Nieuws van politieke partijen in Hilversum over PvdA inzichtelijk

21 documenten

CDA stelt vragen over miljoeneninvestering Sociaal Plein

CDA CDA PvdA Hilversum 31-05-2019 12:09

Al tijden heeft de raad geen zicht op de ontwikkelingen binnen het sociaal domein in Hilversum. Dit is zorgelijk. Zorgelijk omdat er kritische rapporten zijn verschenen waarbij wettelijke normen worden overschreden, maar ook zorgelijk omdat wij als gemeenteraad zonder zicht op de ontwikkelingen onze controlerende en kaderstellende rol zeer moeilijk kunnen uitvoeren. Op diverse momenten heeft het CDA Hilversum dit aan de wethouder en het college duidelijk gemaakt. Maar mailtjes bleven onbeantwoord en toezeggingen werden niet nagekomen. Iedereen heeft z’n rol en z’n taak in het politieke bestel. Wethouders en raadsleden zouden zich echter samen verantwoordelijk moeten voelen voor het goed en gedegen besturen van Hilversum. Raadsleden stellen daarbij kaders en controleren het college. Omdat deze essentiële taak voor een gemeenteraad niet uitvoerbaar is als er vanuit de wethouder geen informatie wordt verstrekt, heefthet CDA Hilversum, samen met de SP en de PvdA tijdens de raadsvergadering van 29 mei j.l. een motie ingediend om weer grip te krijgen op de taken die zij moet uitvoeren. De coalitie heeft echter de rijen gesloten gehouden en heeft de motie weggestemd. Een goede evaluatie is noodzakelijk bij een investering van ruim € 3,3 miljoen en een verhoging van het budget van € 1,1 miljoen per jaar en daarom heeft het CDA Hilversum vandaag Artikel 41 vragen ingediend. Lees hier de motiedie met 9 stemmen (CDA, SP, PvdA, LH) voor en 26 tegen is verworpen. Lees hier de artikel 41 vragen Gerben van Voorden(Raadslid CDA Hilversum)

ChristenUnie Hilversum tegen verbreding N201: er zijn betere oplossingen.

ChristenUnie ChristenUnie PvdA Hilversum 08-01-2019 21:12

https://hilversum.christenunie.nl/k/n6080/news/view/1236331/65655/N201.pngDe laatste tijd is er op Social Media veel discussie over een mogelijke verbreding van de N201 (Vreelandsweg) en een mogelijke weg over de Hoorneboegse Heide. ChristenUnie Hilversum is alvast heel duidelijk: wij zijn tegen een verbreding van de provinciale weg. En een weg over de Hoorneboegse Heide is wat ons betreft onbespreekbaar.

Op 8 januari zouden Gedeputeerde Staten van Utrecht een beslissing nemen over mogelijke varianten om de doorstroming op de N201 te verbeteren. Later zal de Provincie Noord Holland hierover besluiten.

Wij sluiten ons aan bij de onderbouwing van de PvdA (https://hilversum.pvda.nl/verkeer/geen-verbreding-n201-zet-in-op-ov-en-vermindering-woon-werk-verkeer/ ) en vragen het college van Hilversum om zich proactief hiervoor in te spannen. Ook CU Statenlid van Noord Holland Michel Klein is tegen de verbreding van de weg. Op Twitter meldt hij: “Verbetering van de N201 in de provincie Utrecht mag geen opstap zijn tot een weg door het groen”.

Het is inmiddels duidelijk dat het eenvoudig aanleggen van extra asfalt geen echte oplossing is voor het aanpakken van verkeersknelpunten. Hierdoor zal het autoverkeer over de N201 alleen maar toenemen en daarmee ook de uitstoot van CO2, fijnstof en geluid- en verkeersoverlast.

Bovendien verwachten wij dat knelpunten zich alleen maar zullen verplaatsen. Hoe beter de doorstroming op de N201, hoe meer automobilisten door hun navigatiesysteem vanaf de A2 via deze weg zullen worden gestuurd. Wij verwachten dat de Diependaalselaan en de centrumring van Hilversum hierdoor nog meer worden belast met autoverkeer.

Echte knelpunten in de doorstroming op de N201, zoals bij de afrit van de A2, moeten lokaal worden opgelost. Maar dit moet niet leiden tot een aantrekkende werking voor verkeer tussen A2 en A27. De echte oplossingen zullen vooral gezocht moeten worden in de verbetering van het OV en fietsverkeer. Te denken valt aan een snelle OV verbinding met Wijdemeren en snelfietspaden voor woon-werk verkeer.

Daarnaast vinden we het belangrijk dat de N201 veiliger wordt. Er gebeuren nu regelmatig ongelukken, waarvan sommige ernstig. Zo willen we dat de mogelijkheid onderzocht wordt om de maximumsnelheid op de N201 tussen Hilversum en de A2 te verlagen naar 60 km/h. Bijkomend voordeel daarvan kan zijn dat de N201 minder aantrekkelijk wordt als sluiproute en als route voor (nachtelijk) vrachtverkeer.

