Nieuws van CDA inzichtelijk

126 documenten

CDA gaat aan de slag met problemen bijstand in Gooise Meren

CDA CDA Gooise Meren 10-08-2021 08:46

Als CDA zijn we erg betrokken bij het welzijn van kwetsbare inwoners. Wij hebben ons worstels in de samenleving, vandaar deze vragen: Inleiding Mensen die bijzondere bijstand ontvangen zijn een kwetsbare groep inwoners binnen onze gemeente. Onlangs is Raadslid Jos de Lange benaderddoor een schuldhulpverlener die zorgen had over de handelswijze welke bij het erkennen en toekennen van uitkeringen in Gooise Meren problemen veroorzaakt. Mensen die recht hebben op een bijdrage uit de bijzondere bijstand worden stelselmatig gekort. Onlangs zijn in verschillende gemeentes onderzoeken geweest naar het korten van bijzondere bijstand voor inwoners binnen de onderzochte gemeentes. De uitslagen waren heel verschillend en de redenen om te korten werden verschillend geïnterpreteerd. Onze vragen: Vraag 1 Is het beleid welke de gemeente Gooise Meren hanteert extra streng waardoor mensen worden gekort. Vraag 2 Kunt u aangeven hoeveel mensen extra zijn gekort in de voorgaande periode Vraag 3 Kunt u aangeven hoeveel van de kortingen van de bijzonder bijstand zijn terug gedraaid Vraag 4 Wordt door Gooise Meren de grens op gezocht voor de wettelijke toepassing van de bijzondere bijstand

Weerter energiefonds is oneerlijk

CDA CDA Weert 11-02-2021 21:27

Zestig huishoudens die een inkomen hebben tot 130 procent van het sociaal minimum krijgen van de gemeente Weert een toeslag van 150 euro per jaar. Voorwaarde is dat zij groene stroom gaan afnemen van een bepaalde leverancier, die overigens duurder is dan veel andere aanbieders. De toeslag is vrij besteedbaar. Het is de bedoeling dat de ontvangers het geld besteden aan energiebesparende maatregelen, maar dat is niet verplicht. Deze tegemoetkoming aan huishoudens is een belangrijk onderdeel van het nieuwe Weerter energiefonds. De CDA-fractie heeft in de raadsvergadering van 3 februari tegen het voorstel voor het energiefonds gestemd. De toeslag is naar onze mening een gemeentelijke inkomenssteun. Het doel waarvoor het geld is bestemd maakt dat niet anders. Als de gemeente een dergelijke steun wil geven, dan moet die beschikbaar zijn voor alle huishoudens die aan de regels daarvoor voldoen. Wij maken de vergelijking met de bijstand en de bijzondere bijstand. Het is oneerlijk om deze steun aan een heel kleine groep te geven. De overheid moet handelen naar het gelijkheidsbeginsel: iedereen in een gelijke situatie moet gelijk behandeld worden. De toeslagregeling voldoet hier niet aan. Ook is het volgens ons niet goed dat iemand de toeslag van 150 euro alleen kan krijgen als hij electriciteit gaat afnemen van één bepaalde leverancier. De gemeente gaat zo in het voordeel van één leverancier ingrijpen in de marktwerking. Dit past eveneens niet in het gelijkheidsbeginsel. De redenering achter de financiële steun is dat mensen met een laag inkomen niet of minder gemakkelijk dan anderen groene stroom kunnen kopen of geld kunnen lenen voor de verduurzaming van hun huis. Dat is zo. Maar mensen met een laag inkomen hebben er ook het meeste last van als groenten of fruit duurder worden. Voor zo’n nadeel treft de gemeente geen aparte regeling. Waarom dan wel voor overschakeling op groene stroom en verduurzaming van het huis? Als we wat willen doen, dan zouden de regelingen voor bijstand en bijzondere bijstand verbeterd moeten worden. Die worden echter bijna geheel door de rijksoverheid bepaald.

