Nieuws van politieke partijen over D66 inzichtelijk

6 documenten

Inbreng Dennis Groenewold tijdens begrotingsbehandeling

D66 D66 CDA PvdA GroenLinks SGP Partij voor de Vrijheid VVD Partij voor de Dieren 's-Gravenhage 20-02-2020 11:28

Op 20 februari 2020 behandeld de Haagse Gemeenteraad de programmabegroting voor de periode 2020-2023. In zijn inbreng kijkt onze fractievoorzitter Dennis Groenewold naar het Den Haag van de toekomst. Hij zet een aantal maatregelen op rij die ervoor zorgen dat we onze stad toekomstbestendig maken. Zijn volledige inbreng, inclusief de ingediende moties, staat hieronder:

Voorzitter,

Ik wil u meenemen naar het jaar 2030. Den Haag heeft inmiddels rond de 600.000 inwoners. De woningmarkt is hersteld en door slimme oplossingen kan Den Haag zelfs blijven groeien.

We fietsen massaal en toch moeiteloos de stad door. Op de Binckhorst en in Zuidwest rijdt de lightrail, en we hebben net de eerste schop in de grond gezet voor de metro naar zee.

Iedereen krijgt de zorg die hij of zij nodig heeft, en de gemeente heeft daar voldoende budget voor. De wijk waar je bent geboren is niet langer bepalend voor het advies voor de middelbare school. Kinderen spelen op speelpleintjes waar watertappunten staan zodat zij niet langer suikerhoudende drankjes hoeven te drinken.

Mensen met een beperking, ouders met kinderwagens en senioren die slecht ter been zijn kunnen zich makkelijker door de stad bewegen. We hebben de obstakels voor die mensen in de openbare ruimte en het ov weggenomen, waardoor de stad nu echt voor iedereen is.

Visie 2030 Voorzitter, 2030 klinkt misschien nog ver weg. Ik weet dat ik als kind in ieder geval dacht dat auto’s dan zouden vliegen en dat er mensen op Mars zouden wonen, maar dat zal waarschijnlijk niet het geval zijn. Toch is 2030 dichterbij dan we denken. Over tien jaar is het al zo ver. En hoewel het door mij geschetste toekomstbeeld haalbaar is, moeten we wel aan de bak.

Neem bijvoorbeeld de huidige woningnood. We zullen moeten bijbouwen om de groei, maar ook de huidige woning schaarste op te vangen. In de Binckhorst, het CID en Zuidwest zullen tienduizenden mensen hun nieuwe woning vinden. Maar we zullen ook moeten zoeken naar andere oplossingen. Daarom is D66 blij met het idee van de nieuwe eigenaar van de Megastores die daar ook woningen wil realiseren. De manier waarop wij gewend waren te winkelen is al een tijd aan het veranderen. D66 heeft daarom een motie met als dictum:

Roept het college op:

in de volgende retailmonitor te onderzoeken of het aantal winkelgebieden verder kan afnemen; te onderzoeken of wonen boven winkels (in binnenstad veel leegstand op verdiepingen) kan worden gestimuleerd, zodat dit bijdraagt aan een levendige en veiliger omgeving; te onderzoeken welke (leegstaande) winkelpanden buitende hoofdwinkelstructuur in aanmerking komen voor een andere economische functie dan wel wonen; de raad met een brief over de uitkomsten te informeren .

Mede ondertekend door fractiegenoot Daniël Scheper, Kavish Partiman/CDA en Robert Barker/PvdD.

Groen wonen Voorzitter, in 2030 wonen we CO2-neutraal. Nieuwe gebouwen zijn gasloos opgeleverd, en bestaande woningen zijn ook van het gas af. 2020 is daarin een cruciaal jaar. Dit jaar wordt het stedelijk energietransitieplan vastgesteld en dat moet leiden tot duidelijkheid over wanneer voor welke buurt plannen worden gemaakt om van het gas af te gaan. Voor D66 is 2020 hét jaar om de bewoners daarin mee te nemen en over de plannen te communiceren. D66 is blij met de toezeggingen die de wethouder daarover heeft gedaan en zal hier het komende jaar op toezien.

Omgevingswet Voorzitter, in 2030 is de omgevingswet gemeen goed. De Haagse raadsleden, onze opvolgers, en Joris Wijsmuller (die dan hard op weg is het record van dhr. Van der Laar als langstzittende raadslid ooit te verbreken) werken inmiddels al enkele jaren met de omgevingswet. De invoering van deze wet is in Den Haag soepel verlopen door een motie die ervoor heeft gezorgd dat de rol van de raad goed was geregeld. Die motie wil ik nu indienen en heeft als dictum:

Roept het college op:

de urgentie van de wet te laten landen met een uitgebreide informatie campagne.

 Roept het presidium op:

een raadscommissie te laten vormen; met behulp van experts tot een voorstel te komen voor de rol van de Raad in de nieuwe realiteit; hierbij een bijpassende, nieuwe vergaderorde uit te werken; hiertoe budget vrij te maken om advies van externe experts in te winnen.

Mede ondertekend door fractiegenoot Daniël Scheper, Mariëlle Vavier van GroenLinks en Robert Barker/PvdD.

Aanpakken ondermijning Voorzitter, in 2030 is Den Haag veiliger dan ooit. De inzet op het aanpakken van ondermijning heeft zijn vruchten afgeworpen. Dankzij de in 2020 gestarte pilot in de Weimarstraat is er succesvol beleid uitgerold over de hele stad waardoor de verknoping van de onderwereld met de samenleving gestopt is.

Voor iedereen toegankelijk Voorzitter, in 2030 kunnen mensen met een beperking op een gelijkwaardige manier meedoen in onze stad. Ideeën om dit voor elkaar te krijgen worden dadelijk met meerdere partijen gepresenteerd in een gezamenlijke inspiratienota. Een innige samenwerking tussen lokale overheid, ondernemers, onderwijsinstellingen en belangenorganisaties is nodig om de stad toegankelijker te maken. Daarom dient D66 de volgende moties in, met als dicta:

te onderzoeken om samen met belangenorganisaties voor mensen met een beperking, ondernemerskoepels en onderwijskoepels een Platform Toegankelijkheid op te richten, de uitkomsten hiervan te betrekken bij de Integrale Toegankelijkheidsvisie en de raad voor september 2020 te informeren.

