Nieuws van GroenLinks over ChristenUnie inzichtelijk

716 documenten

De raad versnipperd over Snippergroen | Langedijk

GroenLinks GroenLinks ChristenUnie Langedijk 14-09-2020 00:00

Snippergroen is een langlopend project van de gemeente over (kleine) stukjes grond, die in gebruik zijn bij de burger, maar volgens de gemeente eigendom zijn van de gemeente. De stukjes grond zijn in veel gevallen het gevolg van de grote ruilverkaveling in de jaren 70. Sloten werden gedempt, wegen aangelegd. Hierbij ontstonden overal stukjes grond, waarvan het gebruik veelal aan de aangrenzende bewoner werd overgelaten. De burger krijgt nu de keus: of voor het gebruik betalen (huur of koop), of van het gebruik afzien. Van wie is nu eigenlijk dit stukje grond, is de gestelde vraag hierbij. In 2009 is hierover door de raad een beleidsnota vastgesteld; in 2018 is het beleid door het college aangescherpt. Doel van beoogd beleid was: rechtvaardigheid, billijkheid en tijdigheid.

Diverse fracties worden door allerlei inwoners/grondeigenaren aangesproken over het door de gemeente gevoerde beleid. Voldoende reden voor de fractie van GroenLinks om een oplegnotie op te stellen over het project Snippergroen en deze voor verdere discussie in te brengen in het eerste forum na het zomerreces. Na bespreking in het Forum Dorp & Ruimte op 27 augustus besloten de fracties van GroenLinks, Christen Unie en Kleurrijk een motie aan de raad voor te leggen, waarin de raad verzocht een onderzoek te starten naar problematische gevallen van grondbezit in het kader van Snippergroen.

voor een impressie van de behandeling in de raad, klik <hier> voor terugkijken van de discussie in het Forum Dorp & Ruimte van 27 augustus, klik <hier> en ga naar agendapunt 4 voor terugkijken van de behandeling in de raad van 8 september, klik <hier> en ga naar agendapunt 15

Signalen en ervaringen met de uitvoering van het beleid Snippergroen melden, klik <hier>

Aan de slag met een autoluwe binnenstad | Leeuwarden

GroenLinks GroenLinks ChristenUnie D66 PvdA Partij voor de Dieren Leeuwarden 11-09-2020 00:00

In de anderhalvemetersamenleving is het gebruik van de openbare ruimte wezenlijk veranderd.  Aan de ene kant zijn er minder autobewegingen en wordt het openbaar vervoer minder gebruikt. Aan de andere kant hebben de toenemende aantallen voetgangers en fietsers meer ruimte nodig om veilig afstand te houden. Dit speelt met name in de binnenstad van Leeuwarden, waar de publieke ruimte schaars is. Wat PAL GroenLinks betreft is nu dan ook het uitgelezen moment om extra stappen te zetten om de binnenstad van Leeuwarden versneld autoluw te maken.

 

Een autoluwe stad is een gezonde en aantrekkelijke stad

Steeds meer steden kiezen voor een autoluwe binnenstad en dat is ook helemaal niet gek, want eigenlijk zijn er vooral voordelen aan verbonden. Minder autoverkeer draagt bij aan de volksgezondheid. De leefomgeving is prettiger, groener en schoner door minder uitstoot van uitlaatgassen en fijnstof. Sowieso is het gezonder om de auto te laten staan en de fiets of benenwagen te nemen waar mogelijk. Daarnaast bevordert een autoluwe binnenstad ook de verkeersveiligheid: er zijn nou eenmaal minder verkeersongelukken als er minder auto’s rijden.

Een autoluwe binnenstad houdt meer publieke ruimte over voor terrassen, wandelaars en openbaar groen. Dit heeft ook positieve gevolgen voor winkeliers en horeca. Twee jaar geleden werd onder andere de Gran Vía - de grootste winkelstraat van Madrid - autoluw gemaakt tijdens de decembermaand en dat leidde tot een omzetstijging van maar liefst 9.5%.

 

Nieuwe manier van kijken door corona

Door de coronacrisis wordt anders naar de inrichting van de publieke ruimte gekeken. Grote Europese steden als Berlijn, Brussel, Parijs en Milaan kozen er enkele maanden geleden al voor om de rode loper uit te rollen voor fietsers en voetgangers. Zo werden stadscentra omgetoverd tot woonerven, zijn stille autowegen in gebruik genomen als (tijdelijke) fietspaden en zijn er plannen aangekondigd voor uitgebreide fietsnetwerken. Bestuurders van deze steden hebben al aangekondigd dat deze maatregelen om de steden fietsvriendelijker te maken niet weer onderaan de stapel belanden als de coronacrisis voorbij is.