Vragen over vroeg signalering schuldhulpverlening

CDA CDA Vlaardingen 09-02-2021 11:37

Op 7 januari heeft John Huf vragen gesteld aan het college over de vroeg signalering bij mogelijke financiële problemen. Hieronder vind u de volledige vraag en reactie vanuit het college. Beantwoording technische vragen Onderwerp: Vroeg signalering schuldhulpverlening Indiener(s): dhr. Huf (CDA) Datum vragen: 7-1-2021 Datum beantwoording: 13-1-2020 Vraag: Per 1 januari is de gemeente verplicht om contact te maken met bewoners met mogelijke financiële problemen. (Nieuwe wet gemeentelijke schuldhulpverlening) Zie site Binnenlands bestuur, landelijk convenant helpt bij vroeg signalering schulden. Dat mag ook met een brief maar persoonlijk vind ik dat niet wenselijk. Wat is het huidige beleid van de gemeente Vlaardingen op dit gebied? Antwoord: Deze wetswijziging per 1 januari sluit aan bij de Regionale visie armoede en schulden. Het is onderdeel van onze visie: met het vroegtijdig inzetten op de situatie van de inwoner worden ernstige problemen voorkomen. Door de drempel naar schuldhulpverlening zo laag mogelijk te maken en door in te zetten op vroegsignalering willen we meer inwoners bereiken. We willen financiële problemen zoveel mogelijk voorkomen. Het is van het grootste belang dat huishoudens met betalingsachterstanden vroegtijdig in beeld komen. Huisuitzettingen, het afsluiten van energie of water en niet of onvoldoende verzekerd zijn tegen ziekte veroorzaken veel persoonlijk leed, hebben ernstige maatschappelijke gevolgen en kosten veel geld. Hoe vroeger we zaken signaleren, hoe groter de kans wordt op structurele oplossingen. Op die manier worden ongewenste maatschappelijke effecten van schulden tegengegaan. Het eerder aanpakken van schulden in gezinnen zorgt daarbij ook voor meer perspectief op een succesvolle toekomst van de kinderen in deze gezinnen. Hierin is de samenwerking in het sociale domein belangrijk. Het is nodig dat er adequate informatie over betalingsachterstanden beschikbaar is, dat er op de diverse vindplaatsen voor schulden doorverwezen wordt naar ondersteuning en dat er een effectieve opvolging van de signalen plaatsvindt. We zetten al in op het voorkomen van woningontruimingen op basis van een huurschuld door middel van afspraken met de woningcorporatie. Dit gaan we uitbreiden. We sluiten aan bij het landelijke convenant voegsignalering en zullen met de landelijke energie- en waterleveranciers en zorgverzekeraars overeenkomsten sluiten. Met de lokale woningcorporaties zijn we in overleg om aanvullende afspraken te maken op de landelijke overeenkomst. Voorwaarde daarbij is dat de schuldeiser eerst zelf door middel van (sociale) incasso in contact probeert te treden met de inwoner. Hiervoor geldt een zekere inspanningsverplichting die wettelijk is vastgesteld en die ook in de landelijke overeenkomsten is opgenomen. We vinden het belangrijk om geen verlengstuk van de incassoprocedure van de schuldeiser te zijn maar om daadwerkelijk financiële hulp te bieden aan de mensen die dat nodig hebben. Als het de schuldeiser niet lukt om in contact te komen met de inwoner dan kan er zonder toestemming bij Stroomopwaarts worden gemeld in het kader van vroegsignalering. Elke melding moet leiden tot een aanbod tot hulp. Daarvoor zullen we signalen gaan matchen. Als er 2 of meer signalen bij elkaar komen op 1 adres dan kunnen we de dienstverlening opschalen. Afhankelijk van het aantal signalen en de beschikbare capaciteit zullen we een inschatting maken bij welke signalen er een huisbezoek wordt afgelegd. Andere mogelijkheden zijn contact via telefoon, sms, email of brief. Hierbij is het uitgangspunt om het juiste contact, op het juiste moment en op de juiste plek te realiseren. Op dit moment wordt onderzocht of er voor de inzet in 2021 op vroegsignalering extra middelen kunnen worden gevonden.

