Nieuws van politieke partijen inzichtelijk

11 documenten

Zorgen PvdD om toezicht op onver­doofde slacht in tijden van corona

Partij voor de Dieren Partij voor de Dieren Nederland 29-07-2020 00:00

De Partij voor de Dieren heeft bij de minister aangedrongen op uitbreiding van de handhavingscapaciteit van de NVWA tijdens het Offerfeest aankomend weekend. De partij maakt zich ernstige zorgen over de controles nu door de coronacrisis de toezichthouders met extra protocollen te maken hebben, terwijl tegelijk het aantal slachtingen dit jaar zal toenemen omdat meer mensen het Offerfeest in Nederland vieren. Kamerlid Frank Wassenberg heeft spoedvragen gesteld. “De onverdoofde slacht is onaanvaardbaar en moet zo snel mogelijk verboden worden. De Partij voor de Dieren heeft daarvoor opnieuw een wetsvoorstel ingediend. Tot dat verbod gerealiseerd is, is het belangrijk dat de afspraken die gemaakt zijn, namelijk dat een dier maximaal 40 seconden bij bewustzijn mag zijn nadat de hals is doorgesneden, ook nageleefd worden. Bij het Offerfeest in 2019 moesten veel dieren op aanwijzing van de NVWA worden nabedwelmd, omdat zij na 40 seconden nog bij bewustzijn waren. Dat geeft aan hoe belangrijk adequaat toezicht is, zodat de lijdensweg van de dieren niet nóg langer wordt”, zegt Wassenberg. Twee slachterijen die in eerste instantie hun protocollen niet op orde hadden, mogen na overleg met de NVWA nu tóch open voor het Offerfeest. Volgens de NVWA is afgesproken dat zij alleen verdoofd zullen slachten. Meteen daarop liet een slachthuis in Harderwijk al weten ”gewoon onverdoofd” te gaan slachten. Wassenberg heeft in aanvullende vragen de minister om uitleg gevraagd: zijn er afspraken gemaakt met slachthuizen over onverdoofde slacht, welke afspraken zijn dat, hoe wordt naleving hiervan gecontroleerd en welke straffen er staan op het niet nakomen van de afspraken? Het PvdD-Kamerlid wil verder onder meer van de minister weten of zij een plan van aanpak heeft voorbereid om de stijging van het aantal slachtingen goed op te vangen, nu meer mensen het Offerfeest in Nederland vieren wegens reisbeperkingen. “Zijn er voldoende NVWA-toezichthouders en KDS-keuringsmedewerkers beschikbaar om adequaat toe te zien op de onverdoofde slacht van een groter aantal dieren?”, vraagt Wassenberg. “Sinds 2014 is het aantal handhavers in de mobiele toezichtteams gehalveerd, terwijl dat aantal juist zou toe moeten nemen. Om het dierenleed tijdens de slacht in te perken, maar ook om illegale slachtplaatsen op te sporen en ongezonde situaties zoals het uitdelen van ongekoelde karkassen aan te pakken”, licht Wassenberg toe. Eerder gaf de minister aan dat de Europese voedselveiligheidsregels ernstig in het gedrang zijn bij de uitgifte van de karkassen. Achtergrond In 2011 stemde een overgrote meerderheid van de Tweede Kamer voor het wetsvoorstel van Marianne Thieme om de onverdoofde slacht te verbieden. Het voorstel werd daarna verworpen door de Eerste Kamer. In 2018 diende de Partij voor de Dieren opnieuw een voorstel in om de onverdoofde slacht te verbieden . Dit voorstel is schriftelijk al in behandeling genomen door de Tweede Kamer. Het debat volgt naar verwachting eind 2020/begin 2021. Meer lezen? Lees hier de eerste set Kamervragen van Wassenberg over het toezicht tijdens het Offerfeest. Lees hier de aanvullende vragen over onduidelijkheid over de gemaakte afspraken tussen twee slachthuizen en de NVWA. Lees hier meer over het wetsvoorstel van de PvdD, hier over onze reactie op het advies van Raad van State en hier over de start van de schriftelijke behandeling.

Bestuur draagt Esther Ouwehand voor als lijst­trekker

Partij voor de Dieren Partij voor de Dieren Nederland 18-06-2020 00:00

Esther Ouwehand is door het partijbestuur van de Partij voor de Dieren voorgedragen als lijsttrekker voor de komende Tweede Kamerverkiezingen. Ruud van der Velden, interim-voorzitter van de Partij voor de Dieren: “Wij zijn heel blij dat we met deze sterke lijsttrekker de verkiezingen in kunnen. Esther Ouwehand heeft bewezen de Partij voor de Dieren uitstekend te vertegenwoordigen in de Tweede Kamer. Na het vertrek van Marianne Thieme uit de Tweede Kamer in oktober vorig jaar heeft zij het fractievoorzitterschap en partijleiderschap op overtuigende wijze overgenomen. Recent wist zij bijvoorbeeld met een breed gesteunde motie de Nederlandse steun voor het Mercosurverdrag van tafel te krijgen. Ook kreeg Esther een Kamermeerderheid achter zich om de verantwoordelijkheid bij de bestrijding van besmettelijke dierziekten te verplaatsen van het ministerie van Landbouw naar het ministerie van Volksgezondheid.” Esther Ouwehand maakte in 2006 tegelijk met Marianne Thieme haar entree in de Tweede Kamer. Zij is onbetwist oppositieleider op dossiers als veehouderij, stikstofcrisis, landbouwgif en in de strijd tegen vrijhandelsverdragen maakt zij zich sterk voor een radicaal ander economisch model waarin vervuilers niet langer gesubsidieerd worden, maar moeten boeten voor milieu-onvriendelijk gedrag. Geheel in lijn met de ingezette koers van de afgelopen jaren gelooft Ouwehand niet in ecomodernistische oplossingen die moeten leiden tot een terugkeer naar business as usual, en bestrijdt zij het concept van oneindige economische groei op een aarde die niet meegroeit. Op het verkiezingscongres in november wordt Ouwehands kandidatuur voor het lijsttrekkerschap voorgelegd aan de partijleden. De kandidatencommissie buigt zich deze zomer over het opstellen van een conceptkandidatenlijst. Van der Velden: “In de peilingen staan we stabiel op 5 tot 6 zetels, een groei in zetels bij de komende verkiezingen voor de Tweede Kamer is een realistische verwachting. Temeer daar steeds meer mensen zien dat de manier waarop wij met onze aarde en al haar bewoners omgaan niet langer houdbaar is. De coronacrisis zou een keerpunt in denken en beleid moeten vormen. Niet in woorden, maar in daden.”