Ook op nationaal niveau zijn er de nodige ontwikkelingen. Onder andere de gemeenteraden van Amersfoort, Amsterdam en Haarlem hebben al stappen gezet richting een autoluwe binnenstad en een groot deel van de binnenstad van Delft en Groningen is al geruime tijd autoluw. Partij voor de Dieren en PAL GroenLinks stelden voor de zomer al schriftelijke vragen over de maatregelen die het college treft om de publieke ruimte in Leeuwarden beter te verdelen tussen voetgangers, fietsers en auto’s.

 

Eerste stappen in Leeuwarden

Ook in de gemeente Leeuwarden zijn de eerste stappen richting een autoluwe binnenstad al gezet. Eerder dit jaar stemde een meerderheid van de Leeuwarder gemeenteraad in met een motie van PAL GroenLinks, D66, PvdA en de Christenunie om de binnenstad voor 2035 zo autoluw mogelijk te maken. Er wordt inmiddels hard gewerkt om het Gouverneursplein, Hofplein, Raadhuisplein en de Eewal en Wortelhaven autoluw te maken en er zijn ook al plannen in de maak voor de Korfmakersstraat.

 

Meer kansen

Wat PAL GroenLinks betreft zijn er nog wel meer mogelijkheden om de stad autoluwer en aantrekkelijker in te richten. Wat te denken van de Voorstreek, de Kelders, de Tuinen, de Tweebaksmarkt en het Ruiterskwartier? Op veel van deze straten is doorgaand autoverkeer nog steeds mogelijk. Wij zouden liever zien dat er geen sluiproutes meer mogelijk zijn, dat er alleen auto’s worden toegelaten voor mensen die in de binnenstad wonen en dat het aantal parkeerplaatsen wordt teruggedrongen ten bate van ruimte voor voetgangers, terrassen en openbaar groen.

HULP VOOR VLUCHTELINGEN-KINDEREN | Borger-Odoorn

GroenLinks GroenLinks VVD D66 ChristenUnie CDA Borger-Odoorn 08-09-2020 00:00

GroenLinks sluit zich aan bij Coalition of the Willing.

GroenLinks, Leefbaar Borger-Odoorn, D66, ChristenUnie en Gemeentebelangen dienden in de afgelopen raad een motie in om ook onze gemeente Borger-Odoorn te laten aansluiten bij de Coalition of the Willing. Een coalitie van inmiddels ruim 165 Nederlandse gemeenten die onze regering oproepen om 500 alleenstaande minderjarige kinderen in Griekse vluchtelingenkampen op te vangen. Kinderen die nu in erbarmelijke omstandigheden moeten zien te overleven.

De motie werd aangenomen. Dit ondanks de tegenstemmen van VVD en CDA die hier als regeringspartijen op landelijk niveau ook niets aan doen.

Schriftelijke vragen Circusterrein (art. 41 RvO) | Hilversum en Wijdemeren

GroenLinks GroenLinks ChristenUnie Hilversum 06-09-2020 00:00

In de week van 31 augustus 2020 heeft GroenLinks-fractielid Lex van Waarden samen met fractielid Pelsma van de ChristenUnie schriftelijke vragen gesteld over de voortgang van het zgn. Circusterrein in Hilversum-Zuid. De vragen zijn in dit artikel te lezen.

Geacht College,

Op 13 november 2019 werd de Motie 19-129 “Sneller aan de slag met het Circusterrein” aangenomen. Conform toezegging was het streven om voor de zomer 2020 met een voorstel voor uitgangspunten te komen (zoals de verhouding wonen en werkgelegenheid). Nu Hilversum niet als Sleutelgebied MRA doorgaat komt ambtelijke capaciteit en focus vrij. Het ligt ons inziens voor de hand om voortvarender aan de slag te gaan met het Circusterrein:

Er is in Hilversum grote ambitie om woningen te realiseren. De woningbehoefte is groot. Het Circusterrein heeft veel ontwikkelpotentie, de gemeente is eigenaar Het Circusterrein is al jarenlang onderwerp van gesprek maar ligt nog altijd braak Er zijn diverse plannen gemaakt, waaronder door woningbouwvereniging

GroenLinks en ChristenUnie hebben de volgende vragen:

