Nieuws van politieke partijen over GroenLinks inzichtelijk

288 documenten

Een tango - macht en tegenmacht | Wageningen

GroenLinks GroenLinks Wageningen 01-05-2020 00:00

Het belangrijkste onderwerp dat ons nu allemaal bezig houdt is zonder twijfel gezondheid. Gezond zijn als ultieme vrijheid. Een aantal bespiegelingen over democratie, taalgebruik, economie en digitalisering. En hoe deze onderwerpen voorwaarden zijn voor een vrije en gezonde samenleving, een samenleving die iedereen verder helpt. Een vrijheidsessay door onze wethouder Lara de Brito.

Als we nu voorzichtig een blik vooruit werpen naar het moment dat we de piek van de gezondheidsdreiging onomkeerbaar achter ons hebben, en nadenken over wat we aantreffen, dan zien we in ieder geval een economie die buiten adem is. KLM wordt kunstmatig in de lucht gehouden, en de ravage die deze crisis voor kleine ondernemers betekent is bijna niet voor te stellen. Het vraagt om een masterplan met een duidelijke visie. Waar willen we als samenleving heen. Nu is het moment om een aantal veranderingen teweeg te brengen die ons ook in de toekomst gezonder en veiliger houden.

 

Koop lokaal

Laat ik dicht bij huis beginnen, met het onderwerp voedsel. Voedsel is behalve een heel Wagenings onderwerp, met de voedseluniversiteit binnen onze gemeentegrenzen, ook een onderwerp dat gezondheid en economie op een natuurlijke manier combineert. Door de coronacrisis komen veel lokale bedrijven en voedselproducenten in de knel. Tegelijkertijd ontstaat er steeds meer bewustzijn over de waarde van lokale bedrijvigheid en ontstaan er initiatieven die het lokaal kopen aanmoedigen. Met slogans als ‘Koop lokaal da’s lekker sociaal’ staat de lokale economie als nooit tevoren in de schijnwerpers. In een zuidelijk land als Portugal, waar mijn familie vandaan komt, merk ik altijd op dat de relatie met voedsel en lokale productie veel hechter is dan hier. Mijn oma weet altijd precies waar haar inkopen vandaan komen en ze koopt altijd bewust producten uit Portugal.

Deze crisis geeft ons de unieke kans om de steun voor de lokale economie verder te versterken. Samen kunnen we er voor zorgen om voedsel dat in onze directe omgeving wordt geproduceerd eerder op ons bord belandt dan voedsel dat, voor veel te weinig geld van de andere kant van de wereld hierheen moet worden gevlogen. Met alle klimaatschade van dien. Als straks na de crisis niet alleen de duurzame banken, maar ook de andere banken, zichzelf bij alle vragen om financiering de vraag stellen: “zit de samenleving hier op te wachten?” zoals Kees Vendrik, hoofdeconoom van de Triodosbank het zo mooi samenvat in een interview in De Groene, dan kunnen we als het over voedsel gaat, maar ook bij alle andere economische activiteiten, de juiste keuzes maken. Keuzes die ons allen vooruit helpen en onze planeet sparen. Dat is de vrijheid en de gezondheid die we voor onszelf maar zeker ook voor onze kinderen en de volgende generaties nodig hebben.

Ook om een gewichtsepidemie in de toekomst te voorkomen, moeten we veel bewuster en gezonder gaan eten. In dezelfde editie van De Groene, die in het teken staat van de toekomst, wijst Jaap Seidell, Hoogleraar Voeding en Gezondheid aan de VU, er op dat we zestig procent van onze dagelijkse energie uit junkfood halen. Van alles wat er in supermarkten verkocht wordt staat zeventig procent niet in de Schijf van Vijf en van de aanbiedingen bestaat negentig procent uit ongezonde keuzes. Dat maakt het noodzakelijk om naast het stimuleren van lokaal voedsel ook serieuze wetgeving te ontwerpen om de gezondheids- en gewichtscrisis die op ons afkomt af te wenden. Het grote verschil met de coronacrisis is dat de junkfoodcrisis zich in slow motion afspeelt, maar het aantal slachtoffers is enorm en gaat de komende jaren, als we niet ingrijpen, serieus verder groeien.

Tijdens een persconferentie eind april zei premier Mark Rutte dat de vrijheid van de één niet ten koste mag gaan van de gezondheid van de ander. De werkelijkheid is dat dat precies is wat er al lang aan de hand is in ons land. Mensen in sommige kansarme wijken leven zes à zeven jaren korter en bijna twintig jaar langer in ziekte. Een onbesproken en voor velen onzichtbare crisis. Als we gezondheid, ook nadat de coronacrisis voorbij is, serieus een prioriteit willen maken dan vraagt dat om hele andere keuzes en ook om deze stille gezondheids- en ongelijkheidscrisis te adresseren.

In het huidige economische systeem is de vrijheid van de een altijd verstrengeld met de onvrijheid van anderen. Dat komt omdat we een economie hebben die draait op uitbuiting en goedkope productie. Veel van de kleren die wij in Nederland kopen en dragen bijvoorbeeld  zijn gemaakt in sweatshops in Azië waar volwassenen en kinderen voor een schijntje in erbarmelijke omstandigheden werken. Dat maakt dat onze rijkdom de armoede van anderen is en ons welbevinden hun ongezondheid. Maar we kunnen ook kiezen voor een gezonde economie, een economie die alle mensen dient. We willen toch allemaal leven in een economie waar alle banken zich afvragen ‘Zit de samenleving hier op te wachten?’ in plaats van ‘Kunnen we hier geld aan verdienen?’ Een economie die handelt in vrijheid en gezondheid, het kan. Als er een ding is dat de huidige crisis duidelijk laat zien is dat niets onaantastbaar is en dat onze vrijheid en onze gezondheid meer waard zijn dan de investeringen die we er tot dusver in hebben gedaan. Daarom en omdat de wereld in snel tempo veranderd is het nodig om een intelligent toekomstplan te ontwikkelen voor het samenlevingsherstel waar we straks voor staan.

 

Brosse democratie

Maar om te kunnen weten wat er in de toekomst moet gebeuren is het belangrijk om verder stil te staan bij wat er nu gaande is. Wereldwijd zien we dat er nu, in crisistijd, democratische principes worden ingeleverd. Alles wat van waarde is is kwetsbaar, zo ook onze democratie. Niet alleen in landen die een jonge en brosse democratische traditie hebben, ook bij ons vraagt het veel alertheid als we middelen inzetten die burgerlijke vrijheden overrulen. Wat ons nu beschermd laat ons ook machteloos achter. Als we onze democratie serieus nemen dan moeten we ten alle tijde kritisch blijven en de dilemma’s onder ogen durven zien.

De corona maatregelen waren net afgekondigd toen we thuis aan het derde seizoen van The Handmaid’s Tale begonnen. Dit derde seizoen heb ik dan ook heel anders bekeken dan de twee daarvoor. Deze populaire en schurende  serie is de verfilming van een boek van Margaret Atwood. Een dystopisch verhaal dat zich afspeelt in een nieuwe door de Bijbel geregeerde republiek genaamd Gilead. Het is fictie, voorbij aan wat de meesten van ons zich kunnen verbeelden, maar helaas niet voorbij de werkelijkheid.

In Gilead neemt een zwaar religieuze groep de macht over nadat door een klimaatramp en ernstige vergiftigingen de meeste vrouwen onvruchtbaar zijn geworden. In dit totalitaire regime regeren de mannen met ijzeren hand. Vrouwen zijn eigendom en naast de echtgenoten van de leiders hebben ze slechts twee rollen, de werksters, de Martha’s en de Handmaid’s. De laatsten hebben als taak om kinderen te baren voor het echtpaar dat ze toegewezen wordt. Op een rituele wijze met een letterlijke interpretatie van de Bijbel als basis worden ze regelmatig verkracht in de hoop dat ze -‘praise be’- zwanger worden. De eigen Bijbelse taal, waar een ieder elkaar begroet met het claustrofobische zinnetje ‘under his eye’, is beklemmend en beangstigend.

Ongehoorzaamheid en het niet minutieus opvolgen van de doctrine en de orders van hun meester wiens naam de jonge vrouwen dragen, kost ze een oog, een vinger, een hand of ze belanden op de muur, opgehangen. Het is een gruwelijke wereld die de meest wrede fantasieën overstijgen. Maar het meest confronterend er aan is het gedachte-experiment dat een moderne vrije samenleving -het speelt zich af in modern Amerika- door veranderende omstandigheden, in dit geval desastreuze gevolgen van milieuverontreiniging, langzaam van een democratie in de meest gruwelijke dictatuur veranderen kan.