Wets­voorstel verbod onver­doofd slachten in behan­deling

Partij voor de Dieren Partij voor de Dieren Nederland 10-12-2019 00:00

Vandaag begint de schriftelijke behandeling van het nieuwe wetsvoorstel van de Partij voor de Dieren voor een algehele verplichting tot bedwelming van dieren voorafgaand aan de slacht: een totaalverbod dus op het onverdoofd slachten van dieren. Alle partijen in de Tweede Kamer leveren dan schriftelijk commentaar en stellen vragen over het voorstel. Esther Ouwehand zal als indiener van dit wetsvoorstel vervolgens schriftelijk reageren op alle vragen en opmerkingen. Als dit is afgerond, kan het Tweede Kamerdebat over het voorstel worden ingepland. Eind september organiseerde de Tweede Kamer een rondetafelgesprek over het wetsvoorstel Ouwehand, waarbij dierenartsen nogmaals benadrukten dat het extra dierenleed door onverdoofd slachten ontoelaatbaar is. De schriftelijke inbreng van vandaag is de volgende stap in de behandeling van het wetsvoorstel. Esther Ouwehand: “Diervriendelijke slacht bestaat niet, maar in Nederland is het al bijna honderd jaar verboden om dieren bij vol bewustzijn te slachten omdat vermijdbaar extra leed moet worden voorkomen. Toch is op deze wet een uitzondering gemaakt voor religieuze slacht. Zo’n uitzondering is onacceptabel. De vrijheid van godsdienst houdt op waar het lijden van mens of dier begint.” In 2011 stemde een overgrote meerderheid van de Tweede Kamer voor het eerdere wetsvoorstel van Marianne Thieme. Het voorstel werd daarna verworpen door de Eerste Kamer, nadat het kabinet kwam met een convenant met de religieuze organisaties. Een van de afspraken uit dit convenant is dat een dier bij vol bewustzijn mag worden aangesneden, maar dat er -als het dier na 40 seconden nog steeds bij bewustzijn is- alsnog een pen door zijn kop moet worden geschoten. Dit betekent dat een dier nog altijd ongekende angst, pijn en stress ervaart wanneer het bij volle bewustzijn wordt vastgezet, gekanteld, wordt aangesneden. Terwijl het dier in paniek is en veelal in ademnood is door zenuwbeschadigingen of het inademen van bloed of pensinhoud (bij koeien), moet het dan na 40 seconden alsnog buiten bewustzijn worden gebracht. Deze afspraken zijn dan ook maatschappelijk zeer omstreden en vormen geen alternatief voor het wetsvoorstel van de Partij voor de Dieren. Ouwehand: “Onverdoofd slachten gaat gepaard met ernstig extra, vermijdbaar dierenleed. De verontwaardiging hierover groeit in de maatschappij en ook experts bij de NVWA, de Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskunde en de Europese vereniging van dierenartsen zijn van mening dat het extra en vermijdbare dierenleed door onverdoofd slachten ontoelaatbaar is. De oproep aan de politiek om hier een einde aan te maken is luid en duidelijk.”

'Half­hartige' aanpak veehou­derij gaat natuur niet redden

Partij voor de Dieren Partij voor de Dieren Nederland 26-09-2019 00:00

De Partij voor de Dieren is kritisch op het gisteren gepresenteerde stikstofadvies van de commissie-Remkes. De grootste uitstoter, de veehouderij, wordt maar halfhartig aangepakt in het advies. De commissie adviseert om een aantal veehouders uit te kopen, maar adviseert ook nog meer subsidies voor nieuwe potdichte, brandgevaarlijke stallen. Volgens de Partij voor de Dieren is een krimp van 70% van de veestapel nodig om de stikstofcrisis op te lossen. “Het kabinet heeft gezegd dat er geen taboes zijn bij het oplossen van de stikstofcrisis,” zegt Marianne Thieme. “Maar de commissie Remkes loopt overduidelijk op eieren.” Hoewel de veehouderij veruit de grootste uitstoter van stikstof is (45%), wordt de sector halfhartig aangepakt in Remkes’ aanbevelingen. Het adviescollege pleit voor het uitkopen van de meeste vervuilende bedrijven in en bij kwetsbare natuurgebieden. Dat is een goed begin, maar de Partij voor de Dieren-fractie vreest dat veel vervuilende megastallen daarmee de dans ontspringen. Daarnaast adviseert het college om (verder) in te zetten op technische innovaties, zoals luchtwassers in stallen. Een gevaarlijke investering, stelt de Partij voor de Dieren, omdat zulke potdichte stallen niet alleen onethisch, maar ook brandgevoelig zijn. Bovendien werken deze investeringen nog verdere schaalvergroting in de hand. Nog meer megastallen dus. Een drastische krimp van de veestapel is niet alleen een belangrijk antwoord op de stikstofcrisis en het rappe verlies van biodiversiteit, maar ook op de klimaatcrisis, op lucht-, water- en bodemvervuiling, en het grote leed van dieren in de bio-industrie. De Partij voor de Dieren pleit voor een krimp van 70% van de veestapel om de stikstofcrisis echt aan te pakken, te beginnen met de veehouderijen dichtbij natuurgebieden. Het adviescollege adviseert ook om de maximumsnelheid te verlagen, maar alleen voor wegen in de buurt van kwetsbare natuurgebieden. Het adviescollege geeft zelf al aan dat dit niet alle problemen op zal lossen. Verder moet een breed spectrum aan maatregelen genomen worden om de stikstofdeken in natuurgebieden snel af te bouwen. De luchtvaart moet krimpen, de import van soja uit Brazilië (en daarmee de import van stikstof) moet stoppen, de kolencentrales moeten zo snel mogelijk dicht en kunnen er geen biomassacentrales komen. Ook kan de Formule 1-race in de Zandvoortse duinen niet doorgaan. De natuur kan weer lucht krijgen als we deze drastische maatregelen nemen, in combinatie met herstelwerkzaamheden. Ook het adviescollege van Remkes onderschrijft dit, in hun rapport met de veelzeggende titel ‘Niet alles kan’. Het is nu tijd dat ook de andere politieke partijen deze stappen durven zetten.