Wat is de stand van zaken van het toegezegde onderzoek naar de mogelijkheden en uitgangspunten van het Circusterrein? Wat maakt dat er zoveel jaren over het Circusterrein gesproken wordt als bouwlocatie zonder dat er voortgang lijkt te worden geboekt? Is er contact met belanghebbenden zoals omwonenden en Ondernemingsvereniging Hilversum ZuidWest? Is er contact met de woningcoöperaties, welke reeds plannen hebben ontwikkeld? Is het Circusterrein in beeld als (tijdelijke) locatie voor mobiliteitsoplossingen? Zoals Park&Ride (bezoekers centrum) en een verdeelpunt voor elektrische distributie/bevoorrading winkels. Welke handvaten heeft het college nodig om dit proces te versnellen? Wat wil het college doen in tussentijd dat er nog geen woningen staan op het braakliggende terrein? Zijn de mogelijkheden van tijdelijk gebruik (jongerenwoningen, tiny-houses, urban-farming) in beeld? Kortom: wanneer slaan we de eerste “spreekwoordelijke” paal?

Wij vernemen graag uw antwoord, in afwachting daarvan, vriendelijke groet,

Lex van Waarden GroenLinks Hilversum            

&

Tjerk Pelsma ChristenUnie Hilversum

 

Lees hier ons nieuwsbericht over het Circusterrein van 2019. 

 

Open brief aan de CEO's van Nederlandse financiële instellingen | GroenLinks

GroenLinks GroenLinks D66 ChristenUnie CDA Nederland 02-09-2020 00:00

Vandaag debatteert de Tweede Kamer over de verduuzaming van de financiële sector. Vier Kamerleden van vier verschillende partijen schreven daarover een opiniestuk. 

Ook deze zomer was er een van uitersten. Nog nooit werden zoveel tropische dagen achter elkaar geteld. De weekgemiddelde maximumtemperatuur was het hoogste sinds de start van de metingen in 1901 en de neerslagtekorten liepen net als in 2018 in sommige regio’s op tot boven de 300 millimeter. Het agrarische verdienmodel voor dit jaar loopt, door onder meer een combinatie van droogte, hitte en soms beperkte irrigatiemogelijkheden, een flinke knauw op.

Zo is de klimaatschade aan de omzet van boeren dit jaar exemplarisch voor iets waar toezichthouders ons sinds enkele jaren voor waarschuwen: financiële risico’s door gebrekkige verduurzaming. Dat is een tweeledig gevaar. Enerzijds zullen klimaatverandering en biodiversiteitsverlies schade toebrengen aan verdienmodellen. Denk aan een boer die niet langer aan zijn kredietverplichtingen kan voldoen door langdurige droogte. Anderzijds lijden financiële instellingen verliezen als ze gebrekkig anticiperen op de aanstaande verduurzamingstransitie, door te blijven investeren in technologieën die uitgefaseerd worden.

Voor uw instellingen is dit verhaal gelukkig niet nieuw. Verschillende banken, pensioenfondsen en verzekeraars experimenteren met meetmethoden om duurzaamheidsrisico’s in kaart te brengen en rapporteren hierover. Daarnaast committeert de gehele financiële sector zich aan het Klimaatakkoord, waarmee ze belooft een bijdrage te leveren aan Parijs. Ook toezichthouders zitten bepaald niet stil. Nederland loopt op dit gebied dan ook internationaal voorop. 

Er is desalniettemin geen aanleiding om achterover te leunen. De blik op wat er al gebeurt, moet niet afleiden van de visie op waar we naartoe moeten. Dat eindpunt ligt immers nog ver weg. Zo ging in 2018 80%-95% van de nieuwe energie-financieringen die uw sector aanging naar de fossiele industrie. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat uw instellingen onvoldoende grondig rapporteren over hun materiële duurzaamheidsrisico’s. En hoewel het Klimaatakkoordcommitment ‘een bijdrage’ expliciteert, brengt ons dat nog niet zomaar bij de daadwerkelijke reductie in 2030 die nodig is om Parijs te halen.

Het beheersen van duurzaamheidsrisico’s is niet enkel aan de sector zelf, maar zeker ook een politieke verantwoordelijkheid. Met de politiek als hoeder van het klimaatbeleid, en als aanjager en ondersteuner voor de financiële sector. Die eerste verantwoordelijkheid is genomen met de klimaatwet en het klimaatakkoord. Die laatste verantwoordelijkheid kan nu scherper ingevuld worden. Daar doen wij voorstellen toe in onze initiatiefnota over de verduurzaming van de financiële sector, waarover we vandaag met de Tweede Kamer en het kabinet in debat gaan. Jullie zijn uitgenodigd in de toekomst het gesprek tussen sector en politiek samen verder te brengen.