Heerma: het is tijd voor een nieuwe maatschappelijke ordening

CDA CDA Zuid-Holland 11-09-2020 15:15

Fractievoorzitter Pieter Heerma pleit in de Volkskrant voor een nieuwe maatschappelijke ordening: beleid moet voortaan weer van onderaf worden gemaakt, zonder ‘Haagse tekentafelplannen'. Bij de Algemene Politieke Beschouwingen lanceert Heerma komende week de nieuwe CDA-visie, die teruggrijpt op de grondslag van de christendemocratie: bestuur van onderop. De grote maatschappelijke problemen moeten worden opgelost door alle direct betrokkenen te betrekken bij het bedenken en uitvoeren van oplossingen. ‘Als de doelstellingen worden gehaald die de overheid heeft geformuleerd, dan moet zo’n oplossing bindend worden overgenomen’, zegt Heerma. Hij verklaart het ‘liberale systeem’, waar ook het CDA decennnialang in is meegegaan, failliet. ‘We zijn doorgeschoten met de marktwerking, met het liberalisme. Waarin de overheid als bedrijf wordt gerund met targets, efficiency en managers. Waarin de burger klant is en potentieel profiteur. Waarin de burger als homo economicus wordt gezien die alleen aan zijn eigen belang denkt. Waarin iedereen staat voor eigenbelang of een deelbelang en alleen de overheid voor het algemeen belang. Door die benadering mist heel vaak draagvlak voor Haagse maatregelen.’ Heerma wil die ‘revolutie’ gebruiken om het landsbestuur te vernieuwen. ‘De corporatieve gedachte heeft de polder grootgemaakt. Medezeggenschap, medeverantwoordelijkheid, mede-eigenaarschap en medebewind zijn de kernbegrippen. Betrek alle deelbelangen bij het oplossen van problemen. Formuleer als overheid de doelstellingen, bijvoorbeeld voor stikstofreductie en zet de deelbelangen aan tafel om een werkbare oplossing te bedenken. De belofte om zo’n oplossing over te nemen zorgt voor betrokkenheid en draagvlak bij de uitvoering.’ De veevoermaatregel die boeren werd opgelegd om de stikstofuitstoot terug te dringen, is voor Heerma een actueel bewijs dat het systeem niet meer werkt. ‘Zo’n plan klopt misschien op de tekentafel maar werkt in de praktijk niet en is dus ingetrokken.’ Een ander voorbeeld is de Wet arbeidsmarkt in Balans waarmee het kabinet dit jaar de regels over werk wijzigde. ‘Flex werd iets minder flex, de vaste baan ietsje minder vast. Maar werkgevers liepen te hoop tegen de flexmaatregelen, de vakbeweging tegen het ander. Dat illustreert het denken vanuit deelbelangen.’

Raadslid Suzanne van Avermaete over de corona-crisis: "De mens is en blijf een gewoontedier."