Trouw : " Kamerveteraan Esther ...

Partij voor de Dieren Partij voor de Dieren VVD D66 CDA Zuid-Holland 06-08-2019 18:53

Trouw : " Kamerveteraan Esther Ouwehand haalt lol uit ‘terugvechten’ " De Tweede Kamer lijkt soms een duiventil, waar politici in- en uitvliegen. Deze zomer praten ervaren Kamerleden over hun werk en ontwikkeling. Vandaag Esther Ouwehand (Partij voor de Dieren): ‘Journalisten weten nóg niet waarom ons verhaal aanslaat.’ Is politiek leuk? Ze fronst haar wenkbrauwen even, denkt een paar seconden na en zegt dan, vrij resoluut: “Nee. Politiek is niet per se leuk. Wat mij blijft motiveren, is de verandering die ik voorsta. Dat is mijn drijfveer. Je moet terugvechten, in mijn geval tegen het conservatieve landbouwbeleid dat Nederland al decennia heeft. Uit dat ­terugvechten kan ik wel lol halen.” Het mag een klein wonder heten dat Esther Ouwehand (43) behoort tot de meest ervaren Tweede Kamerleden. Politieke ambities heeft ze nooit gehad. Aan het einde van het interview zal Ouwehand enigszins ­verbaasd reageren op de vraag of ze ooit leider van de Partij voor de Dieren wil worden. “Nee joh. Ik denk echt niet: gut, fractievoorzitter dat lijkt me nou een mooie carrièresprong, of minister. Zo sta ik niet in het leven.” Ouwehand vertelt over haar parlementaire werk op een terras aan de Singel in Leiden. Dit is haar stad. Althans, het is de plek waar ze woont. Ouwehand groeide op in het gereformeerde Katwijk, de kustplaats waar het geloof voor haar soms als een ‘verstikkende deken’ aanvoelde. Op haar zestiende werd ze vegetariër na het zien van een tv-documentaire over de veehouderij. “Ik had nog nooit gezien dat er in Nederland op die manier met dieren werd omgesprongen. Ik wist toen: daar ga ik me voor inzetten, voor de kwetsbare zonder stem.” Het plan was een baan bij Green­peace of de Dieren-bescherming. De ­Partij voor de Dieren zou pas tien jaar later worden opgericht. De marketing voor Tina Na haar studie beleid, communicatie en organisatie aan de Vrije Universiteit in Amsterdam belandde Ouwehand bij ­Sanoma Uitgevers, waar ze onder andere de marketing deed voor meidenblad Tina. “Ik wilde eerst ervaring opdoen in het bedrijfsleven, maar haalde geen voldoening uit het halen van verkooptargets”, zegt ze. Na vijf jaar was ze er klaar mee. De Partij voor de Dieren bestond inmiddels. “In 2004 zochten ze iemand om de partij uit de klei te trekken. Er was geen geld, geen kantoor, er waren geen computers, nauwelijks vrijwilligers.” Ouwehand was direct geïnteresseerd. “Wow, dacht ik. Zij vinden wat ik vind. En ik had marketing-communicatie gedaan en ervaring met vrijwilligers door het jongerenwerk dat ik in Katwijk deed. Ik kon wel iets betekenen.” Ze trad in dienst bij de partij in de veronderstelling dat ze achter de schermen zou werken aan de uitbouw van een beweging. Tot in 2006 onverwachts de vraag kwam: wil je politica worden? “Ik weet nog goed dat ik dat helemaal niet wilde. Is er echt niemand anders?, vroeg ik.” Op 30 november dat jaar werden Marianne Thieme en Esther Ouwehand als Tweede ­Kamerleden geïnstalleerd voor de Partij voor de Dieren. We wisten niks Terugkijkend zegt ze: “Wij wisten helemaal niets. We kenden de weg in het Kamergebouw niet. We hadden geen medewerkers die ons even konden rondleiden. Alles was nieuw. Op de eerste dag hadden we direct een belangrijk debat, over het generaal pardon dat er zeer tegen de zin van toenmalig minister van vreemdelingenzaken Rita Verdonk zou komen. Marianne en ik zorgden voor de doorslaggevende stemmen. “De eerste politieke spotprent over ons was van Joep Bertrams. Hij tekende een bulldog, op de halsband stond ‘Partij voor de Dieren’. Uit de mond van de hond staken twee voeten met ‘Rita ­Verdonk’ erop. We stonden meteen vol in de schijnwerpers.” Andere Kamerleden waren overwegend aardig voor de nieuwkomers, herinnert Ouwehand zich, maar een partij die zich sterk maakt voor dieren bleef voor velen een merkwaardig verschijnsel. Ouwehand: “De teneur was: het is leuk tot aan de volgende verkiezingen. Dan is de grap wel weer voorbij. Je zag ze denken: nou meisjes, maak het maar even leuk, straks is het weer voorbij.” Ouwehand is een slordige 4300 dagen Kamerlid. Ze mag zich op het Binnenhof, waar de omloopsnelheid hoog is, een veteraan noemen. Bemestingsnormen voor zaai-uien of snijmais In het prille begin was er vooral onzekerheid. Is dit werk niet te moeilijk? Ouwehand trad toe tot de commissie landbouw, een gezelschap dat in die tijd werd gedomineerd door politici met een boerenachtergrond. Debatten waren technisch en specialistisch. Ze gingen over kentekenplaten voor trekkers, maar ook over bemestingsnormen voor zaai-uien of snijmais. “Dat klinkt niet echt spannend”, zegt Ouwehand, maar ze omschrijft het als een ‘niet te onderschatten kwestie’. “Als je die normen verruimt, kan er meer mest komen. En dus meer ruimte voor bio-industrie. Ik heb de eerste twee jaar van mijn Haagse leven geïnvesteerd in lezen, lezen en lezen. Stapels documenten. Tot ’s nachts drie, vier bleef ik doorwerken. “Zeker in de landbouwdebatten gaat het over details die mede bepalen of de veehouderij meer ruimte krijgt of juist moet krimpen. Het kost een tijdje voor je doorhebt dat je de bemestingsnormen voor zaai-uien beter niet kunt negeren. Als ik in een debat merkte dat de VVD aansloeg op die uien, was ik alert. Dan wist ik: opletten, ze draaien weer aan een knopje met veel grotere gevolgen dan voor die uien alleen.” Ik noem geen namen De verhoudingen met andere Kamerleden zijn altijd wel goed geweest, zegt ze. Ook met haar politieke tegenstanders van VVD en CDA. Haar grote rivaal was lange tijd CDA’er Ger Koopmans, die ‘de meest afschuwelijke dingen zei’. “Maar dat vond hij ook van mij. Het is heel fijn dat je desondanks grappen kunt maken met elkaar. Ik ben vriendelijk tegen iedereen. Helaas merk ik nu wel dat er enkele Kamerleden – ik noem geen namen – het politieke verschil persoonlijk maken. En met die mensen heb ik moeite.” Ouwehand begint opnieuw over het terugvechten, over de strijd die zij en Thieme sinds dag één voeren. In 2007, vrij snel na hun aantreden, verdedigde minister Gerda Verburg (landbouw) haar nota dierenwelzijn. “Voor dit debat zijn wij zo’n beetje opgericht”, zegt Ouwehand. “We wilden zestig moties indienen om de plannen van Verburg bij te stellen. Grote consternatie in de Kamer! Boris van der Ham van D66 stond op, gooide zijn stoel naar achteren en riep: ‘Als het zo moet, stop ik ermee! Ik steun nooit meer iets van jullie!’