Wij roepen u op uw beurt op om uw ambities en commitment sneller om te zetten in actie. Kom met concrete plannen om de CO2-impact van uw portefeuille in 2030 met 55% terug te dringen. Geef inzicht in het ‘klimaatpad’ van uw huidige portefeuille. Wacht niet tot 2022 met het publiekelijk maken van reductiedoelstellingen als dat niet nodig is. Zet waar mogelijk uw middelen in om kennis te delen en achterblijvers aan te sporen. En gebruik ons duwtje in de rug om grondiger over duurzaamheidsrisico’s te rapporteren. Alleen zo brengen we de verduurzaming van de financiële sector in de juiste versnelling.

Bart Snels (GroenLinks), Joost Sneller (D66), Eppo Bruins (ChristenUnie) & Evert-Jan Slootweg (CDA)  

 

Open brief aan de CEO's van Nederlandse financiële instellingen | GroenLinks

GroenLinks GroenLinks D66 ChristenUnie CDA Rotterdam Pernis 02-09-2020 00:00

Vandaag debatteert de Tweede Kamer over de verduuzaming van de financiële sector. Vier Kamerleden van vier verschillende partijen schreven daarover een opiniestuk. 

Ook deze zomer was er een van uitersten. Nog nooit werden zoveel tropische dagen achter elkaar geteld. De weekgemiddelde maximumtemperatuur was het hoogste sinds de start van de metingen in 1901 en de neerslagtekorten liepen net als in 2018 in sommige regio’s op tot boven de 300 millimeter. Het agrarische verdienmodel voor dit jaar loopt, door onder meer een combinatie van droogte, hitte en soms beperkte irrigatiemogelijkheden, een flinke knauw op.

Zo is de klimaatschade aan de omzet van boeren dit jaar exemplarisch voor iets waar toezichthouders ons sinds enkele jaren voor waarschuwen: financiële risico’s door gebrekkige verduurzaming. Dat is een tweeledig gevaar. Enerzijds zullen klimaatverandering en biodiversiteitsverlies schade toebrengen aan verdienmodellen. Denk aan een boer die niet langer aan zijn kredietverplichtingen kan voldoen door langdurige droogte. Anderzijds lijden financiële instellingen verliezen als ze gebrekkig anticiperen op de aanstaande verduurzamingstransitie, door te blijven investeren in technologieën die uitgefaseerd worden.

Voor uw instellingen is dit verhaal gelukkig niet nieuw. Verschillende banken, pensioenfondsen en verzekeraars experimenteren met meetmethoden om duurzaamheidsrisico’s in kaart te brengen en rapporteren hierover. Daarnaast committeert de gehele financiële sector zich aan het Klimaatakkoord, waarmee ze belooft een bijdrage te leveren aan Parijs. Ook toezichthouders zitten bepaald niet stil. Nederland loopt op dit gebied dan ook internationaal voorop. 

Er is desalniettemin geen aanleiding om achterover te leunen. De blik op wat er al gebeurt, moet niet afleiden van de visie op waar we naartoe moeten. Dat eindpunt ligt immers nog ver weg. Zo ging in 2018 80%-95% van de nieuwe energie-financieringen die uw sector aanging naar de fossiele industrie. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat uw instellingen onvoldoende grondig rapporteren over hun materiële duurzaamheidsrisico’s. En hoewel het Klimaatakkoordcommitment ‘een bijdrage’ expliciteert, brengt ons dat nog niet zomaar bij de daadwerkelijke reductie in 2030 die nodig is om Parijs te halen.

Het beheersen van duurzaamheidsrisico’s is niet enkel aan de sector zelf, maar zeker ook een politieke verantwoordelijkheid. Met de politiek als hoeder van het klimaatbeleid, en als aanjager en ondersteuner voor de financiële sector. Die eerste verantwoordelijkheid is genomen met de klimaatwet en het klimaatakkoord. Die laatste verantwoordelijkheid kan nu scherper ingevuld worden. Daar doen wij voorstellen toe in onze initiatiefnota over de verduurzaming van de financiële sector, waarover we vandaag met de Tweede Kamer en het kabinet in debat gaan. Jullie zijn uitgenodigd in de toekomst het gesprek tussen sector en politiek samen verder te brengen.

