Nieuws van politieke partijen in Nederland inzichtelijk

125 documenten

Congres 110 | Toespraak Rob Jetten

D66 D66 GroenLinks Nederland 01-07-2020 14:32

In 1966 werd D66 opgericht door voorlopers en vernieuwers. Ze werden geleid door Hans van Mierlo, een katholieke journalist uit Breda die tegen wil en dank uitgroeide tot de Kennedy van de lage landen.

Het is tien jaar geleden dat Van Mierlo voor het laatst op het congres van zijn partij kon zijn. Dat was hier. In deze zaal in het Chassé Theater. In zijn geliefde thuisstad.

Hoewel ik niet kan zeggen hem echt te hebben gekend, mis ik zijn verschijning. Al was het maar vanwege zijn zachte G tussen al die harde g’s en rollende r’en vandaag in Breda. Ik zie de Amsterdamse delegatie nu de wenkbrauwen fronsen. Nee nee, Van Mierlo was geen Amsterdammer. Iets met de grachtengordel? Pech, jongens. Brabantser dan Van Mierlo wordt het niet. Maar wel fijn dat jullie vandaag de tocht naar dit verre oord buiten de ring hebben gemaakt.

Tien jaar geleden hoorde Van Mierlo hier Alexander Pechtold zijn prioriteiten uiteenzetten. Hij schetste de hervormingsagenda van D66 op geheel Pechtoldiaanse wijze: aan de hand van een schilderij. Een nog niet abstracte Mondriaan, in dit geval. In de tien jaar erna, bracht hij onze partij weer naar de top.

Waarde Alexander, vanaf vandaag mag jij je erelid van onze partij noemen. En dat is volkomen terecht. Je zit voor altijd in ons hart. Dankjewel!

Democraten, het is 53 jaar geleden dat we begonnen aan ons krankzinnige avontuur. De traditionele, met ideologische veren getooide partijen, kregen een pragmatische beweging tegenover zich. Dat was toen heel vernieuwend.

Het is precies dat pragmatisme dat mij naar D66 trok. Ik ben opgeleid als bestuurskundige. Mijn eerste grote werkliefde was ProRail. Daar kon ik mensen verbinden van Groningen tot Maastricht. Oplossingen vinden voor taaie problemen. Ook als daar wendbaarheid voor nodig was.

Naast mijn werk vergroeide ik met de raadsfractie van D66 in Nijmegen. Stap voor stap leerde ik onze partij kennen.Als jong raadslid die het spel van de politiek van dichtbij ervaarde, ging ik redelijkheid en de oplossingsgerichtheid van onze partij nog meer waarderen. De wil om antwoord te geven op de vragen van nu, met de inzichten van nu. Dat is niet altijd makkelijk.

De afgelopen jaren waren voor mij een oefening. Als beginnend Kamerlid was ik met name bezig met mijn eigen dossiers. Klimaat en democratie. Als fractievoorzitter werkte ik in mijn eerste jaar aan grote akkoorden. Dat was sleutelen, timmeren en schuren in de bloedhete machinekamer van de coalitiepolitiek.

Maar dan heb je ook wat:

1. Een generaal pardon voor honderden kinderen die hier thuis zijn.2. Na tien jaar stilstand eindelijk een pensioenakkoord.3. Een zomerakkoord waardoor werk gaat lonen.4. En als kers op de taart het eerste concrete klimaatplan van de wereld.

Aan het begin van de rit heb ik me wel eens afgevraagd wat we in vredesnaam in deze coalitie te zoeken hadden. Dat is nu wel anders.

We hebben onze rol gezocht én gevonden. Van alle coalitiepartijen waarderen onze kiezers de resultaten van dit kabinet het meest. Onze partij is stabiel, gretig, zelfbewust. Wij laten ons niet de wet voorschrijven. Wij zijn de progressieve motor van deze coalitie.

Wij geven antwoord op de grote vragen, noemen de dingen bij naam die moeten gebeuren. Zonder schroom of kramp. Omdat wij ervan overtuigd zijn dat mensen de waarheid verdragen, als je als politicus eerlijk bent.

Wij pleiten samen met GroenLinks voor een structurele oplossing voor het lerarentekort, omdat je nooit genoeg kunt investeren in de toekomst. Wij pleiten luidkeels voor de halvering van de veestapel, omdat de natuur anders sterft in stilte. Omdat wij een perspectief bieden met duurzame landbouw. En omdat het de enige weg is uit de stikstofcrisis die leidt naar het bouwen van huizen voor iedereen. Wij pleiten voor de wet Voltooid Leven, omdat je in dit land niet alleen waardig oud moet kunnen worden, maar ook waardig moet kunnen sterven. Wij pleiten voor betere ondersteuning van Kamerleden, omdat het huis van de parlementaire democratie instort zonder versterking van het fundament.

En wij pleiten voor een tijdelijk vrouwenquotum, omdat meisjes zo vroeg als ze kunnen dromen ook zeker moeten weten dat ze alles kunnen bereiken.

Wat ons scheidt van de vrienden op links is dat we aan het eind van een lange onderhandeling ook een akkoord sluiten. Dat lukt in deze coalitie tot nu toe aardig. Dit kabinet levert. En ja, dan kan het ook schuren. Dan knettert het op maandag in het coalitieoverleg of op vrijdag in de Trêveszaal. Slaat er ook wel eens iemand met een deur.

We zijn vier totaal verschillende partijen. We komen allemaal op voor wat ons drijft, voor onze beloftes aan de kiezer. En zo hoort het ook. Anders zouden we geen knip voor onze neus waard zijn.

D66’ers zijn redelijk, je kunt met ons praten, maar redelijk betekent niet altijd ‘rustig’. En soms is het zelfs onredelijk om alsmaar redelijk te blijven. Want er liggen nog altijd diepe problemen. Van het lerarentekort tot de ramp op de woningmarkt. En van de werkdruk in de wetenschap en de zorg tot de toegang tot het recht.

De hele eer van het parlementaire ambacht—dat is wat ik het afgelopen jaar heb geleerd—is een horzel te zijn voor de zittende macht. Dat is onze rol. Wij blijven dus oppositie voeren vóór het kabinet.