. Hij vond het belachelijk dat we zo met de instrumenten van de Kamer omsprongen. “Natuurlijk is zestig moties veel. Het is een grijs gebied, in principe moet een partij in zo’n wetgevingsdebat de tijd krijgen alle voorstellen in te dienen die ze wil. We zaten in een commissiezaal, met een afgesproken eindtijd. Dat knelde. Bij motie 41 werd ik afgehamerd. “Maar de pijn bij de anderen ging ook over de inhoud van die moties. Wat wij deden, was plannen uit verkiezings-programma’s van die partijen kopiëren naar onze voorstellen. Ja, dan wordt het voor anderen vervelend als ze moeten tegenstemmen. Wij vinden dat mooi.” Zo hemelbestormend is dit niet Ouwehand beaamt dat dit de kern is van de wijze waarop de Partij voor de Dieren de afgelopen dertien jaar politiek heeft bedreven. Met Thieme probeert ze partijen zo veel mogelijk te confronteren met hun eigen programma’s. “Als wij dan kritiek krijgen dat we iets radicaals bepleiten, kunnen we zeggen: zo hemelbestormend is dit niet. D66 heeft dit zelf een keer voorgesteld, of de PvdA. Het is een kwestie van beloftes nakomen.” Veelgehoorde kritiek op de partij is dat ze zich buiten de orde plaatst door het afwijzen van ieder compromis. De Partij voor de Dieren sluit geen akkoorden met de coalitie en voert geen achterkamertjesgesprekken met minister X of staatssecretaris Y. De invloed die Thieme en Ouwehand hebben is indirect. Ze proberen andere partijen bij te sturen waar ze kunnen. “We willen dat latente bewustzijn bij die anderen aanwakkeren. Of het helpt? Jazeker, de rechten van dieren zijn een niet te vermijden onderwerp van debat geworden. Ons eerste grote landbouwdebat, eind 2006, ging direct voor 90 procent over dierenwelzijn. Dat is sindsdien niet meer veranderd. Tegenwoordig dienen andere partijen ook twintig moties in over de gezondheid van dieren. Dat gebeurde voordat wij in de Kamer zaten echt niet. In het regeerakkoord van het kabinet-Rutte II stond een verbod op circusdieren. Zonder ons was dat er niet ingekomen.” “Wij zullen onze werkwijze niet veranderen. We zijn er heel diep van doordrongen dat de samenleving fundamenteel moet veranderen, dat de manier waarop we met dieren – en daarmee met onze hele planeet – omgaan, onhoudbaar is. We moeten voorbij kortetermijnbelangen kijken. Die verandering zit niet in kleine stapjes, in marginale dingetjes, in de voldoening van het minimale succes. We voeren de politieke, maar zeker ook de maatschappelijke druk op. Zo krijg je grote doorbraken.” De glossy ‘Gerda’ Een opvallend moment in haar Kamerperiode was de ophef over de glossy ‘Gerda’. Minister Verburg had met overheidsgeld een blad uitgebracht, waarin haar landbouwbeleid werd gepromoot, aangekleed met glanzende foto’s van Verburg zelf. De Partij voor de Dieren sloeg alarm; de minister kreeg een motie van treurnis aan de broek. Ouwehand kijkt daar niet met veel voldoening op terug. Het was schandelijk dat de minister dit deed, zegt ze. Ouwehand vindt de kwestie vooral typerend voor de werkwijze van de parlementaire pers. De Gerda was groot nieuws, zaai-uien zijn dat nooit geweest. Ouwehand zegt: “Journalisten moeten keuzes maken, dat begrijp ik best. Onze partij is vooral actief op een onderwerp dat voor de pers niet zo interessant is. Het meest illustratief vond ik de wijze waarop wij rond de raadsverkiezingen van 2018 werden geduid. De Partij voor de Dieren won zo ongeveer in iedere gemeente waar we meededen. ’s Avonds bij de NOS konden de politieke duiders er geen enkele ­zinnige verklaring voor geven. Na al die jaren wisten de journalisten nog steeds niet waarom ons verhaal aanslaat. De ene verslaggever zei dat we in steden hadden gewonnen, omdat daar een dierentuin is. De andere zei dat het was, omdat in die plaatsen veel katten rondlopen. Heel typisch.” “Het gesprek in de media gaat gewoon niet over ons, wij staan niet op de radar, wij zijn nooit in beeld als de eeuwige vraag opdoemt: en wie wil de in problemen geraakte coalitie helpen? En daar ben ik ontzettend trots op, dat de kiezer ons ook zonder aandacht op tv en in de kranten weet te vinden. Mensen komen niet bij ons omdat wij in het nieuws zijn. Ze komen bij ons omdat we doen wat we doen.” Tips van Kamerveteraan Esther Ouwehand 1. Zorg dat je weet hoe de Kamer werkt. Leer de huisregels uit je hoofd, ken je rechten. Marianne en ik zaten in dat debat over dierenwelzijn met zestig moties, omdat we wisten dat hier ruimte lag voor ons. En het is meerdere keren gebeurd dat ik erachter kwam dat een landbouwminister de volgende dag in Brussel een bepaald standpunt namens Nederland zou innemen — instemmen met de toelating van een nieuw pesticide bijvoorbeeld. Als ik op dat moment een debat had met de minister van infrastructuur, dan vroeg ik de Kamer of ik alsnog een motie mocht indienen, gericht aan de landbouwminister. Met het verzoek om in Brussel vooral een ander standpunt in te nemen. Ik probeer op alle mogelijke manieren maximaal invloed uit te oefenen. Dat ben ik aan onze kiezers verplicht. 2. Focus. Het werk is overweldigend, scherpe keuzes maken is onvermijdelijk. Wij konden alleen zo succesvol worden op het dossier-landbouwgif, doordat we daar continu bovenop zitten. Dat kun je niet met honderd onderwerpen tegelijk. Durf te kiezen. 3. Ga regelmatig naar een bandje ­kijken. Het is goed voor je om even rond te hangen in een vol­ledig andere wereld.