Mede ondertekend door fractiegenoot Marieke van Doorn en Remco de Vos/VVD, Erlijn Wenink/GL, Ismet Bingol/CDA en Janneke Holman/PvdA, Peter Bos/HSP, Tahsin Cetinkaya/IS, Pieter Grinwis/CU-SGP, Robin Smit/PvdD, Lesley Arp/SP, Frans Hoijnk van Papendrecht/50+, Janice Roopram/HvDH-GdM en karen Gerbrands/PVV.

En de motie:

Roept het college op:

in samenwerking met belangenorganisaties voor mensen met een visuele beperking een analyse te maken van de huidige knelpunten bij blindegeleidelijnen en deze bevindingen mee te nemen bij nieuwe plannen en aanpassingen van de buitenruimte; nog dit jaar een bewustwordings-, en handhavings-campagne te starten die alle Hagenaars wijst op het belang van het vrijhouden trottoirs; ook dit jaar aan te sluiten bij de landelijke campagne ‘Houd de lijn vrij’, met bewustwording en handhaving op het vrijhouden van blindengeleidelijnen in de stad.

Mede ondertekend door Marieke van Doorn, Remco de Vos/VVD, Erlijn Wenink/GL, Ismet Bingol/CDA,  Janneke Holman/PvdA, Peter Bos/HSP, Tahsin Cetinkaya/IS, Pieter Grinwis/CU-SGP, Robin Smit/PvdD, Lesley Arp/SP, Frans Hoijnk van Papendrecht en karen Gerbrands/PVV.

Gezond leven Voorzitter, in 2030 kan iedereen bij de openbare speel- en sportplekken in de stad een slokje water nemen van een watertappunt, zoals afgesproken in het coalitieakkoord ‘Samen voor de Stad’. D66 zou graag zien dat in 2020 wordt begonnen met de locaties waar de Special Olympics dit jaar gaan plaatsvinden. Daarom de volgende motie met als dictum:

bij het plaatsen van de watertappunten voorrang te geven aan de sportlocaties waar de SONS2020 worden georganiseerd, rekening houdend met de periode dat de SONS2020

Mede ondertekend door collega Marije Mostert en de woordvoerders van alle andere fracties.

Voorzitter, de grote problemen die bijna alle gemeenten in 2020 hadden rondom de zorg en jeugdhulp horen in 2030 tot het verleden. In Den Haag hebben de genomen maatregelen geleid tot een gezondere situatie. Het uitgangspunt dat iedereen de zorg krijgt die hij of zij nodig heeft, staat daarbij voorop. We hebben alles gedaan om de beschikbare zorggelden optimaal in te zetten, en na een sterke lobby is er meer geld vanuit het rijk gekomen.

Gelijke kansen in het onderwijs en daarna En voorzitter, een goede start begint met gelijke kansen in het onderwijs. In 2030 hebben we samen met de scholen en de overheid het hoofd geboden aan het hardnekkige lerarentekort. Ieder kind krijgt de kansen die het verdient om een gelukkig, succesvol, en zelfstandig leven op te bouwen. Het leerkansenprofiel is al uitgegroeid tot een stevig onderdeel van het reguliere schoolbeleid, maar is helaas nog steeds urgent gezien het hoge aantal brugklasleerlingen met een leerachterstand. Natuurlijk is het belangrijk de effectiviteit van de lessen te meten. Daarom dient de fractie van D66 een motie in, met als dictum.

de effectiviteit van de LKP-lessen bij deelnemende scholen te meten naar vaardigheden zoals taal, rekenen en talentontwikkeling en in de LKP-monitor mee te nemen. aanbevelingen te doen en deze zsm met de raad te delen voordat de Haagse Educatieve Agenda wordt behandeld.

Mede ondertekend door D66-onderwijs woordvoerder Fonda Sahla en Mikal Tseggai van de PvdA.

Voorzitter, in 2030 hebben we de huidige mismatch tussen het aanbod van werk en arbeidspotentieel weggewerkt. Dit hebben we mede bereikt door  leerlingen beter voor te bereiden op de arbeidsmarkt van de toekomst. Ook hebben we er alles aan gedaan om kinderen al op vroege leeftijd hun talenten te laten ontdekken en kennis te laten maken met een voor sommigen niet vanzelfsprekende techniek en wetenschapsrichting. Het verbreden van het cultuuronderwijs met techniek en wetenschap is hier naar de mening van D66 belangrijk in. Daarom dient mijn fractie de volgende motie in, met als dictum:

te onderzoeken hoe de expertise bij de huidige “cultuurcoaches” uitgebreid kan worden met Wetenschap en Techniek en hiermee de scholen te ondersteunen met de ontwikkeling van goed Wetenschap en Techniekonderwijs; met ROC’s/MBO-opleidingen in overleg te gaan om hun mogelijke rol te onderzoeken bij de kennismaking met Wetenschaps- en techniekopleidingen.

Mede ondertekend door Fonda Sahla en Serpil Ates van GL.

Ru Paré Voorzitter, deze toekomstbeelden wil ik afsluiten met een terugblik op ons verleden. We vieren dit jaar 75 jaar vrijheid. Een vrijheid die we kunnen vieren dankzij de mensen die daarvoor gestreden hebben. Vanochtend hoorde jullie een van mijn voorgangers in de Haagse raadsfractie van D66. Hanneke Gelderblom was in 1970 lid van de eerste fractie van mijn partij in de Haagse gemeenteraad. Dat zij raadslid kon worden, is te danken aan de heldendaad van Ru Paré. Deze vrouw redde 52 joodse kinderen uit Den Haag van een reis naar de concentratiekampen door hen te helpen onder te duiken. Ru Paré is dan ook een echte held, iemand die in het jaar dat wij 75 jaar vrijheid vieren, verdient te worden vereerd. Wat D66 betreft wordt er daarom een Haagse school naar Ru Paré vernoemd. Wij dienen daarom de motie in met als dictum:

met schoolbesturen in overleg te gaan en een inspanning te plegen een school naar deze verzetsheldin te laten vernoemen.

Mede ondertekend door Fonda Sahla en de woordvoerders van alle partijen.

Toekomstbestendig Den Haag Voorzitter, ik rond af. 2020, 2030 of 2040 of welk jaar dan ook. Wat wij hier met elkaar afspreken in de raad heeft gevolgen voor de toekomst van deze stad. Een toekomst die veel onzekerheden en uitdagingen. D66 is ervan overtuigd dat we met de voorliggende begroting en de door ons ingediende moties de stad toekomstbestendig maken en de stad er financieel solide voorstaat, zodat we ook die onzekerheden en uitdagingen aankunnen.

