Nieuws van politieke partijen in Noord-Brabant inzichtelijk

581 documenten

Brabants provinciebestuur doof voor noodkreet kunst- en cultuursector

SP SP D66 CDA PvdA GroenLinks SGP Partij voor de Vrijheid VVD Partij voor de Dieren Noord-Brabant 11-09-2020 14:07

Foto: Portraits van Corpo Máquina

 

Ondanks de noodkreet van maar liefst 21 Brabantse cultuurorganisaties om hen te hulp te schieten, heeft het provinciebestuur van VVD, CDA, FvD en LokaalBrabant geen cent extra voor hen over. Het voorstel van de SP om de betrokken instellingen deels tegemoet te komen, vond vandaag geen enkel gehoor. De huidige coalitie heeft niet alleen weinig met cultuur, maar heeft er ook niet veel voor over. De betrokken instellingen zien dat als kapitaalvernietiging. Er dreigt een enorme verschraling, juist nu de eerdere investeringen in de Brabantse cultuur hun vruchten beginnen af te werpen.

En er was reden voor hoop. Gedeputeerde van Pinxteren (Vrije tijd, Cultuur en Sport) heeft immers zelf de minister opgeroepen om met extra geld te komen om daarmee alle door het Fonds Podiumkunsten positief beoordeelde aanvragen waarvoor onvoldoende budget gereserveerd is, alsnog te kunnen honoreren. Daarmee zouden alsnog 12 Brabantse makers/gezelschappen jaarlijks zo’n 1.8 miljoen aan rijksmiddelen ontvangen. Een verzoek dat van Pinxteren deed omdat: “als er nu geen geld bij komt staan veel makers buiten de vier grote steden (red.: in de Randstad) met lege handen”.

Ondanks deze gevolgen wil van Pinxteren die oproep niet op zichzelf van toepassing verklaren. En ook al hebben de betrokken 21 makers/gezelschappen en festivals allen een positief advies van de Adviescommissie BrabantStad Cultuur, er komt geen cent extra bij. Nurettin Altundal, woordvoerder cultuur van de SP, stelde dat van Pinxteren zo zijn geloofwaardigheid verliest. “Het is niet geloofwaardig als u iets van de minister vraagt, wat u zelf weigert te doen”.

Het SP voorstel werd uiteindelijk gesteund door GroenLinks, D66, PvdA en Partij voor de Dieren, maar haalde het niet door de tegenstemmen van VVD, CDA, FvD, PVV, 50plus, Cu/SGP en LokaalBrabant. Een teleurstelling voor de betrokken makers en gezelschappen die nu - zoals gedeputeerde van Pinxteren erkende - met lege handen achterblijven en noodgedwongen een onzekere toekomst tegemoet gaan. Het culturele veld werd natuurlijk al stevig geraakt door de coronacrisis, maar met het uitblijven van deze provinciale hulp is het maar de vraag of de betrokken organisaties dit overleven. Het lijkt het huidige provinciebestuur vooralsnog niets uit te maken.

Actuele Motie: Goed voorbeeld doet goed volgen – Ine Meeuwis

D66 D66 GroenLinks PvdA Partij voor de Dieren Noord-Brabant 11-09-2020 13:09

Motie Goed voorbeeld doet goed volgen

Afgelopen maand deden bestuurders van 9 niet-Randstadprovincies, waaronder Noord-Brabant, een oproep aan de minister van Cultuur en de Tweede Kamer. Zij spreken hun verbazing uit over het feit dat regionale groepen en gezelschappen van landelijke betekenis, met hoge kwaliteit en geworteld in hun omgeving, een positief advies kregen, maar geen budget. Zij vrezen dat daardoor een verschraling van het culturele aanbod in betrokken provincies.