Bas Nanninga, commissielid Duurzaamheid en Bereikbaarheid

Ze zijn al thuis: Hilversum nu ook kinderpardongemeente

SP SP GroenLinks CDA ChristenUnie PvdA Hilversum 25-09-2018 17:52

Nog geen drie weken geleden was heel Nederland in rep en roer. De kinderen Lili en Howick zouden worden uitgezet naar Armenië. Een land waarvan zij de taal amper spreken; een land waar zij nog nooit zijn geweest.

Deze kinderen, van 12 en 13 jaar oud, wonen al 10 jaar in Nederland. Ze zijn hier opgegroeid, gaan hier naar school en hebben hier hun vrienden. Lili en Howick zijn geworteld in de gemeenschap, en maken er onderdeel van uit. Gelukkig mochten zij blijven. Op het allerlaatste moment.

Maar Lili en Howick zijn niet het enige schrijnende geval. Op dit moment is de 20-jarige econometriestudent Hayarpi in het nieuws. Samen met haar broertje en zusje dreigt zij, na 9 jaar lang haar leven te hebben opgebouwd in Nederland, naar Armenië uitgezet te worden.

Hayarpi roept staatssecretaris Harbers op om ook voor haar gezin een uitzondering te maken, én voor de vierhonderd andere kinderen die al langer dan vijf jaar hier wonen. Ze wil een kinderpardon.

Zoals Hayarpi zelf schrijft: ‘Niemand wil iedere week weer voor een nieuw gezin campagne voeren. Er moet een oplossing komen voor alle 400 kinderen.’

De SP is van mening dat we juist als lokale gemeenschap voor deze kinderen moeten opkomen. Zij zijn onze kinderen, buurjongens en klasgenoten. En ieder kind verdient een onbezorgd leven. Een leven zonder de dagelijkse onzekerheid of je wel mag blijven. Een leven zonder bang te hoeven zijn voor uitzetting naar een onbekend land.

Op initiatief van de SP, dienden we daarom gisteren samen met de ChristenUnie, GroenLinks, PvdA, Leefbaar Hilversum en CDA de motie 'Ze Zijn Al Thuis' in. De motie werd aangenomen en maakt Hilversum de 58e kinderpardongemeente in Nederland. De motie vraagt daarnaast van het college om bij de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid te pleiten voor een oplossing voor deze groep kinderen. Deze kinderen zijn immers al thuis.

Zie ook: ZORG & WELZIJN

Zorg voor de jeugd: Eerlijk loon en geen stapels papier

SP SP VVD PvdA Hilversum 23-09-2018 16:34

Door bezuinigingen op de jeugdzorg en de gemeentelijke inkoop- en aanbestedingswaanzin staat de zorg voor onze jeugd ernstig onder druk. Jeugdzorgorganisaties die nog aanspraak willen maken op geld van gemeenten of regio’s worden steeds vaker gevraagd onder de kostprijs zorg te leveren en een woud aan bureaucratie op te tuigen. Dat is onacceptabel.

Opinie door Maarten Hijink (Tweede Kamerlid SP) en Bianca Verweij (fractievoorzitter SP Hilversum)

Zorgverleners die werken met kwetsbare jongeren moeten – als het aan de gemeenten ligt – tijd gaan schrijven en een uitgebreide administratie bijhouden. Terecht zeggen Jeugdzorgorganisaties dat ze onder die omstandigheden geen zorg kunnen leveren. Dit zien we in het hele land gebeuren.

Jeugdzorgwerkers kunnen hun tijd zoveel beter besteden. Ze hebben te maken met complexe situaties in huizen en gezinnen waar vaak meer dan één probleem aan de hand is. Het leveren van zorg is niet te factureren door tijdschrijven; zorgverleners hebben juist het vertrouwen nodig dat zij hun kennis, ervaring en liefde voor hun werk kunnen inzetten om deze problemen te lijf te gaan.

Liberaal beleid sloopte jeugdzorgSinds de jeugdzorg in 2015 door de regering van VVD en PvdA is overgeheveld naar de gemeenten wemelt het van de voorbeelden van onnodige bureaucratie, te lage tarieven en harde bezuinigingen door de overheid. Veel gemeenten kiezen, als het puntje bij het paaltje komt, voor de laagste prijs en niet voor de beste zorg. Gemeenten stellen bovendien allemaal hun eigen eisen, van verantwoording op dienstroosterniveau tot het lettertype waarin cijfers en stukken moeten worden aangeleverd. Veel jeugdzorgwerkers hebben de afgelopen jaren de tijd die ze aan papierwerk kwijt zijn zien verdubbelen, of erger.

3 september stonden 3000 jeugdzorgwerkers bij de Tweede Kamer in Den Haag. Zij gaven luid en duidelijk aan dat de grens bereikt is. De extreme werkdruk, de inkoop-en aanbestedingsgekte, de papierberg en de tekorten brengen de zorg voor de jongeren die hen zo lief zijn in gevaar.