The post Inbreng Dennis Groenewold tijdens begrotingsbehandeling appeared first on Onze stad.

“Moestuin Harvest moet blijven”

Haagse Stadspartij Haagse Stadspartij GroenLinks D66 Partij voor de Dieren 's-Gravenhage 10-10-2019 06:42

Het dit jaar opgeleverde huurappartementencomplex Harvest aan de Oude Haagweg beschikt over een prachtige moestuin met een gemeenschappelijke schuur. Het is een onmisbare ontmoetingsplek geworden waar de bewoners van de 184 appartementen en omliggende buurtbewoners elkaar steeds beter leren kennen, waardoor de sociale cohesie nu al sterk is. Onlangs heeft projectontwikkelaar Van der Vorm Vastgoed laten weten dat de moestuin moet verdwijnen voor de bouw van nog eens 29 woningen. De bewoners zijn hier furieus over. Peter Bos, raadslid van de Haagse Stadspartij, neemt het op voor de bewoners en heeft samen met SP, GroenLinks, Partij voor de Dieren en D66 schriftelijke vragen gesteld.

Peter Bos: “De huurders zijn op een walgelijke manier om de tuin geleid door de projectontwikkelaar. In allerlei brochures en publicaties van de projectontwikkelaar zijn de huurders van de vrije sectorwoningen gelokt met het Urban Farming concept met een groene moestuin. Voor veel huurders was dit een doorslaggevende reden om hier te gaan wonen. Ook is de huurders steeds verzekerd dat de moestuin zou blijven bestaan.”

In schriftelijke vragen met daarbij bewijzen van de verkooppraktijken van Van der Vorm Vastgoed en makelaar Frisia heeft Peter Bos aan het college gevraagd om er voor te zorgen dat het Urban Farming project kan blijven.

Peter Bos: “De huurders voelen zich zwaar belazerd nu de moestuin en de schuur dreigen te verdwijnen. We willen allemaal dat Den Haag een groene stad blijft, dat stadslandbouw gestimuleerd wordt en de sociale cohesie in wijken en buurten verbeterd wordt. Ik hoop echt dat de projectontwikkelaar zich aan z’n belofte houdt en het onzalige plan om de moestuin vol te bouwen intrekt”.

Schriftelijke vragen: Bedreigde moestuin Harvest Oude Haagweg

Indiener: Peter Bos, Haagse Stadspartij

Datum: 30 september 2019

Aan de voorzitter van de gemeenteraad,

Op 6 september 2019 is er een omgevingsvergunning aangevraagd voor de bouw van 29 woningen op het adres Nieuw Rozenburgstraat ongenummerd. Hierover stellen wij overeenkomstig artikel 30 van het Reglement van orde de volgende schriftelijke vragen:

1. In hoeverre past het plan voor de 29 woningen in het “Projectdocument Nieuw Rozenburgstraat 8 en 10 en uitgangspunten herontwikkeling Oude Haagweg” (RIS137875)?

2. Welke onderdelen van het projectdocument en de uitgangspunten zijn inmiddels gerealiseerd en welke onderdelen moeten nog worden gerealiseerd?

3. In hoeverre past het plan voor de 29 woningen in het vigerende bestemmingsplan?

4. In hoeverre en op welke wijze is de grond van het plangebied Oude Haagweg gesaneerd en welk gedeelte moet nog gesaneerd worden?

5. De 29 woningen wil de ontwikkelaar gaan bouwen op het binnenterrein van het appartementencomplex Harvest. Dit complex met 184 huurwoningen is begin 2019 opgeleverd. De ontwikkelaar van de 29 woningen is dezelfde als de ontwikkelaar van de 184 huurwoningen, namelijk Van der Vorm Vastgoed. Is dit juist? Zo nee, waarom niet?

6. Sinds de start van de bouw in 2017 is het project Harvest in de markt gezet met de belofte aan potentiële huurders dat sprake zou zijn van een Urban Farming concept. Op de bouwplaats werd een moestuin met schuur gerealiseerd die direct door omwonenden, toekomstige bewoners en bouwvakkers in gebruik werd genomen. In plaats van het slaan van een eerste paal, werd een eerste fruitboom geplant. Omwonenden, toekomstige bewoners en bouwvakkers kregen de sleutel van de schuur. Is dit juist? Zo nee, waarom niet?

7. In een persbericht (zie bijlage 1) verklaarde Simon IJsselstein, manager Onderhoud en Ontwikkeling bij Van der Vorm Vastgoed het volgende: “Ons doel is het creëren van een community, een gemeenschap. We willen van de bestaande industriële omgeving, die vroeger voor veel overlast zorgde, iets groens en positiefs maken. Het idee van een moestuin, met grote kas, ontstond. Hier is het mogelijk gezamenlijk groente en fruit te verbouwen. Dit fenomeen wordt ook wel ‘urban farming’ genoemd. (..) De moestuin blijft voor hen, na de oplevering van Harvest, gewoon beschikbaar. We willen dat iedereen deze nieuwe plek gaat omarmen en duidelijk maken dat iedereen welkom is.” Is dit juist? Zo nee, waarom niet?

8. De moestuin en de schuur hebben zich ontwikkeld tot een onmisbare sociale en groene ontmoetingsplek. Het zorgt voor veel sociale cohesie en de nieuwe huurders en buurtbewoners hebben er erg veel plezier van. Met de bouw van de 29 woningen op het binnenterrein dreigt de moestuin met schuur te verdwijnen. Is dit juist? Zo nee, waarom niet?

9. In het coalitieakkoord is het volgende vastgelegd: “We gaan op zoek naar mogelijkheden om moes- en volkstuinen zoveel mogelijk te behouden en uit te breiden.” Is dit juist? Zo nee, waarom niet?

10. Ontwikkelaar Van der Vorm en makelaar Frisia hebben het project nadrukkelijk in de markt gezet met het Urban Farming concept. Van der Vorm (zie bijlage 2): “Harvest biedt voor haar bewoners en voor de buurtbewoners, de mogelijkheid van zelfvoorzienend wonen door moestuinen in een gemeenschappelijk stadstuin. Frisia (zie bijlage 3): “Uniek aan Harvest is dat de appartementen beschikken over een eigen moestuin waar je heerlijk kunt ontspannen na een week hard werken. Een ideale plek voor Urban Farming en elkaar te ontmoeten! Naast deze tuin beschikt Harvest ook nog over een mooi aangelegde daktuin op de derde verdieping.” Door deze beloftes hebben veel huurders zich laten verleiden om hier te gaan wonen. Ook het in het complex opgenomen Groepswonenproject heeft zich hierdoor laten leiden. De huurders voelen zich belazerd nu de moestuin en de schuur dreigen te verdwijnen. Begrijpt het college de gevoelens van de bewoners en is het college bereid om actie te ondernemen om er voor te zorgen dat de moestuin en de schuur behouden blijven? Zo nee, waarom niet?