Maar ik daag dit kabinet vandaag ook uit: jullie zijn pas op de helft. Laat je niet in het defensief brengen. Laat daadkracht niet aankomen op uitspraken van de rechter. Laat je oren niet hangen naar de luidste toeter op het Malieveld.

Kabinet, laat je niet langer verrassen. Verras ons!

Investeer massaal in wetenschap en innovatie. Breng onze welvaart direct naar de klas. Laat elektrische vliegtuigen als eerste opstijgen uit Nederland. Laat mensen zelf hun burgemeester kiezen. Leid Europa naar een verenigde en humane migratiepolitiek. En vestig tegen alle verwachtingen in het bouwrecord van deze eeuw.

Tegen het kabinet zeg ik: het kan. Het zal niet in één dag lukken. Vallen en opstaan hoort erbij. Maar zet de eerste schop in het zand. Wees niet beschroomd een begin te maken.

Kajsa, Sigrid, Wouter, Ingrid, Stientje, Menno & al die anderen: Ik vraag jullie, wacht geen moment, verras ons!

Congres,

Pragmatisme dreef mij naar D66. De eerste vrouwelijke vicepremier van Nederland, Els Borst, vergeleek het pragmatische D66 ooit met een wendbaar scheepje. Een populaire metafoor.

Toch heb ik er altijd een dubbel gevoel bij gehad. Het suggereert een pragmatisme zonder doel. Maar ik ken geen enkel schip dat de haven bereikt door met alle gunstige winden mee te varen. Je hebt een kompas nodig. In ons geval: idealen om op te varen.

Na een jaar van akkoorden sluiten kon ik deze zomer eindelijk de tijd vinden om mijn eigen kompas scherper af te stellen. Een politiek van idealen gaat voor mij over één simpele vraag: Hoe stel je alle mensen in staat om écht vrij te zijn?

Vrijheid betekent iets anders voor iedereen. Leraren die snakken naar vrijheid in het beoefenen van hun vak. Vluchtelingen die willen bijdragen aan het Nederland van de toekomst. Ondernemers die aan de wieg staan van de omslag naar een nieuwe economie. Studenten. Vaklui. Wetenschappers. Oma’s. Moeders. Zonen. Vaders.

Wat ons bindt is de wil om vrij te zijn. Niet zomaar als losse individuen, maar als onderdeel van het geheel. Want vrij zijn betekent vooral ook: erbij horen.

Zelden heb ik zo de menselijke behoefte geproefd erbij te horen als vandaag. Vandaag hebben wij op ons congres meer dan honderd Syriërs te gast. Ik heb met open mond en pijn in mijn buik naar ze geluisterd.

Zij zijn geweld ontvlucht. Hebben lange tochten gemaakt waar wij ons niets bij voor kunnen stellen. Om hier veiligheid te vinden. Om vrijheid te vinden. Velen spreken nu al Nederlands. Ze kijken TV. Volgen de politiek. En wat horen ze dan?

Politici die zeggen dat ze terug moeten naar hun door oorlog verscheurde land. Een land waar ze hun vrienden zijn kwijtgeraakt. Waar een dictator chemische wapens uitstort over zijn onderdanen. Congres, zulke harteloosheid mogen wij nooit onbeantwoord laten.

Wij hebben dus een duidelijke opdracht. Een alternatief bieden aan deze politiek van haat. U bent misschien lid geworden voor het redelijk alternatief. Maar congres, nu is het tijd om de rijen te sluiten. Wij zijn ook het waardig alternatief!

Democraten,

Het is tijd voor een politiek die gelijke kansen centraal stelt. Niet omdat alles en iedereen gelijk moet zijn. Verschillen kunnen bestaan in een rechtvaardige samenleving.

Maar gelijke kansen zijn zo belangrijk, omdat ze gaan over iets anders: het recht om je lot in eigen hand te nemen. Niet afhankelijk te zijn van waar je ouders ooit zijn geboren. Niet opgesloten te zitten in jouw plekje in de samenleving, omdat je ouders niet de juiste diploma’s hadden. Kansen, congres, gaan over vrijheid.

Deze week was ik te gast bij het nationale schoolontbijt. Naast mij zat een jongetje uit groep 8. Voelt zich Nederlander én Turk. Voetbalt voor een van de belofteteams van de Koninklijke Nederlandse Voetbalbond. Hij vertelde mij iets dat ik niet los kan laten.

Iedere dag moet hij ’s ochtends thuis kiezen: wil je lunch of ontbijt? Zijn ouders hebben geen geld voor meer dan drie boterhammen per dag. Drie boterhammen. En dan moet je kiezen. 12 jaar oud. Wil je lunch? Of ontbijt?

Sta daar eens bij stil. De onmogelijke keuze. De tragiek van vader en moeder die niets anders willen dan het beste voor hun kind. En stel jezelf dan de vraag: is die jongen vrij? Heeft hij daadwerkelijk dezelfde kans om het net zo goed te doen op school als zijn leeftijdsgenoten?

Het antwoord is nee. En in ons rijke en beschaafde land is dat een onbestaanbare schande. Dit is Nederland. Dit is 2019. Dit kan zo niet langer. Het wordt tijd voor een politiek die mensen vrij maakt. Vrij van belemmeringen, omdat het beste onderwijs toegankelijk is voor iedereen.

Vrij van behoefte, omdat armoede uit ons woordenboek is verdwenen. Vrij van oneerlijke concurrentie op school, omdat bijlessen beschikbaar zijn voor alle kinderen. Vrij van stress over volgende maand of volgend jaar, omdat je een vaste baan kunt krijgen. Vrij van een huursom die de helft van je inkomen opslokt, omdat je wel een betaalbaar huis kunt kopen.

Mensen moeten vrij zijn om te gaan en staan waar ze willen, omdat het openbaar vervoer wel een alternatief is voor de auto. Vrij van de vervuiling van de lucht die we inademen en het water dat we drinken. Vrij van belastingdruk die de overheid niet kan rechtvaardigen, omdat de grootste vermogens nu echt naar draagkracht gaan bijdragen.

Mensen moeten vrij zijn van de angst dat grote Tech-bedrijven hun diepste geheimen delen. Vrij om te kiezen of je voor jezelf of voor iemand anders werkt. Vrij en zeker genoeg om risico’s te nemen en iets nieuws te proberen. Alle Nederlanders moeten vrij zijn van de discriminatie die mensen met een buitenlandse achternaam van de werkvloer houdt.

