door twee juridisch geschoolde raadsleden van Bloemendaal, Roos en Heukels. De bestuursrechter heeft hun verzoek om beslotenheid te verbieden resoluut van de hand gewezen. Er bestond geen enkele reden voor het afkeuren van het voorstel van de meerderheid van de gemeenteraad om het vastgelopen onderwerp in beslotenheid te behandelen. Na hun verlies bij de bestuursrechter meenden beide juristen vervolgens – m.i. ten onrechte – dat er sprake was van een ondemocratische houding van de meerderheid van de gemeenteraad. ‘’Dit is de dictatuur van de meerderheid.’’ Wat is de essentie van de plaatselijke democratie toch moeilijk te bevatten. Zelfs voor de twee door de wol geverfde raadsleden. Die kennen het verschil niet tussen de maatschappelijke functie van de gemeenteraad en van de bestuursrechter. Zoals Henk Schell van de PvdA formuleerde: ‘’Als raadslid gebruik je raadsinstrumenten zoals moties en een goed debat. Je gaat niet naar de rechter om politieke redenen’’.[7]

Oplosbaar?

ik ben bang dat dit nog lang niet het einde is van de schermutselingen rondom Elswoutshoek. Dat zou gebeuren als de gemeente toegeeft aan het verlangen van Hans Slewe om een tweede landhuis te mogen bouwen. Maar dat zie ik de gemeente niet doen. Communicatief is nergens voorgeschreven hoe je moet communiceren met de gemeente, waarom je digitale technieken niet mag gebruiken, je de sociale media niet mag inschakelen om je gelijk te halen of je belang te ondersteunen en je te beroepen op integriteit van het gemeentebestuur. Wat het begrip integriteit betreft houd ik mij echter vast aan een uitspraak van de socioloog Mark van Ostaijen die opmerkt: “Wetten, regels en codes kunnen geen integriteit afdwingen, want die vloeit voort uit normen en waarden die daarin verondersteld worden. Integriteit heeft te maken met eerlijkheid, gedrevenheid, en inschattingsvermogen, en zich naar eer en geweten kwijten van een taak, ook in de politiek.’’[8]  Of daarom de opdracht voor het onderzoek van Integris zinvol is (geweest) en de oorzaak van het vastlopen van het onderzoek en daarmee verspild gemeentegeld, laat ik in het midden. Met integriteit kom je niet verder. Wellicht is een vorm van mediation een laatste redmiddel. Maar dan moeten beide partijen bereid zijn om tot een oplossing te komen. Los van het verleden en de vele juridische en procedurele hindernissen. Ik mag het hopen.

Piet van der Ham, 22 juni 2019.

[1] Rob Slewe, Niet ons soort mensen: Intimidatie, machtsmisbruik en leugens  in miljonairsdorp Bloemendaal, 2016.  Martijn Bolkestein en Meindert Fennema Dorpspolitiek, 2018, bladzijde 183 e.v. 

[2] Margot Klompmaker, ‘Raad achter onderzoek Elswoutshoek’, Haarlems Dagblad, 15 december 2018.

[3] Marilou den Outer, ‘Gemeenteraad is aan zet’, Bloemendaals Nieuwsblad, 6 maart 2019.

[4] Margot Klompmaker in het Haarlems Dagblad van 16 maart 2019, ‘Bloemendaal: onderzoek handelen burgemeesters‘.

[5] Margot Klompmaker, ‘Mislukt onderzoek naar Elswoutshoek’ en ‘Geheimhouding’, Haarlems Dagblad, 1 mei 2019.

[6] Marilou den Outer, ‘Integisonderzoek eerst in beslotenheid besproken’, Bloemendaals Nieuwsblad, 29 mei 2019. 

[7] Marilou den Outer, ‘Alle bezwaren afgewezen: Dictatuur van de meerderheid’, Bloemendaals Nieuwsblad, 12 juni 2019. 

[8] Mark van Ostaijen, wat ingekorte zin uit het boek Wij zijn van ons, een kleine sociologie van grote denkers, 2018, bladzijde 38.

Het bericht Elswoutshoek, een oplosbaar probleem? verscheen eerst op PvdA Bloemendaal.

In memoriam: Aaltje Emmens – Knol

PvdA PvdA Bloemendaal 17-06-2019 19:56

In memoriam: Aaltje Emmens – Knol

https://bloemendaal.pvda.nl/nieuws/in-memoriam-aaltje-emmens-knol/Het zijn roerige tijden in het gemeentebestuur als Aaltje Emmens (óók PvdA) haar intrede doet als waarnemend burgemeester van Bloemendaal.  We schrijven 2015. Zojuist heeft Ruud Nederveen de uiterste consequentie getrokken  uit een zoveelste ongelukkige stap in zijn functie als burgemeester. Een tijdlang al staat hij onder stevige druk, nadat het TV-programma Eenvandaag een – laten we zeggen – frivole periode uit zijn levensloop uitbundig in beeld heeft gebracht. Geen toeval, volgens mij.  Al jaren sleept namelijk de kwestie Elswouthoek, waaraan ik al eerder een column heb gewijd. 