Noodsignaal zorgaanbiedersHet is dan ook volkomen logisch dat drie grote gespecialiseerde jeugdbeschermings- en jeugdreclasseringsorganisaties (De William Schrikker Groep, Het Leger des Heils en De Jeugdgezinsbeschermers) hebben besloten niet akkoord te gaan met de inkoop voorwaarden die de vijf regio’s in Noord-Holland hen stelden. Met alle risico’s van dien, maar zij kunnen niet anders dan nu een rode lijn trekken.

Gemeenten en regio’s in Noord-Holland dienen dit noodsignaal serieus te nemen. Als ze doorgaan op de nu ingeslagen weg zetten ze de jeugdbescherming en jeugdreclassering in hun provincie op losse schroeven en brengen de gemeenten in deze Noord Hollandse regio’s de jeugdzorg in hun de provincie in gevaar.

Tegelijk is de noodsituatie in Noord-Holland ook een les voor Den Haag en de rest van ons land. Zorg, en zeker de jeugdzorg is geen markt en leent zich niet voor experimenten die de kwaliteit ondermijnen, de werkdruk verhogen en het mooie vak van jeugdzorgwerkers kapot maakt.

Aan de jeugdwerkers ligt het nietJeugdzorgwerkers hebben namelijk hart voor onze jongeren, krijgen te maken met complexe en moeilijke situaties. Ze kiezen niet voor het werk om stapels papier in te vullen. Zij hebben niets te maken met de strijd over geld die over hun rug en die van de kinderen wordt uitgevochten.

Er is de laatste jaren hard bezuinigd op onze jeugd. Het wordt tijd die schade te herstellen. Er moet nu geld bij. Gemeenten dienen reële prijzen te betalen voor de zorg die geleverd wordt en bovenop landelijk vastgestelde verantwoordingseisen zouden gemeenten de bureaucratie verder moeten verminderen in plaats van optuigen.

Schaam je rot, los het op!Wat ons betreft mag minister de Jonge hard ingrijpen en de gemeenten regels hierover opleggen. En de zorg-wethouders in de 25 gemeenten van Noord Holland die er een puinzooi van gemaakt hebben. Die moeten zich rot schamen en heel gauw zorgen dat de zorg voor onze jeugd en de arbeidsvoorwaarden van onze jeugdwerkers goed geregeld worden.

Zie ook: ZORG & WELZIJN

Bedankt Hilversumse politiek! Iedereen verdient een volwaardig loon | Hilversum

GroenLinks GroenLinks PvdA Hilversum 18-09-2018 00:00

In de afgelopen raadsvergadering op 6 juni riep ik mijn collega-raadsfracties en het college op om in verzet te komen tegen de voorgenomen plannen van staatssecretaris Van Ark, die van plan was om arbeidsgehandicapten minder te betalen dan het minimumloon.

Het kabinet wilde de loonkostensubsidie in de Participatiewet, ingevoerd door het vorige kabinet, vervangen door loondispensatie. Het doel was om meer mensen met een arbeidsbeperking aan de slag te helpen. In het eerste geval - de huidige situatie dus - betaalt de werkgever arbeidsbeperkten een volwaardig loon, waarvoor de gemeente subsidie bijdraagt. Bij loondispensatie, wat Van Ark voorstelde, mogen werkgevers onder het minimumloon gaan zitten voor werknemers met een verminderde productiviteit. Daarvoor hebben ze dan ‘dispensatie’ nodig van de gemeente. Die vult het salaris van de arbeidsbeperkte vervolgens aan.

Ik sprak in de raadsvergadering van juni over de donkere wolken die hingen boven mensen met een arbeidsbeperking en een verdienende partner of eigen geld. Voor hen zou het plan zeer ongunstig zijn; zij hebben geen recht op een uitkering als aanvulling op hun inkomen en dat inkomen zou dus lager worden dan het minimumloon. Op verzoek van GroenLinks stuurde het college een brief naar de staatssecretaris, waarin onze gemeentelijke bezwaren tegen dit plan werden voorgelegd. We waren niet de enige met bezwaren, ook werknemersorganisaties hadden grote bezwaren. Ook belangenorganisaties van uitkeringsgerechtigden konden zich niet vinden in de voorstellen. Cedris, de landelijke vereniging voor sociale werkgelegenheid en re-integratie, had onderzocht dat werkgevers geen enkele behoefte hadden aan dit nieuwe instrument en daar negatieve verwachtingen van hadden.

In de raad van Hilversum spreken we over het algemeen niet over zaken die in de Haagse politiek geregeld worden. Maar ik maak me sterk dat een aantal van mijn collega’s toch een brief hebben geschreven naar hun landelijke vertegenwoordigers. Dank daarvoor, heel veel dank! Want ondertussen is duidelijk geworden dat staatssecretaris Van Ark het plan herziet. Zij kwam tot de conclusie dat het plan niet goed uitvoerbaar en ongewenst is. Wel blijft ze streven naar meer arbeidsparticipatie van werknemers met een arbeidsbeperking, en dat streven is natuurlijk uitstekend.