Wij roepen u op uw beurt op om uw ambities en commitment sneller om te zetten in actie. Kom met concrete plannen om de CO2-impact van uw portefeuille in 2030 met 55% terug te dringen. Geef inzicht in het ‘klimaatpad’ van uw huidige portefeuille. Wacht niet tot 2022 met het publiekelijk maken van reductiedoelstellingen als dat niet nodig is. Zet waar mogelijk uw middelen in om kennis te delen en achterblijvers aan te sporen. En gebruik ons duwtje in de rug om grondiger over duurzaamheidsrisico’s te rapporteren. Alleen zo brengen we de verduurzaming van de financiële sector in de juiste versnelling.

Bart Snels (GroenLinks), Joost Sneller (D66), Eppo Bruins (ChristenUnie) & Evert-Jan Slootweg (CDA)  

 

Open brief aan de CEO's van Nederlandse financiële instellingen | GroenLinks

GroenLinks GroenLinks D66 ChristenUnie CDA Rotterdam Rozenburg 02-09-2020 00:00

Vandaag debatteert de Tweede Kamer over de verduuzaming van de financiële sector. Vier Kamerleden van vier verschillende partijen schreven daarover een opiniestuk. 

Ook deze zomer was er een van uitersten. Nog nooit werden zoveel tropische dagen achter elkaar geteld. De weekgemiddelde maximumtemperatuur was het hoogste sinds de start van de metingen in 1901 en de neerslagtekorten liepen net als in 2018 in sommige regio’s op tot boven de 300 millimeter. Het agrarische verdienmodel voor dit jaar loopt, door onder meer een combinatie van droogte, hitte en soms beperkte irrigatiemogelijkheden, een flinke knauw op.

Zo is de klimaatschade aan de omzet van boeren dit jaar exemplarisch voor iets waar toezichthouders ons sinds enkele jaren voor waarschuwen: financiële risico’s door gebrekkige verduurzaming. Dat is een tweeledig gevaar. Enerzijds zullen klimaatverandering en biodiversiteitsverlies schade toebrengen aan verdienmodellen. Denk aan een boer die niet langer aan zijn kredietverplichtingen kan voldoen door langdurige droogte. Anderzijds lijden financiële instellingen verliezen als ze gebrekkig anticiperen op de aanstaande verduurzamingstransitie, door te blijven investeren in technologieën die uitgefaseerd worden.

Voor uw instellingen is dit verhaal gelukkig niet nieuw. Verschillende banken, pensioenfondsen en verzekeraars experimenteren met meetmethoden om duurzaamheidsrisico’s in kaart te brengen en rapporteren hierover. Daarnaast committeert de gehele financiële sector zich aan het Klimaatakkoord, waarmee ze belooft een bijdrage te leveren aan Parijs. Ook toezichthouders zitten bepaald niet stil. Nederland loopt op dit gebied dan ook internationaal voorop. 

Er is desalniettemin geen aanleiding om achterover te leunen. De blik op wat er al gebeurt, moet niet afleiden van de visie op waar we naartoe moeten. Dat eindpunt ligt immers nog ver weg. Zo ging in 2018 80%-95% van de nieuwe energie-financieringen die uw sector aanging naar de fossiele industrie. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat uw instellingen onvoldoende grondig rapporteren over hun materiële duurzaamheidsrisico’s. En hoewel het Klimaatakkoordcommitment ‘een bijdrage’ expliciteert, brengt ons dat nog niet zomaar bij de daadwerkelijke reductie in 2030 die nodig is om Parijs te halen.

Het beheersen van duurzaamheidsrisico’s is niet enkel aan de sector zelf, maar zeker ook een politieke verantwoordelijkheid. Met de politiek als hoeder van het klimaatbeleid, en als aanjager en ondersteuner voor de financiële sector. Die eerste verantwoordelijkheid is genomen met de klimaatwet en het klimaatakkoord. Die laatste verantwoordelijkheid kan nu scherper ingevuld worden. Daar doen wij voorstellen toe in onze initiatiefnota over de verduurzaming van de financiële sector, waarover we vandaag met de Tweede Kamer en het kabinet in debat gaan. Jullie zijn uitgenodigd in de toekomst het gesprek tussen sector en politiek samen verder te brengen.