 Constaterende:

dat het advies van het Fonds Podiumkunsten niet-Randstedelijke provincies “perplex heeft doen staan”, gezien de onevenwichtige verdeling van Rijksmiddelen over Nederland; dat daartoe negen provinciebesturen, waaronder Noord-Brabant, de minister van Cultuur en de Tweede kamer hebben opgeroepen de regionale groepen en gezelschappen met “een positief advies maar geen budget”, alsnog van een budget te voorzien; dat het IPO pleit voor verhoging van het budget om alle positief beoordeelde aanvragen van het FPK te honoreren en aanbod in het hele land te garanderen; dat onder de makers en gezelschappen met “een positief advies maar geen budget” bij het FPK makers en gezelschappen zijn te vinden die wel al kunnen rekenen op subsidie vanuit Noord-Brabant (House of Nouws, Paul van Kemenade, Katja Heitmann, Matzer en Panama Pictures); dat er anderzijds makers en gezelschappen zijn met “een positief advies maar geen budget” van de Adviescommissie BrabantStad Cultuur, die wel kunnen rekenen op subsidie van het FPK (Afslag Eindhoven, Corpo Maquina, Strijbos & van Rijswijk); dat een overeenkomstige situatie geldt voor BioArt Laboratoriesin relatie tot de BIS, waar deze aanvraag landelijk is gehonoreerd, is er provinciaal sprake van “een positief advies maar geen budget”. dat er anderzijds makers en gezelschappen zijn met “een positief advies maar geen budget” bij zowel FPK als de Adviescommissie BrabantStad Cultuur (Capella Pratensis, Stichting The 100 Hands en Dyana Donck Company),

Overwegende:

dat een oproep aan de minister van Cultuur en Tweede kamer om extra budget ter beschikking te stellen voor makers en gezelschappen met “een positief advies maar geen budget”, ongeloofwaardig is als de provincie niet ook zelf aan deze oproep gehoor geeft; dat indien aan de oproep om extra budget te reserveren voor alle positief beoordeelde aanvragen bij het FPK gehoor wordt gegeven, tot een bedrag van 1,55 miljoen per jaar aan extra rijksmiddelen naar onze provincie kan komen; dat als we zelf het goede voorbeeld geven en ook als Brabant betrokken aanvragen met een positief advies maar geen budget, alsnog van een extra budget voorzien, daartoe een reservering nodig is van 654.200 euro per jaar voor aan de BIS en FPK gelieerde aanvragen.

 Roepen het college van Gedeputeerde Staten op:

ter bekrachtiging van de oproep aan de minister van Cultuur en de Tweede kamer, gezien hun positieve advies bij zowel BIS, FPK als de Adviescommissie BrabantStad Cultuur de aanvragen van BioArt Laboratories, Afslag Eindhoven, Corpo Maquina, Strijbos & van Rijswijk, Capella Pratensis, Stichting The 100 Hands en Dyana Donck Company alsnog te honoreren; daartoe voor de komende 4 jaar (planperiode) 2.616.800 euro te reserveren. Bij voorkeur uit de algemene middelen.

 

SP                                                       GroenLinks                                                      D66

Nurettin Altundal                           Anne van Diemen-Verkijken                       Ine Meeuwis-van Langen

 

Partij voor de Dieren                     PvdA

Marco van de Wel                         Edith van Dijk

Het klimaatbeleid, de energietransitie, zal rechtvaardig zijn, of zal er niet zijn.

SP SP Noord-Brabant 11-09-2020 10:28

(Tekst uitgesproken door Maarten Everling bij de themavergadering 11-9-2020 over de RES)

Het klimaatbeleid, de energietransitie, zal rechtvaardig zijn, of zal er niet zijn.

Voorzitter, dat bedoel ik niet in de zin van: de dood, of de gladiolen. Alles of niets. Ik bedoel hem anders: rechtvaardigheid als vóórwaarde voor een succesvol klimaatbeleid en een succesvolle energietransitie. Ik kom hier straks uitgebreid op terug.