 

Vrouwelijke leiders

Als tegenhanger van dit dytopisch beeld valt in de echte wereld gelukkig op hoe goed vrouwelijke leiders het doen in deze spannende tijd. In Forbes stond recent een artikel met als titel: “What Do Countries With The Best Coronavirus Responses Have In Common? Women Leaders.” Jacinda Ardern, de president van Nieuw-Zeeland maakte voor de crisis al een begroting die gericht was op het vergroten van welzijn in plaats van groei. Een mooi voorbeeld voor ons. Vrouwelijke leiders aarzelen minder en durven sneller te kiezen voor de gezondheid van hun burgers. Zoals Forbes mooi uiteenzet profiteren de landen met vrouwelijke leiders van de aanpak van hun leiders vandaag de dag, ik ben er van overtuigd dat vrouwelijke machthebbers ook de beste bescherming bieden tegen conservatieve en macht beluste krachten. Tijdens het Vrijheidscollege van Sinan Can op 5 mei vorig jaar liet hij een compilatie met foto’s van dictators zien en stelde het publiek de vraag ‘Wat valt op?’ Na een korte pauze zei hij hardop wat ook wij allemaal zelf konden zien: het waren allemaal mannen.

Ik wil en durf op geen enkele manier een relatie te leggen tussen de huidige situatie van crisis en de dreiging van een dergelijke totalitaire werkelijkheid zoals in The Handmaid’s Tale. Net zomin als de onvrijheid tijdens de oorlog te vergelijken is met wat mensen nu aan onvrijheid ervaren, maar het zet wel aan tot denken. Het is een herinnering dat vrijheid inderdaad niet vanzelfsprekend is en dat het onderhoud en permanente alertheid vraagt. In tijden van crisis, van paniek, van verminderde democratische controle in een tijd waar ons normale leven drastisch verandert, moeten we onze democratie nog beter onderhouden.

Zodra we dat achterwege laten en al te gewillig uit de weg gaan zonder vragen te stellen dan brengen we onze democratie schade toe. Het is een ieders taak om niet blind orders op te volgen, maar altijd zelf te blijven nadenken. Een democratie vaart alleen goed bij macht en tegenmacht. Het bevragen van de keuzes en bespreken van alternatieven. De dilemma’s proberen te doorgronden. Er bestaan maar weinig situaties en keuzes die of honderd procent goed of honderd procent fout zijn. Het is een ingewikkelde puzzel waarbij de dingen die belangrijk zijn voor onze kwaliteit van leven, vrijheidsinperkingen en gezondheidsrisico’n tegen elkaar moeten worden afgewogen. Politiek en besturen is het afwegen van belangen tegen elkaar, het zo goed mogelijk ontwarren van dilemma’s. Het doel is het dienen van het algemeen belang.

En er bestaan ook geen alwetende mensen en leiders. (Al denken sommige van wel) Wat leiders nodig hebben zijn burgers, journalisten en politici die vragen blijven stellen. Daar bedoel ik nadrukkelijk niet mee dat ze terwijl er een crisis bezworen moet worden aanvallen blijven uitvoeren, maar wel dat ze op een respectvolle manier inhoudelijke vragen blijven stellen. De afgelopen weken hebben we gezien dat de lokale democratie die in de eerste weken van de crisis in slaap leek te zijn gebracht gelukkig langzaam aan het ontwaken is. Dat de vrijheidsdans, de tango van macht en tegenmacht, zich weer langzaam opbouwt.

 

Woorden

Een vaak onderschat of zelfs onzichtbaar thema daarbij is taal. Een van de gevolgen van het in werking stellen van de crisisstructuur en het bijbehorende instrumentarium is het gebruik van oorlogsretoriek. Crisistaal heeft veel verwantschap met oorlogstaal. Kordaat, een taal die vooral tot de verbeelding en onze angsten spreekt. Een backup scenario is een noodscenario, een opvangplek voor ouderen die uit het ziekenhuis worden ontslagen een noodlocatie -terwijl je het ook een corona care center kunt noemen, dat geeft al een heel ander gevoel. Verpleegkundigen werken in de frontlinie, ze zijn de soldaten van deze crisis. In een tijd waarin een noodverordening van kracht is is het extra opletten. Want taal is niet alleen een uitkomst van omstandigheden het heeft omgekeerd ook gevolgen voor gedrag en gevoelens. Daarom maakt het altijd uit welke woorden we gebruiken. Daarom moet onze vrijheid ook in de taal die we gebruiken weerspiegeld worden. Een woord is niet alleen een verzameling letters, het is geen dood ding, een woord is de spiegel van de mens, een ziel van de samenleving, een ambassadeur van plaats en tijd, de verrader van sluipend gevaar, het is soms ook een klokkenluider.

Al lijkt het in crisistijd soms banaal en aanstellerig, het is geen intellectueel spelletje. Juist in moeilijke omstandigheden moeten we zorgen voor onze vrijheden en onze principes van vertrouwen, openheid en democratie koesteren en deze zo goed mogelijk proberen na te leven. In een recente column in De Groene schreef Niña Weijers over haar voorkeur voor zorgvuldigheid. Dat deed ze aan de hand van een aantal vragen die haar Duitse vertaalster had gesteld: “Wat is het verschil tussen ‘kunstenaars’ en ‘artiesten’?” had ze gevraagd. “IS er een verschil? In het Duits kennen we eigenlijk alleen maar “Künstler”, “Artisten” zijn circusacrobaten. Wat te doen?” Daarover schreef Weijers: ‘Ik ben dol op zulke vragen, niet alleen omdat ze verschillen tussen talen en culturen blootleggen, maar ook omdat ze zorgvuldigheid uitdrukken. Er zijn veel argumenten te bedenken waarom zorgvuldigheid een vorm van liefde is.” Ik ben het hartgrondig met Weijers eens. Het is een vorm van liefde, een vorm van liefde die ook onze democratie dient. Daarom is heel precies zijn als het over de woorden gaat die we kiezen ook een  vorm van liefde, de liefde voor vrijheid en onze democratische beginselen.

 

Electronische isoleercel

Als we om ons heen kijken naar wat verder opvalt in deze situatie van beperking, dan springt het thema digitalisering er duidelijk uit. Hoewel het ontroerende plaatjes  oplevert van kleine kinderen die hun grootouders, gescheiden door vensterglas  proberen aan te raken en volwassenen op hoogwerkers  die een poging doen om een glimlach op het gezicht van hun demente ouders te toveren zijn de schermpjes waarschijnlijk wel hét beeld van deze tijd: Vergaderen via een scherm, les volgen via een scherm, muziekinstrumenten bespelen via een scherm, verjaardagen vieren via een scherm. Deze ervaringen en beelden gaan ons nooit meer verlaten. Omdat het voor altijd aan deze tijd verbonden zal blijven. De vraag is: Hoe gaat het ons en de samenleving veranderen?

Op veel plekken geeft deze crisis een enorme push aan de digitale mogelijkheden en het digitale denken. Dat is zo bij overheden, in ziekenhuizen, bij zorginstellingen. Investeringen die niet mogelijk leken worden nu toch gedaan. Het is verleidelijk om door optimisme of juist alarmisme gedreven futuristische visioenen te hebben, maar als ik stilsta bij de basale kansen en onze verhouding met technische mogelijkheden dan zie ik vooral veel werk in het eerst opbouwen van een goede relatie met en tot onze technische mogelijkheden.

Hierover had ik nu erg graag een goed gesprek willen voeren met professor Maurice Elzas, een gesprek waar we aan begonnen waren maar dat door zijn plotselinge overlijden afgelopen februari nooit afgemaakt is. Maurice Elzas , hoogleraar Informatica, was jaren voorzitter van Stichting Joods Erfgoed Wageningen. Elzas woonde al sinds 1973 met veel plezier in Wageningen vertelde hij me de laatste keer dat ik hem sprak na de onthulling van het kunstwerk Levenslicht van Daan Roosegaarde. Tijdens de onthulling van het kunstwerk gaf Elzas een indrukwekkende speech. Hoewel hij ietwat wiebelig op zijn benen leek te staan, sprak hij desalniettemin op de voor hem normale gezaghebbende wijze. Hij sloot zijn speech af met de volgende woorden: “Het is de hoogste tijd meer afstand te nemen van onze electronisch isoleercel en weer te leren handelen als ware medemensen.”

Het gesprek dat we achteraf voerden, in het stadhuis ,om weer een beetje op temperatuur te komen, ging niet alleen over de oorlog. Hij vertelde wel over zijn persoonlijke geschiedenis, over zijn ervaringen en avonturen in Argentinië waar hij een belangrijk deel van zijn jeugd doorbracht. Maar het gesprek ging ook over digitalisering en zijn baanbrekend academisch werk op dat terrein. Elzas was niet alleen hoogleraar Informatica maar ook ontwerper van een van de allereerste computers van Nederland. En was hij voorzitter van het Nederlands genootschap voor informatica. Toen we elkaar spraken, twee weken voor zijn overlijden, zei hij nog bezig te zijn met een stuk over digitalisering. Hij maakte zich zorgen over hoe onze apparaten onze medemenselijkheid opzij aan het schuiven waren.