Wij roepen u op uw beurt op om uw ambities en commitment sneller om te zetten in actie. Kom met concrete plannen om de CO2-impact van uw portefeuille in 2030 met 55% terug te dringen. Geef inzicht in het ‘klimaatpad’ van uw huidige portefeuille. Wacht niet tot 2022 met het publiekelijk maken van reductiedoelstellingen als dat niet nodig is. Zet waar mogelijk uw middelen in om kennis te delen en achterblijvers aan te sporen. En gebruik ons duwtje in de rug om grondiger over duurzaamheidsrisico’s te rapporteren. Alleen zo brengen we de verduurzaming van de financiële sector in de juiste versnelling.

Bart Snels (GroenLinks), Joost Sneller (D66), Eppo Bruins (ChristenUnie) & Evert-Jan Slootweg (CDA)  

 

Open brief aan de CEO's van Nederlandse financiële instellingen | GroenLinks

GroenLinks GroenLinks D66 ChristenUnie CDA Zeewolde 02-09-2020 00:00

Vandaag debatteert de Tweede Kamer over de verduuzaming van de financiële sector. Vier Kamerleden van vier verschillende partijen schreven daarover een opiniestuk. 

Ook deze zomer was er een van uitersten. Nog nooit werden zoveel tropische dagen achter elkaar geteld. De weekgemiddelde maximumtemperatuur was het hoogste sinds de start van de metingen in 1901 en de neerslagtekorten liepen net als in 2018 in sommige regio’s op tot boven de 300 millimeter. Het agrarische verdienmodel voor dit jaar loopt, door onder meer een combinatie van droogte, hitte en soms beperkte irrigatiemogelijkheden, een flinke knauw op.

Zo is de klimaatschade aan de omzet van boeren dit jaar exemplarisch voor iets waar toezichthouders ons sinds enkele jaren voor waarschuwen: financiële risico’s door gebrekkige verduurzaming. Dat is een tweeledig gevaar. Enerzijds zullen klimaatverandering en biodiversiteitsverlies schade toebrengen aan verdienmodellen. Denk aan een boer die niet langer aan zijn kredietverplichtingen kan voldoen door langdurige droogte. Anderzijds lijden financiële instellingen verliezen als ze gebrekkig anticiperen op de aanstaande verduurzamingstransitie, door te blijven investeren in technologieën die uitgefaseerd worden.

Voor uw instellingen is dit verhaal gelukkig niet nieuw. Verschillende banken, pensioenfondsen en verzekeraars experimenteren met meetmethoden om duurzaamheidsrisico’s in kaart te brengen en rapporteren hierover. Daarnaast committeert de gehele financiële sector zich aan het Klimaatakkoord, waarmee ze belooft een bijdrage te leveren aan Parijs. Ook toezichthouders zitten bepaald niet stil. Nederland loopt op dit gebied dan ook internationaal voorop. 

Er is desalniettemin geen aanleiding om achterover te leunen. De blik op wat er al gebeurt, moet niet afleiden van de visie op waar we naartoe moeten. Dat eindpunt ligt immers nog ver weg. Zo ging in 2018 80%-95% van de nieuwe energie-financieringen die uw sector aanging naar de fossiele industrie. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat uw instellingen onvoldoende grondig rapporteren over hun materiële duurzaamheidsrisico’s. En hoewel het Klimaatakkoordcommitment ‘een bijdrage’ expliciteert, brengt ons dat nog niet zomaar bij de daadwerkelijke reductie in 2030 die nodig is om Parijs te halen.

Het beheersen van duurzaamheidsrisico’s is niet enkel aan de sector zelf, maar zeker ook een politieke verantwoordelijkheid. Met de politiek als hoeder van het klimaatbeleid, en als aanjager en ondersteuner voor de financiële sector. Die eerste verantwoordelijkheid is genomen met de klimaatwet en het klimaatakkoord. Die laatste verantwoordelijkheid kan nu scherper ingevuld worden. Daar doen wij voorstellen toe in onze initiatiefnota over de verduurzaming van de financiële sector, waarover we vandaag met de Tweede Kamer en het kabinet in debat gaan. Jullie zijn uitgenodigd in de toekomst het gesprek tussen sector en politiek samen verder te brengen.

Wij roepen u op uw beurt op om uw ambities en commitment sneller om te zetten in actie. Kom met concrete plannen om de CO2-impact van uw portefeuille in 2030 met 55% terug te dringen. Geef inzicht in het ‘klimaatpad’ van uw huidige portefeuille. Wacht niet tot 2022 met het publiekelijk maken van reductiedoelstellingen als dat niet nodig is. Zet waar mogelijk uw middelen in om kennis te delen en achterblijvers aan te sporen. En gebruik ons duwtje in de rug om grondiger over duurzaamheidsrisico’s te rapporteren. Alleen zo brengen we de verduurzaming van de financiële sector in de juiste versnelling.