Voorzitter. Ik kan helemaal in gaan op de 4 verschillende RES’en in Brabant. Of eigenlijk in bijzonder: op de bestuurlijke reactie van GS op die van de MRE. Dat zou reuze interessant zijn, daar zouden we echt genoeg over kunnen melden. Maar eigenlijk vind ik het niet kies om 1 Brabantse RES hier volledig te bespreken, te bekritiseren en vervolgens GS huiswerk mee te geven voor de definitieve bestuurlijke reactie. Dat riekt naar willekeur en daar passen we voor. Bovendien vind ik dit vooral ook een zaak van onze volksvertegenwoordigers in de betreffende regio’s. Hiermee wil ik niks afdoen aan het feit dat er door de vier regio’s keihard is gewerkt aan de concept-RES’en en ik wil de vier vertegenwoordigers van de regio’s ook danken voor hun heldere presentaties.

Maar wat voor nu interessanter voor ons is, vind ik toch de rol die het nieuwe college voor zichzelf ziet. En hoe wij: PS, onze provinciale rol zien. Blijven we op een afstandje kijken? Geven we een paar tipjes? Of gaan we all-in?

Voorzitter, wij maken ons zorgen om grofweg twee aspecten van de huidige gang van zaken:

De betrokkenheid van bewoners Verdeling lusten-lasten

Betrokkenheid van omwonenden

Het is ontzettend belangrijk dan omwonenden van wind- of zonne-energie projecten goed betrokken worden. Kunnen ‘participeren’. Niet de klassieke overval tactiek die je doorgaans hoort: projectontwikkelaar dropt een plan en alles lijkt al in kannen en kruiken. Dit is dé manier om mensen op tegen je in het geweer te jagen. Of het nu over een windmolen of een kerncentrale gaat. Inspreker Jeroen Verhoeven had het er ook al over: wij willen méédoen. En terecht, het gaat wel om hún omgeving, mogelijk ook hún gezondheid. Maar wat houdt dat dan in? Meedenken? Meedoen? Meebeslissen? Wat ons betreft alle drie! Maar hoe staat GS hierin?  Ik hoorde Gedeputeerde de Bie net zeggen: we willen dicht op de burger zitten. Is daar nu sprake van dan?

Omwonenden hebben vaak goede en realistische ideeën. Hierbij was bijvoorbeeld bij de opschaling in het Karolinapolder óók sprake van. Ze hadden een alternatief dat aan álle voorwaarden voldeed… behalve dan dat het bedrijf dat er achter zat, vond dat ze daar te weinig aan konden verdienen. En daarmee kom ik op de verdeling lusten en lasten.

Verdeling lusten en lasten

Ilse van den Meijdenberg van Energie Gezond Waalwijk had het ook al over sociale wind: het zou volgens haar het draagvlak vergroten. Voorzitter, naast betrokkenheid is het gevoel van een eerlijke verdeling van lusten en lasten ongelooflijk belangrijk. Het voelt voor iemand die onder een windmolen woont natuurlijk buitengewoon oneerlijk dat de energiecowboys subsidies opslurpen, winsten in hun zakken stoppen, terwijl de bewoners alle lasten dragen, inclusief het financieren van de subsidies via de Opslag Duurzame Energie in hun energierekeningen. Wat ons betreft: stop de energiecowboys, neem zélf de regie. 

De rechtvaardigheid zit hem in de combinatie van deze twee aspecten. Waar wij ons zorgen over maken is dit: wij zien die rechtvaardigheid niet. Het schort aan inzet daarop bij beide aspecten. Omwonenden worden niet of nauwelijks betrokken en van een eerlijke verdeling van de lusten en de lasten is ook geen sprake. Wat is de reactie van GS hierop? En is GS van plan om deze twee randvoorwaarden voorop te stellen en daar vol mee aan de slag te gaan? Wat ik nu zie is puur de procesrol. Daar gaan we het niet mee redden en gaat de energietransitie roemloos ten onder.  Of is dat misschien uiteindelijk toch het doel van deze gedeputeerde?

