De zeven oppositie- en coalitiepartijen die het voor de zomer eens werden over de Klimaatwet hebben de wet vandaag aangemeld voor behandeling door de Tweede Kamer. Daarmee committeren de politieke partijen zich aan de doelstelling van 49 procent CO2-reductie in 2030 en 95 procent CO2-reductie in 2050.

Nadat GroenLinks, PvdA, SP, ChristenUnie, D66, VVD en CDA het eind juni eens werden over de wetstekst voor de Klimaatwet, is de wet voor advies opgestuurd naar de Raad van State. Dat advies is binnen en de reactie op het Raad van State advies is af. Daarmee is de wet klaar voor parlementaire behandeling.

De Klimaatwet moet niet verward worden met het Klimaatakkoord.

De Klimaatwet is een initiatief van politieke partijen en legt de doelstellingen op het gebied van klimaatbeleid wettelijk vast. Het beperkt zo de mogelijkheid voor opeenvolgende kabinetten om terug te komen op eerdere beloften om klimaatverandering te bestrijden. Ook regelt de Klimaatwet de mechanismes om ervoor te zorgen dat deze klimaatdoelen worden gehaald.

Over het Klimaatakkoord wordt, in opdracht van het kabinet, onderhandelt aan de ‘klimaattafels.’ Het klimaatakkoord gaat over de maatregelen die nodig zijn om de doelstellingen uit de Klimaatwet te halen.

De afgelopen maanden heeft de maatschappelijke discussie rondom klimaatbeleid zich met name toegespitst op de vraag of de kosten van de energietransitie door burgers of door de industrie gedragen moeten worden. De Klimaatwet dient als een stok achter de deur: het kabinet moet keuzes maken over de instrumenten. Kiezen voor uitstel of verlaging van de doelstellingen is, na inwerkingtreding van de Klimaatwet, niet zonder meer mogelijk.

De Raad van State wijst er in haar advies onder meer op dat de Tweede Kamer medeverantwoordelijk is voor de uitvoering van de klimaatwet en adviseert de borging van het klimaatakkoord af te stemmen op de cyclus uit de Klimaatwet. Het advies van de Raad van State en de reactie van de indieners is te vinden in de bijlage.