Vrij van door xenofobe nationalisten opgehitste vooroordelen die mensen verdelen. Vrij om de eigen premier te kiezen, en ja dan hebben wij gelukkig de nodige kandidaten.

En, congres, vrij zijn gaat ultiem ook over de toekomst van ons land. We zijn gekluisterd aan het heden, omdat we niet genoeg hebben geïnvesteerd in onderwijs, onderzoek en innovatie. Onder aanvoering van D66 trekken we de laatste jaren langzaam het been bij. Maar na het plakken van de pleisters, moeten we nu werk gaan maken van het helen van de wond.

Als we ons vrij willen maken moeten we nu onder ogen komen dat we lang de verkeerde keuzes hebben gemaakt. Dat het niet kan bestaan dat sommige kinderen maar vier dagen per week naar school kunnen. Dat het onacceptabel is als willekeurige ouders gedwongen worden het trotse vak van leraar voor een dag over te nemen. Dat scholen, leraren, kinderen en ouders moeten worden verlost van het juk van koepels en overheid.

Dat de leraar weer baas moet zijn in eigen klas. Dat privéonderwijs de samenleving in tweeën splijt. Dat studenten op geen enkele manier gehinderd mogen worden door de leningen die ze afsluiten.

En dat de studie van de geschiedenis, die ons leert wat verandering is en hoe we die tot stand brengen, net zoveel steunt verdient als de toegepaste natuurkunde.

En wie echt wil weten wat het is om vrij te zijn—hoe we die vrijheid hebben verworven—doet er goed aan de geschiedenis te bestuderen van de stad waar we vandaag bij elkaar zijn gekomen. Breda.

Het is dit jaar 75 jaar geleden dat Breda werd bevrijd van de tirannie van de Tweede Wereldoorlog. In oktober 1944, na de mislukking van operatie Market Garden, trokken de geallieerden door Brabant richting de Schelde. De Britten en de Amerikanen bombardeerden Den Bosch en Tilburg. De littekens van de bombardementen staan nog steeds in die steden.

Breda trof een ander lot. De stad kwam bijna ongeschonden uit de oorlog.

Dat heeft Breda te danken aan Generaal Maczek van de eerste Poolse pantserdivisie. Voor de poorten van Breda besloot hij: ‘Dit zijn onze vrienden, wij zullen hen niet bombarderen’.

De kanonnen bleven stil. De tanks bleven achter. Moedige Poolse soldaten trokken Breda in om de bevolking te bevrijden. Straat voor straat. Wijk voor wijk. Veel Poolse soldaten lieten daarbij het leven. Nog meer raakten gewond.

In de jaren na de bevrijding van Breda, smolten de landen van Europa langzaam samen. Gedreven door de wens te leven in veiligheid en in vrijheid.

In deze bevrijde stad, liep een jonge Van Mierlo rond. En het was dankzij deze vrijheid, dat hij zijn tanden kon zetten in de Nederlandse democratie. Het was dankzij deze vrijheid, dat hij in 1970, hier in zijn eigen Breda, ook een congres kon toespreken.

En wat hij zei, zijn nog even ware woorden voor D66 als toen: ‘Laten we in hemelsnaam doorgaan met de moed te hebben om die dingen bij de naam te noemen, die naar ons eer, geweten en inzicht moeten gebeuren.’

Ik zie dat als mijn ultieme opdracht. Als opdracht voor D66.

Ik vraag u; ga met ons mee. Vertel ons verhaal. Noem de dingen bij naam. Aan de keukentafel en bij mensen aan de deur. Trek je D66-jas aan. Ga de straat op. Vertel je buren en stadsgenoten waarom je ooit zoiets hebt gedaan als lid worden van een politieke partij. Kleur dit land groen. Wij willen vrij zijn. Nu en voor de toekomst.

Niet langer meedoen aan zinloze oorlogen

SP SP Nederland 06-06-2020 07:38

Bovendien, de NAVO is in crisis. Het bondgenootschap, ooit opgericht ter verdediging van het grondgebied, is een anachronisme, met steeds meer lastige, agressieve leden. Wat te denken bijvoorbeeld van het optreden van Turkije in Syrië? Maar de Russen, hoor ik u denken. Er is inderdaad van alles aan te merken op Rusland en zijn leider, Poetin. Maar een serieuze militaire bedreiging vormt dit land voor de NAVO niet. De militaire uitgaven van Rusland liggen ruim tien keer (!) lager dan die van de VS. Als de NAVO afziet van het uitbreiden van de invloedssfeer in wat vroeger de Sovjet-Unie was, is de kans groot dat de-escalatie van de spanningen tussen Oost en West het resultaat zal zijn.

Het is voor Europa dé uitdaging van de 21ste eeuw om op zoek te gaan naar een nieuwe veiligheidsarchitectuur voor het continent, een gebaseerd op samenwerking, met zowel Rusland als de VS, waar China natuurlijk ook bij betrokken moet worden. Alleen met samenwerking kan onze veiligheid op lange termijn gegarandeerd worden.

De adviseur van president Trump begreep mijn vraag hierboven direct. Zij vertelde dat de president jaarlijks honderden miljarden uitgeeft aan het militair-industrieel complex. Dit terwijl gewone Amerikanen geen medicijnen of een studie voor hun kinderen kunnen betalen. Trump kan het binnenlands niet verkopen dat hij wel, maar andere landen niet hun bijdragen vergroten; dat deze landen hun prioriteit elders leggen, bijvoorbeeld bij zorg en onderwijs. Nu, met COVID-19, wordt dat contrast nog scherper.

De resultaten van decennia aan verre oorlogsvoering door de NAVO rechtvaardigen geen extra investeringen in dure wapensystemen. Het loslaten van de 2 procent norm is daarom een goede eerste stap. Het schept ruimte voor een eigen, Nederlands buitenlandbeleid. Voor een politiek die het nationale belang daadwerkelijk voorop stelt. De belangen van de bevolking, uiteraard. De Amerikanen begrijpen het echt wel.