Aaltje Emmens gaat voortvarend aan de slag en maakt al snel duidelijk vast van plan te zijn haar tijdelijke verblijf in het gemeentebestuur niet onopgemerkt voorbij te laten gaan. Het is ook niet niks waarmee de Commissaris van de Koning haar naar Bloemendaal stuurt. Het “verkennen van de oorzaken die ten grondslag liggen aan de huidige bestuurscultuur in Bloemendaal en er voor zorgen dat een verbetertraject wordt ontwikkeld en uitgevoerd ten aanzien van de bestuurscultuur en de onderlinge verhoudingen”. De commissaris omschrijft die bestuurscultuur niet nader in zijn opdracht. Maar dat doet de waarnemend burgemeester een aantal weken na haar aantreden op niet mis te verstane wijze zelf wel.

Na vele gesprekken met ambtenaren, wethouders en raadsleden komt zij tot de conclusie dat er grote problemen zijn, die al langer spelen en waaraan de afgelopen jaren te weinig aandacht is besteed. Zij ziet een raad die “niet goed functioneert en te maken heeft met ruwe omgangsvormen, machtspolitiek en die een dusdanig hinderlijke bemoeizucht richting college tentoonspreidt dat dit onvoldoende bestuurlijke regie kan voeren”. Ook stelt zij vast dat de organisatie “nog niet in staat is te voldoen aan eisen van modern bestuur en aan de bijzondere eisen die de Bloemendaalse samenleving en cultuur vragen”. De relatie met die samenleving ziet zij als problematisch, met vaak een slopende juridisering van bestuur en menselijke interactie. Ik citeer uit haar ambtsbericht van juni 2015 aan Commissaris Johan Remkes.

Zij zet een reeks samenkomsten op touw waar raadsleden, leden van het college en hoofden van de ambtelijke organisatie aan deelnemen. Die bijeenkomsten verlopen niet altijd gemakkelijk. Mensen uiten zich – zoals dat in de politiek heet – “openhartig” ten opzichte van elkaar. Ook zie ik gaandeweg het draagvlak wat verminderen. Niet alle raadsleden tonen zich enthousiast, de deelname loopt terug. De raads- en commissievergaderingen verlopen ondertussen niet altijd zoals je dat zou mogen verwachten. Af en toe ontstaat er een fikse ruzie. Zo kan ik me een commissievergadering, die ik zelf voorzit, herinneren die naar mijn inschatting dermate uit de hand loopt dat ik besluit te schorsen. Bepaald niet mijn mooiste herinnering, trouwens. Naast mij een woedende burgemeester die haar gemoedstoestand  niet onder stoelen of banken steekt, tegenover mij een commissie die in dezelfde stemming verkeert. En ik, als voorzitter, niet bij machte om op het geheel een kalmerende invloed uit te oefenen. Een leerzame ervaring, dat wel.

Zo’n acht maanden na haar aantreden is er dan die raadsvergadering. Weer raken de gemoederen danig verhit, de navenante opmerkingen vliegen heen en weer. Midden in het gedoe neemt de burgemeester het woord. Ik vat het in mijn eigen woorden samen: “Beste raad, ik kan niks meer voor u betekenen; bekijk het verder maar. En zonder mij.” De dag daarna geeft zij haar opdracht terug aan de commissaris.

Mij overvalt die stap. Samen met mijn collega’s van dat moment in de fractie, Aty de Groot en Harold Koster, heb ik tot dan toe veel tijd en energie gestoken in de werksessies waarin we proberen tot betere werkverhoudingen te komen. Alles voor niks, is het gevoel wat overheerst bij mij. 

Pas maanden later, op een bijeenkomst van het Landschap Noord-Holland waarvan zij het voorzitterschap weer heeft opgepakt, spreek ik haar. Ik vertel haar over mijn gevoel van destijds. Aaltje zegt me dit precies hetzelfde te hebben beleefd. “Maar waarom ben je niet wat rustiger van start gegaan”, vraag ik haar, “in plaats van als een wervelwind binnen te vliegen en na een paar weken al met zo’n rapport te komen. Had je niet beter wat meer tijd kunnen nemen?”. Haar antwoord: “Zo ben ik nou eenmaal niet gebakken!” 

Een paar weken geleden, begin van de avond op een zaterdag, gaat mijn telefoon. Aaltje belt vanuit haar ziekbed. Ik schrik als ik van haar verneem hoe ernstig het is. Maar dan blikken we genoeglijk en relativerend terug op haar maanden in Bloemendaal. En natuurlijk gaan we smeuïge roddels niet uit de weg…

Dit alles typeert haar ten voeten uit. Aaltje Emmens – Knol, dijk van een mens, innemend, ervaren bestuurder, sterk maatschappelijk betrokken, tegendraads, geen watje, duidelijk aanwezig: we gaan je missen.

Henk Schell

Het bericht In memoriam: Aaltje Emmens – Knol verscheen eerst op PvdA Bloemendaal.

Toewijzing van huurwoningen in Zuid-Kennemerland

PvdA PvdA Bloemendaal 03-06-2019 17:41

Toewijzing van huurwoningen in Zuid-Kennemerland Sociale huurwoningen

Mede op initiatief van het gewest Kennemerland is de toewijzing van sociale huurwoningen sinds 1994 geregionaliseerd en wordt uitgevoerd door de onafhankelijke organisatie Woonservice. Gezien vanuit de regionale samenwerking is het een uitstekende ontwikkeling om gezamenlijk een probleem aan te pakken. Maar er is ook een keerzijde. Voor ingezetenen van de regiogemeenten is het een voordeel dat ze kunnen meedingen naar sociale huurwoningen in de andere gemeenten. Het is echter een nadeel dat omgekeerd de mogelijkheid om een sociale huurwoning te bemachtigen in de eigen woonplaats, kleiner wordt. Op die regels zijn door de gemeenten uitzonderingen gemaakt die het ontstane probleem niet oplossen, maar eerder hebben vergroot. 