Peter Bos

Lesley Arp

Marielle Vavier

Robert Barker

Daniel Scheper

Gemeente geeft regie uit handen door nieuwe grondpolitiek

Haagse Stadspartij Haagse Stadspartij D66 VVD 's-Gravenhage 24-07-2019 11:18

Het college kiest voor een meer liberale koers als het gaat om de grondpolitiek. Dat blijkt uit de nieuwe nota Grondbeleid en het voorstel over de verkoop van bloot eigendom bij erfpacht. In de raadsvergadering van 18 juli 2019 stemde de Haagse Stadspartij tegen beide voorstellen. Peter Bos, raadslid van de Haagse Stadspartij, legt uit waarom:

Een nieuwe nota Grondbeleid was hard nodig. De oude nota uit 2012 ging nog uit van faciliterend grondbeleid. Dat had alles te maken met de vastgoedcrisis, waardoor de investeringen in bouwprojecten fors waren teruggevallen. We zitten nu weer in een periode van hoogconjunctuur, met projectontwikkelaars en investeerders die bulken van het geld en dan dien je als overheid de teugels stevig in handen te nemen, anders rolt de markt genadeloos over je heen. Afscheid nemen van faciliterend grondbeleid en overschakelen naar actief grondbeleid, zou je denken.

De nieuwe nota Grondbeleid stelt wat dat betreft ernstig teleur. Het faciliterend grondbeleid blijft het uitgangspunt en actief grondbeleid wordt slechts mondjesmaat toegestaan. Bovendien hebben we t.o.v. 2012 totaal andere opgaves. De enorme bevolkingsgroei, de mobiliteitsvragen, de energietransitie en de vele duurzaamheidsambities vereisen juist nu een stevige regie van de overheid.

Anno 2019 is er een enorme strijd om de ruimte; veel ontwikkelaars en corporaties zijn op zoek naar grondposities. Maar dit college zit met deze nieuwe nota niet aan het stuur, maar op de achterbank. En dan heb je het nakijken en geldt het recht van de sterkste. Met als gevolg dat maatschappelijke, sociale en culturele functies achterblijven bij de groei van de stad, en dat de belangen van bewoners en ondernemers in wijken en buurten ondergeschikt worden aan de belangen van de markt. De Haagse Stadspartij vindt dat zorgelijk. We vinden dat het de hoogste tijd wordt dat de gemeente de regie neemt met een stevig en actief grondbeleid. Helaas gebeurt dat niet.

Bloot eigendom

Ook het raadsvoorstel “Verkoop bloot eigendom” vindt de Haagse Stadspartij ongewenst. Opnieuw zien we dat de gemeente de regie verder uit handen geeft. Niet zo zeer aan de markt, maar vooral aan de individuele huiseigenaar.

Bloot eigendom is het stukje eigendom dat in handen van de gemeente blijft als het erfpacht eeuwigdurend is afgekocht. In de praktijk komt het er op neer dat de erfpachtvoorwaarden in stand blijven. Daarmee kan de gemeente afdwingen dat panden goed onderhouden en gebruikt worden. Ook houdt de gemeente grip op grondspeculatie en komen sommige financiële voordelen toe aan de gemeente. Met de verkoop van bloot eigendom verliest de gemeente deze voordelen. In 2008 is de verkoop van bloot eigendom ingevoerd in een deel van de stad en met dit voorstel komen er flink wat wijken bij.

De voorstanders van dit voorstel hebben als enige argument dat het een gevoelskwestie is. Bloot eigendom geeft de woningbezitter het gevoel dat hij of zij ook echt en volledig eigenaar is, stellen met name VVD en D66. Maar gaat het om het gevoel of om de feiten? De Haagse Stadspartij wil graag serieuze politiek bedrijven op basis van feiten en niet op basis van irrationele gevoelens van individuele woningbezitters. Een eigenaar die de erfpacht eeuwigdurend heeft afgekocht heeft helemaal niets aan bloot eigendom. Het kost de koper alleen maar geld en de gemeente verliest grip op de stedelijke ontwikkeling.

De erfpachtvoorwaarden zijn in de visie van de Haagse Stadspartij onmisbare bepalingen om publieke belangen bij de ontwikkeling van de stad te waarborgen. Met behoud van het bloot eigendom houdt de gemeente een grondpositie. De mogelijkheid van erfpachtsuppletie blijft in stand zodat financieel moet worden afgedragen als sprake is van lucratief ander gebruik, een verbouwing of bij nieuwbouw.

Maar dat zijn niet de enige voordelen. Met de erfpachtvoorwaarden kan ook het gebruik van panden worden gestuurd. Een voorbeeld is de kwestie van de haatzaaiende prediker, die een pand had bemachtigd om daar zijn ongewenste activiteiten uit te oefenen. Dat kon alleen dankzij de erfpachtakte worden voorkomen. In de meeste erfpachtaktes staat ook dat gebouwen goed onderhouden moeten worden. Ook kan worden vastgelegd dat woningen betaalbaar moeten zijn, ook voor langere tijd. Als straks de Omgevingswet wordt ingevoerd verliezen we veel grip op het gebruik van panden en dan zullen erfpachtvoorwaarden zeer van pas komen.

Met erfpacht blijft de grond in eigendom van de gemeente en daarmee in handen van ons allemaal. Het is een sturingsinstrument dat ten goede komt aan de samenleving als geheel. Wie kiest voor het verder inperken van erfpacht kiest voor het individueel belang en niet voor het algemeen belang. Daarom is de Haagse Stadspartij geen voorstander van dit raadsvoorstel.

Toch zie ik nog een positief punt. Dit voorstel is namelijk voortgekomen uit het initiatiefvoorstel van de heren Worsdorfer (VVD) en van Asten (D66) uit 2016. Van dat initiatiefvoorstel is weinig overgebleven. Gelukkig maar. Want het initiatiefvoorstel had als belangrijkste punt het volledig uitfaseren van het erfpachtsysteem. Dat idiote punt is van tafel, want dat zou betekenen dat de stedelijke ontwikkeling van Den Haag verder geprivatiseerd zou worden en dat moet je niet willen.