Deze tekst verscheen in de Telegraaf op 06-06-2020

I can’t breathe

PvdA PvdA GroenLinks Nederland 03-06-2020 15:41

Door Lilianne Ploumen op 3 juni 2020 Delen  

“I can’t breathe”. Die laatste woorden van George Floyd horen we overal. Ze staan op T-shirts, mondkapjes en op de kartonnen bordjes van demonstranten. Ze verwoorden de roep om racistisch politiegeweld te stoppen. Een einde te maken aan racisme, onrechtvaardigheid, raciale ongelijkheid en segregatie.

De moord op George Floyd staat niet op zichzelf. Michael Brown, Sandra Bland, Tamric Race, Walter Scott, Alton Sterling, Eric Garner. Namen van een lange lijst Afro-Amerikanen die de afgelopen jaren door politiegeweld om het leven kwamen. Veel mensen van kleur zijn doodsbang om met de politie in aanraking te komen. En dat in “The Land of the Free”.

Ze verwoorden de roep om racistisch politiegeweld te stoppen. Een einde te maken aan racisme, onrechtvaardigheid, raciale ongelijkheid en segregatie.

De dader is inmiddels aangeklaagd voor doodslag en moord. Ook de drie andere betrokken agenten moeten worden vervolgd. Maar de woede onder demonstranten gaat over nog meer. In sommige Amerikaanse steden en staten is meer dan zeventig procent van de sterfgevallen door corona Afro-Amerikaan. Dit huiveringwekkende getal markeert de voortdurende ongelijkheid tussen wit en zwart Amerika. Een kloof die door president Trump wordt geaccepteerd, gelegitimeerd en vergroot.

Een kloof die door president Trump wordt geaccepteerd, gelegitimeerd en vergroot.

Nederland en andere Europese landen moeten de Amerikaanse regering gaan aanspreken op het buitensporige politiegeweld, dat zich ook richt tegen journalisten. Samen met Groenlinks en de SP heb ik minister Blok daartoe opgeroepen. Het is ook goed dat EU-buitenlandchef Joseph Borrell de VS inmiddels heeft opgeroepen tot een onderzoek naar het politiegeweld in het licht van de rechtsstaat, mensenrechten en fundamentele vrijheden.

Nederland en andere Europese landen moeten de Amerikaanse regering gaan aanspreken op het buitensporige politiegeweld, dat zich ook richt tegen journalisten.

En voor ieder van ons is er een verantwoordelijkheid. Om niet stil te zijn, om je uit te spreken. Dat is hard nodig en wordt gelukkig massaal gedaan op sociale media. Maar we moeten ook willen luisteren naar elkaars verhalen en ervaringen. Ook in Nederland. Het is gemakkelijker om racisme in een ander land te verwerpen, dan het in eigen land onder ogen te zien. Ook in ons land is er veel te bevechten.

En voor ieder van ons is er een verantwoordelijkheid. Om niet stil te zijn, om je uit te spreken.

De demonstraties overal ter wereld gaan racisme niet in een klap uitroeien. Daar is het te diepgeworteld voor. Maar dat de boodschap van #Black Lives Matter zo breed gedeeld wordt stemt hoopvol. Laten we deze boodschap met z’n allen uitdragen, overal waar het nodig is. In de woorden van burgerrechtenactiviste Angela Davis: ‘In a racist society it is not enough to be non-racist, we must be anti-racist’. Dat is onze opdracht.

Tweede Kamerlid

https://www.pvda.nl/nieuws/i-cant-breathe/Lodewijk Asscher

Heb je een vraag of wil je iets aan ons kwijt? Whatsapp ons.

Groet, Lodewijk

Whatsapp

https://www.pvda.nl/nieuws/i-cant-breathe/Lodewijk Asscher

Heb je een vraag of wil je iets aan ons kwijt? Whatsapp ons.

Groet, Lodewijk

Whatsapp

Goed en fout in Nederlands-Indië

PvdA PvdA Nederland 04-05-2020 12:12

Door Mei Li Vos op 4 mei 2020 Delen  

In de Tweede Wereldoorlog hebben zij Nederlanders geholpen. Ze waren zelf niet Nederlands: mijn opa was een Chinees en mijn oma een 'Indo', mensen met zowel Nederlandse als Indonesische wortels.

Zij vonden dat ze het juiste deden, Nederlanders helpen die door de Japanse bezetters werden opgejaagd, gevangen genomen of vermoord. Ze vingen de kinderen op van Nederlanders die waren vermoord of gevangen gezet.

Mijn oma smokkelde eten en brieven onder de hekken.

Mijn oma smokkelde eten en brieven onder de hekken van de interneringskampen waar de Nederlanders gevangen zaten. Mijn opa verleende naast eten ook geestelijke bijstand aan de Nederlandse gemeenschap, hij was amateur-predikant. In het laatste jaar van de oorlog is hij bijna doodgemarteld door de Japanners in de gevangenis.

Toen de oorlog werd beëindigd werden mijn opa en oma niet als helden toegejuicht. Ze werden uitgejouwd, gepest en bedreigd. Omdat ze Nederlanders hadden geholpen. Na de oorlog verklaarden de Indonesiërs zich onafhankelijk van de Nederlandse overheersers. Ja, dan ben je fout als je die Nederlanders hebt geholpen.

Wie waren er goed en fout in de oorlog?

Je kan over deze vraag een heel genuanceerd en relativerend betoog houden. Maar we weten heel goed wat goed en fout is. De Japanse bezetter heeft met ongekende wreedheid Nederlanders behandeld in de oorlog. Nederland heeft terecht excuses aangeboden voor het geweld tijdens de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog.

Mijn opa en oma hebben goed gedaan door mensen in nood te helpen, ongeacht hun afkomst. En het is goed om elk jaar ook stil te staan bij het lijden van de Indonesiers, Nederlanders en Indo's tijdens de Japanse bezetting van voormalig Nederlands-Indië.

Van rechts naar links. De moeder van Mei Li, haar oom en tante op de schoot van Nederlandse soldaten in 1946.

Fractievoorzitter

https://www.pvda.nl/nieuws/goed-en-fout-in-nederlands-indie/Lodewijk Asscher

Heb je een vraag of wil je iets aan ons kwijt? Whatsapp ons.

Groet, Lodewijk

Whatsapp

https://www.pvda.nl/nieuws/goed-en-fout-in-nederlands-indie/Lodewijk Asscher

Heb je een vraag of wil je iets aan ons kwijt? Whatsapp ons.