De afgelopen raadsperiode heb ik regelmatig gepleit voor het behoud van de sociale werkplaats als publieke voorziening voor onze regio en onze inwoners. De instroom in de sociale werkplaats is met ingang van 1 januari 2015, toen de Participatiewet inging, op slot gegaan en zijn er nieuwe regelingen bedacht, maar met volstrekt onvoldoende resultaat. Inwoners die voorheen bij sociale werkplaatsen aan de slag konden, zitten nu, onder het regime van de participatiewet, veelal thuis. Langzaam aan begint het besef ook bij andere partijen door te dringen dat de genomen maatregelen niet werken. In de NRC van 12 september stelt Tweede Kamerlid Gijs van Dijk (PvdA) dat de sociale werkplaatsen terug moeten. In de NRC van 13 september staat een gezamenlijk stuk van de SP en VNO-NCW. Als zij, ideologische tegenpolen, samen optrekken, moet er wel iets aan de hand zijn. En dat is het geval: tienduizenden mensen met een arbeidsbeperking zitten thuis.

Natuurlijk denk ik niet dat enkel de brief van het Hilversumse college staatssecretaris Van Ark heeft doen besluiten tot het intrekken van dit onzalige voorstel. Wel denk ik dat het heeft geholpen en het sterkt mij in elk geval om me te blijven inzetten voor inwoners die op steun moeten kunnen blijven rekenen.

 

Marleen Remmers is fractievoorzitter van GroenLinks Hilversum.

We moeten op zoek naar nieuwe iconen

SP SP PvdA Hilversum 12-08-2018 17:33

In de twee maanden sinds het begin van de Burgemeester Boot-discussie is er veel gezegd en geschreven over de oud-burgemeester. In dit opiniestuk pleit de SP voor een gemeente die beter communiceert en overlegt met inwoners, en zich aan de eigen richtlijnen houdt. Wij zien in het debat de sentimenten hoog oplopen. Begrijpelijk. De discussie over de naamgeving van de Burgemeester Bootlaan raakt aan een belangrijk vraagstuk van onze samenleving: hoe gaan we met de donkere kanten van het gezamenlijk verleden om?

CommunicatieAfgelopen maart nam het college het besluit om het Molenpad te hernoemen naar oud-burgemeester Boot. De (toekomstige) bewoners kwamen in opstand. Zij vinden het Molenpad een gepaste naam voor hun straat omdat die verwijst naar de molen die er ooit stond.

Daarnaast zijn de bewoners boos omdat zij nooit zijn betrokken bij de plannen van het college om de straat te hernoemen. 'De kopers zijn niet gekend in de naamsverandering', schrijft een toekomstig bewoner in zijn mail aan de gemeenteraad. Het was voor het college een kleine moeite geweest om contact te zoeken met de kopers en te overleggen. Dat zou hebben bijgedragen aan het draagvlak.

Samen met de PvdA steunt de SP de inwoners; de fracties stelden in juni gezamenlijk vragen aan het college.

Twijfelachtig besluitEen belangrijk punt is het controversiële verleden van burgemeester Boot. De voormalig burgervader blijkt een pleitbezorger van de apartheid in Zuid-Afrika geweest te zijn. In eerdere publicaties op de SP-site gingen we hier dieper op in. Samen met de PvdA vroegen wij het college op basis van welke informatie het college het besluit om de Burgervader een eigen straatnaam te geven genomen heeft. Je vernoemt toch niet zomaar een straat naar iemand die bewezen controversieel is?

Een straatnamencommissie doet over het algemeen grondig onderzoek ter voorbereiding op een naamgeving. Maar hoe heeft dat grondige onderzoek plaatsgevonden? Zijn alle bronnen wel geraadpleegd? En was er überhaupt een straatnamencommissie?

Bijgevoegd bij het collegebesluit zit een document genaamd 'Onderbouwing openbare ruimte Burgemeester Bootweg'. Het document bevat informatie over de verschillende burgemeesters van Hilversum en heeft blijkbaar het college voorzien van de nodige informatie bij haar beslissing over de straatnaam. Bij 'Joost Boot' is echter niks te lezen over zijn apartheidsstandpunt. Dat gemis is opvallend gezien de hoeveelheid informatie die er alleen al online over de oud-burgemeester te vinden is of in de archieven van mede-Hilversummers.

Ook geeft het document een eenzijdige weergave van de reputatie van Boot. Iedereen wist dat Boot maar al te graag zaken deden met twijfelachtige projectontwikkelaars. Vele  Hilversummers gruwelen nog steeds van de sloop van het Hilversums centrum onder het mom van kernsanering, en van het opofferen van de Hilversumse natuur voor woningbouw. Voor deze acties werd Burgemeester Boot zelfs in 1967 door Den Haag op de vingers getikt. In Hilversum was er protest tegen deze gang van zaken. Ook waren er protesten tegen de steun van Boot aan de apartheid in Zuid Afrika.