Tijdens de raadsbehandeling diende Peter Bos een motie in om bij verkoop van bloot eigendom de erfpachtvoorwaarden te behouden. Ook diende hij een amendement in om bij uitgifte van de grond door de gemeente altijd te kiezen voor erfpacht. Beide voorstellen werden verworpen.

Den Haag wil een diverser en eerlijker kunstklimaat, maar hoe?

Haagse Stadspartij Haagse Stadspartij D66 's-Gravenhage 23-07-2019 14:37

De Haagse gemeenteraad heeft -met de gebruikelijke tegenstem van de PVV- unaniem ingestemd met het Beleidskader Kunst en Cultuur. Het beleidsstuk van cultuurwethouder Robert van Asten (D66) geeft aan wat de gemeente belangrijk vindt voor de komende Kunstenplanperiode (2021-2024) en vormt de basis voor het beoordelen van subsidieaanvragen van culturele instellingen. Peter Bos, raadslid van de Haagse Stadspartij, is positief gestemd over het beleidskader, maar heeft ook kritiekpunten. Concrete stappen om de culturele diversiteit van de instellingen te verbeteren ontbreken. Daarnaast is onduidelijk wat de financiële consequenties zijn van de Fair Practice Code, een maatregel om kunstenaars en medewerkers beter te gaan betalen. Hierover diende Peter Bos met wisselend succes moties in.

In onderstaand betoog de visie van Peter Bos op het Beleidskader

Beleidskader Kunst & Cultuur 2021-2024

Dank voor dit goed geschreven beleidskader. Het is toegankelijk en inhoudelijk sterk, complimenten. Het gaat om een onderwerp dat de Haagse Stadspartij nauw aan het hart gaat. Zonder kunst & cultuur is het leven voor veel mensen bloedeloos en saai en zeker voor een grote stad als Den Haag is een florerend cultureel klimaat van levensbelang.

De Haagse Stadspartij is verheugd dat wordt voortgebouwd op veel van wat met eerdere beleidskaders al in gang is gezet. Heel veel zaken waar de afgelopen periode op is ingezet zien we terug. Ik noem het makersklimaat, broedplaatsenbeleid en het versterken van de cultuurankers.

Nieuw in dit beleidskader is de aandacht voor Fair Pay, oftewel eerlijke beloning. Ook daar ben ik blij mee. Werken in de culturele sector is -zacht uitgedrukt- geen vetpot (70% van de kunstenaars in NL heeft een inkomen op of onder bijstandsniveau). Ook nieuw is de aandacht voor inclusie. Dat is hard nodig, want de diversiteit van publiek, makers en bestuurders laat nog veel te wensen over.

De grote vraag is of de wensen van het college die in het beleidskader staan wel realistisch zijn. Want aan de ene kant vraagt het college de sector om personeel en makers beter te gaan betalen, maar tegelijkertijd moet dat wel binnen de beschikbare financiële middelen. Extra geld voor deze beleidswens biedt het college niet en dat is teleurstellend. De instellingen moeten maar minder voorstellingen gaan maken of commerciëler gaan werken, is eigenlijk de boodschap van het college. Gevolg is ook dat de kunstinstellingen straks noodgedwongen minder kunnen experimenteren en innoveren, terwijl dat nu net een beleidswens is van dit college. De begrotingen van de instellingen zullen door de hogere arbeidskosten flink stijgen, zodat er ook meer subsidie aangevraagd gaat worden. Dat betekent dat er mogelijk veel instellingen buiten de subsidieboot gaan vallen, omdat het subsidiebudget absoluut niet toereikend is.

(De motie die Peter Bos indiende om onderzoek te doen naar de kosten van de Fair Practice Code werd aangenomen).

Het beschikbare kunstbudget van de gemeente is niet meegegroeid met de bevolkingsgroei. Er zijn sinds 2014 zo’n 30.000 Hagenaars bijgekomen. Deze groei is niet vertaald in hogere budgetten voor het Kunstenplan. Alleen de jaarlijkse trend (inflatie) en de 1 miljoen extra uit het Coalitieakkoord zijn er bijgekomen en daar moeten we het mee doen.

Inclusie

Inclusie en diversiteit krijgen meer nadruk in het beleidskader dan ooit. Dat is belangrijk, want er valt nog een hoop werk te doen op dat vlak. De diversiteit van de stad wordt nog lang niet goed genoeg gerepresenteerd in de culturele sector. Op de podia, in het publiek, bij het personeel en in de bestuurskamer is de kleur wit nog steeds dominant. Dat blijkt ook uit het onderzoek dat hiernaar is gedaan. Dat gaat niet vanzelf veranderen en daar moet stevig op gestuurd gaan worden. De intenties van het college zijn goed, maar vrijblijvend.

(De motie die Peter Bos indiende om de instellingen te verplichten om met een nulmeting te komen op het gebied van diversiteit en jaarlijks te monitoren haalde het net niet).

Huisvesting

Als het gaat om de financiën drukken de huisvestingskosten een zwaar stempel op de begroting van de culturele instellingen. De gemeente bezit en verhuurt 68 cultuurpanden. Is het college bereid om per instelling aan te geven wat de kosten en de baten zijn van de verhuur van de verschillende panden en hoe hier nog voordelen te behalen zijn? (De wethouder gaf aan om met een overzicht te komen).

De verschillende kunstdisciplines staan goed omschreven in het beleidskader. Ik ben erg blij met de ontwikkeling van het filmklimaat in Den Haag. Eindelijk is er voortgang geboekt. Het Haags Filmhuis als filmeducatiehub is een interessante stap. Goed ook om te lezen dat Haagse filmproducties goed ondersteund gaan worden. Ik pleit voor een fonds voor Haagse filmproducties, want dat missen filmmakers in Den Haag.

Op het gebied van de Letteren heb ik zorgen. In tegenstelling tot de meeste andere kunstdisciplines ontbreekt in het beleidskader aandacht voor het makersklimaat in de sector Letteren. Schrijvers en dichters heeft Den Haag in vele soorten en maten, maar ondersteuning en samenwerking is er nauwelijks. Een van de weinige organisaties die daar iets aan doet is Extaze, die met een literair tijdschrift, een website en presentaties veel Haagse makers een podium biedt. Dat zou zeker in de komende periode verder versterkt kunnen worden.

Debat wordt voor het eerst als kunstdiscipline naar voren gebracht in het beleidskader. Uiteraard heeft debat een belangrijke functie, maar ik zie niet zo goed in waarom dat als onderdeel van de culturele sector moet worden gezien.