CDA CDA Goes 03-09-2020 13:20

Donderdag 3 september - GOES - De tijd waarin we op dit moment leven vraagt van iedereen bijzondere inspanningen waar we eerder niet mee bekend waren. Ik heb het natuurlijk over het COVID-19 (Corona) virus. Een virus wat ons allemaal in de greep heeft.De COVID-19 pandemie heeft niet alleen gevolgen voor onze gezondheid, maar ook voor werkgelegenheid, armoede, sociale contacten en onderwijs. De grote maatschappelijke effecten van de COVID-19 pandemie zullen niet gelijk verdeeld zijn over de samenleving en bestaande ongelijkheden in de samenleving kunnen hierdoor worden versterkt Werk en sociaal leven zijn sterk verbonden ‘Corona is zo’n shock, dat het in één keer alles beïnvloedt. Je werk, er zijn mensen die het nu immens druk hebben, maar ook mensen die op hun werk nu juist niets kunnen doen. Je sociale leven, bijna iedereen heeft familie of vrienden en behoefte aan contact met anderen. Ik denk dat deze twee dingen niet los van elkaar staan’. De versoepeling van de regels brengen nu verschillen aan het licht. Voor sommige kwetsbare groepen komt het sociale leven weer op gang, terwijl anderen juist steeds meer ongelijkheid ervaren. Bijvoorbeeld kwetsbare ouderen die nog steeds uit voorzorg thuis blijven, of mensen met een psychische kwetsbaarheid of verstandelijke beperking voor wie de zorg en dagbesteding maar mondjesmaat op gang komt. Met de versoepeling ontstaat er tevens verwarring over de nieuwe regels. Organisaties varen hun eigen koers en zijn soms strenger dan de overheid. Zo ontstaan verschillen die niet altijd makkelijk met elkaar te rijmen zijn. De lockdown, begin dit jaar is voor sommigen te rigoureus en te lang geweest, concluderen onderzoekers, en het gemis aan sociale contacten en de angst voor de buitenwereld waar een mysterieus virus rondwaart te groot. De overheidsmaatregelen waren eerst te sterk gefocust op het voorkómen van besmetting en chaos op de IC’s, terwijl andere vormen van veiligheid ook een plek in het beleid hadden moeten krijgen. Onderzoekers hebben dan ook een reeks beleidsaanbevelingen gericht op het faciliteren van sociaal contact, het bevorderen van het hebben van betekenis voor de samenleving, het begrijpelijk maken van regels, en het ontwikkelen van digitale zorg. Het CDA vindt dit positief en heeft hier al eerder aandacht voor gevraagd. Opvallend is dat heel veel ouderen iets deden tegen het sociaal isolement en eenzaamheid. Ze zochten vooral contact op 1,5 meter en via digitale media, en zochten afleiding rond het huis en verder weg door bijvoorbeeld te fietsen, te tui­nieren, of TV te kijken. De mentale ge­zondheid van deze groep veranderde tussen no­vember 2019 en mei 2020 nauwelijks. De situatie zorgt wel voor meer emotionele eenzaamheid Velen maakten zich echter wel zorgen over de co­ronacrisis. In ver­gelijking met gegevens van voor de coronacri­sis, constateren onderzoekers dat vooral emotionele eenzaamheid toenam. Een grote meerderheid noemdeéén of meer si­tuaties die hen sterk geraakt heeft, zoals het verminderde contact met familie en vrienden, het stopzetten van vrijetijds­activiteiten, het niet kunnen bezoeken van cafés, restaurants en win­kels en het minder buiten kunnen bewegen. Ouderen zonder de nodige hulp hebben het moeilijker Ook keken onderzoekers specifiek naar ouderen die mogelijk extra kwetsbaar zijn, zoals ouderen die tijdens de crisis de no­­dige hulp niet kregen. Deze groep voel­de zich geraakt door­dat ze minder naar buiten konden om te be­we­gen, doordat noodzake­lijke boodschappen moeilijk te krijgen waren, door financi­ële pro­ble­men, of doordat ze zelf ziek waren. Ook gaf meer dan de helft aan eenzaam te zijn. Zij hadden dan ook een slechtere mentale gezondheid dan ouderen die wel hulp kregen of geen hulp nodig hadden. Onderzoekers bevelen dan ook aan in een crisis als deze ge­richte hulp actief aan te bieden en deze ook te continueren. Het CDA juicht dit van harte toe. Sociale situatie robuust genoeg Daarnaast zoomde een onderzoek in op ouderen die aangaven door het verminderde sociale contact te worden geraakt. Hun situatie bleek gemiddeld niet direct zorg­wek­kend. Zij hadden wel een slechtere mentale gezond­heid dan degenen die het contact hebben be­houden of niet geraakt werden door minder contact, maar dit verschil was niet groot. Hun sociale situatie was robuust genoeg om twee maanden crisis te doorstaan. Zij zochten ook zelf relatief vaak contact met anderen om hun sociale situatie te verbe­te­ren. Op basis van dit resultaat adviseren onderzoekers ouderen te ondersteunen met heldere communicatie over wat je zelf kunt doen om con­tact te onderhouden, en hoe je daarbij om kunt gaan met de 1,5 meter maatregel. Uit onderzoek weten we dat gedragsverandering meer vergt dan inzicht en goede bedoelingen, zeker wanneer bestaande gewoontes sterk zijn. Zeker in het begin kost het voortdurende zelfcontrole en concentratie om ons gedrag aan te passen. Dus wanneer we in de supermarkt even worden afgeleid door een huilend kind of door onze ellenlange, wekelijkse boodschappenlijst, dreigt het gevaar dat we alweer schouder aan schouder naar de aardbeien in de aanbieding graaien. Of wanneer we voor het eerst in lange tijd weer een vriend of collega ontmoeten, moeten we de impuls onderdrukken om elkaar de hand te schudden. Bovendien zorgen onze oude gewoontes ervoor dat afstand houden ongemakkelijk aanvoelt. Het ‘hoort niet bij ons’ om met een grote boog om elkaar heen te lopen. Waar een wil is, is weliswaar een weg, maarvoor succesvolle aanpassing aan het ‘nieuwe normaal’ volstaan goede bedoelingen niet, en zullen we onze gewoontes ingrijpend moeten veranderen.In toenemende mate wordt het dan ook belangrijk om onze oude routines met nieuwe routines te vervangen en de openbare omgeving zó in te richten dat het de uitvoering van het gewenste gedrag ondersteunt. Concrete plannen maken Gewoontes worden gevormd wanneer we hetzelfde gedrag herhaaldelijk uitvoeren in een consistente situatie of omgeving. Het vormen van een nieuwe, efficiënte gewoonte kan dan ook versneld worden door een zo concreet mogelijk plan te maken, bijvoorbeeld: ‘wanneer ik thuis kom was ik mijn handen’ in plaats van ‘ik was mijn handen regelmatig’. In het geval van 1,5 meter afstand houden is het zaak om dat consistent te doen, dus met zo min mogelijk uitzonderingen, zodat je jezelf hierin traint en het op den duur als vanzelf en zonder na te denken gaat. Pas nu de omgeving aan Ook speelt de openbare omgeving in toenemende mate een belangrijke rol in ons gedrag. Dit is hét moment om de publieke omgeving - vanaf het eerste begin van deze nieuwe fase – zo in te richten dat het burgers herinnert aan de gewenste, nieuwe routines, en het uitvoeren daarvan faciliteert. Denk hierbij aan het beschikbaar maken van zeepdispensers op vaste, logische locaties in de openbare ruimte, en duidelijke, herkenbare en opvallende instructies voor het handen wassen. Maar denk bijvoorbeeld ook aan het inrichten van kantoren zo dat mensen gemakkelijk, en als het ware zonder nadenken, 1,5 meter afstand van elkaar kunnen houden. Of duidelijk gemarkeerde aanwijzingen van het aantal aanwezige versus toegestane klanten bij de ingang van een winkel. Net als bij verkeersborden werkt dit het beste als de vormgeving van corona-gerelateerde aanwijzingen consistent is, liefst op nationaal niveau, zodat mensen deze op den duur op de automatische piloot kunnen volgen. De mens is en blijft een gewoontedier Zo lang er geen vaccin tegen het coronavirus is, blijft het naleven van coronamaatregelen van cruciaal belang om verspreiding binnen de perken te houden en kwetsbare mensen in onze samenleving te beschermen. Wetenschappelijke inzichten in het doorbreken van oude gewoontes en het vormen van nieuwe gewoontes kunnen bijdragen aan succesvolle gedragsverandering. De mens is en blijft per slot van rekening een “gewoontedier”. Suzanne van Avermaete, CDA fractielid