Tijdens dat laatste gesprek vonden we elkaar in een aantal basale principes. ICT moeten we niet alleen als een technisch vraagstuk benaderen. Het draait er niet om om zoveel mogelijk de technische mogelijkheden te benutten, het zou omgekeerd moeten werken. De technische mogelijkheden moeten optimaal worden ingezet om menselijke behoeftes te dienen. Niet de techniek maar de gebruiker moet het uitgangspunt zijn. Voor wie de digitale vaardigheden niet goed beheerst wordt de wereld anders steeds ontoegankelijker en zo de verschillen tussen groepen steeds groter. Dit is nu actueler dan ooit. Bij elke uitbreiding van onze digitalisering moeten we bedenken of we iedereen mee hebben in die ontwikkeling.

Het was een zeer interessant en geanimeerd gesprek. De afgelopen tijd heb ik me afgevraagd wat professor Elzas had gevonden van het feit dat we allemaal nog sterker dan voorheen aangewezen zijn op onze elektronische isoleercellen, zoals hij zelf mobiele apparaten beschreef. maar ook hoe hij had gekeken naar de privacy vraagstukken van een corona app. Daar had hij zonder twijfel waardevolle gedachten over gehad, gedachten die ons hadden kunnen helpen laveren tussen de gevaren van het verleden en die van de toekomst. Tijdens zijn laatste speech zei hij ook: ‘In onze moderne maatschappij zijn mensen voor velen gewoon ‘data’ geworden. Dat is niet van gevaar ontbloot.’ Over dat gevaar had ik het met hem willen hebben.

 

Tango

Dit is een tijd van grote vragen, over gezondheid, economie en democratie en hoe ze zich tot elkaar verhouden. Allemaal verbonden aan elkaar, als een grote mobile, wanneer  één onderdeel beweegt dan beweegt de rest ook.

De belangrijkste vraag is of we de lessen van deze coronapandemie voldoende leren. Als we onze gezondheid niet zelf niet op plaats één zetten dan overvalt het ons,  zoals nu ook is gebeurd. Daar is geen ontkomen aan en de volgende dreiging staat al voor de deur. Urgenda procedeerde met succes tegen de Nederlandse Staat omdat deze te weinig doet om haar burgers te beschermen tegen de gevolgen van klimaatverandering, een zaak die in wezen draait om onze gezondheid. Zolang we een economisch systeem hebben dat ons ziek maakt, die onze planeet ziek maakt dan zullen we geconfronteerd worden met de dramatische gevolgen ervan.

Daarom is nu het moment om gezondheid serieus te nemen. Om een economie te bouwen die de gezondheid en het welzijn van mensen als hoogste prioriteit heeft.  En dat betekent dat we niet alleen een acute gezondheidsdreiging, zoals nu met corona het geval is, serieus moeten nemen , maar ook de stille gezondheidscrises die zich afspelen, zoals de enorme gezondheidsverschillen gerelateerd aan inkomen en woonomgeving.

Ik hoop van harte dat er achter de schermen in Den Haag hard gewerkt wordt aan het in de steigers zetten van een masterplan voor de toekomst. Een plan voor een gezonde samenleving en een gezonde economie die daar bij past. In deze tijd denk je met heimwee naar politieke architecten als Thorbecke en Roosevelt, die bewezen dat je groots kunt denken en vanaf de grond af aan iets nieuws op kunt bouwen.  Daarvoor is een ruime blik nodig en verbeelding. Daarvoor zijn er denkers nodig uit de geesteswetenschappen, economen die weten hoe een gezonde en duurzame economie er uit moet zien en innovatiedeskundigen. Denkers die in staat zijn om een intelligente doorstart te kunnen ontwerpen die de beproevingen die op ons af komen aan kan en de economie snel op haar benen kan helpen op een manier die duurzaam is.

Want als we werkelijk gezondheid het allerbelangrijkste vinden, dan moeten we daar nog veel voor doen. Onze economie moet helemaal anders worden ingericht. Onze begrotingen moeten gericht zijn op het vergroten van de gezondheid en het welzijn van mensen. Daarvoor moeten we het sturen op groei en het bruto binnenlands product loslaten. Economische groei en activiteiten die slecht zijn voor onze gezondheid moeten tot het verleden gaan behoren. Over 75 jaar kunnen onze kleinkinderen dan zeggen dat 2020 het jaar was dat de bevrijding van een ongezonde en vuile economie begon.

Er we hoeven niet vanaf nul te beginnen. De plannen voor een Green New Deal liggen al jaren klaar in afwachting van uitvoering. In Brussel en in Washington, waar rising star en outsider Alexandria Ocasio-Cortez, het jongste vrouwelijke congreslid ooit, er al tijden onvermoeibaar voor pleit.

Voor de beelddenkers onder ons: Het is tijd voor een mooie tango. Een elegante dans waarin gezondheid en economie samen leren bewegen. In een tijd waar zoveel in beweging is is een improvisatiedans met veel karakter precies wat we nodig hebben. Spanning opbouwen, sterke bewegingen, stevige présence en altijd met de grootste controle. Simultaan is er dan de schaduwdans van macht en tegenmacht, want alleen dan zijn we vellig, zijn we vrij.

Veerkracht na corona. Negen aanbevelingen voor een weerbare samenleving | Tilburg

GroenLinks GroenLinks Tilburg 30-04-2020 00:00

Een bericht van Robbert Bodegraven, directeur van Wetenschappelijk Bureau GroenLinks.

Hoe richten we de samenleving zo in dat ze minder vatbaar is voor volgende crises? Die vraag doemt op nu de grote economische, sociale en geopolitieke gevolgen van de coronacrisis zich steeds duidelijker manifesteren. Negen aanbevelingen voor een meer veerkrachtige samenleving.

Zij die denken dat de wereld van voor corona precies zo terugkeert na corona, leven in een illusie.’ Het zijn woorden van Mark Rutte, de premier die aan het hoofd van onze regering het land al weken stevig bij de hand neemt. Ze vielen wat weg in het debat over aantallen ic-bedden en het mogelijk versoepelen van de noodmaatregelen. Maar ze zijn veelzeggend.

Terwijl we van uur tot uur de coronacrisis te lijf gaan, is het denken over de wereld na Covid-19 in volle gang. Een wereld die nu in brand staat en er zodanig beschadigd uitkomt dat herstel van de oude orde niet meer mogelijk zal zijn. Een wereld die hoe dan ook geconfronteerd zal worden met een volgende mondiale crisis.

Veerkracht Natuurlijk ligt de focus op de korte termijn nog volledig op bestrijding van de gezondheidscrisis. We zitten er middenin, iedere dag worden mensen ziek en overlijden vaders, moeders, oma’s en opa’s, kinderen, geliefden. Maar er is een wereld na deze crisis. En we kunnen het ons niet veroorloven te wachten met nadenken over hoe die wereld eruit zal zien.

In een crisis zoals we die nu meemaken komt het aan op veerkracht. Dat betekent niet alleen: zorgen dat we uit deze crisis komen. Veerkracht is ook: de samenleving zo vormgeven dat ze minder vatbaar is voor volgende crises. We weten dat die gaan komen. Is het niet een volgend virus, dat misschien – God verhoede – nog agressiever en dodelijker om zich heen grijpt, dan is het wel de crisis van het nu even naar de achtergrond gedreven veranderende klimaat. Dus: hoe gaan we onze veerkracht vergroten? Hoewel het nog te vroeg is om volledig te kunnen zijn, tekent de noodzaak voor verandering én de kans op verbetering op een aantal terreinen zich onmiskenbaar af. Negen lessen waarmee we veerkracht versterken.

Les 1: De overheid doet ertoe

Als wereldwijd één ding duidelijk wordt in de aanpak van de coronacrisis, dan is het wel dat de samenleving een krachtige overheid nodig heeft die met vaste hand het stuur in handen neemt – niet alleen in tijden van crisis, maar ook daarna. We zien een rehabilitatie van de overheid die met behoud van vrijheden en instandhouding van de democratische rechtsstaat, de regie neemt over de richting die de samenleving op moet. Omdat de situatie dat vraagt en de bevolking het aan haar toevertrouwt.

Hiermee laat de overheid de rol los die ze zich sinds de jaren tachtig van de vorige eeuw zelf toebedeelde: als een partij op de achtergrond, die zoveel mogelijk vrijheid aan vooral het bedrijfsleven geeft. In plaats van een overheid die bureaucratisch, log en behoudend is – het imago dat door de vrije marktdenkers lang als vanzelfsprekend werd gevoed – zien we nu een overheid die krachtdadig, snel en vernieuwend te werk gaat.

Die zelfbewuste rol zal na deze crisis hard nodig blijven. Het zal ertoe leiden dat de overheid nu eindelijk weer meer sturend wordt in de richting waarin de economie zich moet ontwikkelen. Zodat sectoren die we nu allemaal zo belangrijk vinden (zorg, onderwijs, vuilophaal) op meer steun van de overheid mogen rekenen. En de sectoren die onze veerkracht groter maken, zoals groene industrie, versterkt worden.

Het betekent ook dat de assertieve overheid de vele innovaties die in publieke instituten, de universiteiten en kenniscentra worden ontwikkeld niet langer kosteloos aan het bedrijfsleven overdraagt, zonder een redelijk deel van de opbrengsten terug te laten vloeien naar de samenleving.