Column Marianne Thieme (Partij voor de Dieren)

Onafhankelijk Papendrecht Onafhankelijk Papendrecht Partij voor de Dieren Papendrecht 11-07-2019 10:53

Vorige week werd voor de 42e keer een met bier en wijn overgoten lobbybarbecue georganiseerd in de tuin van perscentrum Nieuwspoort, betaald door de vlees- en pluimvee-industrie. Alleen leden van het parlement, het kabinet en lobbyisten uit de vee- en vleesindustrie zijn uitgenodigd.

"Onacceptabel dat de parlementaire barbecue nog steeds in deze vorm kan bestaan. Een lobbyfestijn dat openlijk de indruk wekt van verbondenheid tussen politiek en vleesindustrie", zegt PvdD-fractievoorzitter Marianne Thieme.

Saillant detail: direct na afloop van de lobbybarbecue vindt in de Kamer het verantwoordingsdebat met landbouwminister Schouten plaats. Thieme: "Het land zou te klein zijn als de tabaks- of auto-industrie een vergelijkbaar feestje bij Nieuwspoort zou organiseren. Kamerleden behoren zich niet te laten fêteren door een commerciële sector, zeker niet als de belangen van die sector aansluitend in het parlement besproken worden."

Integriteit

Beide Kamers van de Staten Generaal hanteren een gedragscode integriteit. Diners, excursies en evenementen worden daarin uitdrukkelijk genoemd als beïnvloedingsmiddelen waar zorgvuldig mee moet worden omgegaan. Ook dit jaar werd Nederland door de Groep van Staten tegen Corruptie (GRECO) op de vingers getikt voor een gebrek aan duidelijke regels over omgang met lobbyisten. Van politici wordt verwacht dat ze zelf moeten inschatten wat wel of niet mag, staat in het evaluatieverslag van 2019, en dat maakt ze kwetsbaar. Daar is de barbecue op de laatste vergaderdag voor het zomerreces een pijnlijk voorbeeld van. De parlementaire barbecue - sinds 2004 omgedoopt tot ‘Binnenhof Barbecue' omdat dat minder naar belangenverstrengeling riekte - heeft een eigen website, waar volop foto’s staan van bewindslieden, Kamerleden en lobbyisten, die zonder gêne met een glas wijn en een stuk vlees in de hand druk in gesprek zijn. De Tweede Kamer maakte zelfs een officieel promotiefilmpje voor deze lobbybarbecue, met publiek geld gefinancierd en de suggestie wekkend dat het een officieel evenement zou zijn dat boven elke twijfel verheven is.

Verwevenheid

In een KLPD-rapport uit 2003, dat toenmalig minister Donner geheim probeerde te houden, constateerde de Recherche dat de integriteit structureel gevaar loopt door “de verwevenheid van de veehouderijsector met de politiek”. Dat adequate bestrijding van de illegale handel in besmet veevoer wordt tegengewerkt door een “zeer summiere handhaving, geringe pakkans en lage strafmaat”. In meer dan de helft van de in het rapport onderzochte milieumisdrijven is sprake van "corrumperende handelingen". De uitgelekte voedselschandalen in de veehouderij waren volgens het rapport slechts het topje van de ijsberg. Overtredingen in de vee- en vleesindustrie blijven stelselmatig onbestraft, de NVWA krijgt van de politiek te weinig budget voor toezicht en handhaving.