Nog veel onzekerheid voor dorpshuizen Ten Boer

CDA CDA Groningen 02-09-2020 12:21

Vanwege de herindeling moet er nieuw beleid komen voor de sociaal culturele accommodaties. Het CDA wil beginnen met het uitspreken van waardering voor al die vrijwilligers die er voor zorgen dat dorpshuizen, buurtkamers, buurtcentra en multifunctionele centra draaiende worden gehouden. Voor hen was deze harmonisatie een extra spannend moment. In de nieuwe nota leest het CDA veel punten waar we ons inhoudelijk in kunnen vinden. Zo is het goed dat er wordt gestreefd naar maatwerk, meer samenwerking en een goede balans tussen wijkactiviteiten en commerciële activiteiten. Toch blijft er nog veel onzeker, doordat het college gekozen heeft voor twee fases. In de reacties lezen we veel teleurstelling, vooral uit Ten Boer, omdat er voor is gekozen om de komende jaren het huidige beleid van de drie voormalige gemeenten voort te zetten. Waar accommodaties in de voormalige gemeente Groningen en Haren konden rekenen op veel (financiële) steun, moesten de dorpshuizen in Ten Boer het met een stuk minder doen. Zo geeft het bestuur in Thesinge aan het hoofd niet veel langer boven water te kunnen houden, is er teleurstelling dat er nog geen nieuw dorpshuis in Ten Boer lijkt te komen en merkt het dorpshuis in Woltersum dat de verzekering flink is gestegen. Het contact met de gemeente is door de grote organisatie in de nieuwe gemeente lastiger en dorpshuizen vrezen voor de administratieve rompslomp. Kortom, de herindeling lijkt voor Ten Boer op dit vlak niet bepaald gunstig uit te pakken. Dit terwijl er, terecht of onterecht, andere verwachtingen zijn gewekt bij de dorpshuizen. Financieel is het voor veel accommodaties lastig. Dit komt onder andere omdat de jaarlijkse indexering niet opweegt tegen de kostenstijgingen. Wat het CDA betreft komt hier een oplossing voor. Ook is het onzeker wat het effect gaat zijn van de bezuiniging van 100.000 euro. Deze gaat ten kosten van de investeringsruimte en het groot onderhoud, omdat die budgetten al te laag waren. Maar hoe het groot onderhoud van de gebouwen in toekomst wordt opgelost is nog niet duidelijk. Kortom, deze nota roept meer vragen op dan het antwoorden lijkt te geven. En bestaat uit veel mooie woorden, maar het blijft wachten op echte concrete maatregelen waar de besturen op verder kunnen bouwen.