Groet, Lodewijk

Whatsapp

Voordracht lijsttrekker Tweede Kamerverkiezingen 17 maart 2021

ChristenUnie ChristenUnie Nederland 17-04-2020 12:49

Door Webredactie op 17 april 2020 om 06:00

Voordracht lijsttrekker Tweede Kamerverkiezingen 17 maart 2021

Voor een goede voorbereiding op de campagne is het van belang dat in een vroeg stadium beslist wordt wie lijsttrekker wordt. Daarom heeft het Landelijk Bestuur de voorzitter van de selectiecommissie gevraagd om zich een beeld te vormen van het functioneren van de huidige politiek leider en te peilen of hij beschikbaar is voor nog een periode. De selectiecommissie heeft aan dit verzoek voldaan en beveelt het Landelijk Bestuur aan Gert-Jan Segers aan te wijzen als lijsttrekker bij de eerstvolgende verkiezingen voor de Tweede Kamer.

De selectiecommissie rapporteert het volgende:

Het is gebleken dat Gert-Jan Segers als politiek leider van de ChristenUnie groot draagvlak heeft in de partij. Genoemd wordt dat hij het verhaal van de ChristenUnie voor een breed publiek, zowel in de Tweede Kamer, in de media en op tal van podia inspirerend kan brengen. Ook wordt genoemd dat hij vooropgaat als herkenbaar christen en de ChristenUnie als partij verder kan brengen de komende jaren. Als fractievoorzitter wordt hij samenbindend genoemd, iemand die een teamgeest weet aan te brengen en empathisch is.

Kortom: hier staat een bezield politiek leider en fractievoorzitter die zijn werk uitstekend doet, volgeling van Christus wil zijn, zichtbaar en herkenbaar is bij een breed publiek en een boegbeeld is voor de partij.

Gert-Jan geeft aan dat hij, als de partij een beroep op hem doet, graag verder bouwt aan de ChristenUnie als partij die midden in de samenleving staat, nieuwe generaties christenen aan zich weet te binden, met gedurfde ideeën komt, agenda-settend is, en in dit alles herkenbaar is als beweging van gelovige mensen. De ChristenUnie heeft een eigen verhaal en Gert-Jan is gemotiveerd dat verhaal te brengen.

In de vergadering van 28 februari 2020 j.l. heeft het Landelijk Bestuur unaniem met instemming en enthousiasme kennisgenomen van de bevindingen en de aanbeveling, zodat deze voordracht op het Partijcongres van 18 april bekrachtigd kon worden. Nu dat congres niet doorgaat stelt het Landelijk Bestuur via deze weg voor Gert-Jan Segers te benoemen als lijsttrekker.

Het Reglement Kandidaatstelling schrijft voor dat de hele kandidatenlijst in één keer wordt gepresenteerd. Het Landelijk Bestuur wijkt om redenen hierboven vermeld daarvan af. Het Reglement schrijft verder voor dat amendementen slechts mogelijk zijn met betrekking tot de plaats op de lijst en dat stemmen alleen nodig is bij dubbele voordracht voor een positie. Beide zijn niet van toepassing in deze situatie.

Onder normale omstandigheden zou het Partijcongres worden gevraagd bij acclamatie in te stemmen met deze werkwijze en de voordracht. Van overheidswege kan dit voorjaar geen congres worden georganiseerd. Gert-Jan Segers kan echter rekenen op brede steun en groot draagvlak in de achterban. Daarom kiest het Landelijk Bestuur in deze uitzonderlijke omstandigheden ervoor Gert-Jan Segers, conform artikel 15.1, te benoemen tot lijsttrekker voor de ChristenUnie voor de Tweede Kamerverkiezingen 2021.

Leden kunnen vragen en bezwaren tegen deze procedure tot uiterlijk 24 april 2020 indienen bij het Landelijk Bestuur via bestuur@christenunie.nl.

Niet zwijgen bij Turkse grafschennis

SGP SGP CDA ChristenUnie Nederland 17-04-2020 00:00

 

Christenen hebben het steeds moeilijker in het islamitische Turkije van president Erdogan. Een veelzeggend, schrijnend voorbeeld daarvan is de vernieling van 72 grafstenen van christenen. Dat gebeurde niet ergens ver weg in een afgelegen Turkse provincie aan de grens met Syrië, maar nota bene in de hoofdstad Ankara. Christenen in Turkije spreken van een trend.

Onder meer naar aanleiding van de vernieling van de graven van christenen in Ankara hebben SGP, CDA en CU bij de Nederlandse regering aan de bel getrokken. Dat deden ze in schriftelijke vragen aan minister Blok van Buitenlandse Zaken. SGP-kamerlid Van der Staaij die het initiatief nam tot de vragen: “De onderdrukking en achterstelling van christenen in Turkije is al jaren gaande, maar dit is een nieuw dieptepunt. Ik kan deze grafschennis niet los zien van de steeds agressievere toon tegen christenen in bijvoorbeeld schoolboeken, staatsgezinde media en preken in moskeeën.”

De SGP-voorman aarzelt niet te spreken van ‘haat zaaien’. Hij wil dan ook dat minister Blok hierover contact opneemt met zijn Turkse ambtgenoot. “Als we zwijgen, dan zal het voor de christenen in nota bene NAVO-bondgenoot Turkije alleen nog maar moeilijker worden. Daarom moeten we iedere keer weer protesteren als ons zulke berichten bereiken. De lijntjes die er zijn met de Turken, moeten we gebruiken. Op hoop van zegen,” aldus Van der Staaij.  

 

Schriftelijke vragen van de leden Van der Staaij (SGP), Van Helvert (CDA) en Voordewind (ChristenUnie) aan de minister van Buitenlandse Zaken over de vernieling van graven van christenen in Turkije

 

Kent u het bericht “Graven van christenen in Turkije vernield”? Kunt u bevestigen dat “ontheiliging” van graven en kerkhoven – denk aan de vernieling van 72 grafstenen op een christelijke kerkhof in Ankara op 14 februari – een groeiend fenomeen en probleem is in Turkije? Klopt het dat dit fenomeen past in een bredere trend van toenemende druk op christenen in Turkije, zoals ook uiteengezet in achtereenvolgende rapporten de Turkse Unie van Protestantse Kerken? Wie zijn de veroorzakers van dit soort vernielingen en welk maatschappelijk klimaat draagt hieraan bij? Kunt u bevestigen dat er sprake is van haat zaaien tegen christenen via boeken die gebruikt worden op basisscholen, maar ook bijvoorbeeld via (staatsgezinde) kranten of preken in moskeeën? Zo ja, hoe beoordeelt u dit? Klopt de bewering dat in Turkse schoolboeken missionaire activiteiten omschreven worden als nationale dreiging? In hoeverre wordt haat zaaien in het algemeen, en grafschennis in het bijzonder, daadwerkelijk tegengegaan in Turkije, of is er sprake van straffeloosheid? Bent u bereid met uw Turkse collega in gesprek te gaan over het actief beschermen van de rechten, vrijheden en veiligheid van (protestantse) christenen in Turkije, en ook het (ongestraft) vernielen van graven van christenen daarbij te betrekken?
 