Klimaat­ak­koord: pappen, nathouden en door­schuiven

Partij voor de Dieren Partij voor de Dieren Nederland 28-06-2019 00:00

De Partij voor de Dieren is uiterst kritisch op het vrijdag gepresenteerde klimaatakkoord. Het akkoord negeert de gerechtelijke uitspraak in het Urgenda-vonnis, houdt de vervuiler uit de wind en schuift echte maatregelen door naar 2030. “Dit is een klimaatakkoord van het mogelijke, niet van het noodzakelijke. Pappen, nathouden en doorschuiven. De volgende kabinetten mogen het opknappen”, zegt Marianne Thieme “Compromisme leidt al zeker tien jaar tot het vooruitschuiven van dringende maatregelen, waarbij het kabinet als belangrijkste argument hanteert: ‘het moet wel een beetje leuk en betaalbaar blijven’. Daarmee worden onacceptabele risico’s genomen die leiden tot ernstige gevolgen die niet leuk en niet betaalbaar zullen zijn”, vervolgt de partijleider. Bio-industrie Zo blijkt uit het akkoord dat de grote olifant in de Kamer – de krimp van de veehouderij - nog steeds onbespreekbaar is. De aangekondigde stopregeling is voor de PvdD volstrekt onvoldoende. Thieme: “Het enige dat het kabinet nu doet is de veehouderij voor de zoveelste keer extra subsidies toestoppen. Geld voor varkenshouders die toch al wilden stoppen, meer mestfabrieken voor bruine stroom en meer potdichte stallen.” Biomassa Als het aan de Partij voor de Dieren ligt worden de plannen voor biomassacentrales direct geschrapt. In de antwoorden op recente Kamervragen van Marianne Thieme en Femke Merel van Kooten geeft de minister toe dat de kap van bomen in Nederland netto bijdraagt aan de uitstoot van CO2. “Dit kabinet leeft in een biomassabubbel: eerst een paar bomen planten, maar vervolgens overgaan tot massale boskap om de verbrandingsovens te vullen. Daardoor is er uiteindelijk meer uitstoot dan er wordt bespaard. Kolencentrales moeten uiteraard dicht, maar daar moeten geen houtkachels voor in de plaats komen”, stelt Thieme. Mobiliteit Ook als het gaat om vervoer durft het kabinet geen echte keuzes te maken, zoals meer OV, meer fietsen, minder auto’s, meer elektrisch, verlaging maximum snelheid en een definitieve streep door Lelystad Airport. Thieme: “Wel trekt het kabinet geld uit voor campagnes om de bandenspanning beter te controleren. De gebakken lucht van het zelfbenoemde ‘groenste’ kabinet ooit. We blijven met 130 kilometer per uur naar een onverantwoord warme aarde snellen. Maar wel met harder opgepompte banden...” Gebouwde omgeving Over de gebouwde omgeving heeft het lekkende kabinet in de aanloop naar de presentatie een geregisseerde goednieuwsshow naar buiten gebracht. Alsof én de energierekening kan dalen én de CO2-uitstoot kan worden teruggedrongen door verschuiving van gas naar elektrisch. De Partij voor de Dieren ziet echter geen enkele garantie en geen enkel afrekenbaar doel

Wets­voorstel verbod op onver­doofd slachten naar Kamer

Partij voor de Dieren Partij voor de Dieren Nederland 16-05-2019 00:00

Het nieuwe wetsvoorstel van de Partij voor de Dieren voor een algehele verplichting tot bedwelming van dieren voorafgaand aan de slacht ligt klaar om door de Tweede Kamer in behandeling te worden genomen. De Raad van State heeft advies uitgebracht en stelt dat het voorstel een legitiem doel dient. De PvdD heeft ook haar reactie op het advies afgerond en daarmee kan het wetsvoorstel naar de Kamer. Marianne Thieme: “Ik ben erg blij dat de Raad van State met ons van mening is dat het voorstel een legitiem maatschappelijk belang nastreeft. Ook stelt de Raad dat er ruimte is voor inperking van de vrijheid van godsdienst als het maatschappelijke belang hiermee gediend wordt. Andere Europese landen als Noorwegen, Denemarken en België hebben gebruik gemaakt van deze ruimte en zijn Nederland al voorgegaan in een verbod op onbedwelmd slachten. Nederland kan hierin niet langer achter blijven.” Ondanks de bevestiging van de Raad van State dat het wetsvoorstel een legitiem maatschappelijk belang dient, adviseert de Raad om het wetsvoorstel te ‘heroverwegen’, omdat de maatschappelijke behoefte aan een verbod op onverdoofd slachten onvoldoende zou zijn aangetoond. Thieme deelt deze mening niet: “Het staat buiten kijf dat onverdoofd slachten groot dierenleed oplevert. Binnen de maatschappij leeft een breed gedragen en groeiende verontwaardiging over dit extra leed. De oproep aan de politiek om hier een einde aan te maken is luid en duidelijk”, zegt Thieme. “Die roep horen we niet alleen vanuit de maatschappij. Ook de NVWA, de Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskunde en de Europese vereniging van dierenartsen zijn van mening dat het extra dierenleed door onverdoofd slachten ontoelaatbaar is.” Het wetsvoorstel van Thieme pleit ervoor dat de uitzondering op het wettelijk voorschrift om dieren voorafgaand te verdoven die nu geldt voor halal en koosjer slachten, wordt geschrapt. Het voorstel kent een overgangstermijn van vijf jaar, zodat slachterijen de gelegenheid krijgen om de benodigde aanpassingen te doen. Na deze vijf jaar zullen alle dieren in Nederland worden bedwelmd voordat ze worden geslacht. Plenair debat Met het advies van de Raad van State en de reactie van de Partij voor de Dieren kan het wetsvoorstel nu verder in behandeling worden genomen door de Tweede Kamer. Het voorstel zal eerst schriftelijk worden behandeld waarna het plenaire debat kan plaatsvinden. “Ik kijk uit naar dit debat”, zegt Thieme. “De vrijheid van godsdienst houdt op waar het lijden van anderen -mens en dier- begint. Een grondrecht zoals de vrijheid van godsdienst is nooit absoluut en moet altijd worden afgewogen tegen andere (grond)rechten en zwaarwegende belangen in de samenleving. De bescherming van dieren tegen vermijdbare pijn en stress is zo’n zwaarwegend belang. Het moet voor een dier niet uit maken welk geloof zijn slachter heeft.” Lees hier de memorie van toelichting n.a.v. advies Raad van State Lees hier de reactie na het advies Raad van State Lees hier het wetsvoorstel