De SP sloeg daarom nog de 'Hilversumse richtlijnen voor het toekennen van namen aan delen van de openbare ruimte' erop na. De tweede richtlijn vraagt nadrukkelijk om 'rekening [te] houden met duidelijke gevoeligheden bij de burgerij'. In hetzelfde bestand staan ook de ´Hoofdregels bij het kiezen van straatnamen', opgesteld door de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG). Een van deze 'hoofdregels' (hier 'tips voor de straatnamencommissie' genoemd) raadt aan om te onderzoeken 'of de te vernoemen persoon geen ongunstig verleden heeft'. In den lande wordt de volgende richtlijn ook vaak gebruikt: ’als een straat naar een persoon wordt genoemd moet het verleden van die persoon altijd goed onderzocht worden om zeker te weten dat de persoon werkelijk onomstreden is, en er geen smet op de naam rust.’

De 'iedereen hield van burgemeester Boot'-redenering die zowel in het boek 100 Jaar Hilversum Mediastad als in het document van het college te bespeuren is, doet geen recht aan de geschiedenis. De richtlijnen zijn klip en klaar. Zonder grondig onderzoek en met de controversiële reputatie voldoet het college niet aan de voorwaarden voor een naamswijziging.

Onze samenlevingDe discussie heeft een belang die het Hilversumse overstijgt. Wat zegt een Burgemeester Bootlaan over ons als samenleving? Wegen Boot's foute overtuigingen op tegen de goede dingen die hij deed voor Hilversum? En wat doen we met andere omstreden straatnamen als een J.P. Coenstraat? Hoe gaan we om met de kwade kanten van ons verleden?

De SP is van mening dat we ons goed moeten realiseren dat onze straatnamen geen geschiedenisboeken zijn: een vernoeming is geen objectieve vertoning, maar een eerbetoon. De naamgeving en het behoud van straatnamen als een Burgemeester Bootlaan of een J.P. Coenstraat betekent daarmee dat we deze figuren, met al hun ideeën en daden, nog steeds op een eervol voetstuk plaatsen.

Weinig reflecteert onze prioriteiten, normen en waarden zo goed als de mensen die we eren. Het toekennen van een straatnaam aan een apartheidsbepleiter, of het handhaven van straatnamen die vernoemd zijn naar massamoordenaars, zegt iets over onze prioriteiten, normen en waarden.

Wat ons betreft, is een verandering nodig in de manier waarop we de geschiedenis representeren. Wij streven naar radicale gelijkwaardigheid, en dat betekent dat we gebeurtenissen uit de geschiedenis in de context plaatsen die recht doet, daar geschiedenisboekjes op aanpassen en rekening houden met gevoeligheden. De richtlijn is: 'Niet onbetwistbaar onomstreden? Geen straatnaam'.

Zoals Jan Marijnissen schreef in zijn boek Waar historie huis houdt: 'De mens schrijft zijn geschiedenis en daarmee de voorwaarden voor de toekomst. Wie die kent en verinnerlijkt, staat er beter voor dan wie ontkent, negeert of verwerpt'.

Andere presentatieWe willen een andere presentatie van de geschiedenis, waarin we uitgaan van de ervaringen van alle mensen. Dat is geen geschiedvervalsing, maar het plaatsen van de gebeurtenissen in de juiste context.

Vandaag de dag hopen wij te kunnen spreken voor het merendeel van de mensen en partijen als we zeggen dat we staan voor mensenrechten en een inclusieve samenleving. Dat resulteert erin dat we de gruwelen van onder meer het Europees kolonialisme en imperialisme erkennen en verwerpen. Dat we zeggen: de verering van figuren die aan die kwaden vorm hebben gegeven, hoort niet meer.

Het verzet tegen foute straatnamen is niet een pleidooi voor het wissen van de geschiedenis, maar de wil om de geschiedenis in een juiste context te plaatsen. Het gaat erom racisten en moordenaars geen ereplaats te verschaffen, maar op de juiste (duistere) bladzijde van onze geschiedenisboeken te zetten. De discussie gaat daarmee niet zozeer over het verleden, maar juist over wat we met onze erfenis doen.

StalinlaanDe heroverweging die wij nu maken over de naamgeving van de Burgemeester Bootlaan staat in een lange lijn van heroverwegingen die we in het verleden maakten over straten. Getuige verschillende voorbeelden in en buiten Nederland. Samen met de andere bevrijders van Europa, Churchill en Roosevelt, ontving Stalin de eer van een vernoeming; de gemeente Amsterdam veranderde de Amstellaan in de Stalinlaan. Toen men na Stalin's dood begon in te zien dat Stalin eigenlijk een vreselijke dictator was die verantwoordelijk was voor de moord op miljoenen onschuldigen, werd de straat symbolisch omgedoopt in de Vrijheidslaan.