Daarnaast heeft het rijksbeleid voor veel verwarring gezorgd. Ik noem de dwingende eis dat de gemeenten een deel van de sociale huurwoningen moeten bestemmen voor status-houders (vluchtelingen die zich in Nederland blijvend mogen vestigen) en sinds 2015 het afschaffen van de algemene bindingseisen voor de verhuur van sociale huurwoningen door regio’s of gemeenten. Ook is de vraag van zogenoemde zorgcategorieën toegenomen en verder vraagt de stadsvernieuwing/ dorpsvernieuwing voorrang voor mensen van wie de woning wordt vernieuwd of gerenoveerd. Conclusie: In vergelijking met vroeger kent een regionaal toewijzingssysteem naast voordelen ook nadelen. Het belangrijkste probleem is de ondoorzichtigheid van het toewijzingssysteem van de sociale huurwoningen. Dat werkt de onvrede over het toewijzingsbeleid van de gemeenten in de hand. 

Bouwen voor eigen inwoners

Het is bijvoorbeeld een lastig onderwerp om woningzoekenden uit te leggen waarom niet zij, maar personen uit een andere gemeente de woning krijgen. Dat komt vooral omdat de strikte regionale verdeling van woningen op basis van de inschrijvingsduur, wordt doorkruist door de bovengenoemde uitzonderingsregels. Bovendien is er nog een politiek probleem. Tijdens verkiezingstijd en ook wel in raadsvergaderingen wordt door politieke partijen vaak betoogd dat zij sociale huurwoningen willen bouwen voor ‘’hun’’ inwoners. Bij de toewijzing van de woningen in een bouwproject blijkt echter dat – als gevolg van het regionale toewijzingssysteem – maar mondjesmaat te gebeuren. Tot grote teleurstelling van de eigen inwoners. Dat zal zeker in de toekomst nog zwaarder gaan wegen als een gemeente meer dan de andere  gemeenten in de komende jaren veel sociale huurwoningen gaat bouwen. Het is de vraag of het regionale toewijzingssysteem dan nog zinvol is, dan wel fundamenteel aangepast moet worden.  Het is daarom van belang om te beschikken over recente cijfers die de onderlinge verhoudingen binnen de vier gemeenten weergeven. Dat is hierna te zien.

Jaarverslag van Woonservice

Jaarlijks geeft Woonservice, de regionale organisatie die de toewijzingen regelt, een jaarverslag uit waarin verantwoording wordt afgelegd over het gevoerde toewijzingsbeleid. Sinds 2017 wordt getracht om zo veel mogelijk helderheid te verschaffen over de verscheidenheid van de woningtoewijzing. Tegelijk echter is de uitbreiding van het toewijzingsgebied met gemeenten in de IJmond weer debet aan minder zicht op de praktijk van de toewijzing. Bij de cijfers van 2017 worden ook de toewijzingen aan inwoners van buiten de regio door de vijf gemeenten van Zuid-Kennemerland meegeteld.  Omgekeerd zijn de toewijzingen van woningen aan woningzoekenden uit Zuid-Kennemerland door gemeenten buiten de regio niet opgenomen in het overzicht. Dat geeft een mogelijke vertekening van het aantal bewoners van een gemeente die niet in de regio Zuid-Kennemerland, maar wel op korte afstand daarvan een sociale huurwoning wisten te bemachtigen. Bijvoorbeeld in Velsen, de Haarlemmermeer of de Bollenstreek. Ondanks dat manco valt de tendens wel uit de ‘harde’ cijfers van de hierna afgebeelde tabellen af te leiden. 

Tabellen Toewijzing van sociale huurwoningen in 2017

https://bloemendaal.pvda.nl/nieuws/toewijzing-van-huurwoningen-in-zuid-kennemerland/

https://bloemendaal.pvda.nl/nieuws/toewijzing-van-huurwoningen-in-zuid-kennemerland/

In Haarlem zijn in 2017  1200 woningen toegewezen. Dat is 75 % van alle regionale toewijzingen (1592). Gezien de grootte van de bevolking van Haarlem en het aantal Haarlemmers dat is aangewezen op een sociale huurwoning en zich heeft ingeschreven bij Woonservice, is dat geen verrassing. Bij de randgemeenten ligt dat uiteraard beduidend lager. Met elkaar 25%.  Haarlem is dus de zwaarste partner bij de regionale toewijzing met het grootste belang.  Dat Haarlem ver uitsteekt boven de andere gemeenten heeft ook te maken met het grote aantal toewijzingen op basis van voorkeur: statushouders, zorgcategorieën, klantwenscategorieën  en stadsvernieuwing dat Haarlem overwegend voor haar rekening neemt. Dat waren in het jaar 2017 in totaal 516 personen, 43% van alle Haarlemse toewijzingen, tegenover 305 personen in de andere gemeenten samen, 22% van hun toewijzingen. 

Interpretatie van de cijfers.