Marianne Thieme: "Stoppen met een dieet gebaseerd op vlees­con­sumptie is goed voor onze planeet"

Partij voor de Dieren Partij voor de Dieren Nederland 21-04-2019 00:00

De oprichtster van de eerste partij voor de dieren van de wereld en Kamerlid sinds 2006 in het Nederlandse parlement praat met het publiek na de première van de documentaire '#Powerplant' in Madrid. "Het is een politieke verantwoordelijkheid om subsidies aan de vleesindustrie af te schaffen en een milieuvriendelijke landbouw te ondersteunen." Zo richtte Silvia Barquero, voorzitter van PACMA, zich tot de overvolle zaal van Lazaro Galdiano Museum deze paaszondag. De Pasendagen en de vakantiedagen waren geen excuus voor de tientallen mensen die voor de première van de Nederlandse documentaire #Powerplant kwamen, de vijfde gemakt door de Nicolaas G. Pierson Foundation. Een paar jaar na de veelbekeken Meat the Truth (2007), zet #Powerplant de lijn van die film door, en laat de kijker zich afvragen in welke mate veganistisch eten, eten met respect voor de dierenwereld, een haalbare rem zou kunnen zijn voor klimaatverandering en andere milieuproblemen zoals massale ontbossing en het daaruit voortvloeiende verlies aan biodiversiteit. Barquero riep op om dit probleem te bestrijden door "ons te verplaatsen in hen die lijden en in de nieuwe generaties, niet alleen kijkend naar de volgende verkiezingen" op 28 april. Naast haar, een eregast Tweede Kamerlid sinds 2006 voor de Partij voor de Dieren in Nederland, Marianne Thieme (Nederland, 1972). Oprichter van de eerste dierenpartij in de wereld en de eerste die politieke vertegenwoordiging bereikte, geeft Thieme haar steun aan de Spaanse dierengroep, die bij de verkiezingen van 2016 zonder vertegenwoordiging in het Congres bleef ondanks het feit dat 286.702 stemmen werden behaald. Ze is ook de ster en de director van de documentaire #Powerplant. En zit zich in voor de verdediging van veganisme als een positieve optie voor alle wezens op aarde. Welke effecten heeft de vleesindustrie op het milieu? De vleesindustrie heeft veel effecten, niet alleen op de opwarming van de aarde, maar in alle opzichten. Dieren die massaal gefokt worden in megastallen, bijvoorbeeld, stoten methaangassen uit, die veel giftiger zijn dan koolstofdioxide. Bovendien, om deze dieren te voeden, worden grote akkerbouwvelden aangelegd met ontbossing als gevolg. Naarmate de populatie in de wereld toeneemt en de bevolking meer vlees gaat eten, hebben we drie planeten zoals de onze nodig om dat niveau van consumptie te bereiken. Maar het goede nieuws is dat als we deze velden zouden gebruiken voor andere soorten producten van plantaardige oorsprong, zoals sojabonen of granen, er tot 4.000.000 meer mensen dan tot nu toe kunnen worden gevoed, waardoor we het land kunnen teruggeven aan de natuur. Daarom is de toename van de bevolking op zich een klein probleem. Bovendien is het stoppen met een dieet op basis van vleesconsumptie goed voor onze planeet, voor dieren en voor onze eigen gezondheid. Er zijn veel redenen waarom we onze voeding moeten aanpassen aan een model dat ver van de vleesindustrie is verwijderd. Wanneer we het hebben over maatregelen die bijdragen aan de duurzaamheid van de planeet en het dierenwelzijn (het verbruik van plastics verminderen, recyclen, een veganistische consumptie implementeren), worden consumenten vaak verantwoordelijk gehouden als individuen, maar welke verantwoordelijkheden zouden regeringen en instituten moeten nemen om een ​​verandering op macroniveau aan te moedigen? Overheden hebben hierin een essentiële verantwoordelijkheid hierin, naast bedrijven en consumenten zelf. Op dit moment moedigen ze de vleesindustrie aan met steun en subsidies. Ze zijn hypocriet, het is een tegenspraak dat ze mensen berichten sturen over wat ze niet zouden moeten eten en er tegelijk in geld stoppen zodat we meer vlees gaan eten. In het geval van Spanje, als we willen dat dit land geen woestijn wordt, moeten we niet alleen mensen aanmoedigen om het openbaar vervoer te nemen in plaats van de auto, bijvoorbeeld, maar ook de consumptie van duurzame voeding bevorderen. . Soms zijn voedselalternatieven voor vleesconsumptie te duur in economische termen en werpen zo voor veel mensen een drempel op. De documentaire sprak van de mogelijkheid om specifieke belastingtarieven voor vleesproducenten in te voeren (tot 40% in het geval van rundvlees), maar dit soort maatregelen zou ook de meest kwetsbare boeren kunnen treffen. Hoe gaan we om met deze situatie, zodat deze zich niet alleen tot een elite beperkt? De armste mensen financieren nu al de vleesindustrie via de belastingen, wat we al eerder besproken hebben. Maar als we de meest kwetsbare klassen, die over het algemeen minder toegang hebben tot groenten en fruit voor consumptie en die lijden aan een groter aantal aan consumptie gerelateerde ziekten, willen helpen moeten we ons belastingstelsel wijzigen. Vooral het soort belastingen dat we toepassen op onze grondstoffen, zoals