Of denk aan de J.P. Coenschool die nu van naam verandert omdat de ouders en leraren bezwaren hadden tegen de man die zo'n prominente rol speelde in de slavernij en gewelddadige kolonisering van Indonesië. Jan Pieterszoon Coen was als gouveneur-generaal van de Vereenigde Oostindische Compagnie (VOC) verantwoordelijk voor de 15.000 doden die vielen op de Banda-eilanden toen de bewoners weigerden hun muskaatnoten uitsluitend aan de VOC te verkopen.

In steden als Berlijn (Duitsland), Lanaken (België) en Salzburg (Oostenrijk) werden (en worden) straatnamen van nazi-figuren verwijderd en hernoemd.

Volgens historicus en universitair docent Fatah-Black zijn de meeste 'koloniale helden' pas honderden jaren na hun dood op een voetstuk geplaatst. 'Het is het op een voetstuk plaatsen van iets dat we volgens mij niet op een voetstuk moeten plaatsen.'

Het niet vergeven van straatnamen aan controversiële figuren of het hernoemen van straatnamen is dus niets raars of engs. Het zegt juist iets positiefs over hoe we onze verantwoordelijkheden nemen en de geschiedenis bekijken.

Ethiek is geen weegschaalLos van de dubieuze reputatie die Boot al sinds zijn tijd als burgemeester had, heeft hij ook  veel heeft betekend voor Hilversum, zoals degenen die pleiten voor een straat met zijn naam, benadrukken. Dat moge zo zijn, maar dezelfde vlieger gaat ook op voor Stalin en Hitler.

Ethiek is geen weegschaal. Het is geen afweging tussen de goede en foute dingen die iemand gedaan heeft. Ethisch handelen is een grens stellen vanuit een bepaald perspectief. En voor ons wordt die grens overschreden bij het pleiten voor het geven van straatnamen aan mensen die een systeem van onderdrukking steunden, slavernij steunden, massamoorden of oorlogsmisdaden pleegde en kolonialisme voorstonden.

Boot is omstreden, en dat gegeven zou afdoende motivatie moeten zijn om geen straat naar hem te vernoemen.

Politiek is, wat de SP betreft, meer dan alleen de praktische zaken van het leven aan te pakken en beslissingen te nemen rond huidige of toekomstige problemen. Politiek staat ook voor ethiek. Een overheid is er voor iedereen en moet ervoor zorgen dat iedere Nederlander zich onderdeel kan voelen van onze samenleving. Het benoemen van straten met straatnamen die mensen kwetsen is niet nodig, en andere keuzes zijn eenvoudig te maken. (Daar hebben we immers die richtlijnen voor!).

Nieuwe iconenHet is tijd om voorbij te gaan aan de ‘helden’ van het verleden die door hun handelen mensen gekwetst en geschaad hebben. Het is tijd om recht te doen aan de waarden van inclusiviteit en gelijkwaardigheid die we nu met elkaar delen. Dat doen we door iconen te noemen en te eren die voor die waarden staan.

Denk dan aan Suze Groeneweg, die in 1918 de eerste vrouw in de Tweede Kamer werd verkozen. Aan Cuffy, die in 1763 een grote slavenopstand leidde in de voormalige Nederlandse kolonie Berbice. Of aan de talloze Indonesische verzetsstrijders die in opstand kwamen tegen de Nederlandse kolonisten. Dát zijn onze helden. Helden uit een geschiedenis die van iedereen is.

Ook in Hilversum moeten we hier nog een flinke discussie over voeren. We hebben nog een lange weg te gaan. Maar laten we voor nu het Molenpad gewoon het Molenpad laten.

Zie ook: GEMEENTEBESTUUR

College van het (Molen)pad af

SP SP SGP CDA PvdA Hilversum 29-07-2018 12:10

In juni stelden de fracties van de SP en PvdA vragen over de naamgeving van de Burgemeester Bootlaan. Het college liet weten pas na het einde van de bezwaartermijn te zullen antwoorden. En nu deze termijn voorbij is, verwachten wij binnenkort een antwoord van de wethouder. De SP en PvdA pleiten ervoor het huidige Molenpad niet om te dopen in de Burgemeester Bootlaan.

Afgelopen maart kwam het college met het besluit om het Molenpad te vernoemen naar oud-burgemeester Boot. De woningen aan de nieuwe weg, die volgens de projectontwikkelaar op privéterrein gelegen zijn, zijn echter verkocht op het adres 'Molenpad'. De naam is een verwijzing naar de molen 'de Ruyter' die er ooit stond.

De bewoners zijn boos. Enerzijds omdat zij de naam 'Molenpad' een perfecte naam voor hun weg vinden. Anderzijds omdat zij nooit zijn betrokken bij de plannen van B&W. Een bewoner schreef in zijn mail aan de gemeenteraad: 'De kopers zijn niet gekend in de naamsverandering'.

Pleitbezorger van de apartheidDaarbij bleek dat oud-burgemeester Boot een vervend voorpleiter van de grote apartheid in Zuid-Afrika was. Problematisch: we gaan immers toch geen straatnaam vernoemen naar een pleitbezorger van een racistisch systeem?