Coronavirus: Forum voor Democratie wil testen, testen en nog eens testen

Forum voor Democratie Forum voor Democratie Nederland 23-03-2020 12:00

Vragen van de leden Baudet en Hiddema (FVD) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport inzake het gehanteerde beleid met betrekking tot het testen op COVID-19 (Corona) besmettingen. 

Vraag 1Bent u bekend met het artikel “Noordelijke provincies laten landelijk beleid los en testen massaal”?

Vraag 2Hoe beoordeelt u het dat het hoofd van de afdeling medische microbiologie en infectiepreventie van het UMCG in Groningen, in tegenstelling tot het RIVM, stelt dat ook geïnfecteerde mensen die nog geen symptomen hebben - de presymptomatische mensen - wel degelijk besmettelijk zijn? Hoe beoordeelt u de opvatting vanuit het UMCG dat de contacten van voor de eerste symptomen ook moeten worden opgespoord en getest?Vraag 3Klopt het dat conform het huidige beleid van het RIVM alleen ernstig zieke patiënten worden getest en mensen met mildere klachten niet in aanmerking komen? Klopt het dat het verschilt per zorginstelling of zorgmedewerkers met klachten worden getest? Wat is de rationale achter het niet testen van alle zorgverleners met klachten dan wel hoog risico vanwege contact met een besmette collega of patiënt? Kunt u duidelijkheid geven wat het concrete beleid is en hoe dit centraal zal worden gecoördineerd, waaronder het tijdig testen van zorgverleners?

Vraag 4Hoe beoordeelt u de stelling dat de tests op Corona in vrijwel ieder gewoon laboratorium zouden kunnen worden uitgevoerd, zoals het UMCG in Groningen aangeeft?

Vraag 5Kunt u testinformatie openbaar (laten) maken? Hoofdzakelijk: wat is de huidige hoeveelheid beschikbare tests in Nederland? Hoeveel tests worden er op dit moment per dag in Nederland verricht, wat zijn de redenen om te testen, op welke locaties worden de tests verricht, wat zijn de resultaten en wat is de gemiddelde doorlooptijd tussen moment van testen en de uitslag?Vraag 6 Hoeveel en welke laboratoria in Nederland zijn er volgens u geschikt om deze tests uit te voeren, in zowel de publieke als private markt? Bent u van plan om als overheid een centraal geleide productie op gang te zetten? Zo ja, welke middelen en mogelijkheden zijn daarvoor beschikbaar en welke daarvan bent u bereid in te zetten?Vraag 7Kunt u gedetailleerd aangeven wat er voor nodig is qua capaciteit (manuren en materialen, overig) om het aantal tests in Nederland op zeer korte termijn op te schalen naar:- 10.000 tests per week,- 25.000 tests per week,- 50.000 tests per week,- 100.000 tests per week (huidige capaciteit Italië, volgens het artikel),- 160.000 tests per week (huidige testcapaciteit Duitsland, volgens het artikel), en- 200.000 tests per week?Hoeveel tests verwacht u dat er nodig zijn de komende periode?

Vraag 8Bent u bekend met de uitlating van Chantal Reusken, viroloog bij het RIVM, die stelt dat de lysisbuffer (een stof die nodig is voor de tests) van fabrikant Roche begint op te raken? Deelt u die stelling? Wanneer blijkt dat de levering vanuit Roche ontoereikend is, welke mogelijkheid bestaat er dan om de informatie van het recept te achterhalen en deze stof vervolgens zelf te produceren?

Vraag 9Is het juist dat meerdere (potentiële) productielocaties van laboratorium- en testmateriaal zijn stilgelegd door de huidige beleidsmaatregelen? 

Vraag 10Bent u ermee bekend dat Zuid-Korea inmiddels in een vergaand stadium zou zijn van het ontwikkelen van een Covid-19 infectie-test, waarmee binnen 10 minuten succesvol op Covid-19 kan worden getest? En dat de productie daarvan momenteel sterk wordt opgeschaald, zodat ze honderdduizenden test-kits per week kunnen worden geproduceerd en geëxporteerd? Hoe beoordeelt u dit? Is er contact met Zuid-Korea hierover? Wordt er in Nederland, of in samenwerking met andere landen, aan soortgelijk testmateriaal gewerkt? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat is er voor nodig om resultaat te bereiken en grootschalige productie in gang te zetten? Vraag 11In hoeverre ziet u mogelijkheden om tests vanuit het buitenland te importeren? Indien deze mogelijkheden er zijn, op welke termijn en in welke hoeveelheid verwacht de regering tests te kunnen aanschaffen? 

Vraag 12 Kunt u deze vragen zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk donderdag 26 maart om 9 uur, beantwoorden, zodat de antwoorden kunnen bijdragen aan een goed inhoudelijk debat in de Tweede Kamer?

Opening 'Center for Economics & Mutuality' (Engels)

ChristenUnie ChristenUnie Nederland 10-03-2020 12:59

Door Eppo Bruins op 10 maart 2020 om 11:53

Opening 'Center for Economics & Mutuality' (Engels)

Toespraak uitgesproken bij de opening van het Center for Economics and Mutuality aan de Erasmus Universiteit.

Throughout human history we have known what is required to build a pleasant society. Even in scriptures as ancient as Jewish torah, these guidelines concern relationships, justice, taking care of the vulnerable, and having a well structured life with ample rest.

But hardly anything about finance. Not because there was none. It just is not as important for building a pleasant (or should I say blessed?) society.