Daar hoort wel een kritische houding van burgers bij. Controle op de keuzes van die overheid, op de manier waarop ze de economie stuurt, publieke middelen inzet of met onze privacy omgaat, wordt des te belangrijker. De ruimte, financiële steun en fiscale voordelen die grote bedrijven de afgelopen decennia kregen, vaak betaald uit door burgers opgebrachte belastingen, zal er hoe dan ook door ingeperkt worden. Het publieke belang wordt weer belangrijker.

Les 2: Brede welvaart gaat boven economische groei

Onze welvaart meten we af aan economische groei. Wereldwijd drukken we dat uit in het bruto binnenlands product (bbp). Het geloof dat eraan ten grondslag ligt is dat economische groei tot meer welzijn en geluk leidt. De uitbraak van het coronavirus laat zien dat zowel geluk als welzijn door iets anders bepaald worden.

Door de focus op economische groei hadden overheden minder oog voor belangrijke investeringen in publieke diensten. Investeringen in onderwijs tellen in het bbp-systeem als kosten, en leveren dus negatieve cijfers op. Verkoop van vlees van wilde dieren, met het risico dat virussen overspringen op de mens, telt in het bbp als opbrengst en wordt dus gestimuleerd.

Deze crisis laat zien dat we met onze groeimodellen op het verkeerde paard wedden. Voor welvaart en geluk is niet altijd meer productie van goederen nodig, er zijn ook publieke diensten nodig die de samenleving leefbaar, veilig en gezond houden. Zoals: gezondheidszorg, onderwijs, sociale voorzieningen, kennisontwikkeling en onderzoek. Uitgaven die vaak niet in financiële groei zijn uit te drukken.

Deze crisis toont aan dat we juist de diensten die geld kosten hard nodig hebben. Dat we dus naar nieuwe modellen moeten zoeken, die inzicht geven hoe activiteiten voor brede welvaart zorgen, welvaart die naast economische ook ecologische en sociale voorspoed brengt. Als we onze groei voortaan sturen op basis van zulke modellen, vergroten we enerzijds onze veerkracht tijdens gezondheidscrises en worden we anderzijds weerbaarder tegen die andere grote crisis, de klimaatcrisis.

Les 3: De publieke sector levert meer op dan hij kost

Een van de grote misverstanden van de afgelopen decennia is het geloof dat de overheid geen onderdeel van de vrije markt is. Daarbij is uit het oog verloren dat de overheid niet alleen een functie als marktmeester heeft, maar ook onderdeel van de markt is: namelijk als opdrachtgever en werkgever van al die diensten die samen de publieke sector vormen.

We zien nu dat de overheid zich als werkgever in de publieke sector niet als een verantwoordelijke baas heeft gedragen. Jarenlang is er bezuinigd op diensten die van publiek belang zijn. Het business model van het bedrijfsleven gold als lichtend voorbeeld.

Dat het bedrijfsleven, de private partijen, het publieke belang niet altijd goed bedienen zagen we al voor de corona-uitbraak. Maar nu we met een acute gezondheidscrisis zitten is het voor iedereen zonneklaar. De private sector neemt niet de verantwoordelijkheid voor het ‘vitale’ werk.

En nu delen van die private sector volledig stilvallen, is de overheid nodig voor een financieel vangnet. De gevolgen zijn duidelijker dan ooit: er zijn te weinig bedden, te weinig medicijnen en een tekort aan ervaren en geschoolde krachten.

Ook de publieke voorzieningen waar mensen elkaar tegenkomen zijn langzaam afgebroken. Buurthuizen, bibliotheken, ontmoetingscentra, plaatsen waar mensen elkaar ontmoeten, waar buurtinitiatieven ontstaan, wijkzorg geleverd wordt. Ze zijn in groten getale wegbezuinigd. Het kostte immers geld. Veel te weinig aandacht was er voor de sociale netwerken die hiermee verdwenen.

Dankzij de corona-crisis erkennen we het belang van sociale betrokkenheid en de publieke sector weer. We leren dat een gezonde, welvarende samenleving geld kost. De hogere uitgaven hiervoor zullen we na deze crisis moeten beoordelen op kwaliteit en toegevoegde waarde, in plaats van alleen op kostenefficiëntie.

Les 4: Vitale functies laten we niet aan de markt over

De farmaceutische industrie, in Nederland met name het Zwitserse Roche, vond bescherming van het eigen verdienmodel belangrijker dan het bijdragen aan de publieke zaak. In dit geval: testen op besmetting met het coronavirus. Tegelijkertijd leerden we dat Nederland de eigen productie van vaccins en testmaterialen al jaren geleden de nek omdraaide. De overheid dacht dat de markt het beter en goedkoper kon. De markt besloot vervolgens dat andere activiteiten lucratiever zijn.

Na decennia van neoliberaal beleid maakt deze crisis duidelijk dat het roer om moet. Overmatige privatisering van vitale functies – zoals zorg, elektriciteit of openbaar vervoer – maakt ons kwetsbaar. In Nederland zien we hoe het zorgsysteem piept en kraakt. De introductie van marktwerking en financiële verwaarlozing eisen nu hun tol.

Grote crises laten zien dat het van levensbelang is dat de overheid zeggenschap heeft over vitale functies.

Les 5: De ketens moeten korter

De econoom Milton Friedman legde ooit beeldend uit hoe een potlood gemaakt wordt. De schakels die tot het eenvoudige tekengerei leiden zijn talrijk en over de hele wereld verdeeld. Dat is geen probleem als de ketens goed functioneren. Maar bij een crisis vallen schakels uit. En als zo’n schakel niet vervangen kan worden – wat nogal eens het geval is in onze geglobaliseerde economie – dan hebben we geen potloden meer. Of mondkapjes. Of vaccins.

Verbaasd zien we de afhankelijkheid die we onszelf oplegden. En verschrikt vragen burgers hoe het kan dat de overheid niet koopt wat nodig is. Modulaire productie, waarbij afzonderlijke schakels vervangen kunnen worden door andere, is een oplossing. Het dichter bij huis produceren helpt ook. Korte ketens zijn immers makkelijker te beïnvloeden. Natuurlijk betekent dit niet dat we voortaan alles lokaal moeten produceren. Dat is een idealistische illusie, de wereld is er te verbonden en te bevolkt voor.

Maar de wereld waar productie exclusief geconcentreerd is op de plek waar dat het goedkoopste is, zullen we moeten verlaten. Voor Nederland geldt dat het stimuleren van lokale en Europese modulaire productie oplossingen biedt. Het verkleint afhankelijkheid en het versterkt de Europese eenheid. Een meer diverse economie maakt ons weerbaarder. Lokale productie is bovendien goed voor de werkgelegenheid.

Les 6: Internationale samenwerking is van levensbelang

Het virus houdt zich niet aan grenzen, net als bij die andere mondiale crises, de bankencrisis van 2008 en de voortsluipende klimaatcrisis. Om ze het hoofd te bieden is internationale samenwerking nodig. Helaas waren de afgelopen jaren niet bepaald de hoogtijdagen van het multilateralisme. Europa wil maar geen eensgezind project worden, grote landen als de VS, China, Brazilië, Turkije, Rusland en India kiezen voor protectionistische politiek en spelen de nationalistische kaart als het ze uitkomt. Een mondiale crisis toont de zwakheid daarvan aan.

Zowel binnen Europa als wereldwijd is samenwerking en solidariteit onmisbaar bij het bestrijden van crises. We kunnen nog zo trots zijn op onze spaarzaamheid, we kunnen eigenwijs ons gelijk willen krijgen in het bekritiseren van uitgaven van andere landen en we kunnen de vinger heffen naar landen die door corrupte leiders niet uit de armoede komen. Maar daarmee lossen we geen mondiale crisis op en maken we onszelf op termijn alleen maar kwetsbaar.

Solidariteit en wederzijdse hulp (ja, wij hebben ook hulp nodig, zie de tekorten aan ic-bedden en mondkapjes) vergroten onze weerbaarheid. Wie die les nu nog niet accepteert, zal hem spoedig leren, als corona een nieuwe vlaag van ziekte en dood over het Afrikaanse continent uitstort.

Les 7: Gezonde natuur is geen hoax

De virussen die de wereld de afgelopen jaren teisterden, zijn aan elkaar verwant en hebben te maken met de manier waarop we met de natuur omgaan. Corona is immers een zoönose, een ziekte die van dier op mens overgaat. Net als SARS, MERS en ebola ontstond corona hoogstwaarschijnlijk door het eten van wilde dieren. De VN waarschuwde in 2016 in een stevig rapport voor dit soort ziektes.

De afname van ecosystemen en biodiversiteit en de toename van de hoeveelheid dieren die mensen houden, zorgen voor veel nieuwe risico’s. De kans op het overspringen van ziekte van dier op mens is groter dan ooit.

China vaardigde inmiddels een verbod op de handel in wild vlees af. Het zal niet het laatste verbod zijn. Als we ons beter tegen ziektes als corona willen weren, dan is er geen andere weg dan drastische veranderingen in onze verhouding tot land en dieren door te voeren.