Stageplekken voor onze MBO studenten – Eric Logister

D66 D66 Noord-Brabant 10-09-2020 14:35

Morgen is er een Corona-bijpraatuur met Gedeputeerd Staten. Hier wil D66 stilstaan bij de ontwikkelingen in het onderwijs en dan met name het MBO. Dat dit onderwerp actueel is blijkt wel uit alle noodsignalen die de MBO instellingen afgeven. Hier is ook in de media uitgebreid aandacht aan besteed. Met name gaat het om het tekort aan stages (onder meer telegraaf en rtl nieuws). Door corona is er de afgelopen maanden een groot tekort ontstaan aan stageplekken, juist voor mbo’ers. Bedrijven willen uit voorzorg geen extra mensen op de werkvloer hebben, hebben het te druk om mensen op te leiden of er ligt simpelweg te weinig werk. Onze MBO’ers komen in de knel door te weinig stages. Het probleem is nu accuut voor onze MBO-studenten. Er zijn nu dus geen stageplekken voor de belangrijke werknemers van morgen.

In gesprekken met Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven blijkt bovendien dat de komende weken cruciaal zijn om acties uit te voeren om onze MBO-studenten aan een stage te helpen.

D66 stelt daarom morgen deze vragen aan de verantwoordelijk Gedeputeerde:

Voor het zomerreces hebben wij al aandacht gevraagd voor deze problematiek. Wat heeft u in de tussentijd gedaan om deze problematiek aan te pakken? Wij hebben op social media gezien dat u in gesprek bent met diverse partijen uit bedrijfsleven en HBO. Bent u ook in gesprek met het MBO-veld? Hoe kijkt u aan tegen de samenwerking van onderwijs en bedrijfsleven en de Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB). Wat is uw rol hierin en welke stappen denkt u de komende cruciale weken te nemen?

Wij gaan er van uit dat de gedeputeerde hier bovenop zit en onze MBO’ers snel aan de slag kunnen.

 

 

Het bos is (’s nachts) van de dieren – Janneke van Kessel

D66 D66 Noord-Brabant 10-09-2020 14:22

D66 Statenlid Janneke van Kessel reageert op berichtgeving in het Brabants Dagblad. Ze maakt zich sterk voor de dieren in het bos: stop daarom met het dumpen van afval is de natuur, ook als je het feestbeest uithangt.

De afgelopen week was in het nieuws dat het drukker is dan ooit in de Brabantse bossen. Wildkamperen, vuurtjes, barbecues, drugsdumpingen en illegale feesten zijn een aantal voorbeelden hiervan. Door deze drukte neemt ook de overlast toe en dat heeft effect op de natuur. Dat blijkt ook uit een enquête van het tv-programma De Monitor onder boswachter en groene boa’s.

Door de coronamaatregelingen is het niet meer mogelijk op stap te gaan zoals jongeren gewend zijn. Ze organiseren daarom feestjes in de bossen en laten na afloop ook een heleboel troep achter.

Maar al veel langer is dumping in de natuur een probleem. Eerder organiseerde de provincie daarom op initiatief van onder andere D66 de campagne ´Een dumper is een stumper’. De campagne was succesvol en veel toezichthouders en boswachters zagen een positief effect.

Het bos is in de nacht van de dieren en niet van de mensen. D66 vindt de recente publicatie aanleiding om opnieuw in te zetten op het voorlichten over de effecten van afvaldumpingen in de Brabantse natuur.

Om dit verhaal kracht bij te zetten stelde van Kessel de volgende vragen aan Gedeputeerde Staten. Is de gedeputeerde het met D66 eens dat de toenemende drukte in de Brabantse natuurgebieden met de daarbij horende overlast, aanleiding is om hierop actie te ondernemen?

Ziet de gedeputeerde ook dat een herhaling van de succesvolle campagne “Een dumper is een stumper”, ditmaal specifiek gericht op jongeren, een goed instrument is?

Is de gedeputeerde bereid om de campagne op korte termijn te starten? Zoja, wanneer is dit mogelijk?