Soekena Sabbar: aan de slag met inclusie in Asten

CDA CDA Asten 06-08-2020 15:04

Mensen kunnen om verschillende redenen worden uitgesloten van volwaardige deelname aan de samenleving. Bijvoorbeeld door een beperking, hun leeftijd, etnische herkomst, seksuele oriëntatie of genderidentiteit. Maar ook door armoede of laaggeletterdheid. Het werken aan een inclusieve samenleving vraagt daarom aandacht. Ook in Asten. Ons commissielid Soekena Sabbar neemt hiervoor, samen met Gijs de Jong (D66/HvA) en andere partijen, het voortouw. Hoe kunnen we in Asten werken aan een inclusieve samenleving waarin we met elkaar praten i.p.v. over elkaar? Door het gesprek aan te gaan. Later in het jaar willen we een bijeenkomst hierover organiseren, samen met belangrijke maatschappelijke partijen zoals Onis Welzijn en de LEV Groep. Een paar vragen aan ons commissielid Soekena Sabbar: Waarom een thema-avond discriminatie en racisme? Wij leven hier in een mooi dorp waarbij allerlei mensen met verschillende culturen, godsdiensten, waarden en normen bij elkaar in een straat wonen. En ik streef ernaar dat onze inwoners de mooie dingen van elkaar gaan zien. Iedereen is anders en ik zou het mooi vinden als we eens vaker met elkaar in contact komen, wat vaker een ander aanspreken en meer over de ander te weten komen. Een voorbeeld; In ons dorp wonen vluchtelingen, maar wie zijn zij eigenlijk? Wat is hun verhaal? Wat brengt hun naar Asten en wat vinden en denken zij over onze gemeenschap? Dit geldt ook voor de arbeidsmigranten, Marokkanen, Turken, Albaniërs, Surinamers, etc. Allemaal hebben zij een verhaal en het zou mooi zijn als we die verhalen eens vaker uitwisselen met elkaar. We hebben een dorp met multiculturele aspecten en dat biedt kansen, dus daar moeten we trots op zijn en energie uit halen. Een van de mooiste uitgangspunten van het CDA vind ik persoonlijk solidariteit. Het CDA heeft als uitgangspunt dat er betrokkenheid moet zijn tussen de mensen. Een quote die mij erg aanspreekt luidt alsvolgt: ‘We leven niet alleen voor onszelf, maar we zijn pas mens door met elkaar te leven’. Daar wil ik kracht aan toe voegen en deze thema-avond lijkt mij een mooie eerste stap. Is dit het belangrijkste op dit moment? Er gebeuren op dit moment erg veel dingen in de wereld. De thema’s discriminatie en racisme hebben de afgelopen maanden, na het incident met George Floyd, geheel terecht erg veel aandacht gekregen. Ik was aanwezig bij de demonstratie in Eindhoven op 6 juni 2020, en die heeft veel indruk om mij gemaakt. Ik heb nog nooit in mijn leven zoveel verschillende mensen bij elkaar gezien met 1 doel. Dat vond ik ontroerend en mooi om te zien en dat gaf mij de kracht om er ook in onze gemeente mee aan de slag te gaan. Ook hier in Asten kunnen wij van elkaar leren, naar elkaar luisteren en ons meer bewust zijn van het leven dat een ander leidt of de keuzes die een ander maakt. Wat is het doel van de thema-avond? Ik zou het heel mooi vinden om de verbinding op te zoeken. Mensen die elkaar op straat tegen komen en letterlijk langs elkaar af lopen om die een keer met elkaar in contact te brengen. Mensen kennis laten maken met elkaars cultuur, godsdienst, waarden en normen. Hier kan als resultaat een stuk begrip voor elkaar ontstaan en daar kunnen we met z’n allen verder op bouwen. En daarnaast vind ik het ook belangrijk dat mensen bewust worden van discriminatie en racisme. Mensen denken vaak dat het alleen in de grote steden gebeurt of in Amerika, maar het gebeurt overal. En ik ben benieuwd of het in Asten speelt en in welke mate. Daarnaast wil ik ook graag weten hoe onze inwoners over dit onderwerp denken en wat hun mening hierover is. Heb jij ooit met discriminatie of racisme te maken? Persoonlijk heb nooit het gevoel gehad dat ik anders ben behandeld door mijn afkomst, huidskleur, godsdienst of cultuur. Maar dat betekent niet dat ik er mijn ogen voor sluit. Ik blijf me bewust van het feit dat discriminatie en racisme overal voorkomt en mensen zich er niet altijd eerlijk over uit durven spreken. En dat maakt het thema ook zo ingewikkeld. Discriminatie en racisme zijn geen vaste gegevens die gemeten kunnen worden. Ze hebben alles te maken met emotie, gevoel en meningen en daarom kunnen we er altijd van blijven leren. En door met elkaar in gesprek te gaan en te blijven worden we ons alsmaar meer bewust. Welke oplossingen zie jij voor dit probleem? Een directe oplossing heb ik niet en die zal ook nergens liggen. Een perfecte oplossing zal ook niet gevonden worden na een thema-avond. Echter zal deze thema-avond wel een mooie eerste stap zijn richting die oplossing die er wellicht zal komen in de toekomst. Ik ben erg voorzichtig, omdat het een complex onderwerp is. Het gaat veel om emoties en meningen en dat maakt het lastig, maar ook erg interessant en mooi.