We moeten versneld maatregelen tegen klimaatverandering doorvoeren. Natuurgebieden moeten in ere worden hersteld, zodat wilde dieren daar weer hun leefgebieden hebben, op noodzakelijke afstand van mensen.

Het betekent dat eetgewoontes moeten veranderen. En het heeft gevolgen voor de manier waarop we in het westen dieren houden. Overmatig gebruik van antibiotica, uitbraken van varkenspest: deze crisis markeert het einde van de bio-industrie.

Les 8: Werk geeft zekerheid

Voor grote groepen mensen betekent een crisis als de huidige een directe bedreiging van hun bestaanszekerheid. Mensen met flex- of nulurencontracten vliegen er als eerste uit. Zzp’ers met weinig buffers zien hun opdrachten verdampen. Tijdelijke contracten worden ineens heel onzeker. Zelfstandig ondernemers met personeel moeten hun moeizaam opgebouwde buffers aanspreken.

In Nederland, kampioen flex- en tijdelijke contracten, treft die onzekerheid heel veel mensen. Met alle gevolgen van dien: stress waar gezondheidsklachten uit voortkomen, hoge kosten voor bijstandsuitkeringen, onzekerheid die verlammend werkt op de veerkracht en weerbaarheid van mensen.

De huidige verhouding tussen werknemers met een vast contract en mensen die een of andere vorm van een losser contract hebben, is overduidelijk uit de hand gelopen. Ook hier weer heeft de vrije markt de ruimte gekregen en hadden de vakbonden te weinig invloed op de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt. Het is enorm belangrijk dat er bijgestuurd wordt, om bij een volgende crisis minder mensen aan de huidige onzekerheid bloot te stellen.

Les 9: Zeggenschap is van belang

Het sociale kapitaal in de maatschappij is als de kleefpasta die individuen tot één samenleving maakt. Sociaal kapitaal houdt in dat mensen contacten onderhouden, voor elkaar zorgen, dezelfde dingen als goed ervaren. Hoe meer sociaal kapitaal, hoe meer onderling vertrouwen en hoe minder onzekerheid en onveiligheid. In de coronacrisis zien we hoe het ervoor staat met dat sociale kapitaal, en dat valt in Nederland helemaal niet tegen.

Een gevolg hiervan is dat we ervaren hoe het is om aan een groot gemeenschappelijk project te werken. Samen bestrijden we dezelfde vijand. Het gedrag van ieder mens doet ertoe, iedereen heeft invloed.

Ineens lijkt de kloof tussen politiek en burger, tussen wetenschap en samenleving, tussen stedelijke en provinciale gebieden verdwenen. We doen het samen en zijn samen verantwoordelijk. Dat maakt dat polarisatie, het venijn dat de samenleving al zo lang verscheurt, ineens uit beeld verdwijnt.

Om dit vast te houden na de crisis moet er iets veranderen. Betrokkenheid van mensen betekent zeggenschap, gehoord worden, ertoe doen. We kunnen niet, net als na de financiële crisis van 2008, crises blijven oplossen over de hoofden van burgers heen. Nu we de kracht van samenwerking zien hebben we een leidraad voor de toekomst. Terug naar het oude - Rutte zei het al - gaat niet meer.

Het nieuwe Nederland zullen we samen - met gebruikmaking van het sociale kapitaal - tot stand moeten brengen. Iedereen is daarbij nodig, iedere stem telt. Zo kunnen we een breed gedragen nieuwe weg in slaan. Een weg die ons weerbaarder en veerkrachtiger dan ooit zal make

SOS! Kom NU in actie voor #500kinderen Motie raadsvergadering Vught

SP SP GroenLinks VVD CDA PvdA Vught 29-04-2020 17:46

Terwijl in grote delen van Europa het coronavirus rondwaart en de samenleving op scherp zet, voltrekt zich in Griekenland nog steeds een humanitaire ramp die in de media momenteel nauwelijks aandacht krijgt. Begin maart deden Stichting Vluchteling, VluchtelingenWerk Nederland en Defence for Children een oproep aan alle Nederlandse gemeenten om steun te betuigen voor de opvang van 500 verweesde vluchtelingenkinderen in Nederland.

De verhalen worden namelijk met de dag dramatischer. Vluchtelingenkinderen die samen met volwassenen achter tralies worden vastgehouden, 5.000 alleenstaande kinderen die onder erbarmelijke omstandigheden in vluchtelingenkampen verblijven en extreem kwetsbaar zijn. Sommigen zijn al slachtoffer geworden van seksuele uitbuiting en in handen gekomen van mensenhandelaars, anderen verdwijnen volledig uit zicht. In Vught diende de SP samen met PvdA-GroenLinks en CDA tijdens de raadsvergadering van 12 maart een motie in om aan de landelijke politiek een signaal af te geven dat alleenstaande kinderen uit de Griekse vluchtelingenkampen welkom zijn in Nederland en dat ook Vught bereid is om enkele kinderen op te vangen. Sommige gemeenten gingen ons hierin al voor. Helaas dachten de twee grootste partijen in de gemeenteraad hier anders over. Zich verschuilend achter de landelijke politiek weigerden zij om een signaal af te geven richting Den Haag. De VVD liet weten dat de regering in Den Haag hier een taak had en toen van onze fractievoorzitter Suzanne van Wiggen opmerkte dat Rutte al gemeld had dat hij hier niets aan ging doen, bleef de VVD in herhalingen vallen (“pijnlijke situatie maar geen lokaal probleem”).

Gemeentebelangen vond dat de lokale politiek zich hoe dan ook niet met landelijke politiek moet bezighouden en vond de motie compleet zinloos “de minister-president heeft al aangegeven de gemeenten hierin niet tegemoet te willen komen” (!).

De SP is van mening dat je juist dan een tegengeluid moet geven. Als niemand zich verweert was er bv. ook zo’n 4 miljard aan dividendbelasting naar de grote ondernemingen gegaan. Dat bewijst maar dat zelfs Mark Rutte zich zo nu en dan naar de druk van onderaf voegt en zijn beleid aanpast naar de opvatting van het merendeel van de Nederlanders.

De reactie van Suzanne van Wiggen op de negatieve houding van Gemeentebelangen en VVD was dat zij diep teleurgesteld was in de houding van de Vughtse raad. “Het gaat hier niet over zaken maar over kinderen. Kinderen die niet voor zichzelf kunnen opkomen en enorm kwetsbaar zijn. Juist met hen moeten wij ons als gemeente solidair tonen en aan Mark Rutte een signaal afgeven. Maar blijkbaar is dat teveel gevraagd of heeft niet iedereen dat lef.”

De situatie is er in de vluchtelingenkampen sinds 12 maart niet beter op geworden nu het gevaar van een corona-uitbraak daar op de loer ligt. Juist nu zou Europa zich solidair moeten tonen en dan vooral met de alleenstaande kinderen. Maar ook dat zal wel weer aan de Vughtse lokale politiek voorbij gaan.

Petitie door DeGoedeZaak

Wethouder Stephan Brandligt over besturen in crisistijd | Delft

GroenLinks GroenLinks Delft 13-04-2020 00:00

Toen Mark Rutte in maart de lockdown aankondigde, was het alle hens aan dek bij de Gemeente Delft. Ook de Delftse GroenLinks-wethouder Stephan Brandligt maakt lange dagen in deze tijden van crisis. “Ik navigeer tussen branden blussen en voorzichtig denken: ‘hoe nu verder?’”

Welke branden heeft de gemeente tot nu toe geblust?

“Allereerst moet je zorgen voor basale zaken: dat mensen kunnen eten en een dak boven hun hoofd houden. Wij hebben dus een loket voor ondernemers geopend die in de problemen zijn gekomen. Hier hebben inmiddels al 1500 ondernemers tijdelijke uitkering aangevraagd die het Rijk dan betaalt. Ook burgers kunnen bij ons bijstand aanvragen, of uitstel van betaling van de gemeentebelastingen. En kinderen kunnen een computer of laptop aanvragen om thuis te kunnen leren.”

Dat klinkt als veel organisatie in korte tijd.

“Inderdaad, deze nieuwe loketten vroegen ook wat reorganisatie van het gemeentepersoneel: er zijn nu extra mensen nodig om al die aanvragen te verwerken. Gelukkig ging dat vrij snel heel goed. Een overheid moet altijd blijven functioneren, juist in tijden van crisis. Hierdoor kunnen de noodzakelijke dingen toch doorgaan. Ik ben er bijvoorbeeld trots op dat het tot nu toe lukt om de vuilnisophaaldienst door te laten gaan, ondanks het ziekteverzuim. Gelukkig meldden zich veel extra chauffeurs aan. Ook de Delftse voedselbank is tot nu toe nog open gebleven.”

Wat zijn de economische gevolgen voor de gemeente?