Bart Snels (GroenLinks), Joost Sneller (D66), Eppo Bruins (ChristenUnie) & Evert-Jan Slootweg (CDA)  

 

Open brief aan de CEO's van Nederlandse financiële instellingen | GroenLinks

GroenLinks GroenLinks D66 ChristenUnie CDA Rotterdam Delfshaven 02-09-2020 00:00

Vandaag debatteert de Tweede Kamer over de verduuzaming van de financiële sector. Vier Kamerleden van vier verschillende partijen schreven daarover een opiniestuk. 

Ook deze zomer was er een van uitersten. Nog nooit werden zoveel tropische dagen achter elkaar geteld. De weekgemiddelde maximumtemperatuur was het hoogste sinds de start van de metingen in 1901 en de neerslagtekorten liepen net als in 2018 in sommige regio’s op tot boven de 300 millimeter. Het agrarische verdienmodel voor dit jaar loopt, door onder meer een combinatie van droogte, hitte en soms beperkte irrigatiemogelijkheden, een flinke knauw op.

Zo is de klimaatschade aan de omzet van boeren dit jaar exemplarisch voor iets waar toezichthouders ons sinds enkele jaren voor waarschuwen: financiële risico’s door gebrekkige verduurzaming. Dat is een tweeledig gevaar. Enerzijds zullen klimaatverandering en biodiversiteitsverlies schade toebrengen aan verdienmodellen. Denk aan een boer die niet langer aan zijn kredietverplichtingen kan voldoen door langdurige droogte. Anderzijds lijden financiële instellingen verliezen als ze gebrekkig anticiperen op de aanstaande verduurzamingstransitie, door te blijven investeren in technologieën die uitgefaseerd worden.

Voor uw instellingen is dit verhaal gelukkig niet nieuw. Verschillende banken, pensioenfondsen en verzekeraars experimenteren met meetmethoden om duurzaamheidsrisico’s in kaart te brengen en rapporteren hierover. Daarnaast committeert de gehele financiële sector zich aan het Klimaatakkoord, waarmee ze belooft een bijdrage te leveren aan Parijs. Ook toezichthouders zitten bepaald niet stil. Nederland loopt op dit gebied dan ook internationaal voorop. 

Er is desalniettemin geen aanleiding om achterover te leunen. De blik op wat er al gebeurt, moet niet afleiden van de visie op waar we naartoe moeten. Dat eindpunt ligt immers nog ver weg. Zo ging in 2018 80%-95% van de nieuwe energie-financieringen die uw sector aanging naar de fossiele industrie. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat uw instellingen onvoldoende grondig rapporteren over hun materiële duurzaamheidsrisico’s. En hoewel het Klimaatakkoordcommitment ‘een bijdrage’ expliciteert, brengt ons dat nog niet zomaar bij de daadwerkelijke reductie in 2030 die nodig is om Parijs te halen.

Het beheersen van duurzaamheidsrisico’s is niet enkel aan de sector zelf, maar zeker ook een politieke verantwoordelijkheid. Met de politiek als hoeder van het klimaatbeleid, en als aanjager en ondersteuner voor de financiële sector. Die eerste verantwoordelijkheid is genomen met de klimaatwet en het klimaatakkoord. Die laatste verantwoordelijkheid kan nu scherper ingevuld worden. Daar doen wij voorstellen toe in onze initiatiefnota over de verduurzaming van de financiële sector, waarover we vandaag met de Tweede Kamer en het kabinet in debat gaan. Jullie zijn uitgenodigd in de toekomst het gesprek tussen sector en politiek samen verder te brengen.

Wij roepen u op uw beurt op om uw ambities en commitment sneller om te zetten in actie. Kom met concrete plannen om de CO2-impact van uw portefeuille in 2030 met 55% terug te dringen. Geef inzicht in het ‘klimaatpad’ van uw huidige portefeuille. Wacht niet tot 2022 met het publiekelijk maken van reductiedoelstellingen als dat niet nodig is. Zet waar mogelijk uw middelen in om kennis te delen en achterblijvers aan te sporen. En gebruik ons duwtje in de rug om grondiger over duurzaamheidsrisico’s te rapporteren. Alleen zo brengen we de verduurzaming van de financiële sector in de juiste versnelling.

