Eerste termijn jaarstukken 2018
De jaarstukken zijn feitelijk het sluitstuk van de planning en control cyclus. Met de jaarstukken legt het college verantwoording af aan de raad over beleidsmatige en financiële realisatie van de begroting. Verder krijgt is het voor de raad vooral terugkijken op wat er geweest is, lering te trekken op zaken die niet goed gegaan zijn en om het dit jaar en in de toekomst beter te doen.
In 2018 hebben we een positief rekeningresultaat van 9,1 miljoen behaald. Eerlijkheidshalve wel een mooier resultaat dan het daadwerkelijk is. Immers zonder de rijksbijdrage Blankenburgverbinding is het positieve resultaat nog maar 0,3 miljoen. Verder zien we dat de solvabiliteit met 2 procent is toegenomen en dat de algemene reserve met 3,6 miljoen is vergroot. Helaas zijn tegelijkertijd ook de risico’s in het sociaal domein toegenomen. (alleen al 3,3 miljoen: lokaal + regionaal jeugd)
Sociaal domein
De uitgaven die wij doen binnen het sociaal domein overstijgen de beschikbare gestelde rijksmiddelen. Ookal krijgen we straks meer geld voor jeugdzorg, de toenemende kosten in het sociaal domein dwingen ons er toe efficiënter te werken en meer grip te gaan krijgen op de uitvoering. Ik kan het niet vaak genoeg zeggen, maar ik kan niet wachten dat we ook voor de jeugdzorg een monitor krijgen. Een monitor is immers, mits gevoed met actuele indicatoren, een essentieel sturingsinstrument.
Nog even over indicatoren. In de jaarrekening zijn een aantal wettelijke verplichte indicatoren bij de programma’s opgenomen. Het stoort mij overigens mateloos dat deze indicatoren in veel gevallen niet ingevuld zijn.
Om een eenduidig beeld te vormen over de beleidsresultaten van de gemeente en gemeenten onderling te kunnen vergelijken.Het reserve sociaal domein heeft ongeveer nog 5,5 miljoen in het potje zitten. Hopelijk kunnen we nog 2 jaar gebruik maken van deze reserve maar dan is de koek toch echt op.
Een ander zorgpunt van VV2000 / LV is toch wel het tekort aan (ICT) personeel, de behoorlijke inhuur van derden, het hoge ziekteverzuim en het verloop van personeel.
Veel ministeries en gemeenten hebben al jaren last van tekort aan personeel, en ICT personeel in het bijzonder. Daarom is er landelijk een analyse gemaakt van de knelpunten met betrekking tot het werven, ontwikkelen en behouden van ICT-personeel bij de overheid. De belangrijkste redenen om ergens aan de slag te gaan is op de eerste plaats het salaris (55%) , een vast contract (43%) en de werksfeer.
Een ministerie maar ook de gemeente Vlaardingen werkt met salarisschalen en gemeenschapsgeld en is over het algemeen niet in staat om te concurreren op salaris, ook is de overheid geen koploper als het gaat om vaste contracten. Het is dus niet raar dat 24% van de medewerkers al na 5 jaar de gemeente Vlaardingen inwisselt voor een andere organisatie.
De stijging inhuur derden naar 7,26 miljoen euro (van 3,3 miljoen) is wat ons betreft een logisch gevolg van het personeelstekort en het hoge ziekteverzuim (van 5,8 % naar 7,3 procent).
Dit gezegd hebbende hoopt VV2000 / LV dat er nog eens kritisch naar het personeelsbeleid en de bedrijfsvoering gekeken wordt. Hopelijk lukt het de gemeente, zeker met alle grote opgaven zoals bijvoorbeeld de implementatie van de omgevingswet, om niet alleen personeel te werven maar ook te behouden. Wat VV2000 / LV zijn persoonlijke ontwikkeling en interne mobiliteit hierbij toverwoorden.