Herijken subsidies

CDA CDA Meppel 28-05-2020 17:33

Tijdens de behandeling van de Perspectiefnota, in juni 2019, heeft de CDA-fractie een motie ingediend om de subsidietoekenning te innoveren. Het belonen en waarderen van maatschappelijke doelen waren hierbij het uitgangspunt. Tijdens de begrotingsbehandeling in november is door het college aangegeven dat de subsidies per 2021 herijkt zullen worden. Hierop hebben wij een tweede motie ingediend. Deze motie riep het college op om voor deze herijking met een afwegingskader en beoordelingscriteria te komen. Ons doel was om hiermee duidelijkheid te creëren voor de subsidie ontvangende organisaties. Zij moeten helder hebben op welke onderdelen van de maatschappelijke doelen zij (kunnen) bijdragen en welke invloed dit heeft op de subsidietoekenning 2021. Beide moties zijn met ruime meerderheid van de Raad aangenomen. In de commissievergadering van 19 mei en de Raadsvergadering van 28 mei is dit herijkingsinstrument in de Raad behandeld. Hoewel wij tevreden waren over het instrument dat werd voorgelegd, had onze fractie haar bedenkingen bij te timing. Dit had vooral te maken met de Coronacrisis. Als CDA-fractie vonden wij het onredelijk en onrechtvaardig om in deze tijd subsidie ontvangende organisaties te beoordelen op hun maatschappelijke bijdrage en hier bovendien de toekenning van hun subsidie voor volgend jaar aan te koppelen. Ook deze organisaties (veelal afhankelijk van vrijwilligers!) zijn immers getroffen met de gevolgen van de crisis en proberen op hun eigen manier een positieve bijdrage te leveren aan onze samenleving. Ons gevoel werd zowel door de overige fracties, als het college gedeeld. Wij hebben daarom, samen met de fractie van SterkMeppel, een amendement ingediend om de uitkomsten van de systematiek niet in 2021, maar in 2022 te effectueren. Hier krijgen de gemeente en de organisaties meer tijd en ruimte om te oefenen met de nieuwe systematiek. We zijn blij dat deze motie is aangenomen door een meerderheid van de Raad. Een tweede amendement ingediend door CU/SP konden wij niet steunen. Naar onze mening was dat dit amendement gebaseerd op onjuiste constateringen over het afgesproken proces om te komen tot dit herijkingsinstrument. Deze constateringen richtte zich op de betrokkenheid van de organisaties in het voortraject. Uiteraard vinden wij het als CDA-fractie van belang dat de organisaties betrokken worden. Bij de toepassing van het instrument is dit dan ook voldoende geborgd. Het instrument gaat uit van een werkwijze waarbij de gemeente en organisaties in gezamenlijkheid, met hoor-en wederhoor, het gesprek aan zullen gaan. Wij hebben daar alle vertrouwen in en konden dan ook instemmen met het voorgestelde Raadsbesluit.

Herijken subsidies

CDA CDA Meppel 28-05-2020 17:33

Tijdens de behandeling van de Perspectiefnota, in juni 2019, heeft de CDA-fractie een motie ingediend om de subsidietoekenning te innoveren. Het belonen en waarderen van maatschappelijke doelen waren hierbij het uitgangspunt. Tijdens de begrotingsbehandeling in november is door het college aangegeven dat de subsidies per 2021 herijkt zullen worden. Hierop hebben wij een tweede motie ingediend. Deze motie riep het college op om voor deze herijking met een afwegingskader en beoordelingscriteria te komen. Ons doel was om hiermee duidelijkheid te creëren voor de subsidie ontvangende organisaties. Zij moeten helder hebben op welke onderdelen van de maatschappelijke doelen zij (kunnen) bijdragen en welke invloed dit heeft op de subsidietoekenning 2021. Beide moties zijn met ruime meerderheid van de Raad aangenomen. In de commissievergadering van 19 mei en de Raadsvergadering van 28 mei is dit herijkingsinstrument in de Raad behandeld. Hoewel wij tevreden waren over het instrument dat werd voorgelegd, had onze fractie haar bedenkingen bij te timing. Dit had vooral te maken met de Coronacrisis. Als CDA-fractie vonden wij het onredelijk en onrechtvaardig om in deze tijd subsidie ontvangende organisaties te beoordelen op hun maatschappelijke bijdrage en hier bovendien de toekenning van hun subsidie voor volgend jaar aan te koppelen. Ook deze organisaties (veelal afhankelijk van vrijwilligers!) zijn immers getroffen met de gevolgen van de crisis en proberen op hun eigen manier een positieve bijdrage te leveren aan onze samenleving. Ons gevoel werd zowel door de overige fracties, als het college gedeeld. Wij hebben daarom, samen met de fractie van SterkMeppel, een amendement ingediend om de uitkomsten van de systematiek niet in 2021, maar in 2022 te effectueren. Hier krijgen de gemeente en de organisaties meer tijd en ruimte om te oefenen met de nieuwe systematiek. We zijn blij dat deze motie is aangenomen door een meerderheid van de Raad. Een tweede amendement ingediend door CU/SP konden wij niet steunen. Naar onze mening was dat dit amendement gebaseerd op onjuiste constateringen over het afgesproken proces om te komen tot dit herijkingsinstrument. Deze constateringen richtte zich op de betrokkenheid van de organisaties in het voortraject. Uiteraard vinden wij het als CDA-fractie van belang dat de organisaties betrokken worden. Bij de toepassing van het instrument is dit dan ook voldoende geborgd. Het instrument gaat uit van een werkwijze waarbij de gemeente en organisaties in gezamenlijkheid, met hoor-en wederhoor, het gesprek aan zullen gaan. Wij hebben daar alle vertrouwen in en konden dan ook instemmen met het voorgestelde Raadsbesluit.