Nemen wij de toewijzingscijfers van 2017 en trekken wij daar het totaal van de toewijzings-categorieën op basis van voorkeur per gemeente vanaf, dan krijgen wij zicht op het aantal woningzoekenden dat zuiver op basis van de inschrijvingsduur een woning kreeg toegewezen. Dat is voor Haarlem 684 van de 1200 toewijzingen, 57% en voor de overige gemeenten samen 305 van de 392 toewijzingen, 78%. Maar zegt dat ook wat over de toewijzing van het aantal woningzoekenden, die op basis van inschrijvingsduur een woning kregen toegewezen in de eigen gemeente? Dat valt met deze cijfers niet te bepalen. Gezien de manco’s van het cijfermateriaal is een preciezere onderbouwing nodig om dat helder te maken. Maar wie gaat dat doen? 

Sociaal en middelduur

In alle gemeenten wordt naast sociale woningbouw geopteerd voor middeldure/middendure koop- en huurwoningen. In de ene gemeente meer dan in de andere. De gedachte daarbij is begrijpelijk. Het aantal woningzoekenden voor een woning in de duurdere prijsklasse neemt toe. Enerzijds omdat mensen die te veel verdienen zich niet kunnen inschrijven voor een sociale huurwoning, anderzijds omdat mensen die al in een sociale huurwoning wonen en waarvan het gezamenlijke inkomen een bepaalde hoogte overstijgt, gezien worden als scheefwoners, die daarom vaak een hogere jaarlijkse huurverhoging moeten betalen dan andere huurders voor een soortgelijke woning.  Bovendien heeft het begrip scheefwoner een negatieve lading gekregen: ‘Die mensen zouden toch nodig eens moeten doorstromen naar een duurder segment’. 

Hoewel er ongetwijfeld scheefwoners zijn die dat wel zouden willen, is het effect van woningen in de middeldure sfeer voor de doorstroming echter beperkt.  Dat komt vooral omdat de hoogte van de prijs van de middeldure huur niet kan worden afgedwongen door de gemeente. Dat hangt samen met het systeem dat al jarenlang bestaat en is vastgelegd in de Burgerlijk Wetboek. Sociale huurwoningen worden geëxploiteerd door toegelaten instellingen. Dat zijn de woningbouwcorporaties, die uitsluitend een huurprijs mogen vragen, die gebonden is aan specifieke regels (Woningwaarderingsstelsel). De huurprijs mag wel lager zijn, maar niet hoger. 

Liberalisatiegrens

De maximale huurprijs van sociale huurwoningen wordt jaarlijks door de centrale overheid vastgesteld en staat bekend als de liberalisatiegrens. Daarboven gelden andere wettelijke regels, veel minder dwingend dan in de sociale sfeer.  Naast elkaar, maar wel gescheiden, kent de wet de tweedeling sociaal en vrijesector. Omdat middeldure huurwoningen in de vrije sector vallen, mogen particuliere verhuurders, zoals ontwikkelaars en beleggingsmaatschappijen, elke denkbare huur vragen. Die zijn meestal te hoog om de sprong van sociale huur naar middeldure huur te maken. Daarmee is de door de politiek gewenste doorstroming meestal een fictie. Middeldure huur- en koopwoningen, ook de relatief dure woningen, zijn wel interessant voor mensen met een bovenmodaal inkomen. Maar het lost de kern van de sociale woningnood en het scheefwonen niet op. 

Heemsteeds model

Wellicht biedt de onorthodoxe keuze van het Heemsteedse college bij de vestiging van de Vomar supermarkt ook een oplossing voor het vastleggen van de maximale huurhoogte van de middeldure huurwoningen. Om eindelijk eens de discussie over de Vomar te eindigen, hebben de ontwikkelaar Hoorne Vastgoed en de gemeente afgesproken om door een extreem hoge boeteclausule elkaar over en weer te binden aan het uitvoeren van afspraken.[i] Onderzocht moet worden of dat ook kan bij de bouw van middeldure huurwoningen, bijvoorbeeld als privaatrechtelijke aanvulling op het bestemmingsplan.

Utrechts model

Om grip te krijgen op de vraagprijs van middeldure huurwoningen wordt ook elders gestudeerd. Zo heeft de gemeente Utrecht in een Actieplan Middenhuur vastgelegd dat de huur gedurende 20 jaar niet meer mag stijgen dan de inflatie plus 1 procent. Dat komt in de buurt van het voorstel in het ‘Biedboek Middenhuur’ dat een alliantie van beleggers en projectontwikkelaars voor ogen staat. Met als verschil met Utrecht dat zij gedurende 15 jaar de huur willen verhogen met de inflatie plus 2 procent. Ook de gedachte van minister Olllongren over een ‘’Woondeal’’ van provincies en gemeenten met de bouwwereld, wat moet werken als ‘noodknop’ komt in die richting. Ook wil de minister de corporaties weer meer gaan betrekken bij middeldure huurwoningen.[ii]  Het lijkt mij voldoende reden dat de gemeenten in Zuid-Kennemerland, samen met het nieuw te vormen college van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland trachten om tot een soortgelijke constructie te komen. Wellicht ook iets voor de Metropoolregio Amsterdam? 