olie, in plaats van te hoge belastingtarieven heffen op lonen (in Spanje, de IRPF). Mensen krijgen zo meer koopkracht en zullen dat geld sneller besteden aan goede producten omdat vleesproducten zwaarder worden belast. En dat het niet langer goedkoper is om vervuilende machines te gebruiken, zoals nu. Is deze paradigmaverandering richting een model van ecologische duurzaamheid en consumptie haalbaar binnen het kapitalistische systeem? Het is belangrijk om het kapitalistische systeem in twijfel te trekken, omdat het schadelijk is voor de planeet. De economische crises die we de afgelopen jaren hebben gehad, waar de mensen uiteindelijk hebben moeten betalen om banken en het financiële systeem overeind te houden, zijn veroorzaakt doordat we geld als doel zijn gaan zien, niet alleen als instrument. We moeten dit veranderen. In Nederland is er al een debat over dat we niet alleen moeten kijken naar economische groei als een indicator van welzijn, maar ook andere elementen prioriteit moeten geven, zoals de veiligheid, duurzaamheid of gezondheid van het land. Sommige initiatieven die bedrijven ontplooien, zoals IKEA die de vegan hotdog vercommercialiseert nadat er een schandaal was over paardenvlees in hun gehaktballetjes, zijn dat positieve initiatieven of eindigt dat in averechtse greenwashing? De multinationals veroorzaken veel problemen, dat is het geval. Maar als ze in staat zijn vegetarisch of veganistisch voedsel te verdelen onder veel, veel mensen, is het niet slecht. Het probleem is bijvoorbeeld dat ze belastingen ontwijken die ze moeten betalen. Daarom moeten we ze bestrijden en ze meenemen in een verandering naar verantwoordelijkheid en duurzaamheid, met speciale aandacht voor hoe we hun activiteiten belasten. In de documentaire, sprekend over IKEA, wordt Oscar Wilde genoemd wanneer hij zegt dat "elke heilige een verleden heeft en elke zondaar een toekomst heeft". Natuurlijk moeten we ons ook verzetten tegen verdragen zoals de CETA of het TTIP, die alleen het voordeel van multinationals nastreven. En met betrekking tot dit alles, waarom is het belangrijk dat er politieke partijen special voor dieren zijn met vertegenwoordiging in de politieke gremia? Omdat mensen alleen om zichzelf geven. Natuur en dieren zijn altijd een bijkomstigheid. Maar als we kijken naar de problemen die we als mensen veroorzaken, beseffen we dat we uitermate antropocentrisch zijn, dat we mensen te veel in het centrum van het universum plaatsen. We vergeten de schade die we onze planeet aandoen, ons ‘huis’. We moeten evolueren naar een meer 'eco-centrisch' model dat het ecosysteem centraal stelt. De dierenpartijen maken zich zorgen over alle bewoners van de planeet: mensen en dieren. Traditionele politieke partijen houden zich alleen bezig met menselijke wezens: rijk, arm, christen of wat dan ook, maar ze concentreren zich slechts op één ding. PACMA, in Spanje, is een partij die niet slechts één actiepunt heeft, omdat er met alles en iedereen rekening wordt gehouden. Dit soort partijen kunnen, ook al hebben ze slechts een politieke vertegenwoordiging van één of twee zetels, in de huidige contexten van parlementaire fragmentatie met meerdere middelgrote of kleine partijen, het verschil maken bij coalitieonderhandelingen. In het geval van het Spaanse Congres, zouden ze niet alleen nieuwe ideeën en nieuwe doelen kunnen inbrengen, maar kunnen ze ook de balans doen doorslaan in de richting van een meerderheid om te regeren. In Nederland hebben we een intensieve bio-industrie en we schaden veel dieren in ons land. We denken dat we een zeer goede wetgeving hebben met betrekking tot dierenwelzijn, maar de realiteit is dat het nog ver verwijderd is van echte bescherming. We hebben nog steeds wetten nodig, net als in Spanje, en ze moeten ontwikkeld worden zowel binnen de Europese Unie als in de lidstaten zelf. Dit artikel is verschenen op de Spaanse website Publico: https://www.publico.es/internacional/entrevista-marianne-thieme-marianne-thieme.html

Statement van Esther Ouwehand: Voor ...

Partij voor de Dieren Partij voor de Dieren VVD 's-Gravenhage 03-04-2019 08:11

Statement van Esther Ouwehand: Voor wie - op basis van de berichtgeving in de Telegraaf, TPO en andere media - de indruk heeft gekregen dat de Partij voor de Dieren gaat samenwerken met FvD: geen zorgen, dat gaan we niet doen. Hieronder kun je lezen wat Marianne wél gezegd heeft op ons congres 👇 Dat ze wijst op de achtergrond van Paul Cliteur als het gaat om dierenrechten (ten opzichte van Henk Bleker, die zich als adviseur landbouw naar binnen lijkt te wurmen bij FvD) wil niet zeggen dat wij zijn andere opvattingen delen. In tegendeel. We nemen ferm afstand van zijn anti-moslimuitspraken en zullen discriminerende politiek altijd bestrijden, van wie die ook afkomstig is Zie ook hoe we (samen met GL) het minst vaak meestemmen met FvD (en nóg minder met de VVD trouwens) 👉 https://partijgedrag.nl/partijgelijkenis.php

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.