CDA Goes stelt schriftelijke vragen over corona-aanpassingen horeca en binnenstad

CDA CDA Goes 07-05-2020 08:39

Donderdag 7 mei - GOES - Raadslid Yannick de Potter en steunfractielid Easther Houmes hebben vragen gesteld over mogelijkheden van extra binnen- en buitenruimte voor de horeca en het waarborgen van de 1,5 meter in de winkelstraten in Goes. De corona-crisis raakt de binnenstad en horeca in Goes hard. Cafés en restaurants zijn sinds 15 maart dicht en het hanteren van de 1,5 meter zal een uitdaging worden in de binnenstad. Nu het kabinet heeft besloten dat de horeca per 1 juni weer beperkt open mag en diverse winkels in de binnenstad ook heropenen, is het verstandig om hier als overheid goed op te acteren. Extra binnen- en buitenruimte horeca In andere steden zoals Deventer[1], Amsterdam[2] en de provincie Limburg[3] wordt verruiming van de terrassen geopperd zodra de deuren weer open mogen, in samenwerking tussen de Koninklijke Horeca Nederland en de desbetreffende gemeente. Daarnaast hebben in Zeeland binnenstad platformen van Goes (Zo Goes) en Middelburg (Wijzijndestad) een voorstel gedeeld voor het creëren van meer binnenruimte. Veilige winkelstraten In diverse steden hebben onderzoeken plaatsgevonden hoe 1,5 meter afstand gewaarborgd kan worden in de winkelstraten, zoals in Utrecht[4]. Hier worden bijvoorbeeld uitgedachte looproutes voorgesteld, zodat het centrum niet overbelast raakt. In onze kleinere binnenstad kunnen zich veel rijen voor winkels vormen, wat mogelijk tot het schenden van de geadviseerde afstand kan leiden. CDA Goes erkent de problemen waar de horeca en de binnenstad mee te maken heeft, en ziet mogelijkheden voor het tijdelijk faciliteren van extra binnen- en buitenruimte voor de horeca. Tenslotte wil de fractie aandacht vragen voor de winkelstraten waar het bewaren van 1,5 meter afstand lastig kan zijn. De CDA-raadsfractie heeft hierover de volgende vragen: 1. Heeft het college kennis genomen van de bovengenoemde artikelen? 2. Is het college bereid om in gesprek te gaan met horecazaken om het mogelijk te maken tijdelijk publieke ruimte te gebruiken om meer buitenruimte te creëren op de Grote Markt? 3. Heeft het college in beeld hoe de horecagelegenheden in het centrum van Goes die niet gelegen zijn aan de Grote Markt tevens geholpen kunnen worden in deze moeilijke tijd? 4. Wil het college ook in gesprek gaan met de winkeliersverenigingen om tot afspraken te komen over het instellen van veilige looproutes in de winkelstraten? 5. Is het college van plan aanvullende veiligheidsmaatregelen te nemen om de 1,5 meter te waarborgen in het centrum van Goes? 6. Denkt het college over dergelijke afspraken ook met de dorpen in gesprek te gaan? 7. Is het college bereid om te onderzoeken of er mogelijkheden zijn om meer binnenruimte te creëren, zoals geopperd door binnenstadplatform Zo Goes? We zien de beantwoording van deze vragen met belangstelling tegemoet. Namens de CDA Goes-fractie, Yannick de Potter Raadslid Easther Houmes Steunfractielid [1] https://www.destentor.nl/deventer/grotere-terrassen-moeten-deventer-horeca-langs-coronaklip-loodsen~ad243d73/?referrer=https://www.google.com/ [2] https://www.parool.nl/amsterdam/amsterdam-een-groot-terras-we-werken-aan-een-tropischweerscenario~b8a8f941/?referer=https%3A%2F%2Fwww.google.com%2F [3] https://www.limburger.nl/cnt/dmf20200505_00159114/horeca-breidt-terrassen-uit-naar-marktpleinen [4] https://www.rtvutrecht.nl/nieuws/2046815/zo-ziet-anderhalve-meter-er-in-de-utrechtse-winkelstraat-uit.html

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.