Woningtoewijzing, toen en nu

Aan het einde van mijn studie in 1963 woonde ik met mijn echtgenote in Amsterdam in één kamer met keuken. Onze hoop was gevestigd op wat toen heette een woningwetwoning. Ook in die tijd was er woningnood zodat wij waren aangewezen op een bewijs van urgentie. Dat hebben wij gekregen en ik weet nog hoe gelukkig wij waren met de flat in Osdorp van de woningbouwvereniging  Zomers Buiten. Ik ben die tijd nooit vergeten. Het herinnerde mij aan het feit hoe afhankelijk een woningzoekende is van het toewijzingssysteem. Die ervaring heb ik mijzelf ook steeds voorgehouden tijdens de twaalf jaar dat ik in de gemeente Bloemendaal als portefeuillehouder woonruimteverdeling  politiek verantwoordelijk was voor de toewijzing van wat in die tijd sociale huurwoningen ging heten. Samen met een Huisvestingscommissie en een huisvestingsambtenaar ontwikkelden wij een puntensysteem waarbij vrijkomende woningen eerlijk werden verdeeld. De toewijzing verliep steeds op basis van het overleg over de mate van urgentie. Die tijd van toewijzen lijkt voorbij. Persoonlijke gesprekken met woningzoekenden en overleg binnen een Huisvestingscommissie zijn vervangen door de computer van Woonservice. 

Zoals hiervoor is gemeld, zijn de consequenties daarvan niet alleen positief gebleken.

Komt het verleden weer terug?

Maar er lijkt een kentering in zicht voor het gehanteerde toewijzingssysteem. Mevrouw Karin Lagas, directeur van Ymere, een van de grootste corporaties in en rond Amsterdam en Zuid-Kennemerland, komt met de volgende gedachte. ‘’Nu is het systeem gebaseerd op wachtlijsten. Wie het langs op de wachtlijst staat, krijgt voorrang. Ik zeg niet dat ik niet snap hoe dat ontstaan is. Maar met name voor starters en andere outsiders, zoals urgenten, is het erg moeilijk om een woning te krijgen. We zouden moeten kijken of wij het systeem zo aan kunnen passen dat er ook wordt gekeken hoe hard mensen een woning nodig hebben.’’ Dat klinkt erg veel op het toewijzingssysteem dat de gemeente Bloemendaal tot 1994 hanteerde. Wat mij betreft zou een combinatie van het vroegere systeem en het huidige systeem van Woonvisie mogelijk moeten zijn.

Piet van der Ham, 30 mei 2019

[i] Guusje Tromp, ‘Vomar houdt Heemsteedse raad bezig’, Haarlems Dagblad, 19 januari 2019. [ii] ‘Tikkie minder vrijheid maakt vrije sector weer betaalbaar’, de Volkskrant, 5 april 2019.

Het bericht Toewijzing van huurwoningen in Zuid-Kennemerland verscheen eerst op PvdA Bloemendaal.

DE FORMULE 1 KOMT THUIS

PvdA PvdA Bloemendaal 16-05-2019 21:05

“DE FORMULE 1 KOMT THUIS” 

Je zou er tranen van in je ogen krijgen. Na 35 jaren van verschroeiend verlangen en doorwaakte nachten is-ie weer thuis. Onze bloed-eigen Formule 1. Als een verloren zoon wordt hij door héél Zandvoort in de armen gesloten, vast van plan hem nooit meer los te laten. Want zeg nou zelf,wie Zandvoort zegt, zegt Formule 1. We zien alleen maar blije en gelukkige gezichten. Van Jantje Lammers, natuurlijk. En niet te vergeten Prins Bernhard junior. Gisteravond waren zij de koplopers van een uitzinnige schare Zandvoorters, die het hele circuit nodig hadden voor een uitgelaten polonaise. Sommigen van hen schoten uit de Tarzanbocht. Ach, een biertje of wat bij zo’n gelegenheid  is hen natuurlijk van harte gegund. Euforische toestanden in Formule 1 – minnend Nederland. “Heel de wereld kijkt naar Zandvoort” riep Ellen Verheij, wethouder in Zandvoort, in het Haarlems Dagblad van vanmorgen. Tjonge, zou het?

Tot zover het romantische verhaal. Want we kunnen ons de borst natmaken. Alle omliggende gemeenten klagen al jaren over de overlast die het circuit veroorzaakt. Ik ben even gaan tellen, en ik kom tot 28 racedagen van allerlei soort, verdeeld over de periode van pakweg half mei tot half september. Volgens Jan Lammers moeten we rekening houden met een weekend in de eerste helft van mei 2020. Geen hotelkamer in de verre omtrek meer te krijgen. De omliggende campings hebben laten weten deze periode  te blokken, totdat duidelijk is wanneer we de invasie mogen verwachten. Maar hoe dan ook, het raceseizoen wordt uitgebreid met een majestueuse ouverture. En – nog afgezien van de geluidsoverlast voor de omliggende dorpen – wat zijn de gevolgen voor het omliggende natuurgebied? Wat voor de verkeersinfrastructuur, waarover ik alleen maar losse flodders hoor delibereren in kringen van de enthousiastelingen? “Maar in feite is de boodschap aan het F1 publiek (maar ook aan de regio, HS): zoek het maar uit”, zegt Henk Runhaar in zijn analyse in het Haarlems Dagblad. Enfin, de wethouder kan er niet wakker van liggen, zo lees ik.