“Gemeente moet nu veel geld uitgeven, en loopt tegelijk veel inkomsten mis. De parkeergarages staan bijvoorbeeld leeg, terwijl de vaste lasten hiervoor wel doorlopen. Ook leges voor evenementen worden niet meer betaald. En dat terwijl Delft er al financieel niet goed voorstond. Dat baart me wel zorgen. Aan de andere kant moet je als gemeente nu echt investeren, ook na de quarantaine. In de financiële crisis van 2008 hebben we dat niet gedaan, waardoor de crisis nog langer duurde. Dat moet nu anders.”

Voorlopig zitten we allemaal thuis, in elk geval tot 28 april. Wat verwacht je daarna?

“Op 21 april gaat de Rijksoverheid vertellen wat er gaat gebeuren; dat wordt een spannend moment. Ik denk dat de maatregelen nog wel verlengd worden. Wij hopen als gemeente dat als eerste de scholen weer open mogen. Dat is belangrijk, met name voor de kinderen die in een lastige thuissituatie zitten. Maar in alle gezinnen lopen de spanningen nu op. Als de kinderen weer een deel van de week naar school kunnen, geeft dat de ouders ook wat lucht.”

Biedt deze crisis ook kansen voor Delft?

“Als je ziet hoe makkelijk veel mensen kunnen thuiswerken, dan biedt dan wel mogelijkheden voor bijvoorbeeld de mobiliteitsvisie. We zijn nu steeds verkeersknelpunten aan het oplossen, maar als mensen meer thuiswerken, kunnen we de openbare ruimte misschien toch anders gaan indelen.

Ook is er duidelijk veel behoefte aan lokale initiatieven. Dit sluit aan bij duurzaamheid: stroom wordt lokaal opgewerkt, mensen kopen streekproducten. En de circulaire economie, waarbij grondstoffen worden hergebruikt en we dus minder afhankelijk zijn van andere landen, moet nu echt versneld worden doorgezet. We zijn nu aan het nadenken hoe we burgers hierbij kunnen betrekken.”

Je hebt de energietransitie in je portefeuille. Hoe loopt dat nu?

“Nu de quarantaine wat langer duurt, proberen veel mensen hun werk toch weer op te pakken. Ik merk dat mensen nog steeds enthousiast zijn over de regionale energiestrategie, waarbij Delft een warmtenet wil gaan aanleggen en inzet op zonnepanelen op daken. Dat enthousiasme is misschien nu zelfs wel groter: door de crisis zien veel mensen nog beter in hoe belangrijk verduurzaming is.”

 

Door Mariëtte Bliekendaal

Brief gemeenteraad aan inwoners

CDA CDA D66 PvdA GroenLinks Partij voor de Vrijheid VVD Sittard-Geleen 19-03-2020 15:21

Beste inwoners van Sittard–Geleen, net zoals wij (de gemeenteraad van Sittard-Geleen) en vele anderen zult u maandagavond naar de indringende boodschap van premier Mark Rutte hebben geluisterd. Ruim 7,6 miljoen mensen zaten voor de buis. Wat er gaande is en wat nog op ons afkomt is van ongekende omvang, onduidelijk en zeer ernstig. Wij kunnen dan ook niet anders dan zeer voorzichtig zijn om zo de kwetsbare mensen te beschermen en de zorg bereikbaar te houden voor diegenen die deze het hardst nodig hebben. Dat betekent dat iedereen zich moet houden aan de maatregelen die zijn afgekondigd door de overheid. De zorgverleners, wat hebben zij het zwaar op dit moment. Aan hen willen wij dan ook een woord van dank uitspreken. En laten we alle andere mensen niet vergeten in de cruciale beroepsgroepen die zo hard nodig zijn op dit moment. En dat geldt natuurlijk ook voor alle lokale ondernemers die hard geraakt worden door deze crisis. Samenwerking in deze moeilijke en onvoorspelbare periode is een absolute basisvoorwaarde. Zorg goed voor uw naasten en voor uzelf en houd u vooral aan alle richtlijnen van de overheid. Er samen tegen vechten, dat is wat wij nu kunnen doen. Namens de fracties van GOB, CDA, GroenLinks, PVV, Stadspartij, DNA, D66, PvdA, VVD, 50plus, SPA en de fractie Fredrix in de gemeenteraad van Sittard-Geleen, wensen wij u veel wijsheid en sterkte.

Rutte door ruim een kwart gezien als beste premier sinds WOII

VVD VVD CDA PvdA GroenLinks SGP Partij voor de Vrijheid D66 Zuid-Holland 15-03-2020 06:22

In de week waarin het corona-virus Nederland in zijn greep kreeg komt uit onderzoek naar voren, dat de kiezers Mark Rutte zien als de beste premier sinds de Tweede Wereldoorlog. Op de vraag wie men als beste minister-president sinds WO II ziet, komt Rutte met 27% als nummer 1 uit de bus Hij wordt gevolgd door Wim Kok (21%), Ruud Lubbers (17%), en Joop den Uyl (13%).

https://hoekschewaard.vvd.nl/nieuws/38677/rutte-door-ruim-een-kwart-gezien-als-beste-premier-sinds-woii

© rijksoverheid

Het maakt bijna niet uit aan welke leeftijdsgroep je het vraagt: Rutte scoort het hoogst in bijna alle generaties. De jongsten (tot 24 jaar) kiezen massaal (59%) voor Rutte. Onder de andere leeftijdsgroepen is er meer concurrentie: evenveel kiezers van 35-49 jaar vinden Kok en Rutte de beste (beiden 29%), terwijl bij 65-plussers Ruud Lubbers het meest genoemd wordt. 

Dit onderzoek onder 2.180 Nederlanders – uitgevoerd door I&O Research in samenwerking met NRC Handelsblad – vond plaats tussen 6 tot 10 maart, in de periode dat de eerste corona-gevallen in Nederland bekend werden. Eventuele invloed van deze ontwikkeling op partijvoorkeur en waardering van politici en bestuurders is dus slechts ten dele meegenomen in dit onderzoek.

Bijna helft kiezers vindt dat Rutte goede premier was/is

Maar liefst 45 procent van de kiezers vindt dat Mark Rutte in zijn tienjarig premierschap goed gepresteerd heeft. Een kwart (26%) oordeelt neutraal en 28 procent negatief.Vanzelfsprekend zijn (bijna alle) VVD-kiezers positief over Rutte, maar ook grote meerderheden van het CDA-, D66-, CU- en SGP-electoraat oordelen positief over hem.Zelfs PvdA- en GL-kiezers zijn per saldo eerder positief dan negatief.Uitgesproken negatief zijn kiezers van FvD en PVV.

Rutte, Hoekstra en Kaag – vanuit kiezersgunst – meest voor de hand liggende lijsttrekkers

Een jaar voor de Tweede Kamerverkiezingen van maart 2021, is het bij meerdere partijen nog onduidelijk wie de lijsttrekker wordt.

VVD: Het is de verwachting dat Mark Rutte nog een keer opgaat voor het premierschap, maar voor de VVD is ook Klaas Dijkhoff in beeld. Mark Rutte steekt met kop en schouders uit boven de andere kandidaten als ‘meest betrouwbare premier’: meer dan de helft ziet hem zo. Bijna de helft van alle kiezers (45%) vindt dat hij het de afgelopen tien jaar goed gedaan heeft als minister-president.CDA: Bij het CDA lopen Wopke Hoekstra en Hugo de Jonge zich warm voor het lijsttrekkerschap. Vooralsnog scoort Hoekstra iets beter dan De Jonge, maar deze race is nog niet gelopen. Beiden worden door ruime delen van het electoraat gezien als betrouwbare premierkandidaten. De huidige fractievoorzitter van het CDA, Pieter Heerma, wordt gezien als tussenpaus en wordt relatief laag gewaardeerd.D66: Bij D66 worden zowel Rob Jetten als Sigrid Kaag gezien als serieuze kandidaten. Sigrid Kaag staat er beduidend beter voor dan Jetten. Ze wordt niet alleen beter gewaardeerd dan Jetten (een 6,2 versus een 4,8). Als mogelijke ‘betrouwbare premier’ zit ze net achter Wopke Hoekstra. Kaag is nog relatief onbekend (48% zegt haar te kennen) dus ze kan nog groeien.PvdA: Lodewijk Asscher wordt gewaardeerd met een 5,5: boven Klaver (5,1) en Marijnissen (5,3). Maar als ‘betrouwbare premier kandidaat’ moet hij Rutte, Hoekstra, De Jonge en Kaag vooralsnog voor laten gaan. Ten opzichte van 2017 leverde hij 12 procentpunt in (nu ziet 36% hem nog als zodanig). GroenLinks: Jesse Klaver was bij de verkiezingen van 2017 een van de meest populaire lijsttrekkers, met scores van een 6 of hoger, maar levert flink in. Met een 5,1 bevindt hij zich nu in de middenmoot. In 2017 kon 38 procent van de kiezers Klaver zich nog voorstellen als ‘betrouwbare premier’, nu is dat nog 26 procent.PVV / FvD: Geert Wilders (4,1) krijgt een hoger gemiddeld rapportcijfer dan Thierry Baudet (3,6), maar beiden worden laag gewaardeerd. Dit wordt vooral veroorzaakt door het hoge aandeel onvoldoendes die beiden krijgen (Wilders: 67% onvoldoende, Baudet 74%).  Onder de eigen achterban worden zowel Wilders (8,3) als Baudet (8,1) op handen gedragen. Als ‘betrouwbare premier’ doen beiden het echter niet goed: 13 en 14 procent.