In the past century however, economic thinking has been dominated by indicators such as gross national product. And terms like profit and growth have had a mere financial interpretation.

I want to share three recent developments with you (three hopeful developments), that have taken place in the Dutch political arena.

1. Broad prosperity

The first example takes me to the third Tuesday of September.

On the third Tuesday of September, our country celebrates Prinsjesdag. On that day our King visits Parliament, riding in his golden carriage. He presents the government’s plans for next year, and that same afternoon, the Minister of Finance presents next year’s budget to the House of Commons. Instead of only presenting financial data, in recent years, the Dutch Parliament has pushed the idea of government justifying its actions also on the basis of a broader definition of prosperity.

Broad prosperity measures the quality of life in the here and now, but also takes into account the extent to which that prosperity is reached at the expense of later generations or at the expense of people elsewhere.

Our Central Bureau for Statistics now annually presents the Monitor Broad Prosperity & Sustainable Development Goals. A large and diverse set of indicators is used to describe broad prosperity from two perspectives: In part 1 the prosperity ‘here and now’, ‘later’ and ‘elsewhere’ are mapped statistically, and the distribution of broad prosperity ‘here and now’ among various groups in Dutch society is presented. In part 2 the 17 Sustainable Development Goals are described statistically using a large number of indicators. Although Parliament is still struggling how to use these data in a more forward sense, in order to influence policy plans, the focus on societal issues, and not only financial issues, is an important mental shift in this country.

2. Social enterpreneurship

Not only macroeconomically, Dutch politics has undergone this shift. On the scale of individual companies, in recent years Dutch politics has become much more sympathetic towards the phenomenon of social enterprise. This is the second example I want to mention here.

Ten years ago the definition of social enterprise was confined to foundations wishing to start up commercial activities in the semi-public sector. About five years ago the definition shifted, singling out entrepreneurs taking over the task of employing disabled people, as a result of budget cuts in government spending.

But in the last couple of years, a broader and more flexible definition of social enterprise has emerged, based on a greater and renewed awareness that generating money is not the main task of companies.

This shift has led to public and political interest in an age-old Dutch ideology known as the "Rhineland model" – capitalism with its function focusing on societal return as well as financial return. The Rhineland model is the historical basis for the Catholic and Christian-democratic political movements in the Netherlands, Germany and later in some Scandinavian countries, promoting capitalism with a human face.

The broader definition of social enterprise, and the renewed interest for the Rhineland way of thinking, has opened up the possibility for visibility and recognition of social enterprises in the Netherlands.

Changes in the labour market have also spurred on this change in attitudes. As a result of decreased government spending, the government and representatives of employers and unions, have agreed to take shared responsibility to enhance the number of workplaces with sheltered employment.

In 2016, Jan Vos, member of parliament for the Labour Party, and I announced an initiative for new legislation to promote social entrepreneurship in the Netherlands. The initiative got a positive response from the Ministry for Social Affairs, but the Ministry for Economic Affairs was much more skeptical.

The following year I was able to elevate the issue further, because my party, the Christian Union, became part of the new four-party coalition government following the general election.

As part of the coalition accord, our parties promised to create (and I quote) "suitable regulations and more room for companies with social or societal goals, while maintaining a level playing field".

Spurred on by this accord I submitted a formal white paper to the Dutch parliament advocating the legal recognition of social enterprises. This time, the Ministry of Economic Affairs reacted, although hesitantly, in a more positive manner.

In a letter from both the Ministry of Economic Affairs and the Ministry of Foreign Trade, the Dutch government now has come to recognise the importance and the potential of social enterprises and wants to stimulate social entrepreneurship further.

Any week now we expect the result of a market research, that will determine whether a sufficient number of companies support the adoption of a legal form for social enterprises.

At the very least, my white paper and the positive reaction of government has sparked new attention for the topic of social entrepreneurship in the Netherlands. We are aiming for new legislation this year.

In the political debate to come, it is important to maintain a broad view of what social enterprises are. I believe that for many companies, social entrepreneurship will become part of their everyday business.

I expect that in the long run, more and more customers want to know whether they buy "fair" products in the broadest sense.

The realisation that profit is much more than just financial is here to stay, in the private as well as the public sector.

3. International socially responsible enterprises

The third example is a recent initiative from my ChristianUnion colleague Joel Voordewind. Last week he has announced a proposal for legislation that will oblige companies to act conform OECD norms for social responsible enterprises. Such a law would make it compulsary for companies to prevent e.g. forced labour and deforestation. This initiative will force companies to detect human rights violation and environmental damage, happening in their supply chain. They also will be obliged to provide plans how to avoid these, and how to mitigate risks of these violations and damages happening. This due diligence process will by Dutch law oblige companies to act conform OECD rules for multinational enterprises.

Until now, following OECD guidelines was on a voluntary basis only. Although Dutch government stimulates this and supports convenants in collaborative initiatives, this policy of voluntarity proven ineffective.

According to the Transparency Benchmark 2019 of the Ministry of Economic Affairs, only 22% of the largest companies in the Netherlands conforms itself to OECD guidelines.

The ChristianUnion proposal for legislation follows an international trend: in France, Australia, the UK and the United States, legislation on socially responsible entrepeneurship is in place. Germany and Finland are developing legislation at the moment.

Conclusion

With these three new initiatives taking place in The Netherlands, the opening of the Centre for Economics and Mutuality here at Erasmus University seems timely and highly relevant. Nevertheless, the Economics of Mutuality radically changes your view of business.

If we want politics and policy to be effective, we need science, metrics and an evidence-based approach to help make these political initiatives more tangible and real. And go beyond!

Research and politics sometimes are like water and fire. In this case, I hope - and expect that the Centre for Economics and Mutuality will be like oil on a fire. A fire that will not consume but instead will spread light and hope in the world, and will guide us in the way we run countries, the way we do politics, and the way we do business worldwide.

Congres uitgesteld vanwege coronavirus | GroenLinks

GroenLinks GroenLinks Nederland 10-03-2020 00:00

Vanwege het coronavirus stellen we ons congres aankomende zaterdag in Den Bosch uit.

De gezondheid van ons allemaal staat voor ons uiteraard voorop. We nemen de adviezen van het RIVM heel serieus en hoewel er nu nog geen advies is om grote evenementen te annuleren, willen we geen onnodige risico’s nemen.