“Het landschap is ons grootste kapitaal. Geen enkele andere regio heeft op zo korte afstand van elkaar zo’n diversiteit aan landschappen die een groot aantal waarden te bieden heeft. (…)De natuur heeft onze regio royaal bedeeld met de weidse stranden, robuuste duinlandschappen ,(…) open veenweide gebieden en dichte bossen. Onze voorouders hebben daar schoonheid aan toegevoegd. Zij creëerden een gevarieerd cultuurlandschap met kleinschalige akkers, karaktervolle dorpen, pitoreske hofjes, groene villawijken en imposante buitenplaatsen, waar statige lanen door open parklandschap en langs deftige theekoepels voeren.”  Aldus ronkt een discussiestuk voor de regioraad, samengesteld door de colleges van Zandvoort, Heemstede, Bloemendaal en Haarlem. Wat dit waard is lees je een paar pagina’s verder. “Ook willen we grote evenementen organiseren, zoals de Formule 1 in Zandvoort en (sic!) het Bevrijdingspop in Haarlem”. Maakt allemaal niets uit, papier is geduldig.

O ja, de wethouder verblijdt ons ook nog met de boodschap dat we niet bevreesd hoeven te zijn dat het evenement slechts duurt voor de tijd van de races zelf. Nee hoor, het wordt één groots evenement van wel een week lang! Kijk, van zoiets slaat mijn fantasie onmiddellijk op hol. Want wat zullen we voorgeschoteld krijgen? Exorbitante Bourgondische feesten over het hele circuitterrein, opgeluisterd door Tiësto en – smaken verschillen nu eenmaal – De Toppers? Drakenvliegen? Een zeeslag voor de kust met historische schepen? Een feestelijke opening, door een dolgelukkige burgemeester Niek Meijer, van de watertoren als luxe-bordeel?  (’t Is maar een suggestie, natuurlijk).

Een béétje regio zou de wens van de Zandvoorters anders hebben aangepakt. Ik noem zoiets streven naar een compromis. Als het aantal racedagen beduidend zou worden teruggebracht, en als het er dan tóch van moest komen, was er wat mij betreft over te praten geweest. En, vooruit, die evenementenweek mag dan ook wel van mij. Boek ik toch gewoon een weekje Drenthe? 

Henk Schell

Het bericht DE FORMULE 1 KOMT THUIS verscheen eerst op PvdA Bloemendaal.

Of het ooit nog goed komt

PvdA PvdA GroenLinks D66 VVD CDA Bloemendaal 10-05-2019 18:16

Of het ooit nog goed komt, wordt me gevraagd…

Gisteravond, 6 mei, werden we voor een extra raadsvergadering naar de raadszaal in Overveen ontboden. Die extra vergadering was nodig. Het onderzoeksbureau wat voor ons de gang van zaken rond Elswouthoek onderzoekt had een tussenrapport uitgebracht. De zaak werd echter bemoeilijkt doordat enkele nauw betrokkenen hadden laten weten geen medewerking te willen verlenen. “Om mij moverende redenen”, luidde het, hetgeen je één-op-éen kunt vertalen met “dat gaat je niks aan”. De vraag van het bureau aan de raad is samen te vatten met: heeft het nog zin om door te gaan met het onderzoek, en zo ja: hoe dan? De onderliggende suggestie daarvan is er een van grote twijfel.

We hadden er een aardige kluif aan. Het spitste zich vooral toe op de vraag op welke wijze deze enorm uit de hand gelopen conflictsituatie in ieder geval formeel kon worden afgesloten. Geen enkele fractie dit dit niet wil, maar over de voorwaarden waaronder verschillen de meningen als de breedte van een oceaan. Voor de leesbaarheid van deze column houd ik het simpel, maar houd het er maar op dat Hart voor Bloemendaal er volstrekt andere ideeën op dit gebied op na houdt dan de coalitie van VVD, D66 en CDA en PvdA, GroenLinks en Vrijzinnig Democratisch Bloemendaal. Ik bedenk me net dat ik het van Liberaal Bloemendaal eigenlijk niet weet. De voorzitter van die fractie, met wie ik het overigens uitstekend kan vinden, waakt er zorgvuldig voor zijn kruit te allen tijde kurk- en kurkdroog te houden. Ook een manier van politiek bedrijven, dat wel.

Vanmorgen kreeg ik een mail van Jan, met wie ik wel vaker contact heb over politieke aangelegenheden. Hij had het hele debat gevolgd op internet, en was zich rot geschrokken. Bloemendaal zit opgescheept met een probleem wat al jaren voortwoekert. Ooit begonnen als een complexe, maar niet ongebruikelijke, kwestie over de bouw van een tweede huis op een landgoed. Dat leek aanvankelijk bij de gemeente in goede aarde te vallen, maar daarna voelden de aanvragers zich keer op keer en systematisch in hun voornemen gefrustreerd. De verhoudingen verslechterden in rap tempo. Ex-hotemetoten zoals een voormalig commissaris der Koningin werden ingevlogen om te proberen in der minne tot een oplossing te komen. Van tijd tot tijd dacht ik persoonlijk dat die nakende was, maar tot mijn allengs  toenemende verbijstering moest ik die gedachte steeds weer laten varen. 