Bart Snels (GroenLinks), Joost Sneller (D66), Eppo Bruins (ChristenUnie) & Evert-Jan Slootweg (CDA)  

 

Open brief aan de CEO's van Nederlandse financiële instellingen | GroenLinks

GroenLinks GroenLinks D66 ChristenUnie CDA Rotterdam Hillegersberg-Schiebroek 02-09-2020 00:00

Vandaag debatteert de Tweede Kamer over de verduuzaming van de financiële sector. Vier Kamerleden van vier verschillende partijen schreven daarover een opiniestuk. 

Ook deze zomer was er een van uitersten. Nog nooit werden zoveel tropische dagen achter elkaar geteld. De weekgemiddelde maximumtemperatuur was het hoogste sinds de start van de metingen in 1901 en de neerslagtekorten liepen net als in 2018 in sommige regio’s op tot boven de 300 millimeter. Het agrarische verdienmodel voor dit jaar loopt, door onder meer een combinatie van droogte, hitte en soms beperkte irrigatiemogelijkheden, een flinke knauw op.

Zo is de klimaatschade aan de omzet van boeren dit jaar exemplarisch voor iets waar toezichthouders ons sinds enkele jaren voor waarschuwen: financiële risico’s door gebrekkige verduurzaming. Dat is een tweeledig gevaar. Enerzijds zullen klimaatverandering en biodiversiteitsverlies schade toebrengen aan verdienmodellen. Denk aan een boer die niet langer aan zijn kredietverplichtingen kan voldoen door langdurige droogte. Anderzijds lijden financiële instellingen verliezen als ze gebrekkig anticiperen op de aanstaande verduurzamingstransitie, door te blijven investeren in technologieën die uitgefaseerd worden.

Voor uw instellingen is dit verhaal gelukkig niet nieuw. Verschillende banken, pensioenfondsen en verzekeraars experimenteren met meetmethoden om duurzaamheidsrisico’s in kaart te brengen en rapporteren hierover. Daarnaast committeert de gehele financiële sector zich aan het Klimaatakkoord, waarmee ze belooft een bijdrage te leveren aan Parijs. Ook toezichthouders zitten bepaald niet stil. Nederland loopt op dit gebied dan ook internationaal voorop. 

Er is desalniettemin geen aanleiding om achterover te leunen. De blik op wat er al gebeurt, moet niet afleiden van de visie op waar we naartoe moeten. Dat eindpunt ligt immers nog ver weg. Zo ging in 2018 80%-95% van de nieuwe energie-financieringen die uw sector aanging naar de fossiele industrie. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat uw instellingen onvoldoende grondig rapporteren over hun materiële duurzaamheidsrisico’s. En hoewel het Klimaatakkoordcommitment ‘een bijdrage’ expliciteert, brengt ons dat nog niet zomaar bij de daadwerkelijke reductie in 2030 die nodig is om Parijs te halen.

Het beheersen van duurzaamheidsrisico’s is niet enkel aan de sector zelf, maar zeker ook een politieke verantwoordelijkheid. Met de politiek als hoeder van het klimaatbeleid, en als aanjager en ondersteuner voor de financiële sector. Die eerste verantwoordelijkheid is genomen met de klimaatwet en het klimaatakkoord. Die laatste verantwoordelijkheid kan nu scherper ingevuld worden. Daar doen wij voorstellen toe in onze initiatiefnota over de verduurzaming van de financiële sector, waarover we vandaag met de Tweede Kamer en het kabinet in debat gaan. Jullie zijn uitgenodigd in de toekomst het gesprek tussen sector en politiek samen verder te brengen.

Wij roepen u op uw beurt op om uw ambities en commitment sneller om te zetten in actie. Kom met concrete plannen om de CO2-impact van uw portefeuille in 2030 met 55% terug te dringen. Geef inzicht in het ‘klimaatpad’ van uw huidige portefeuille. Wacht niet tot 2022 met het publiekelijk maken van reductiedoelstellingen als dat niet nodig is. Zet waar mogelijk uw middelen in om kennis te delen en achterblijvers aan te sporen. En gebruik ons duwtje in de rug om grondiger over duurzaamheidsrisico’s te rapporteren. Alleen zo brengen we de verduurzaming van de financiële sector in de juiste versnelling.

Bart Snels (GroenLinks), Joost Sneller (D66), Eppo Bruins (ChristenUnie) & Evert-Jan Slootweg (CDA)  

 

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.