Vragen over situatie busvervoer in Brabant

SP SP D66 PvdA Noord-Brabant 31-08-2020 10:38

De situatie van het busvervoer in Brabant is zeer zorgelijk . Vanwege veel lagere passagiersaantallen door Corona dreigen lijnen opgeheven te worden of veel minder te gaan rijden.  Daarom heeft de SPfractie samen met D66 en de PvdA de volgende vragen gesteld: 

Via onze partijgenoten in Eindhoven zijn wij geïnformeerd over het exploitatieplan 2021 van Hermes. Het betreft een presentatie en deze is in de bijlage [1]van deze brief meegezonden voor uw informatie.

Sinds maart hebben Hermes en Arriva bijna 90% van hun reizigers verloren. Het herstel gaat voorzichtig en hoe het zich op lange termijn ontwikkeld is nog erg onzeker. Veel mensen denken dat thuiswerken in de toekomst vaker voor zal komen; ook zeggen meer mensen de fiets of de auto te overwegen ten koste van het openbaar vervoer. Hiermee dreigt het basisnetwerk van openbaar vervoer in Brabant als een kaartenhuis in elkaar te vallen. Onze steden en dorpen worden minder bereikbaar, omdat het schrappen van dienstlijnen zeer waarschijnlijk is. Zeker als de tegenvallende reizigersaantallen voortduren. Dat brengt ons tot de volgende vragen:

1. Erkent uw College de noodzaak van het opgebouwde OV-netwerk in onze provincie voor de bereikbaarheid van de steden en dorpen in Brabant en welke impact heeft het schrappen van dienstlijnen volgens haar op het OV-netwerk?

2. Welke mogelijkheden ziet uw College om het huidige OV-netwerk zoveel mogelijk in stand te houden?

3. Welk instrumentarium heeft u om concessiehouders te ondersteunen in deze moeilijke tijd?

4. Waarom heeft uw College nog geen OV-steunpakket gepresenteerd?

5. Als concessieverlener is de provincie voor een groot deel verantwoordelijk voor de banen van werknemers bij de concessiehouder. Hoe ziet u deze verantwoordelijkheid?

6. Zijn er de afgelopen weken al ontslagen gevallen? Zoja, hoeveel? Zijn er in de afgelopen weken als ZZP-chauffeurs danwel chauffeurs die in dienst zijn van uitzendbureau’s minder ingehuurd? Zoja, hoeveel?

7. Welke inspanning verricht u om de werknemers baanbehoud te geven, ondanks tegenvallende reizigersaantallen? Is de inzet van deeltijd-WW volgens u een mogelijkheid voor deze werknemers?

8. Heeft u gesprekken met de concessiehouder over ontslagen van werknemers? Welke inspanning verwacht u van de concessiehouder op het gebied van re-integratie wanneer er ontslagen vallen? Ziet u omscholing, werk-naar-werk trajecten als goede instrumenten en gaat u de concessiehouder hierop wijzen?

9. Kan het College ons informeren over de stand van zaken rond de Buurtbussen? Tot 1 september is het mogelijk om tegen WMOtarief met de Regiotaxi te reizen in plaats van met de buurtbus. Is dit een volgens u een goed alternatief voor de kleine kernen gebleken? Wat is uw verwachting voor de komende periode?

10. Nu de scholen weer beginnen zien we dat ook scholieren en studenten weer gebruik willen gaan maken van de buurtbussen; mogen zij nu ook de Regiotaxi gebruiken? En is dit financieel betaalbaar?

Wij zien uit naar uw spoedige beantwoording en wensen u wijsheid in de besluitvorming rondom het exploitatieplan 2021.

D66 en CDA op de bres voor bushalte Dinteloord

D66 D66 VVD CDA Noord-Brabant 29-08-2020 13:19

D66 en CDA maken zich zorgen over plannen van Arriva om een bushalte in Dinteloord te schrappen. In schriftelijke vragen van Coen Hendriks (CDA) en Arend Meijer (D66) aan Gedeputeerde van der Maat (VVD) vragen de partijen om dit voornemen van Arriva terug te draaien. Het gaat om de halte Zuideinde, de enige halte binnen de bebouwde kom van Dinteloord. Vooral voor de minder mobiele inwoners van het dorp is het schrappen van de halte onacceptabel.