Het rapport van het onderzoeksbureau richt de focus op 2014, met de aanloop en de na-weeën. De onderlinge verhoudingen stonden toen uiterst op scherp, waarbij de oorsprong daarvan al lang uit het zicht was verdwenen. Het rapport moest allereerst een feitenverslag en –interpretatie leveren, en dan de vraag beantwoorden of bestuurders uit die tijd legaal en integer hadden gehandeld. Maar dat relaas gaat er dus niet komen. Weer tot mijn verbijstering, voor de zoveelste keer. Geen einde dus in zicht van de aanvallen op de sociale media op onze bestuurders en ambtenaren. Geen einde aan de stroom van verdachtmakingen en de reeks van – mijlenver gezochte – integriteitsmeldingen aan hun adres. Het landelijke bureau op dit gebied heeft al – in nette ambtelijke bewoordingen, dat wel – gevraagd of het de klagers niet in hun bol geslagen is. En ondertussen raken de ambtenaren hoorndol van het spervuur aan raadsvragen, waarmee de twee leden van Hart voor Bloemendaal zich onledig houden.  Ik durf geen schatting te maken van hetgeen ons de hele kwestie al heeft gekost, en in de toekomst nog zal kosten. Trouwens, het bureau zal ondertussen spijt hebben als haren op het hoofd dat het deze klus heeft aangenomen. De onderzoekers hebben aan hun contacten met de onwillige betrokkenen een klachtprocedure aan hun broek gekregen wegens een – zoals we dit van hen kennen – onnavolgbaar hersenspinsel. Het kan verkeren.

“Maar Henk, wat schieten de inwoners van onze vijf dorpskernen hier nu mee op?”, vraagt Jan zich in vertwijfeling af. “Niets, helemaal niets,” is het enige wat ik hem daarop kan antwoorden. Kennelijk hoort dit alles bij de taakopvatting van twee raadsleden, die het vaste voornemen hebben om het besturen van Bloemendaal zo lastig en enerverend mogelijk te maken en daarvoor alles uit de kast te willen halen. 

Tja, tegen zo’n voornemen is nu eenmaal geen kruid gewassen. 

Maar ik houd me aanbevolen voor suggesties!

Henk Schell 

Het bericht Of het ooit nog goed komt verscheen eerst op PvdA Bloemendaal.

Behoud van Duinlust: maak revitalisatie mogelijk

Hart voor Bloemendaal Hart voor Bloemendaal D66 CDA PvdA GroenLinks VVD Bloemendaal 08-05-2019 14:44

Tijdens de commissie grondgebied van 7 mei  spraken wij met de andere fracties over de ontwikkelplannen van de voormalige buitenplaats Duinlust in Overveen. Een belangwekkende monumentale parel gelegen midden in de gemeente Bloemendaal.

De ontwikkelaar heeft ons uitvoerig geïnformeerd over de plannen. Wij zijn om meerdere redenen enthousiast. Op de eerste plaats omdat het behoud betekent van de buitenplaats. Op de tweede plaats zien wij hierin een revitalisatie van het monument en deze grote investering verschaft onze gemeente een meerwaarde. De aantrekkelijkheid van de gemeente Bloemendaal wordt erdoor vergroot. Ook wordt voorzien in een behoefte aan woningen en tenslotte vinden wij het belangrijk dat deze herbestemming niet ten koste gaat van de openbaarheid van het omliggende park.

Meer over het plan kunt u lezen op de website van de gemeente. De diverse stukken vindt u onder het agendapunt Duinlust:

Helaas is de VVD mordicus tegen. De VVD houdt vast aan de zeer stringente landgoederennota en wil geen herontwikkeling van Duinlust. Wij zijn daarentegen bang dat Duinlust, als er niets gebeurd en niet wordt ingegrepen, zal verloederen. Stel dat er brand uitbreekt of dat vandalen toeslaan. Dat is eerder gebeurd bij monumenten die te lang leeg stonden, zoals het voormalig marinehospitaal in Overveen dat helaas is afgebrand.

Wij zouden dus graag zien dat de landgoederennota wordt aangepast. Niet omdat wij elke ontwikkeling op een buitenplaats zien als een verbetering en de landgoederen als het ware verkwanselen door ze vol te bouwen. Integendeel. Wij zijn fanatiek voorstander van behoud van het cultuurhistorisch erfgoed. Dat wij de plannen voor Duinlust positief beoordelen heeft vooral te maken met de allesoverheersende wens dit object voor de toekomst te behouden en het herbestemming is waar wij op aan willen sturen. Bovendien zijn de plannen van de ontwikkelaar een verbetering voor de buitenplaats. Het lesgebouw van het CIOS wordt gesloopt. Hetzelfde geldt voor de bebouwing achter het hoofdhuis. Het probleem van deze bebouwing is dat deze zich op zeer korte afstand bevindt van het hoofdhuis en daarmee het historisch karakter schade berokkent. Visueel is sprake van grote strijdigheid. Bovendien is sprake van bebouwing die niet meer van deze tijd is en buiten gebruik. Voor de revitalisering van Duinlust is het belangrijk dat het hoofdhuis weer gaat stralen en dat kan alleen maar door de oude nieuwbouw te verwijderen. Doordat de ontwikkelaar naast het herstel van het hoofdhuis elders op het terrein ook een beperkt aantal appartementen realiseert (16 totaal), wordt bovendien voorzien in de behoefte aan woningen. Meer informatie vindt u in het volgende stuk:

Samen met GroenLinks en PvdA willen wij werken aan een motie om de landgoederennota aan te passen zodanig dat bepaalde belemmeringen worden opgeheven. In de gemeenteraad is ook VDB voorstander van herontwikkeling. Dat betekent dat er nog geen meerderheid is. Maar we zullen hard ons best doen om te zien wat we kunnen bereiken. De wethouder (D66, Henk Wijkhuizen) is ook positief maar vindt dat zijn handen nu nog gebonden zijn. Het CDA kennen wij als een gematigde partij die in de vorige regeerperiode net als onze fractie voor een meer flexibele landgoederennota was. Laten we hopen op een behouden toekomst voor Duinlust en een verbeterde landgoederennota.