Over de toekomst van de Amerikaanse ambassade zal ik kort zijn. De optie om het Eschermuseum een paar deuren te verhuizen naar de ambassade is voor mijn partij nog geen uitgemaakte zaak. Een andere culturele invulling dan Escher kan ook interessant zijn en echt iets nieuws en extra’s gaan betekenen. Ik heb een serie schriftelijke vragen hierover ingediend, en het voert te ver om daar nu verder op in te gaan.

Jammer dat het Migratiemuseum geen steun meer krijgt van dit college. Dat het Netwerk Erfgoed Haagse Migranten wel positief wordt gewaardeerd door het college is positief, maar een volwaardig Migratiemuseum is in onze hyperculturele en superdiverse stad eigenlijk onontbeerlijk.

Broedplaatsen

De Haagse Stadspartij ziet dat de wethouder veel waardering heeft voor broedplaatsen. In het voorwoord stelt de wethouder zelfs dat Den Haag zich onderscheidt met het succesvolle broedplaatsenbeleid. In het beleidskader wordt toegespitst op de Binckhorst als plek waar broedplaatsen zich kunnen ontwikkelen. Maar juist daar zijn de mogelijkheden wel zo’n beetje op, met alle plannen die er inmiddels zijn. De wethouder komt binnenkort nog met een update van het broedplaatsbeleid en zal -zoals in de laatste raad toegezegd- gaan kijken welke gebieden geschikt zijn naast de Binckhorst. Ik zie daar uiteraard zeer naar uit. Maar ondanks de mooie woorden en toezeggingen van de wethouder blijven er veel zorgen. Er zit geen geld voor broedplaatsen in het financiële kader en ook niet in het coalitieakkoord. Veel broedplaatsen zijn tijdelijk en nieuwe plekken zijn door de vastgoedhausse moeilijk te vinden. In de vorige periode zijn veel nieuwe broedplaatsen gerealiseerd die zich sterk hebben ontwikkeld, maar op dit moment weinig zekerheid hebben, zoals WD4X, De Helena, Trixie, Kunstpost, Helicopter etc. Ook n.a.v. het onderzoek naar een nieuw middenpodium voor popmuziek wijst het college naar broedplaatsen als mogelijk alternatief voor het gewenste middenpodium. De conclusie die ik helaas moet stellen is dat het college de broedplaatsen een zeer belangrijke rol geeft, maar dat niet waardeert in middelen en inzet.

De ambities van dit beleidskader zijn fors en de eisen die we aan de subsidieaanvragers gaan stellen zijn niet misselijk. We vroegen de afgelopen jaren al heel veel van de cultuursector en de opgaves nemen met dit beleidskader behoorlijk toe. De forse bezuinigingen uit 2013 zijn nog steeds niet helemaal teruggedraaid en dat is schrijnend.

Ik vind het ook ongepast dat je als overheid eist van instellingen om hun personeel en kunstenaars eerlijk te gaan belonen, terwijl je daar zelf niets aan wilt bijdragen. Ook de gemeente zal een “fair pay” moeten bieden aan de culturele sector.

Haagse Stadspartij en D66: “Geen Burger King op de Grote Markt”

Haagse Stadspartij Haagse Stadspartij D66 VVD 's-Gravenhage 22-07-2019 14:49

De mogelijke komst van een Burger King naar de Grote Markt zien de fracties van de Haagse Stadspartij en D66 niet zitten. Raadslid Peter Bos van de Haagse Stadspartij: “Fastfoodhoreca op deze plek is volstrekt misplaatst. Het vloekt met het prachtige Rijksmonument de Volharding en met de sfeer en het karakter van het Popdistrict op en rond de Grote Markt.” Daniel Scheper, D66: “Ik pleit al enige tijd voor een betere branchering, zodat we de groei van fastfood kunnen stoppen. Het college moet nu echt in actie komen”.

De geruchten over de komst van de hamburgerketen naar de Grote Markt leiden tot veel verontwaardiging in de stad. Gebleken is dat wethouder Revis (VVD) op 29 april 2019 een vergunning heeft verleend voor de vestiging van een restaurant. De eigenaar van het pand Accres Real Estate wil niet zeggen of het gaat om een Burger King.

In schriftelijke vragen wijzen de twee raadsleden op het gemeentelijk beleid voor de Grote Markt. In diverse nota’s wordt de Grote Markt geroemd als pophotspot met een eigen sfeer gericht op muziek.  Peter Bos: “Het college hecht veel waarde aan een zorgvuldige ontwikkeling van het Popdistrict op en rond de Grote Markt, maar bij het verlenen van de vergunning is totaal niet getoetst aan het beleid voor de Grote Markt”. Het gaat om het beeldbepalende pand op de hoek van de Grote Markt en de Grote Marktstraat, een Rijksmonument uit 1927 dat bekend is onder de naam de Volharding, een creatie van de architect Jan Buijs. De Volharding was de naam van een socialistische coöperatie die het gebouw destijds liet bouwen voor propagandadoeleinden middels lichtreclame, uniek voor die tijd.

Daniel Scheper, raadslid voor D66: “Den Haag telt inmiddels meer dan 450 fastfoodzaken. Branchering is hard nodig. Ik heb vorig jaar van het college de toezegging gekregen dat daar naar gekeken gaat worden, zodat we niet op elke straathoek een fastfoodtent krijgen”.  Ook het Voedingscentrum Nederland en tal van wetenschappers vinden dat de opmars van fastfood in de publieke ruimte moet stoppen. Met name in de grote steden is het aanbod aan friet, hamburgers, kebab en pizza enorm. Bij een groter ongezond aanbod, neemt voor de consument de verleiding toe. Meer ongezond eten leidt tot hoger risico op overgewicht en ziekten als diabetes type 2, hart- en vaatziekten en sommige vormen van kanker. Tenslotte zijn ook veel dierenwelzijnsorganisaties en milieuorganisaties kritisch over de groei van hamburgerketens.

Hieronder de schriftelijke vragen:

Schriftelijke vragen: Burger King Grote Markt

Indieners: Peter Bos, Haagse Stadspartij en Daniel Scheper, D66

Datum: 22 juli 2019

Aan de voorzitter van de gemeenteraad,

Op 29 april heeft het college een omgevingsvergunning verleend voor het veranderen van het kantoorgebouw Grote Markt 22 tot kantoor en restaurant.