De SP en PvdA stelden om deze redenen vragen aan het college. Maar het college liet begin juli weten de vragen pas te beantwoorden wanneer de bezwaartermijn was verlopen. Dit gebeurde afgelopen week, dus verwachten wij binnenkort een antwoord. Voor die tijd, laten we nog even doornemen waarom het zo problematisch is een apartheidsvoorstander met een straatnaam te eren.

BootDe afgelopen weken heeft er in de krant en op social media een flinke discussie  plaatsgevonden. De voornaamste vraag was daarbij in hoeverre Boot daadwerkelijk de apartheid bepleitte. PvdA-collega Femke van Drooge sprak daarom met politiek historicus Ewout Klei. Hij schreef zijn proefschrift over het Gereformeerd Politiek Verbond, waarin onder andere de discussie over apartheid in de Nederlandse politiek aan bod is gekomen. (Bron: PvdA). Klei zegt er het volgende over tegen Femke van Drooge :

'De scheiding tussen de grote en kleine apartheid was een theoretisch/retorisch trucje om de apartheid te verdedigen en toch geen racist te zijn (in je eigen ogen dan). Boot was de drijvende kracht achter COZA, het Comité Overleg Zuid-Afrika, een pro-apartheidsorganisatie die pro-apartheidsorganisaties als het NZAW, Geen Kerkgeld voor Geweld en het Oud-Strijders Legioen bundelde in één overkoepelend platform. Boot financierde een advertentie in Trouw, 10.000 gulden duur, waarin de apartheid werd verdedigd.'

ThuislandenbeleidMaar wat hield die apartheid dan precies in? En wat is het verschil tussen de 'grote' en 'kleine' apartheid? Wat was het 'thuislandenbeleid'? Femke van Drooge legt het uit in haar opiniestuk :

'Zelfs als we het verschil tussen kleine en grote apartheid wel in acht nemen, kan er geen twijfel over bestaan dat burgemeester Boot in ieder geval de ‘grote apartheid’ actief bepleitte – hier zijn meerdere bewijzen voor te vinden. Maar wat betekent dit daadwerkelijk, en ‘hoe erg’ was het? De grote apartheid was het idee dat zwarte mensen zich beter zouden kunnen uiten en ontwikkelen in hun eigen land, onder een eigen (zwarte) regering.

De praktijk was dat miljoenen zwarte Zuid-Afrikanen gedwongen werden naar reservaten [de zogenaamde 'thuislanden'] te verhuizen die slechts 13% van de oppervlakte in Zuid Afrika omvatte. Deze gronden waren zonder waardevolle grondstoffen, niet geschikt voor landbouw en ver van de reeds ontwikkelde economieën en werkgelegenheid in de grote steden. Boot pleitte dus voor een beleid dat het regime in Zuid Afrika in staat stelde om, onder valse voorwendselen, zo goed als dezelfde racistische onderdrukking tot stand te brengen.'

Daarnaast was de kleine apartheid het racistische systeem die de segregatie tussen witte mensen enerzijds, en mensen van kleur anderzijds, bij wet regelde.

TijdgeestEen veel gehoord 'argument' in de discussie omtrent Boot is ook dat we zijn apartheidsdenken in de 'tijdgeest' of 'historische context' moeten zien. Het zou dan begrijpelijk zijn dat Boot er in die tijd zulke opvattingen op nahield.

De werkelijkheid is echter dat het verzet tegen de apartheid er al vanaf het eerste begin was. Het Afrikaans Nationaal Congres (ANC) speelde hierin een belangrijke rol. Het verzet tegen de apartheid was onderdeel van een langdurige strijd van mensen van kleur voor gelijke rechten en vrijheden. Een strijd tegen racisme en imperialisme.

Op 21 maart 1960 kreeg het grote verzet tegen de apartheid internationale bekendheid. Een demonstratie in Sharpeville tegen de pasjeswetgeving, een van de meest dominante vormen van het apartheidssysteem, eindigde in een vreselijk bloedbad toen de politie het vuur opende op de demonstranten. Er vielen 69 doden en vele gewonden.

Naar aanleiding van de gruwelijke gebeurtenissen in Sharpeville nam de VN-Veiligheidsraad op 1 april 1960 resolutie 134 aan, waarin de Raad voor het eerst opriep om de apartheid in Zuid-Afrika af te schaffen. Hierna zouden er nog zeker elf VN-resoluties volgen waarin de apartheid nadrukkelijk werd veroordeeld, voordat Joost Boot in 1982 het 'Praatboek uit Zuid-Afrika' publiceerde. (Zie resoluties 181, 182, 190, 191, 282, 311, 385, 392, 417, 418 en 473.) In het boek pleit Boot opnieuw voor het thuislandenbeleid.