Daarnaast willen we dat zoveel mogelijk leden naar het congres kunnen komen en mee kunnen stemmen. Door het coronavirus is dat nu in het geding. 

We gaan op zoek naar een nieuwe datum: we hopen ergens in de komende drie maanden. De oorspronkelijke agenda blijft zoveel mogelijk gehandhaafd. Zodra de datum van het nieuwe congres bekend is, horen jullie uiteraard van ons.

Heb je vragen over deze beslissing? Stuur dan een e-mail naar vragen@groenlinks.nl o.v.v. 'congres'. Onze collega's zitten klaar om je vraag te beantwoorden.

Super Tuesday: Het Establishment slaat terug!

Forum voor Democratie Forum voor Democratie D66 Nederland 07-03-2020 13:12

Deze week was het ‘Super Tuesday’ in de Verenigde Staten. De dag waarop een groot deel van de Amerikanen naar de stembus gingen in de zogeheten ‘voorverkiezingen’. De uitslagen waren verrassend: Joe Biden, voormalig vice-president en de grote favoriet van het establishment, maakte zijn comeback. De strijd wie het in november tegen president Trump op gaat nemen is losgebarsten.

In Nederland is de afgelopen jaren met hoongelach gekeken naar het presidentschap van Donald Trump. Weinig kon de president goed doen, en als hij iets goeds deed was dat ‘louter toeval’, of ‘te danken aan zijn voorganger’. Het nieuws komt voornamelijk van Nederlandse correspondenten, losgezongen van de realiteit in Amerika. Gevangen in hun kosmopolitische bubbel in New York City of Washington DC. Dat is geen wonder, aangezien Trump in die progressieve steden wordt gehaat. Nederlandse media brengen die haat naar Nederland. 

Wie echter de balans opmaakt van ruim drie jaar Trump kan concluderen dat hij als president goed werk heeft verzet. De werkloosheid is op een laagterecord (ook voor minderheden), de lonen zijn flink gestegen en er zijn geen nieuwe regime change oorlogen gestart. Promises made, Promises kept en Keep America Great zijn dan ook de nieuwe slogans van de president.

Vorige week was Forum voor Democratie op bezoek in Washington DC. Om het netwerk van FVD als Nederlands’ grootste liberaal-conservatieve beweging uit te breiden. Daarbij brachten collega-Europarlementariër Rob Roos en ik een bezoek aan de Conservative Political Action Conference – CPAC. In tegenstelling tot de Europese politiek is in Amerika de conservatieve politiek sterk vertegenwoordigd. Uit de toespraken van president Trump en vice-president Mike Pence, en de vele ontmoetingen met prominente Republikeinen, merkte ik op dat in Amerika het ‘nationalisme’ - vaak ‘patriottisme’ genoemd - geen vies woord meer is. Conservatief Amerika blaakt van het zelfvertrouwen. Eensgezind gaan de Republikeinen voor herverkiezing van Trump’s America First agenda.

Hoe anders ligt het veld bij de Democraten. Waar een moddergevecht is ontaard in een ware veldslag. Al vanaf het eerste debat vlogen de kandidaten elkaar in de haren. Kanshebbers als Michael Bloomberg (oud-burgemeester van New York, door Trump omgedoopt tot Mini-Mike vanwege zijn geringe lengte), en Elisabeth -Pocahontas - Warren gooiden deze week de handdoek in de ring. Rest enkel Joe Biden en Bernie Sanders. 

De Democratische Partij is tot het bot verdeeld. Afgelopen dinsdag – Super Tuesday - werd duidelijk dat de partijtop en de gevestigde media er alles aan doen Joe Biden presidentskandidaat te maken. Volgens hen is hij de enige die een reële kans maakt tegen Trump. Zijn gematigde profiel en sterke vertegenwoordiging bij de ‘zwarte stem’ zou de doorslag moeten geven. Dat gebeurde afgelopen dinsdag. Nadat de media Biden dagenlang in het zadel hesen, en prominente Democratische kandidaten zich achter hem schaarden, boekte hij grote overwinningen. Biden pakte zijn ‘Joementum’.

Daarmee maakt het establishment dezelfde fout als in 2016 toen ze Hillary Clinton als kandidaat naar voren schoven. Net als Clinton staat Biden voor de ‘oude politiek’ waar Trump mee afrekende. Biden staat symbool voor het presidentschap van Barack Obama waar het Amerikaanse heartland zich in 2016 massaal tegen keerde.

Sanders staat – ironisch, gezien zijn hoge leeftijd – voor de ‘nieuwe politiek’ van de Democraten. Een beweging voornamelijk bestaande uit jongeren uit grote steden. Het programma loopt van extreem-links ecomarxisme tot keiharde identiteitspolitiek. Waar Biden juist de blanke middenklasse, zoals in Michigan, Wisconsin en Pennsylvania wil heroveren, is Bernie gefocust op minderheden in de inner-cities. Zijn vijand is de ‘1% rijken’. 

De kans is aanwezig dat geen van de twee kandidaten de benodigde steun van 1,991 kandidaten gaat halen. De kandidatuur zal dan pas bekend worden gemaakt tijdens de Democratische Nationale Conventie in juli in Milwaukee. De twee kampen zullen elkaar de tent uit vechten. Tot er uiteindelijk een kandidaat wordt gekozen. De echte presidentscampagne moet dan nog beginnen.      

Nederlandse media, diplomaten en academici gedroegen zich de afgelopen jaren neerbuigend ten aanzien van Trump. Het thuisfront werd verteld dat de president dom is, niets kan, liegt en impopulair is. Spoedig zou impeachment volgen. Een natte droom van links. Maar de appreciatie van Trump in de VS is nog niet groter geweest. 

In plaats van president Trump belachelijk te maken, is Nederland er veel aan gelegen om te investeren in een goede relatie met zijn regering. Terwijl de echte strijd tussen de twee Democratische kemphanen wordt opgevoerd, is de kans op Trump’s herverkiezing alleen maar groter. 

Rob Roos en ik zaten tijdens de CPAC toespraak van Trump op de eerste rij, op 5 meter van hem. Hij is energiek, vol humor, scherp en snel. Biden is een fragiele figuur. Vergeetachtig, vermoeid en verzwakt. De enige kaart die hij heeft, is dat zijn naam niet Trump is. 

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.