Hierover stellen wij overeenkomstig artikel 30 van het Reglement van orde de volgende schriftelijke vragen:

1. De vergunning betreft het veranderen van de functie van de begane grond, de entresolvloer en kelder van het kantoorgebouw ‘De Volharding’ in een restaurant. Gebleken is dat de aanvraag niet voldoet aan de bestemming Kantoor-2’, genoemd in artikel 14 van de planregels van het bestemmingsplan voor wat betreft het gebruik als middelzware horeca. Het bestemmingsplan biedt geen toereikende afwijkingsmogelijkheid voor de geconstateerde strijdigheid. Het college  is bereid gebleken de afwijking van de desbetreffende bestemmingsplanregels toe te staan op grond van artikel 2.12, lid 1, onder a, sub 2º, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, juncto artikel 4, lid 9 bijlage II van het Besluit omgevingsrecht (Bor). Is het juist dat de vergunning is verleend met toepassing van de zogenaamde kruimellijst? Zo nee, waarom niet?

2. Is het juist dat het college beleidsvrijheid heeft als het gaat om het toepassen van de kruimellijst? Zo nee, waarom niet?

3. Is het juist dat de verhuurder van het pand in gesprek is over de vestiging van Burger King in het pand? Zo nee, waarom niet?

4. Was het college op het moment van het verlenen van de vergunning hiervan op de hoogte? Zo nee, waarom niet?

5. Is de vergunning verleend zonder dat vaststond welke restaurant er in het pand zou komen? Zo ja, waarom?

6. En zo ja, waarom is een vergunning verleend zonder te toetsen welk restaurant hier zou komen?

7. Is het college met ons van mening dat een restaurant wezenlijk verschilt van een fastfoodinrichting? Zo nee, waarom niet?

8. Het college heeft als motivering voor het afwijken van het bestemmingsplan het volgende gesteld in de vergunning:

Omdat transformatie van een gedeelte van het kantoor in bestaand beleid past en omdat horeca op deze plek voorstelbaar is heeft het college besloten om mee te werken aan dit initiatief en de vergunning te verlenen.

Het college verwijst daarvoor o.a. naar de Kantorenstrategie, de Horecavisie en het Binnenstadsplan. Is dit juist? Zo nee, waarom niet?

9. In de vergunning wordt uit het Binnenstadsplan m.b.t. de Grote Markt het volgende geciteerd:

Deze plekken fungeren als bestemmingen, elk met een eigen profiel en aantrekkingskracht. Dit zijn bij uitstek locaties voor onder andere horeca. Vooral op de pleinen is de horeca dominant en sfeerbepalend.

Het Binnenstadsplan stelt verder dat bij het verder ontwikkelen van horeca- en uitgaansgebieden, waaronder de Grote Markt, horeca alle ruimte krijgt.

In werkelijkheid staat er in het Binnenstadsplan:

Deze plekken fungeren als bestemmingen, elk met een eigen profiel en aantrekkingskracht. Dit zijn bij uitstek locaties voor horeca, evenementen en terrassen, maar soms ook juist rustpunten. Bestemmingen zijn als attractiepunten van groot belang voor de leesbaarheid van de stad. Ze zijn niet alleen in ruimtelijke zin duidelijk herkenbaar, maar ook vanuit de functie (representatie) en voor de bijbehorende doelgroepen. Het gaat om: Grote Markt: pophotspot, uitgaanscentrum.

Welke sferen worden er in welk gebied gecreëerd? Horeca- en uitgaansgebieden: het Plein en het Buitenhof (historisch), het Spui (modern), Grote Markt (pop). Bij het verder ontwikkelen van deze locaties krijgt horeca alle ruimte.

Waarom heeft het college niet de volledige tekst en in context over de Grote Markt geciteerd?

10. In het Binnenstadsplan staat verder nog:

Belangrijke opgaven voor de schakels rondom de Winkel Kern: Grote Markt: poppodium; verbinden van het hoge en het lage niveau.

Het culturele aanbod in de binnenstad maakt van Den Haag een toeristische ‘must see’ bestemming en Culturele Hoofdstad 2018. Cultuur manifesteert zich in verschillende vormen in de sferen van de binnenstad: Grote Markt: muziek, pophotspot.

In 2020 staat de Haagse binnenstad in Nederland bekend om de culinaire kwaliteiten en toonaangevende (meng-) formules.

De Grote Markt, het Plein en het Buitenhof zijn aantrekkelijke horecapleinen geworden met ieder een eigen publiek. In het algemeen geldt dat Den Haag meer een stad van kwaliteit is dan van trendy concepten. Den Haag is een echte restaurantstad, maar wordt nog te weinig als zodanig (h)erkend.

De Haagse binnenstad zal ook op het gebied van uitgaan levendiger moeten worden. Dit gebeurt door:

Het verder ontwikkelen van een pophotspot met uitgaansvoorzieningen, gericht op jongeren en muziek op en rond de Grote Markt.

Welke sferen worden er in welk gebied gecreëerd? Horeca- en uitgaansgebieden: het Plein en het Buitenhof (historisch), het Spui (modern), Grote Markt (pop).

Waarom heeft het college deze onderdelen van het Binnenstadsplan niet genoemd in de vergunning?

11. In het Binnenstadsplan staat verder:

De gemeente hanteert op basis van de nota ‘Strategisch Locatiebeleid Binnenstad’ een pro-actieve aanpak om gewenste ontwikkelingen mogelijk te maken en aan te jagen. Het strategisch locatiebeleid vormt een belangrijke basis voor de aanpak van locaties in dit Binnenstadsplan. Strategisch locatiebeleid wordt verder geïntensiveerd.

Gaat het m.b.t. het pand Grote Markt 22 om een strategische locatie? Zo nee, waarom niet?

12. Past de vestiging van een Burger King op deze plek in het strategisch locatiebeleid? Zo ja, hoe?

13. Volgens de Horecavisie telt onze stad ruim 450 fastfood-ondernemingen. Is het college met ons van mening dat een verdere groei van het aantal fastfood-ondernemingen ongewenst is? Zo nee, waarom niet?

14. Wanneer komt de wethouder met de uitwerking van de branchering, zoals toegezegd tijdens de behandeling van de kadernota Detailhandel, en met de uitwerking van de detailhandelnota?

15. In de Haagse aanpak gezond gewicht 2010-2014 voor jongeren met overgewicht staat voedsel centraal. De aanpak richt zich op het voorkomen van overgewicht door kinderen te stimuleren gezonder te eten: op school, thuis, op de sportclub en in de vrije tijd. Is het college met ons van mening dat de vestiging van een fastfoodketen als Burger King in een uitgaanskern (waar veel jongeren komen)  in het kader van gezond eten volstrekt ongepast is? Zo nee, waarom niet?