Historicus Ewout Klei zegt daarbij het volgende over die tijdgeest tegen PvdA-collega Van Drooge: 'Ook in de jaren zeventig en tachtig was zijn pro-apartheidsstandpunt omstreden. Niet alleen bij links, maar ook bij de ARP en daarna het CDA. Alleen uiterst rechts, het GPV, de SGP, de Boerenpartij (en in mindere mate de RPF), steunde de apartheid. Gezien het feit dat Boot zeer actief de politiek van de apartheid heeft verdedigd, ook in een tijd dat de apartheid als racisme werd veroordeeld, is het bijzonder dat er een straatnaam naar hem vernoemd wordt. In onze multiculturele samenleving, die tegen racisme en uitsluiting is, een straat naar een apartheidsapologeet vernoemen is een gotspe.'

Inclusieve samenlevingAls burgemeester heeft Boot veel betekend voor Hilversum. Vooral voor Hilversum als 'mediastad'. Zo staat hij aan de wieg van het Media Park, dat toen nog het 'Omroepkwartier genoemd werd.

Maar de kwestie van de Burgemeester Bootlaan gaat wat de SP betreft niet over Boot's inzet voor het Media Park. Wat ons betreft gaat het om een veel belangrijker aspect: de inclusieve samenleving.

Gunnen we een pleitbezorger van segregatie en racisme een plaats in ons Hilversum? Juist wanneer wij staan voor een inclusief Hilversum, waarin iedereen dezelfde rechten en vrijheden heeft? Een samenleving waarin we het verhaal van de geschiedenis willen vertellen om haar gruwelen te gedenken, en niet te eren?

De SP wil het college vragen daarover na te denken. Na te denken over het signaal dat we uitzenden wanneer we wél racistische apartheidsdenkers met straatnamen gaan eren in ons Hilversum. En na te denken hoe we de historie van de straat wél eer aandoen door het Molenpad te laten bestaan.

Zoals Nelson Mandela ooit zei: 'We must forever realize that the time is always ripe to do right'.

ROOD: 'Wij zijn jong en wij willen wat!'

SP SP D66 CDA PvdA GroenLinks VVD Hilversum 18-04-2018 22:37

'Wij zijn jong en wij willen wat!' is de titel van de brief die verschillende politieke jongerenorganisaties uit Hilversum tijdens de eerste week van de coalitieonderhandelingen aan de onderhandelende partijen overhandigde.

ROOD Hilversum, Jonge Democraten (D66), CDJA (CDA), Jonge Socialisten (PvdA) en DWARS (GroenLinks) werkten samen aan 34 punten die voor de Hilversumse jongeren van belang zijn. De brief is hieronder te downloaden.

We hopen dat de onderhandelende partijen, Hart voor Hilversum, VVD, GroenLinks en CDA, de punten opnemen in een coalitieakkoord en zich hier ook de komende jaren voor gaan inzetten!

Lees ook het artikel in de Gooi en Eembode  : Jeugd: 'Heb aandacht voor jongerenproblematiek'

De gemeenteraad van Hilversum 30 ...

ChristenUnie ChristenUnie VVD CDA PvdA Hilversum 26-03-2018 14:36

De gemeenteraad van Hilversum 30 jaar geleden. Wie kent hem nog?: Piet Kuijper

GroenLinks, PvdA en SP komen met wet om sociale woningbouw te beschermen | GroenLinks

GroenLinks GroenLinks PvdA Hilversum 17-03-2018 00:00

GroenLinks, PvdA en SP willen wettelijk vastleggen dat het aantal sociale huurwoningen in Nederland tenminste op peil blijft. De partijen presenteren daartoe vandaag een initiatiefwetsvoorstel. De nieuwe wet garandeert dat er in gemeenten altijd tenminste evenveel nieuwe sociale huurwoningen bij moeten komen, als er gesloopt of verkocht worden. Dit is nodig om voldoende betaalbare huurwoningen voor mensen met een kleine beurs beschikbaar te houden.

GroenLinks Tweede Kamerlid Linda Voortman: “De enorme afname van sociale huurwoningen en de enorme toename van vraag ernaar is natuurlijk geen natuurverschijnsel. Het is het gevolg van een lakse overheid die onterecht vertrouwde op de markt. Wij willen dat iedereen betaalbaar en prettig kan wonen. Deze wet zorgt ervoor dat de overheid meer regie neemt om daarvoor te zorgen.”

 

PvdA-Kamerlid Henk Nijboer: "Iedereen moet zeker zijn van een goede, betaalbare woning. Maar voor veel Nederlanders is het vinden van een fijn huis een hopeloze zoektocht. Wachtlijsten van vele jaren zijn onacceptabel maar wel vaak de praktijk. In veel gemeenten is echt sprake van woningnood, daarom moeten we de sociale woningbouw beschermen en juist meer gaan bijbouwen.”

 

SP-Kamerlid Sandra Beckerman: "De komende jaren dreigen vele tienduizenden sociale huurwoningen gesloopt of verkocht te worden, terwijl het aantal mensen dat in aanmerking komt voor een sociale huurwoning juist toeneemt. Deze initiatiefwet beschermt de sociale woningbouw."

 

21 maart zijn er gemeenteraadsverkiezingen. Meer weten over GroenLinks in jouw gemeente? Vind jouw gemeente op onze speciale verkiezingspagina.

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.