Uiteraard dienen de monumentale en karakteristieke waarden van het hoofdhuis intact te blijven. Hieronder ziet u de schitterende hal en enkele andere foto’s met details van het huis. Bent u ook voor herbestemming en revitalisering van Duinlust? Laat het ons weten en stuur ons een e-mail met het onderwerp Red Duinlust ter attentie van:

Gemeenteraad geeft duidelijk signaal af.

VVD VVD GroenLinks D66 CDA PvdA Bloemendaal 24-04-2019 06:58

De VVD heeft een verbindende rol gespeeld bij de aanname van een belangrijke motie tijdens de raadsvergadering van 18 april jl. Met de motie wordt verduidelijkt wanneer het college van B&W de raad geen informatie hoeft te geven, indien naar haar mening het openbaar belang zich daartegen verzet. De gemeenteraad heeft de motie aangenomen met 15 van de 17 aanwezige stemmen, en met 6 van de 8 partijen verenigd. Hiermee geven we het college een zetje in de rug, dat ze niet altijd maar alle vragen van raadsleden hoeven te beantwoorden, zodat ze zich weer volledig kan richten op het besturen van onze mooie gemeente Bloemendaal.

 

Het afgelopen jaar is er een trend ontstaan van steeds meer vragen stellen aan het college van B&W. Op zich lijkt daar niets mis mee. Het recht om vragen te stellen is immers een grondrecht van de gemeenteraad, om de controlerende taak op het bestuur uit te kunnen oefenen. Dit is geregeld in art. 169 van de Gemeentewet. Maar het valt op dat de vragen van een beperkt aantal raadsleden komt en niet altijd dienen om het college te controleren. Steeds vaker worden ook vragen gesteld die ogenschijnlijk een persoonlijk doel dienen. Bovendien gaan steeds meer vragen over het handelen van ambtenaren, terwijl raadsleden het bestuur controleren, en niet de ambtenaren rechtstreeks.

Dit liep de spuigaten uit en de VVD vindt dat onaanvaardbaar. Om daar paal en perk aan te stellen heeft de VVD met CDA een motie voorbereid en een andere motie van VDB gesteund. De gemeenteraad heeft in haar vergadering, bijeen op 18 april jl, een duidelijk signaal aan het college gegeven door de 2 moties aan te nemen. De motie van de VVD en CDA werd mede ingediend door GroenLinks, D66, VDB en PvdA. De moties geven beide een nadere inkleuring van de uitzonderingsgrond, het openbaar belang, uit art 169 in lid 3 van de Gemeentewet, op basis waarvan het college niet altijd alle gevraagde informatie hoeft te verstrekken. Natuurlijk geldt alles wat is bepaald in de moties alleen voor zover dit is toegestaan binnen de grenzen van de wet.

Achtergrond moties:

Motie 1, op initiatief van VVD en CDA, en mede ingediend door GroenLinks, D66, VDB en PvdA, verduidelijkt het begrip openbaar belang uit artikel 169 lid 3 van de Gemeentewet. Het college van B&W mag weigeren om informatie te verstrekken aan een raadslid dat bijvoorbeeld een geding heeft lopen bij een rechterlijke instantie tegen de gemeente Bloemendaal, of een ander persoonlijk belang heeft bij de gevraagde informatie. Daarnaast kan B&W besluiten de termijn om informatie te verstrekken te verlengen, om tegen te gaan dat een verzoek van een individueel raadslid een onevenredig beslag legt op de gemeentelijke organisatie. B&W moeten wel steeds de reden toelichten, en de gemeenteraad heeft het laatste woord en zal in meerderheid beslissen over een afwijzing van informatie. 

 

Motie 2, op initiatief van VDB, werd aangenomen met steun van VVD en CDA, maar helaas zonder collegepartij D66 en andere oppositiepartijen. HvB had op moment van stemming de raadszaal al verlaten. De motie vraagt B&W om maatregelen te nemen om de ontwrichtende en kostenverhogende gevolgen van ongerechtvaardigde verzoeken om inlichtingen van individuele raadsleden tegen te gaan. Het ziet er daarbij vooral op toe dat alleen de informatie die een raadslid nodig heeft voor zijn controlerende taak van het bestuur, hoeft te worden gegeven. En dus niet alle voorbereidende drafts en afwegingen van ambtenaren en collegeleden.

Wij hopen met de hele VVD fractie en versterkt door de samenwerking met andere partijen, dat het college zich weer volledig kan gaan richten op het besturen en het maken van nieuw beleid. Dat acht de VVD veel nuttiger dan te verzanden in een stroom van vragen die het openbaar belang niet dient.

 

Albertine Zoetmulder

Fractievoorzitter VVD Bloemendaal

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.