Haagse VVD in het nieuws: Haagse afvalcrisis bereikt nu ook de stoep van premier Mark Rutte

VVD VVD GroenLinks D66 CDA PvdA 's-Gravenhage 10-02-2020 14:24

Omroepwest.nl, vrijdag 7 februari 2020

door Maarten Brakema

DEN HAAG – De Haagse afvalcrisis heeft nu ook de premier bereikt. Vlak bij ‘m om de hoek in de Haagse buurt Duinzigt ligt een enorme berg afval naast een afvalcontainer. En als het aan de VVD in de Haagse gemeenteraad ligt, komt het stadsbestuur nu snel in actie om wat aan de troep op straat te doen.

Maar, bezweert raadslid Ayse Yilmaz: dat het vuilnis nu ook bijna bij de minister-president op de stoep ligt, is níet de reden voor haar partij om het college van burgemeester en wethouders te vragen snel maatregelen te nemen. ‘Dat speelt zeker geen rol. Den Haag is een prachtige stad. En of je nu premier bent, koning of ambtenaar: iedere Hagenaar en Hagenees moet in schone straten kunnen rondlopen. Al zal Mark Rutte het vast fijn vinden als dat ook voor hem geldt.’

Op dit moment zijn er wegwerkzaamheden in de wijk. Daardoor is het voor vuilniswagens lastiger om het vuilnis op te halen, ‘maar het afval wordt wel opgehaald’, verklaart VVD-raadslid Remco de Vos. ‘Maar ook voor de werkzaamheden kwam het vooral in de weekenden regelmatig voor dat er zoveel rotzooi ligt.’

Falend beleid De Haagse gemeenteraad ergert zich al lang aan de soms enorme troep op straat. Vooral rond de ondergrondse afvalcontainers is het vaak mis. Mensen dumpen simpelweg hun afval naast deze, in vaktermen, oracs. Of zetten er spullen naast die er niet in passen.

De Haagse Stadspartij vroeg daarom rond Pasen 2019 al aandacht voor wat die partij ‘een falend afvalbeleid’ noemt. Met een verwijzing naar toenmalig verantwoordelijk wethouder Richard de Mos kwam er op Twitter een campagne met als hashtag #richardruimtop. Maar in het vorige college van burgemeester en wethouders waren twee wethouders verantwoordelijk voor het afvalbeleid. Dus begon collegepartij Hart voor Den Haag/Groep de Mos de aandacht af te leiden van de eigen leider middels een petitie waarmee juist wethouder Liesbeth van Tongeren werd opgeroepen om de afvalcontainers vaker te legen. Dat zorgde weer voor beroering bij haar partij, GroenLinks. Gevolg: een heuse afvaloorlog in de Haagse raad.

Troep trekt troep aan. Schoonheid trekt schoonheid aan – VVD-raadslid Ayse Yilmaz Die is nog steeds niet helemaal geluwd. Want ook in de nieuwe coalitie zijn twee wethouders verantwoordelijk: naast Van Tongeren is dat de opvolger van De Mos: CDA’er Hilbert Bredemeijer. Reden voor de HSP om zelfs een scheurkalender te maken, zodat het probleem niet wordt vergeten. Want er is niets verbeterd, vindt die partij. ‘Sterker nog, het lijkt de laatste tijd alleen maar erger te worden. Grofvuil, huisraad, kerstbomen, papier, vuilniszakken, volle oracs en bederfelijk afval zwerft over straat.’

Nieuw beleid Vandaar dat de HSP met die zwerfvuilscheurkalender hoopt dat wethouders met zicht op iedere dag een verse foto van rotzooi niet weer ‘naar elkaar gaan wijzen’. Fractievertegenwoordiger Tim de Boer: ‘Want de inwoners blijven in de troep zitten. Den Haag wacht al bijna een jaar op nieuw beleid.’

De grootste coalitiepartij voegt zich nu bij de critici van het afvalbeleid en is de ‘vieze, maar ook onveilige omgeving’ ook zat. De liberalen zeggen vaak meldingen te krijgen van overlast bij de oracs en zogenaamde afvalstraatjes (plekken met containers voor papier, plastic en glas). Dat zou, stelt raadslid Yilmaz, onder meer komen omdat de containers te snel vol raken.

Meeuwenseizoen Zij wil nu van het stadsbestuur weten hoe vaak meldingen binnenkomen van volle containers en wat eraan wordt gedaan. Zeker nu het meeuwenseizoen weer in aantocht is, vreest Yilmaz dat het nog een groter een zootje kan gaan worden op straat, als er niet snel iets gebeurt. ‘Wij hebben de indruk dat het een breed probleem is, dat speelt in de hele stad’, aldus het raadslid. ‘Dat leidt tot veel irritatie, want de hardwerkende Hagenaar wil liever geen troep op straat.’

Volgens haar is fors pakket aan maatregelen nodig. Zo moet de gemeente nog meer aan voorlichting doen en meer werk maken van het opsporen van mensen die troep op een niet-legale manier lozen. Dat is niet alles. Yilmaz: ‘Troep trekt troep aan. Schoonheid trekt schoonheid aan.’ Daarom roept zij een plan van Hart voor den Haag-raadslid René Oudshoorn in herinnering. Die pleitte voor het aanleggen van mini-tuintjes rond de oracs. ‘Het is bewezen dat die tuintjes in andere steden leiden tot tachtig procent minder troep rond de ondergrondse containers’, vertelt hij.

Oplossing In het nieuwe collegeprogramma van VVD, D66, GroenLinks, CDA en PvdA staat dat het stadsbestuur dit idee ook mede als oplossing ziet voor het afvalprobleem. Maar dat is nog papier. En volgens de VVD moet er niet te lang worden gewacht. Yilmaz ziet graag dat deze ‘oracs-tuintjes snel worden uitgerold over de gehele stad’.

De kans is dus groot dat Mark Rutte dus binnenkort niet uitkijkt op een berg vuilniszakken, maar een prettig stukje groen.

VVD roept samen met D66 en GroenLinks de klimaatnoodtoestand uit

Forum voor Democratie Forum voor Democratie GroenLinks VVD D66 PvdA Nederland 29-11-2019 17:50

“I want you to panic!”, riep de 16-jarige klimaatactiviste Greta Thunberg eerder dit jaar in het Europees Parlement. Het is deze beruchte uitspraak die door menig links-activistische politicus wordt gebruikt om het absurde en contraproductieve klimaatbeleid erdoor te drukken. Het lijkt er nu echter op dat de VVD hier net zo van overtuigd is als GroenLinks en D66. Want toen het Europees Parlement op donderdag 28 november officieel de “klimaatnoodtoestand” wilde uitroepen, stemde de VVD voor.

Steun voor Europese Green DealDe EU-resolutie, die met 429 stemmen voor en 225 tegen werd aangenomen, verklaart het volgende:

1. kondigt een noodsituatie op het gebied van klimaat en milieu af; dringt er bij de Europese Commissie, de lidstaten en alle mondiale actoren op aan met spoed de concrete maatregelen te nemen die nodig zijn om deze dreiging te bestrijden en in te dammen voordat het te laat is, en zegt toe zich hiervoor zelf in te zetten;

2. dringt er bij de nieuwe Commissie op aan de impact van alle relevante wetgevings- en begrotingsvoorstellen op het klimaat en het milieu uitvoerig te beoordelen en te waarborgen dat ze allemaal volledig in overeenstemming zijn met de doelstelling om de opwarming van de aarde onder 1,5 °C te houden, en dat ze niet bijdragen aan het verlies aan biodiversiteit;

3. verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad, de Commissie en de regeringen en parlementen van de lidstaten.

De bedoeling van de resolutie is om via het klimaatbeleid de macht en legitimiteit van de Europese Unie verder uit te breiden. Het is dan ook geen toeval dat de resolutie tegelijkertijd werd aangenomen met de officiële benoeming van Frans Timmermans (PvdA) als Eurocommissaris voor Klimaat & Milieu (de VVD stemde hier ook voor). Deze resolutie zal volgens Timmermans de “democratische” steun vormen voor zijn ‘Europese Green Deal’, een megalomaan project dat 11.500 miljard euro moet kosten met als doel de EU in 2050 “volledig klimaatneutraal” te krijgen.