Het exploitatieplan 2021 voor Arriva stelt dat de keuze gemaakt is op basis van financiële en reistijd gedreven motieven. CDA en D66 betwijfelen de berekening van de ingeboekte winst van reistijd. De halte in hun buurt wordt immers geschrapt. Inwoners van de kern Dinteloord moeten het laatste stuk met buurtbus, fiets of lopend afleggen, bovendien rijdt de buurtbus niet in de avond en op zondag waardoor van reistijdverkorting op die momenten zeker geen sprake is.

CDA en D66 zien het liefst dat Gedeputeerde Staten het voornemen niet accepteren. In september moeten zij hier een besluit over nemen.

De vragen:

Geacht College,

Via onze partijgenoten in West-Brabant zijn wij geïnformeerd over het exploitatieplan 2021 voor West-Brabant van Arriva. Het betreft een schrijven van de heer Been, regiodirecteur Arriva Zuid en het is in de bijlage van deze brief meegezonden voor uw informatie. Naar aanleiding van deze brief en gesprekken met onze partijgenoten hebben wij de volgende vragen:

Bent u op de hoogte van het voornemen van de gemeente Steenbergen om de halte Zuideinde in Dinteloord naar de rotonde buiten de kom (zie pagina 3) te verplaatsen? De halte Zuideinde wordt enkel door Arriva gebruikt voor bussen die onder de regionale concessie vallen; het ligt dan ook voor de hand dat uw College op een of andere wijze betrokken is bij dit besluit. Klopt dat? Is er overleg geweest met uw College hieromtrent? En welke argumenten zijn er om de halte te verplaatsen? Welke rol heeft Arriva in de totstandkoming van dit besluit? Is hun opvatting meegenomen in de besluitvorming naar uw weten? In het exploitatieplan staat geschreven op pagina 3 dat deze keuze is gemaakt op basis van financiële en reistijd gedreven motieven. Kunt u aangeven hoeveel reistijd deze wijziging bespaart en welke financiële voordelen worden voorzien? Welke consequenties zijn er als deze verwachte resultaten niet worden behaald? Is een dergelijke evaluatie voorzien en op welke termijn? Indien de resultaten tegenvallen, wordt de halte dan teruggeplaatst op de oorspronkelijke locatie? Hoe past deze ontwikkeling in Dinteloord in de OV-visie waarin het streven is om wat grotere haltes te creëren juist in de kernen, zodat de fijnmazige OV-infra in stand gehouden kan worden? Deze keuze heeft een grote impact op de leefbaarheid in het dorp, hoe moeten de mensen die minder mobiel zijn naar het busstation buiten de kom? Of van dit nieuwe busstation terug naar het centrum? Dit alles vanuit de wetenschap dat de buurtbus maar een paar keer per uur rijdt en ’s avonds en op zondag helemaal niet.

In september neemt uw College een besluit over de door Arriva voorgestelde wijzigingen; inclusief dit besluit ten aanzien van Dinteloorde.

Is het College bereid deze voorgenomen wijziging tegen te houden waardoor de kern van Dinteloord goed bereikbaar blijft en reizigers ook in de avond en op zondag eenvoudig het dorp kunnen bezoeken?