16. In de Popnota staat het volgende m.b.t. de Grote Markt:

Het Popdistrict rondom de Grote Markt wil zich verder ontwikkelen tot een trekpleister voor partijen uit de popsector.

Net zoals dat het Museumkwartier rondom het Lange Voorhout een gebied is waar veel musea en erfgoed bezienswaardigheden zijn, heeft het gebied rondom de Grote Markt zich ontwikkeld tot Popdistrict, een plek waar veel initiatieven rond popmuziek plaatsvinden. De komende jaren wil het Popdistrict zich verder ontwikkelen tot een gebied waar steeds meer partijen uit de popsector naar toe trekken of zich vestigen. De Grote Markt en de aangelegen horeca- en cultuurgelegenheden bieden met regelmaat een podium aan muzikanten. Sinds 2017 wordt de naam Popdistrict gehanteerd (voorheen PopHotSpot). De programmering staat namelijk niet alleen op één spot maar verspreidt zich over het gebied rondom de Grote Markt: van het Paard en het Koorenhuis tot aan de Grey Space in the Middle, Lutherse Kerk, het Nutshuis en de Rootz. In de bijlage is een overzichtskaart van het Popdistrict opgenomen. Er bestaat binnen het Popdistrict een samenwerking tussen culturele en horecaondernemers en ook culturele partners zoals Musicon en het Haags Pop Centrum.

Beleidsvoornemen – De ontwikkeling van het Popdistrict zorgt voor een levendige binnenstad, een verhoging van de leefbaarheid en vergroot de aantrekkingskracht en positionering van het gehele gebied. Het college zal de ontwikkeling van het Popdistrict stimuleren.

Is het college met ons van mening dat de Popnota ook een ruimtelijk relevant beleidskader is? Zo nee, waarom niet?

17. Waarom heeft het college de Popnota niet genoemd als beleidskader bij het verlenen van de vergunning?

18. Is het college met ons van mening dat de vestiging van een Burger Kingfiliaal op de Grote Markt verstorend is voor de beleving van het Rijksmonument? Zo nee, waarom niet?

19. Is het college bereid om er alles aan te doen om de vestiging van Burger King op de Grote Markt te voorkomen en een andere beter passende invulling te bewerkstelligen? Zo nee, waarom niet?

Peter Bos                                    Daniel Scheper

Haagse Stadspartij                   D66

Haagse Stadspartij: Bohemen verdient status beschermd stadsgezicht

Haagse Stadspartij Haagse Stadspartij D66 's-Gravenhage 20-12-2018 12:30

De Haagse gemeenteraad heeft donderdag 20 december het bestemmingsplan Bohemen vastgesteld. Peter Bos, raadslid van de Haagse Stadspartij, heeft een motie ingediend om te onderzoeken of Bohemen kan worden aangewezen tot gemeentelijk beschermd stadsgezicht.

Het gaat om een conserverend bestemmingsplan voor een gebied waar weinig nieuw ontwikkelingen worden verwacht en waar behoud het uitgangspunt is. Voor de Haagse Stadspartij is dit echter niet genoeg. Peter Bos: “Bohemen is stedenbouwkundig en architectonisch een prachtige wijk die nog vrijwel ongeschonden is. Beroemde architecten als Co Brandes hebben hier veel mooie ensembles en panden ontworpen. De architectuur is veelal in de stijl van de Nieuwe Haagse School. Ook zijn de waterlopen, de zichtlijnen en de symmetrische opgezette bouwmassa’s van de wijk erg bijzonder”.

Wethouder Robert van Asten (D66), verantwoordelijk voor monumentenzorg, vond het een sympathieke motie, maar betoogde dat de wijk onvoldoende stedenbouwkundige samenhang heeft om te worden aangewezen tot beschermd stadsgezicht. In de ogen van Peter Bos baseerde hij zich op achterhaalde informatie. Na de toezegging van de wethouder om volgend jaar een werkbespreking te houden, hield Bos de motie aan. Wordt vervolgd dus.

Hieronder de motie:

De raad van de gemeente Den Haag, in vergadering bijeen op 20 december 2018, ter bespreking van het Voorstel van het college inzake vaststelling bestemmingsplan Bohemen (RIS 301098).

Constaterende, dat:

– in de toelichting van het bestemmingsplan Bohemen de cultuurhistorische waarden worden genoemd, die o.a. ontleend zijn aan het Monumenten Inventarisatie Project (MIP) waarin de bijzondere kwaliteiten van dit plangebied zijn onderzocht en omschreven;

– de belangrijkste cultuurhistorische waarden als volgt zijn omschreven:

* De in de Nieuwe Haagsche Schoolstijl opgetrokken flats ontworpen door de architect Co Brandes;

* De bebouwing aan het trechtervormige Pinksterbloemplein, eveneens van Brandes;

* De in de zijstraten en aan de hoefijzer-vormige binnenstraten gerealiseerde eengezinswoningen in architectuur gebaseerd op de Nieuwe Haagsche Schoolstijl;

* Het overgrote deel van de waterlopen in het plangebied die onderdeel zijn van de oorspronkelijke opzet van het vooroorlogse uitbreidingsplan, of onderdeel van het na-oorlogse wederopbouwplan en die van cultuurhistorische waarde zijn;

* De vier cultuurhistorisch waardevolle zichtlijnen:De zichtas vanaf het Savornin Lohmanplein richting de duinen, de zichtas vanaf de Laan van Meerdervoort naar het Daltonlyceum samen met de monumentale opzet van de bebouwing aan het Pinksterbloemplein. En de twee waardevolle zichtlijnen ter plaatse van de Hoefbladlaan en de Lobelialaan;

* De karakteristieke panden die in het MIP zijn geïnventariseerd met naast beschermde monumenten ook karakteristieke panden die niet beschermd zijn.

Van mening dat:

– cultureel erfgoed in de wijk Bohemen ruimschoots aanwezig is en sloop hiervan ongewenst is;

– Bohemen een stedenbouwkundig, architectonisch en cultuur-historisch bijzonder en gewaardeerd gebied is waarvan een groot deel nog intact is en derhalve een goede bescherming verdient.

Verzoekt het college:

– te onderzoeken of Bohemen – of delen daarvan – kan worden aangewezen tot gemeentelijk beschermd stadsgezicht en de raad over de uitkomsten hiervan te informeren.

En gaat over tot de orde van de dag.

Peter Bos

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.