De klimaatambities van de VVDHet is tekenend voor de klimaatambities van de VVD die zich via de achterdeur, buiten het zicht van de kiezer, voltrekken. Mark Rutte zei jaren geleden nog dat windmolens “niet op wind, maar op subsidie draaien”. Nu zien we een absurde en ondoordachte draai in de beleidskeuzes van de VVD. Rutte wil fossiele brandstoffen uitfaseren zonder dat er goede alternatieven zijn. Hij wil inzetten op zon- en windenergie, maar het aandeel hiervan aan onze energiemix kwam in 2018 uit op slechts 2,3%. Biomassacentrales, ook onderdeel van de Green Deal, leverden 4,5% zogenaamde duurzame energie. Deze energiebron stoot 20% meer stikstof, fijnstof en broeikasgas uit dan stroom uit een kolencentrale. Hoe kan Rutte dit irrationele en peperdure beleid nog verdedigen?

Wat FVD wilFVD heeft uiteraard tegen deze resolutie gestemd. Wij gaan niet mee in het paniekvoetbal van de klimaatonheilsprofeten. Wij staan voor een realistisch beleid, waarbij we willen investeren in de ontwikkeling van kerncentrales. Dat is het beste alternatief dat we nu voor handen hebben. Hoge energiedichtheid, betrouwbare levering en geen luchtvervuiling.

Ook wil FVD vasthouden aan aardgas - de schoonste brandstof die er is. Nederland kent een van de meest hoogwaardige gasinfrastructuren ter wereld. Het gasverbod zorgt voor totaal onnodige, torenhoge kosten. Aardgas is de meest efficiënte en schone brandstof die er is. Wij hebben bovendien enorme hoeveelheden zélf voorradig. Niet alleen in Groningen, maar ook in de Waddenzee, voor de kust bij IJmuiden en elders. Wat ons betreft gaan de baten die voortkomen uit winning van deze reserves naar een Sovereign Wealth Fund, zoals bijvoorbeeld Noorwegen en Qatar dat ook hebben.”

Maar kernenergie en aardgas, dat willen de linkse partijen niet. En de VVD? Die volgt slaafs dit beleid. Er wordt ons een angst- en schuldgevoel aangepraat. Via het klimaatbeleid wordt de welvaart herverdeeld en de macht van de EU uitgebreid. Dat het klimaatbeleid voor de linkse partijen een middel is om een groene planeconomie tot stand te brengen, is een doelstelling die de VVD kennelijk van harte steunt.

Rondvraag dak- en thuisloosheid in Zaanstad

SP SP GroenLinks Noord-Holland 22-11-2019 10:59

In de uitzending van Nieuwsuur, van 25 oktober 20191, kwam aan de orde dat de vier grote steden hun daklozenprobleem niet meer aankunnen. Zij schreven een brandbrief aan vijf bewindslieden en aan de Tweede Kamer in een uiterste poging het tij te keren en de almaar toenemende dakloosheid in Nederland een halt toe te roepen.

Het betoog van wethouder Maarten van Ooijen van Utrecht, die mogelijkheden zag om daklozen te helpen door het aanbieden van echte woonruimte (onder meer goedkope sociale huurwoningen), is ons uit het hart gegrepen. Ook de VNG schreef inmiddels een brandbrief2.

In augustus stelden de SP en GroenLinks schriftelijke vragen over dakloosheid in Zaanstad. Alhoewel een goede poging werd gedaan ons redelijk op de hoogte te brengen van het aantal dak- en thuislozen en hun mogelijkheden, kregen wij de indruk dat het college op dit probleem geen grip heeft.

Het is bepaald opmerkelijk dat er geen cijfers over 2016 en over de toestand van dit moment kunnen worden aangeleverd, terwijl het probleem landelijk zeer groot blijkt te zijn. Vandaar dat wij in een rondvraag 21 november 2019) nogmaals aandacht vragen voor dit probleem.

Vragen: 1. Is het college van Zaanstad inmiddels in staat te voldoen aan de dringende behoefte met betrekking tot actuele cijfers m.b.t. dakloosheid en opvangmogelijkheden? Zo ja, kunt u ons op zeer korte termijn de cijfers verstrekken? Dit temeer omdat ook de antwoorden die u gaf aan de oprichter van de Vereniging Stille Armoede Zaanstad weinig extra duidelijkheid brengen.

2. Bent u in staat om op korte termijn alle dak- en thuisloze mensen, zowel in de verschillende vormen van opvang als degenen die via het veldwerk bekend zijn, een permanent onderdak te verschaffen? Kunt u voor dit doel goedkope sociale huurwoningen beschikbaar houden en het project Onder de Pannen uitbreiden?

3. De Vereniging Stille Armoede Zaanstad beijvert zich voor daklozenhuisvesting in leegstaande gebouwen, zoals het voormalig UWV- kantoor op de Stationsstraat in Zaandam. Hebt u reeds contact met deze vereniging? Ondersteunt u hun wens om daklozen (semi)permanent onderdak te bieden in leegstaande gebouwen?

4. Bent u bereid om, naar aanleiding van de brief3 van de vier grote steden, een ondersteuningsverklaring naar premier Mark Rutte, minister van Binnenlandse zaken Kajsa Ollongren, minister van Financiën Wobke Hoekstra en de staatssecretarissen Tamara van Ark en Paul Blokhuis te sturen en mee te werken aan het door de vier grote steden voorgestelde beleid? Ondersteunt u tevens de brief van de VNG?

Namens de fractie van de SP, Evert Hartog en Anna de Groot  

Het referendum komt dichterbij

SP SP GroenLinks D66 PvdA Nederland 28-10-2019 11:38

De Raad van State ziet het referendum als een goede manier om de 'gevoelens van isolement, vervreemding en uitsluiting' onder bepaalde groepen mensen in de samenleving te verminderen. Dat blijkt uit het advies van de Raad van State over de wet van de SP voor een bindend correctief referendum.

SP-Tweede Kamerlid Ronald van Raak: 'Ik ben heel blij met dit advies, maar toch ook verrast, omdat de belangrijkste adviseur van de regering in het verleden erg kritisch was over het referendum, dat moeilijk te verenigen zou zijn met onze parlementaire democratie. Dat was ook het belangrijkste argument van premier Mark Rutte om het referendum af te schaffen. Nu ziet de Raad van State het referendum als een "positief te waarderen aanvulling en correctie" op ons huidige stelsel. Dat is een grote kanteling.'

De Raad van State ziet ook andere voordelen van het bindend correctief referendum. Zo zorgt het ervoor dat politieke partijen scherp blijven en er rekening mee houden dat de compromissen die zij sluiten ook echt kunnen rekenen op voldoende steun van de bevolking. Onvrede van burgers komt eerder op de politieke agenda en mensen die zich niet gehoord voelen kunnen op deze manier hun stem laten horen.

Van Raak: 'Mooi vind ik ook de opmerking van de Raad van State dat "voor een stabiele democratie meer nodig is dan handhaving van de status quo." De Raad van State wijst erop dat een grote meerderheid van de mensen in ons land voorstander is van een referendum. Het bindend correctief referendum zoals we dat voorstellen is daarom een 'sluitstuk' van het parlementaire stelsel.'

In december pleitte de Staatscommissie Parlementair Stelsel onder leiding van Johan Remkes ook voor een correctief referendum. 'De democratie werkt niet voor iedereen even goed. De stem van niet álle burgers wordt voldoende gehoord. De bestaande politieke onvrede bij een deel van de bevolking kan leiden tot afhaken en afkeer van de democratie,' stelde Johan Remkes. Volgens de Staatscommissie zijn referenda een goed 'ventiel' of goede 'veiligheidsklep' op het moment dat volksvertegenwoordigers dingen doen die het volk écht niet wil. Dit pleidooi was voor de SP reden om in januari een wetsvoorstel in te dienen voor invoering van een bindend correctief referendum. Een wet die nu wordt ondersteunt door de twee belangrijkste adviseurs van de politiek.

Van Raak: 'Het referendum is het kleefkruid van onze democratie. In februari 2018 verdedigde ik in de Kamer tevergeefs een wet voor een correctief referendum, een wet die ooit door GroenLinks, PvdA en D66 was gemaakt, maar die door deze partijen plotseling niet meer werd gesteund. Aanleiding was de uitslag van het raadgevend referendum over het verdrag met Oekraïne, waar deze partijen vóór waren, maar de bevolking tégen was. Dit was voor de regering aanleiding om het raadplegend referendum maar af te schaffen. Sindsdien is er echter veel veranderd. Het is bijzonder dat zowel een Staatscommissie als de Raad van State nu een bindend correctief referendum voorstellen, een echt referendum waarvan het kabinet en de Kamer de uitslag niet meer naast zich neer kunnen leggen.'

Dinsdag debatteert de Tweede Kamer over de begroting van Binnenlandse Zaken. Daar wil de SP een begin maken met een nieuwe discussie over het correctief referendum. 'Ik hoop dat we na het mooie pleidooi van de Staatscommissie en het interessante advies van de Raad van State nu een inhoudelijke discussie kunnen voeren. Over de vraag hoe we onze parlementaire democratie kunnen versterken en wat daarbij de rol is van het referendum. De wetgeving is ingediend en de adviezen liggen op tafel. Ik denk dat het referendum plotseling een stuk dichterbij is,' zegt Van Raak.

Zie je content die volgens jou niet op deze site hoort? Check onze disclaimer.