Alvast bedankt voor uw reactie,

Coen Hendriks, CDA

Arend Meijer, D66

 

Einde aan horror kruispunt

CDA CDA Noord-Brabant 28-08-2020 13:33

Het was CDA Statenlid Roland van Vugt, nu CDA-Wethouder in Altena die in 2016 pleite voor een snelle aanleg van een rotonde bij de kruising Maasdijk en de provincialeweg N322. De N322 verbindt de snelwegen A2 en A27 met elkaar. Hierdoor, en vanwege de aan deze weg gelegen bedrijventerreinen met veel logistieke transporteurs, wordt de N322 druk bereden door vrachtverkeer. Dagelijks passeren vele tientallen scholieren dit kruispunt. Ook is de Maasdijk een veelgebruikte toeristische fietsroute. Kortom een gevaarlijke mix van verkeerstromen die elkaar op dit kruispunt treffen. Volgens van Vugt was deze kruising een ware horror. Je houdt je hart vast wanneer scholieren hier oversteken, terwijl zwaar vrachtverkeer voorbij dendert en automobilisten langs razen.” De afgelopen jaren hebben diverse ongevallen plaatsgevonden waarvan helaas één met dodelijke afloop. Voor CDA-Altena was dit ook een reden om dit punt op te nemen in haar verkiezingsprogramma om zo een einde te maken aan dit “Horror kruispunt” en samen met de provincie de snelheid erin te houden om dit snel te realiseren. Inmiddels zijn de werkzaamheden bijna gereed en we zijn blij met deze aanpassing die voor weggebruikers de nodige veiligheid zal opleveren.

Vragen van de SP over de uiteenlopende standpunten van de provincie en Waterschap De Dommel over het beheer van het ondiepe grondwater

SP SP Noord-Brabant 27-08-2020 10:52

In het advies van het Waterschap De Dommel (hierna het waterschap) dd 15 oktober 2018 en de zienswijze dd 21 dec 2018, beide n.a.v. de uitbreiding van de onttrekkingsvergunning van Refresco Benelux BV , neemt het waterschap posities in die afwijken van die van de provincie. Dit terwijl toch beide overheden gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor het beheer van het Brabantse grondwater. Het verschil van inzicht bestaat vooral waar het gaat om het ondiepe grondwater (het z.g. grondwaterlichaam Zand Maas) en leidt ertoe dat het waterschap het verruimen van de grondwateronttrekkingsvergunning van Refresco Benelux BV afwijst.

Daar de beschikking tot deze verruimde vergunning nog onder de rechter is, stellen we hier geen vragen die concreet over Refresco gaan. We richten ons hier op een mogelijk beleidsmatig verschil van inzicht met een meer algemene, mogelijk Brabantbrede, strekking.

De politieke uitgangspunten zijn voor de SP het Provinciaal Milieu- en Water Plan (PMWP) 2016-2021 en de Statenmededeling dd 10 april 2018 ‘Grondwateronderzoeken als basis voor ontwikkeling nieuw grondwateronttrekkingsbeleid’. In deze Statenmededeling wordt becijferd dat het feitelijke verbruik van 255 miljoen m3 zeer dicht onder de gemiddelde jaarlijkse aanvulling zit van 260 miljoen m3 , dat de som van alle vergunde onttrekkingshoeveelheden samen 300 miljoen m3 bedraagt (sinds de nieuwe beleidsregel 250 miljoen m3 ). In een warm klimaatscenario is het denkbaar dat de toevoer afneemt en er meer vraag naar grondwater komt. De Statenmededeling stelt dat het grondwaterlichaam Zand Maas stabiel is. De eerste praktische vormgeving hiervan is de nieuwe Beleidsregel dd 07 sept 2018.

Het waterschap meent echter in zijn advies en zienswijze t.a.v. Refresco Benelux BV

dat een afname van de grondwatervoorraad sinds de invoering van de nieuwe Beleidsregel niet meer in het vigerend beleid past. Het waterschap stelt dit ongeclausuleerd. De Beleidsregel borgt de Waterwet en de Kader Richtlijn Water (KRW). Van de KRW mag een verdere verslechtering van grondwaterlichamen niet toegestaan worden. Uw College deelt deze mening niet waar het om het ondiepe grondwater gaat. dat ook de toestand van het ondiepe grondwater een negatieve trend laat zien (“Trendanalyse beregeningsbeleid 2018” door Artesia BV). Uw College stelt dat die trend niet significant is. Te controleren valt dit niet, omdat genoemde studie niet openbaar te vinden is. De Artesia-studie is van na de genoemde Statenmededeling. Extra ondiepe industriële onttrekkingen betekent, als deze een grondwaterdaling veroorzaken, dat de andere verbruikers mogelijk meer moeten beregenen. Zodoende heeft een dergelijk beleid een cumulatieve werking. Nieuwe en verruimde vergunningen moeten wachten op het nieuwe strategische grondwaterbeleid, waarvan men logischer zou verwachten dat het opgenomen wordt in het PMWP vanaf 2021.

Dit alles brengt Henri Swinkels van de SP Statenfractie tot de volgende vragen:

Is uw College bereid om de “Trendanalyse beregeningsbeleid 2018” door Artesia BV aan Provinciale Staten ter beschikking te stellen? In hoeverre is uw College het met Artesia BV eens dat er wel degelijk sprake is van een verslechtering van de toestand van het grondwaterlichaam Zand Maas? Kunt u uw antwoord nader onderbouwen? In hoeverre hebben naar het oordeel van uw College de uitspraken van het waterschap betrekking op een groot deel (mogelijk het hele deel) van de Brabantse zandgronden? Onderschrijft uw College de bewering van het waterschap dat een verhoging van industriële onttrekkingen kan leiden tot een grondwaterdaling nabij de oppervlakte, en dat die weer tot een verhoogde noodzaak tot beregenen kan leiden? Zo ja, welke conclusies trekt u daaruit. Zo nee, waarom niet? Uit de Statenmedeling van 10 april 2018 blijkt dat u de nieuwe Beleidsregel dd 07 sept 2018 9blz 7) koppelt aan het diepe grondwater van Maas Slenk Diep. Het waterschap leest blijkbaar een meer algemene strekking in deze beleidsregel (die dus ook over het ondiepe grondwater gaat). Hoe moet deze Beleidsregel volgens u gelezen worden? Hoe ziet de verdere procesgang richting het nieuwe strategische grondwaterbeleid eruit?

SP en D66 willen inzet provincie bij tekorten aan stageplaatsen in het MBO

SP SP D66 Noord-Brabant 27-08-2020 10:50

Samen met Eric Logister van D66  heeft Nurettin Altundal vragen gesteld aan het College van Gedeputeerde Staten over de tekorten aan stageplaatsen in het MBO.

Geacht College,

In Brabant weten we hoe belangrijk talentontwikkeling is voor de economie. Wij zijn in gesprek met onderwijs en bedrijfsleven om ervoor te zorgen dat onze talentvolle jongeren de kennis en vaardigheden krijgen om een goede start op de arbeidsmarkt te krijgen.

Vandaag start het nieuwe onderwijsjaar met het bericht dat er zorgen zijn over praktijklessen en stages. Onder invloed van Corona lijkt het problematisch bij MBO-studenten om een goede start van hun studiejaar te krijgen. De NOS meldt op maandag 24 augustus dat er zo een 21000 stageplekken te weinig zijn in het bedrijfsleven (zie https://nos.nl/artikel/2345216-mbo-s-beginnen-weer-zorgen-bij-studenten-om-te-weinig-praktijklessen.html ). Het kabinet maakt 30 miljoen euro vrij voor voldoende stage- en werkplekken. De Jongeren Organisatie Beroepsonderwijs maakt zich desondanks zorgen en vreest dat de studenten die de komende weken aan een stage moeten beginnen, daar nog weinig van merken. Ook wij hebben meermalen gepleit om meer in te spannen voor meer (technische) stageplekken.

Dat leidt tot de volgende vragen:

Is het college bekend met de in dit artikel geschetste problematiek? Wat is de orde van grootte van de tekorten in stageplekken in Brabant? Is het college in gesprek met onderwijs en bedrijfsleven over oplossingen voor deze tekorten op korte termijn? Zo ja, wat zijn de oplossingsrichtingen? Zo nee, bent u met ons van mening dat het provinciebestuur hier een aanjagende rol kan spelen?

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.